KLEINE COURANT
't Vliegend Blaadje
voor HeldorTexel, Wierlngen en Anna Paulownam
LEVENSSTRIJD.
No. 4118
Zaterdag 27 Jnli 1812.
40ste Jaargang.
Ad verten tiëfi voa 1 tot S regelt (bij vooruitbetaling) 90 neet.
Elko regel meert>
Ue wjj «-exemplaar24
Vignetten en groote letten worden naar plaatsruimte berekend
Intero.-
Telefoon 00.
tferaohijwt Din«d»g- en Vrijdagmiddag-
Uitgever i C. DE BOEN Jr. (»./b. BERKHOUT Cu.), Helder.
Bureau»! Spoorstraat en Koniwgetraat.
Eerste Blad.
3IEUWBBERICHTEH.
HELDER, 26 Juli.
OmkooperiJ bij de Marine.
Art. 177 Swb.
Den 28-jarigen directeur van de Naaml.
Vennootschap Machinale brood-, beschuit-, en
banketbakker^, H. J. W. J., te Rotterdam,
was ten laste gelogd, op 7 Mei een gift te heb
ben gedaan aan den officier van administratie
le klasse bij de Koninklijke Nederlandsche
Marine 6. W. Erfman, dienstdoende aan
boord van Hr. Ms. instructievaartnig fv. Ga
len" te Eellevoetslnis, door dezen toe te zen
den of te doen toezenden, een kistje sigaren
van 25 stuks met een bankbiljet van 25
gulden, een tweede kistje van 25 en nog een
van 50 sigaren, met het oogmerk, dezen
ambtenaar, die in de bediening van zjjn »mbt
president was van de kenringscommissie
voor de ververschingen, te leveren aan de
Kon. Nederl. Marine in de directie Helle-
voetsluis, te bewegon, om in strijd met zijn
plicht, brood, hetwelk niet zoude voldoen
uuu de vereischten, waaraan het volgens de
mot de firma gesloten overeenkomst zou
moeten voldoen, goed te keureu, althans te
bevorderen, dat zoodanig brood zou worden
goedgekeurd.
Bekl. gaf toe, dat het hem bekend was,
dal get. Erfman invloed had op de keuring
van het brood; hij wist echter niet, dat er
een keuringscomité bestond en dat get. E.
daarvan voorzitter was.
Het contract liep van 1 Jan. 1912 tot 1
Jan. 1918. Get. E. had wel eens aanmerking
gemaakt op het gewicht van het brood, ook
wel op het niet goed doorbakken zijn daarvan,
maur afgekeurd was het nooit. Get. E. had
den bekl. wel eens schriftelijk gedreigd, tot
alkeuring te znllen overgaan, indien het
brood niet voldeed aan de voorwaarden.
Met een van zjjn broers, die als admini
strateur in de zaak werkzaam is, had bekl.
afgesproken, den heer E. een geschenk te
zenden als belooning voor de moeite, die
dese zich steeds getroost had, en voor de
door hem betoonde bereidwilligheid. Waarin
die moeite en die boreidwilligheid bestond,
kon bekl. niet juist zeggen; alleen gaf hjj
op, dat get. E. steeds bij hem kwam, indien
er iets to spreken viel, en bekl. nooit bjj
zioh liet komen. Hot bankbiljet was dan ook
bedoeld als vergoeding voor de gemaakte
reiskosten. Bekl. ontkende de bedoeling te
hebben gehad, den heer E. gunstig te stom
men, ten eindo te bewerkstelligen, dat deze,
indien er eens iets mankeerde aan het brood,
dit door de vingers zoude zien.
De president, mr. Pelting, wees bekl. er
op, dat hjj toch moest weten, dat een der
gelijk cadeau zeer weinig was, en oen amb
tenaar uiteraard, als fatsoenlijk man, geen
geschenken aanneemt.
Bovendien was bjj het gezondene, geen
briefje of iets anders gevoegd, waaroit do
herkomst kon bljjken. Bekl. zeide, dat dit
gebeurd was, omdat hjj vreesde, dat anderen
het pakket in handen zouden kannen krjjgen
en dit dan minder aangenaam voor den heer
E. zou zjjn. Zjjn broeder J. W. had de
kistjes sigaren van 5 cents per stuk gekocht;
de andere broeder, J., had het bankbiljet
in een van de kistjes gedaan en alleB ver
zouden; bekl. gaf op, niet met zjjn broeder
J. te hebben gesproken over een bedoeling
den heer Erfman de handen te stoppen; wel
waren zjj overeengekomen, niets er bjj to
schrjjven.
Het gevolg van de zending was, dat bekl.
een brief ontving van den commandant van
Hr. Ms. „van Galen', waarin dezo om on
omwonden opheldering betreffende het ge
zondene verzocht. BekL schreef terng, dat
noch door, noch namens zijn firma iets van
dien aard was verzonden. Hjj gaf op, dit te
hebben gedaan na bespreking met zjjn broe
der J., zjj waren bevreesd, dat de heer E.
misschien last zou krjjgen van deze ge-
sohiedenis.
De president bracht bekl. onder het oog,
dat uit het schrjjveu van den commandant
bleek, dat de heer Erfman volmaakt correct
gehandeld had en den commandant de zaak
in handen had gegeven, dus hieruit nooit
mot'icljjkheden voor hem konden ontstaan.
Getuige Erfman deolde mede, dat deleve
ringen van bekl. in het algemeen nog al goed
waren. Get. had den bekl. hior eenige malen,
zuiver zakelijk bezooht, eens in opdracht van
den achout-bjj-nacht. Een speciale reis maakte
get. daarvoor nooit, hjj moest hier tweemaal
per maand bjj den betaalmeester zjjn.
Van bjjzondere bereidwilligheid was geen
sprake geweest, en bekl. had zich in den zin
ook nooit uitgelaten.
Get. had het schrift van het adres op het
postpakket vergeleken met adresson van
bekl.'s firma en kreeg, toen het vermoeden,
dat de zending afkomstig was van bekl. Get.
rapporteerde de zaak aan den commandant.
Hjj was van meeniog, dat de bedoeling van
bekl. was, hem gnnBtig te stemmen, hem te
bewegen gemakkelijker te zjjn bjj de keuring.
Eenige dagen vóór dat get. het pakket
ontving, had bekl. tegenover hem geklaagd,
dat hjj op het contract toe moest leggen
korten tjjd nd de ontvangst, toen de brief
van den commandant nog niet in bekl.'s bezit
was, leverde bekl. brood van een zoo slechte
kwaliteit als nog nooit was voorgekomen.
Het O. M. was van oordeel, dat geen enkele
reden bestaat om de waarschijnlijkheid aan
te nemen van de bedoeling welke bekl. van
de zending opgeeftintegendeel doen de
aanwijzingen onomBtooteljjk uitkomen, dat
bekl. het doel had, den officier van adminis
tratie te bewegen, gebreken bij de levering
door de vingers te zien.
Geëisoht werd, ter zake van het een amb
tenaar een gift doen met het oogmerk om
hom te bewegon in zjjn bediening, in strijd
met zjju plicht iets lo doen, drie maanden
gevangenisstraf, met verbeurdverklaring van
de in beslag genomen sigaren en het bank
biljet.
Mr. L. S. Hollander trachtte aan to
dat bekl. art. 177 niet heeft ovortreden,
bjj hem het in dit artikel bedoelde oogmerk ont
brak. Bovendien achtte pleiter, ook al had
bekl. dit oogmerk gehad, dezen niet strafbaar
pleiter was het niet eens met het O. M,dat
bekl. het postpakket heeft doen toezenden
get. E. heeft het pakket niet ontvangen in
zjjn functie van president van de keurings
commissie en bovendien heeft get. E. do
gift niet aangenomen, zoodat van een gift
hier geen sprake is. In dit laatste verband
wees pleiter op eoD vonnis van de rechtbank
to Leeuwarden van 29 Jan. 1887, tijdschrift
voor strafrecht, deel I, bladz. 547, een vonnis,
dat door Noyon als juist wordt gequalifleeerd.
In geval vau veroordeeling achtte pleiter
hier geen reden tot het opleggen van ge
vangenisstraf.
Pleiter concludeerde tot vrijspraak, subs.
tot ontslag van rechtsvervolging, zeer subs.
tot het opleggen van een geldboete.
De invaliditeitsverzekering.
Wjj lezen in »Het Volk":
Naar wjj vernemen, heeft minister Talma
in de Dinsdag gehouden vergadering der
Commissie van Voorbereiding zich absoluut
togen vrijstelling der laagste loonen verklaard
en gezegd, voor een andere regeling die
hetzelfde doel booogt, geen praktische oplos
sing te weten.
Ook voor het overige is door hem geen
enkele concessie van eenige beteekenis gedaan.
Stoomvaart-Maatschappij „Nederland."
De Stoomvaart-Maatschappjj «Nederland
heeft aan do Rotterdamsche Droogdok-Maat
schappij, te Rotterdam, den bouw opgedra
gen van een vrachtstoomer van 9 a 10.000
ton, lang 450 voet, breed 55 8 en diep 38'3.
Het schip zal worden voorzien van eon ma
chine, waarmede in beladen toestand eon
vaartsnelheid zal kunnen worden verkregen
van IS1/! mijl. De oplevering zal plaats
hebben in 1914.
IJmuiden, 25 Juli.
Naamverandering. De naar hier ver
kochte stoomtrawlers „Strathoona*, „Strath-
tay« en •Stratholyde" uit Aberdeen, werden
onder Nederlandsche vlag gebracht met de
namen «Boatrice', «Bertha* en „Louise*.
Schepenverkoop. Wegens de slechte
uitkomsten, welke door de Btoomvisscherjj
Oceaan" alhier behaald werden, zjjn de
drie trawlers Vrjjdag openhaar verkocht.
De heer J. N. IHein kocht de trawlers
Oceaan I" ou III voor resp, f87.000 en
f 42.000, terwjjl de .Oceaan III* voor f 35.000
door den heer S. K. Bakker werd aangekocht.
Moord te Beek.
De rechtbank te Arnhem heeft Dinsdag
uitspraak gedaau in de zaak van H. E. B.
te Boek, beschuldigd van doodslag gepleegd
op het meisje Hartjes en bovendien van een
geval van openbare schennis der eerbaarheid.
De eisch was 15 jaar.
De beschuldigde is vrijgesproken in zake
den kinderdoodslag; wegens het andere ver-
grjjp is hjj veroordeeld tot zob maanden
gevangenisstraf, met last tot onmiddellijke
invrijheidstelling.
Moordenaar aangehouden.
Men zal zich herinneren, dat omstreeks
een jaar geleden de Pers Murad Bay, die
te 's-Gravenhage, in de 1ste Wagenstraat,
een fabriekje en winkel van Perzische suiker
werken hield, vermoord is.
Onmiddeljjk viel de vordenking op A., een
Griekschen bediende van het slachtofier, dio
voortvluchtig was. De jjverige nusporingen
van do Haagsche justitie on recherche bleven
aanvankelijk zonder resultaat.
Do justitio ging echter voort met stappen
te laten doen in het buitenland, inzonderheid
in Griekenland, om tot de ontdekking van
den steeds onvindbaar blijvenden A. te
komen.
De justitie heeft thans vau offioieele zjjde
het bericht ontvangen, dat de verraoodeljjke
moordenaar van Murad Bay in Griekenland
is aangehouden.
Nadere bijzonderheden ontbreken nog.
Ongelukken bij de Duitsche marine.
Yoor de tweede maal binnen enkele dagen
is bjj do Dnitsche marine een ernstig onge
luk voorgekomen, dat menschenlevens kostte.
Een paar dagen geleden kwam de torpedo
boot „G. 110" in botsing met het linieschip
„Hessen", waarbij drie menschen om 't leven
kwamen. Thans wordt uit KöDigsborg een
tweede ongeluk gemeld, bjj het tweede es
kader der hoogxeovloot, die op 17 Juli op
haar zomeroefeningstocht in de Oostzee ver
trokken is. Bjj Nidden, een kleino haven
plaats aan den Kurisohen Haff, is een jol
van de „Thü ringen" in den storm omge
slagen, een barkas van de »Pommern" ern
stig beschadigdeen aantal officieren en
manschappen zjjn daarljj om 't leven gekomen.
Het tweede eskader bestaat uit 26 schepon
en kwam Zondag bjj Nidden voor anker.
De officieren e i een deel der manschappen
kregen vergunning om te passagieren, on
begaven zich in barkassen en jollen aan
land. Bjj de terugkeer was de zee zeer
woelig geworden, zoodat do terugvaart door
de branding uiterst moeiljjk was. Officieren
en manschappen begaven zich te water, om
de jollen en barkassen door de branding te
brengen. Daarbij sl°eg eon jol van de ,Thü-
ringen", waarin 14 man zaten, om. Dadelijk
sprongen de officieren, die nog aan land
waren, in zee, om de mannen, die met de
golven worstelden, te hulp te komen. Zes
officieren werden bewusteloos aan land ge
bracht; de pogingen om hen in hot leven
terug "te breDgen hadden slechts bjj vier
hunner succes. Een officier van gezondheid,
is ernstig ongesteld. Ouder de andere ver
dronkenen bevinden zich een betaalmeester
en een echrjjver.
Het grootste deel der manschappen moest
in den nacht van Zondag op Maandag aan
het strand bivakkeeren, en oerst Maandag
ochtend konden zjj naar hunne schcpon terug-
keeren.
Zondag in het „Freibad" te Berlijn.
De correspondent van do «Nieuwe Rotter-
damscho Courant* te Berlijn schrjjft aan zijn
blad een brief over het zoogenaamd
«Freibad", waaraan wjj het volgende ont-
leenen
De thermometer vervult Berljjnsche harten
soms mot trots. Als uit het buitenland jammer
klachten komen over de hitte, dan leert deze
ons, dat wjj hier nog hoogere temperaturen
te verdragen hebben en er ons goed bjj be
vinden. De ware Berljjnor, die ook in de
hondsdagen zjjn stad niet langer dan een
etmaal verlaat, wordt dan aangetast door
gemeentelijken hoogmoed. Hjj zingt den lof
van zjjn stad, mot haar droge lucht, haar
weisBbier en haar meren, die zelfs een record-
hitte drageljjk maken
Onvoorwaardelijk deel ik in do bewon
dering van den Berljjner voor zjju meren.
En wat hun werking tegen de hitte betreft,
in de heele wereld is het .Freibad Wann
see» vermaard. Een groote waterplas, een
half uur sporen van de stad, met een prachtig
régelmatig en vlak strand met zandigen bo
dem het groote meer is omlijst door heuvels
waarop de heel ernstige, oude dennonbosschen
een mooien achtergrond vormen. Nog maar
hier en daar ziet men tusschen het groen
een statige villa, het eigendom vun een
Berljjnschen Croesus of van den onvormjjde-
ljjken restaurateur. Dat is do omtrek van het
vermaarde bad.
Men moet dit werkelijk grootsche land
schap wel bjj het Freibad te paB brengen,
omdat het do overdreven groote coulissen
vormt voor het overdreven kleine bad. Want
inderdaad, men is wel heel benepen te werk
gegaan bjj het afpalen van hot stukje strand,
waar de millioenen verhitte lichamen uit een
wereldstad verkoeling moeton zoeken. Op een
warmen Zondag, als vela tienduizenden naar
Wannsee trekken, moet de toegang vaak ge
sloten worden en voor het zaover komt, is
het heele, breerle strand ongeveer met twee
lagen ontkleede lichamen bedekt.
's Morgens vroeg begint de intooht al.
Vader, moeder en kinderen trekken er ge
zamenlijk heen tegen de schuttingen, die
het bad omgeven, wordt een tentje opgcslagoD,
dat hoofdkwartier, oantine en magazijn der
familie is. Den ganschen Zondag brengt zjj
daar door, moeder in badpakje, vader en de
grootero kinderen in zwembroek en de kleinste
kleuters spiernaakt/ Na de families komt do
jeugd, gepaaci of in groepen. Snel loopt bot
strand vol. In de middaguren in hot zand
vrjjwel onzichtbaar geworden, bedekt als het
is door lichamen. Men stapt en strnikelt over
elkaar. In de kleino schaduw voor een tentje
slaapt een heele bendo klein grut, in elkaar
gewikkeld als pieren in een wurmbak. Maar
op het open strand maken d6 grooten het
niet veel anders. Van scheiding der ge
slachten is geen'sprake. Zolfs op groote af
standen gezien ziet het strand rozig van de
lichamou. Komt er veel beweging in de
massa's, na de slaapuren, dan moet men wel
aan sterk bevolkte oude kaas denken, zoo
wemelt het, boven vaa de heuvels gezieu,
dooreen. Nog lovendiger zjjn, van beneden
gezien, de hellingen. Boven op de heuvels
zjju pompen cn limonade-tentjes. Daar stroomt
de rozige menigte onophoudelijk heen, een
golven van menschenvleesch, waarin alleen
de badpakjes van vrouwen en meisjes een
andere kleur brengen. Deze badpakken be
staan uit het onmisbaar tricot. De Berljjnsche
vrouwen maken geen gehoim van hnr ronde
overdadigheid. Bad Wannsee zou bjj menig
vaderlandsch overheidspersoon de overweging
wekken of de zedeljjkheidswet niet met het
zwaard hierheen nitgebreid behoorde te
worden.
Voor de zedelijkheid is toch wel iets ge
daan. Vroeger moest ieder zich op het strand
uitkleeden, mannen en vrouwen. Schaam
achtige dames konden een paar badhand
doeken om zich heen laten houdendat was
alle bescherming tegen onbescheiden blikken.
Toen kon het niet anders, maar nu mag het
niet eens meer. Tegenwoordig zjjn er groote
tenten opgesteld, waar mannen en vrouwen
zich gescheiden moeten ontkleeden. Daar
wordt ook gratis het goed bewaard, ofschoon
velen dat liever in eigen beheer nemen,
/•■ndat or steeds gedraDg is aan de garde
robe. Wie echter zjjn goud afgeeft, en dat
zjjn verreweg de meesteD, krijgt een koperen
dien men aan een snoertje om den
Men kan geen heelen dag in hot water
doorbrengen, en daarom is hot zand de
hoofdzaak. Daar graaft men zich in, tiirt,
slaapt, cot, rookt, danst men. In alle hoeken
hoort men muziok. In een grooten kuil ligt
oen goed geschoold gemengd koor, met
cither-, gitaar- of harmonika-begeleidiug te
zingen. ElderB woer geeft een troep dilettant
acrobaten voorstellingen. Groote, dïchtge-
drongen kringen staan er om heen dat go
drang van naakte en halfnaakte lichamen is
luchtig en onfrisch tegeljjk. Up een door-de-
weekschen dag is dat alles anders. Dan is
het strand matig bezet door eon „beter"
publiek. Dan is er plaats voor openlucht
spelen en baden.
Op Zondag is het water langs het strand
natuurlijk volkomen «bezet". Iedere snelle
wending veroorzaakt eon botsing. Hot moge
op het strand vol zjjn, in hot water is het
even erg. Het moer staat stil in deze dagen;
met ontzetting moet men bedenken, hoe het
water er Zondagsavonds onder do microscoop
zou uitzion.
Toen ik gister, na een warmen tocht naar
Wannsee, thuis kwam stapte ik met innig
behagen in mjjn badkuip. Dat was wel geen
rivierbad, en er was ook niet voel ruimte,
maar na het geen ik gezieu had, was ik met
frischheid on ruimte meer dan tevreden.
En toen ik daarna een koude douche nam,
bedacht ik hoe goed die ook naderhand voor
de bezoekers van het tFreibad' zon zjjn...
De warmte.
De Manchester Guardian hooft tompera-
tuurmetingen laten verrichten onder verschil-
londo hoeden. De echte Panama won het met
78 graden. Onder andere strooien hoeden
FEUILLETON.
vrij bzwxbkt doob Amo.
27)
Bljjendal trad op haar toe.
Als u het veroorlooft, wil ik u een eindje
vergezellen. Ik ken het bosch aan deze zjjde
nog niet en heb gehoord, dat het daar bij
zonder mooi moet zjjn."
„Dan gaan wjj ook mee", zeide Rosa vlag,
«dat wordt eon mooi uitstapje", en zjj drong
zich naast Bljjendal, dio op haar gezelschap
niets gesteld was, vooral nu niet.
Daar hjj naast Lena bleef loopen, moest
Rosa als derde in de rjj gaan. Dit viel
haar des te pjjnljjker, daar zjj vermeed, het
woord tot Lena te richten. Vandaag had zjj
haar zelfs geen grofheid gegund.
De volontair deed intusschen alle moeite
Rosa op aangename wjjze bozig te houden,
doch zjjn streven vond weinig waardeering.
Nu was men aan den rand van het bosch
De Schepper
anders te laat
na zyn ge-
om terug te keeren, daar het
.t voor het avondeten
Over Blyendal's gelaat vloog een schaduw.
Mot stille vreugde bemerkte Lena, dat hem
deze waarschuwing van den volontair zeer
ongelegen kwam. Over de zoo geroemde
schoonheid van het bosch had hjj tot nu toe
geen woord gezegd.
Tot afsoheid gaven zjj elkaar de hand.
Hjj wilde iets zeggen, maar de tegenwoor
digheid der anderen hield hem daarvan terug.
Hjj vergenoegde zich Lena met een vreem
den blik aan te zien en te zeggen,Tot
weerziens."
„Tot weerziens", herhaalde Lena zacht.
Deze twee onboteekenende woorden! Zo
waren voldoende, om Lena gelukkig le
maken, zoo gelukkig,- dat ze bij het afscheid
nemen der anderen in het geheel Diet op
merkte, met welke vijandige blikken Rosa
efl de volontair haar beschouwden.
Bjj het afleggen van den korten afstand,
die haar nog scheidde van Eikenrode, hield
zjj Adolf bjj de hand vast. Zjj had den
knaap harteljjk lief, maar hoe lief, werd
haar eerst recht duidelijk, toen deze haar
bekende: «Zeg eens, tante, dien meneer
Bljjendal mag ik graag, hjj is een lief heer."
Er verliepen votsoheideno dagen - maar
Blyendal kwam niet naar Eikenrode. Lena
had bjj zich zelve muurvast op zjjn komst
gerekend. En hjj kwam maar niet
Eindeljjk zeide Emma eens zoo ter
loops dat hjj onlangs bjj oom was geweest
en bjj dezo gelegenheid afscheid had ge
nomen, daar hjj oog eenige aangelegenheden
moest regelen.
„Op Eikenrode moet ik de complimenten
doen", voegde zo er bjj. «Een aaDgenaam
man, die Bljjendal. Het komt mjj voor, alsof
hjj op Henvelheim twist heeft gehad. Hjj
scheen niet in zjjn humeur en dat hjj zjjn
vertrek vervroegde, ia opvallend. Jafirouw
Van Ooyon en de volontair behooren ook
tot die menschen, die iemand hot leven
kunnen vergallen."
Lena was bleek geworden. Zjj vermoedde
den grond van Bljjendal's slechte stemming
wel: de wraakzuchtige Schepper eu de ver
wende Rosa hadden Lena door het gil van
den laster onschadelijk zoeken to maken.
Door Lena's ziel ging een bitter gevoel.
Niet, omdat die menschen op haar geschimpt,
haar belasterd hadden, maar omdat Bljjen
dal geloof aan hun woorden had geslagen.
Met geweld moest zjj dezo meening haar hart
opdringon om de liefde voor Bljjendal to
dooden.
Mevrouw Van Ameyde zag het worstelen
van haar jeugdig hart, maar zeide niets. Zjj
omsloot hot jonge meisje met haar weeke
armen en lei haar wang tegen die van de
treurende, om haar te troosten. Zjj bogreep
wel, dat woorden hier niet konden baten.
En meerouw wist nog een middel om
Lena op te beuren, een groot werk, dat haar
hart en geest in beslag zon nemen. Onder
voorwendsel dat geen geljjkend portret
van Adolf bezat, vroeg ^j Lena den knaap
te schilderen. En toen Lona twijfelde, of
haar bekwaamheid zoover wel giDg, wiBt
zjj haar zoo aanmoedigend toe te spreken,
dat Lena ten slotte moedor en zoon te zamen
op een groote schilderij wilde brengen.
Na voel moeite en inspanning, was haar
dit ook gelukt. Met geoefondeu blik zag zjj,
dat ze wel geen kunstwerk had gewrocht,
maar toch zou het een onpartijdig beoor-
deelaar zeker bevallen.
Emma was iDtusschen weer vertrokken en
onderhield met Lena een drukke briefwisseling.
,Ik heb onlangs een heel prettigen avood
bjj de familie Holmers doorgebracht", schreef
zjj eens. «Grota zit tot over de ooren in
de zorgen voor haar uitzet, daar het huwe
lijk in het begin van hot volgend jaar
zal plaats vinden. De beide jongelieden
vormen samen eon gelukkig bruidspaar.
Wat is de liefde toch eigenaardig, wat
weet ze de menschen te verandortm, niet
alleen lnnorljjk, ook uiterljjk. Uit de minder
bevallige onderwijzeres heeft ze eon wer-
keljjk aardig moisje gevormd, van wie
men nu eerst merkt, dat het jong en be
minnelijk is. Daar ik door moeder Natuur
helaas niet vrjjgevig bedacht bon, heb ik
er al eens over nagedacht, of ik hef, om
mjju uiterljjk te verfraaien, ook niet eens
maar met de liefde zal probeoron. Natuur
lijk alleen nit jjdelheid.
Doch scherts terzijde. Ik moet je do
groeten doen. Weet je van wien Van je
ridder van den Hoezenborg, van mjjnlieur
Bljjendal, die met zjjn moeder ook bjj
Helmers was. Ik zat naast hem, wjj hebben
ons bost vermaakt. Voorloopig gaat Bljjen
dal niet meer naar Heuvolheimhjj heeft
er ook geen reden voor, daar is alles
gerégeld en hy aanvaardt het landgoed
eerst later."
,Hjj heeft er ook geen reden voor!" her
haalde Lena zacht, terwjjl ze de hand op
het hart logde. Ze ging naar Adolf, die
aan zjjn tafeltjo zat, bezig met vlochten voor
Kerstgeschenken, en kuste don lieven knaap.
Zoo wilde zjj ook doenaan andoren vrougde
bereiden en zich zeiven vergeten.
ACHTTIENDE HOOFDSTUK.
Onder allerlei geheimzinnige voorbereid
selen kwam het Korstfeest.
Adolf had met den baron een prachtigen
denneboom uitgezocht, dien do knaap later
met Lena versierde. Mevrouw en Lena had
den nog veel te doen. De korfjes met warme
kleedingstofien, eetwaren on noten moesten
nog gevold worden, want mevrouw placht
was hot 8082 gradoD, onder een witten
vilten hoed 86, onder een hoogen hoed 89,
onder een pothoed 92, onder een lakensche
pet 94, onder den helm van een politie-agent
97 en onder eeu automobiel-pet 98 graden
Fahrenheit.
Door een wesp gestoken.
Te Bournemouth is het ljjk geschouwd
van een tuinmaci, die terwjjl hjj aan het werk
was door een wesp in de lip gesto
ken was. De gezworenen bevonden, dat de
dood te wijten was aau longontsteking, die
veroorzaakt was door bloedvergiftiging als
gevolg van den steek.
Verbod tegen hoedenspelden.
Te Weenen, zoo schrjjft de correspondent
van de „N. RotL Ct." aldaar is een verbod
uitgevaardigd volgens hetwelk dames met
lange hoedenspelden niet in de tram mogen
of er moeten dopjes aan de punten zjjn. Een
zeer verstandige maatregel daar reeds vele
ougelukkeu zjjn voorgekomen.
Een uit louter bescheidenheid nooit op den
voorgrond tredend Kamerlid bevindt zich met
vacantio in zjjn kiesdistrict in een van onze
zuidoljjke provincies. Er zjjn een paar vau
zjjn invloodrjjke kiezers, die do politiek met
hom bespreken cn hem in den loop van het
gesprek hun zachten wenk niet meenen te
mogen onthonden, dat zjj zjjn naam nooit
bjj de Kamerverslagen in de dagbladen lezen.
Daartegen protesteert het Kamerlid natuurljjk
«Er gaat bjjaa geen zittiog voorbjj, of
er staat in do verslagen te lezen rbeweging",
verontwaardiging", „vrooljjkheid rechts";
welnu, dat ben ik steeds I"
INBEZONOEH.
Geachte Redactie I
Vergun ons s.v.p. oen plaatsjein Uw blad
voor een wederwoord op het stukje, onder
teekend S. in bet nummer van 20 Juli. j.1,
Wjj zullen het hierin hebben over uniforme
soldij-regeling en de hooding, door de torpe
domakers daar tegenover aan te nemon of
schoon wjj overtuigd ziju, dat eoue verdedi
ging van ons standpunt tegenover Marine-
Autoriteiten niet noodig is.
Wjj moeten constateeren, dat 8. en sjj,
die dat stukje voor hunne verantwoording
namen, niet verder keken, dan hun neos
lang is.
Zy zeggen o.a.geen van ons kan in zjjn
werkkring aan boord gemist worden.
Dit geldt echter vau hoog tot laag, van
don scheepsjongen tot den commandant, en
is dus geon reden voor geljjke salarieëring.
Eu mocht het al een reden zjjn, dan ge-
looven we niet, dat juist bjj de Marine met
zulk eene regeling moet worden begonnen.
Willen wjj ons dus bjj de werkelijkheid
houden, en eens kjjken, wat er zoo om ons
heeu gebeurt, en gaan we dan, om een spre
kend beeld voor ons te nemen eens kjjken
naar de diamantbewerkers, temeer, daar dezo,
hoe ook in salaris uiteonloopend, zoo praobtig
georganiseerd zjjn.
We treffen dan aan: kloorers, seyders,
zagers, sljjpors, verstellers, en misschien nog
meer.
We kunnen nagaan, dat geen van die
categorieën bjj de bewerking van diamant
gemist kan worden. Ook kunnen zjj elkaar
niet vervangen. En toch loopen de loonen
zoo heel veel uiteen, eu misschien met minder
recht dan bjj do Marine.
Het verschil schnilt ia de opleiding van
kinds-af-aan on hangt daarom ook voor een
groot deel af van don wolstand der ouders,
om eene opleiding te kunnen betalen, of wat
hetzelfde bljjft, hun kind zoo lang te kunnen
onderhouden, tot het voor zich zeiven zorgen
kan.
Dat uu is bjj ons, en iu de geheele maat
schappij, precies zoo.
Do betrekking, die men bekleeden kandoor
meerdere of mindere ontwikkeling, of door
vakkenois, is meestal een graadmeter voor
den welstand der ouders.
De onderofficieren nu, die uniforme soldjj-
ngSiog voorstaan, zjjn over 't algemeen mot
13- k 14-jarigen leeftjjd in dienst gekomen,
en de Marine heeft hen verder geheel „op
gevoed".
De torpedomakers kunnen op 21-jarigen
leeftjjd in dienst bomen, vóór dien tjjd door
liepen vele van hen eene ambachtsschool en
gingen toen voor eene luttele verdienste,
soms zelfs geheel zonder loon, op eene
fabriek of werkplaats werken, om daar liuu
vak te leeren, tot zy het grondig kenden.
Toen zjj met hunne vakkennis in dienst
kwamen, werden zjj daarvoor betaald,
en voor niets meer.
De kennis, welke zjj verder als torpedo
maker moeten bezitten, moeten zjj zich manr
zien te verschaffen, door eigen oefening
en eigen studie want opleiding
wordt niet gegeven.
En wanneer S. er nu op gesteld is, eens
te weten, wie torpedomaker worden (syu
schrjjven bewjjst dat hjj 't nu u i e t weot),
dan noodigen wjj hem pit, eens een bezoek te
brengen aan het Algemeen Telinis voor
Militairen, Kanaalweg, misschien dat mou
hom daar wel eens een staaltje zal willen
vertellen.
Opleiding geniet een enkeling, die door
zjjnen jjver en zjjne bekwaamheid bjj de
matrozenopleidiug het voorrecht geniet, torpo-
makor te mogen worden (dat is heel iets
anders, dan wat S. voorstelt mot zjjne oploi-
ding voor torpedomakor).
Maar zoo is het een enkeling ook wel eens
vergund machinist te worden. Is dat voor
S. een reden het salaris van eenen machinist
te eischen
Wat S. sohrjjft over verwaandheid en leef
wijze, onderling vertrouwen en kameraad
schap, ook van ons torpedomukors, dóór gaan
wjj niet op in, zulk eene bestrijding is onc
wat te kleinzielig.
Alleen ditiemand, die wat hooger be-
soldigd wórdt, zal ook ruimer kunnen leven.
Wat hen betreft, dio den dienst verlieten,
hetzjj met paspoort, ketzjj met ponsioen, ou
der hen zjjn velen, die een goede betrekking
kregen.
Voor de gepensionneerden is het colitor
moeiljjk, uiterst moeiljjk eene passonde be
trekking te vinden (en dat weet S. ook wel).
Ze zjjn het fabrieksleven uit, al sedert jaren,
en de werkwijze bjj de Marine is veel anders.
Bovendien, wanneer men tegen de 50 jaren
loopt, is een fabriek niet zoo willig, iemand
iu dienst te nemen, daar heeft men liever
jongere werkkrachten.
Meestal ondervindt men ai moeite na 35-
jarigen leef tjjd geplaatst te worden, ook met
het oog op fabrieks- en ziekenfondsen.
Daar weet S. natuurlijk allemaal
niets v a n, en daarom nemen wjj het hem
ook niet eoo kwaljjk, als bjj ons het verwjjt
maakt, dat wjj moeiljjk werk kunnen vinden
na pensionneering.
Maar hjj bad rnoeteu begrjjpen, dat iemand
zelfs eene voor hem mindorwaardige
betrekking aanneemt, wanneer zjjn pen
sioen, vooral ook in verhouding tot zjjn ge
noten tractement, te klein bljjkt om vau te
leven, en dat er bovendien nog andere rede
nen kunnen zjjn, die alleen de betrok
ken persoon kan beoordeeleD, en waar
over dos niet te disousseeren valt.
Eohter is het zeer min om in eene alge
meene aotie particuliere zaken te behandelen,
iets wat eenen onderofficier zeker niet tot
eer strekt.
Nu nog iets over de soldjj-regeling.
Het komt ons voor, dat het verlangen
naar zulk eene regeling niet is eene kwestie
van principe, maar van tactiek en nog wel
van eene niet al te verhevene tactiek.
S. en degenen, die met hem instemmen,
weten wel, dat het zeer moeiljjk is, eene
tractementsverhooging te krjjgen, die hen
werkeljjk een stuk vooruitbrengt. Wanneer
eohter allen gelyk werden bezoldigd met
de hoogst gesalarië orden, kwamen zjj oen
Hink stuk vooruit, misschien meer, dan in
verschillende tractemeutsverhoogingen voor
hén le verkrjjgen zon zjjn.
We gnnnen hnn soo'n sprong van harte,
maar protesteeren er togen, dat zjj torpedo-
makers en anderen als stroohalm gebruiken
om zich aan vast te grjjpen en onB zoodoen
de kans benemen, zelf voor verhooging van
traotement te kunnen {jveren.
Zoo besohonwd, kunnen wjj het verwjjt
van S. aan ons adres, van hebzucht, gerust
terugslingeren en de heele kwestie verder
beschouwen als een bljjk van wangunst vau
S. en van degenen, namens wie hjj spreekt.
To meer, daar niet w jj bljjken geven even
veel te willen hebben als anderoD, maar
juist de aanhangers van de uni
forme soldjj-regeling.
En aangezien deze .kwestio, zooals m
wordt voorgesteld door S. tameljjk onsmake
ljjk is, hopen wjj, niet meer genoodzaakt to
worden hier verder over te polemiseoren.
U dankend' voor de plaatsrnimte, myoheer
de Redacteur.
Namens vele Torpedomakers,
W. V. T.
elko arme familie in hot dorp wat te sohenken.
Adolf liep rond mot een grooten zak vol
noten en telde eeu zeker aantal in elk korfje.
Van inspanning had lijj vuurroode wangen;
hjj babbelde daarbij voortdurend en had
zich daardoor reeds vaak vergist. En telkens
als dit gebeurde, had hjj uit vrees er te
weinig te hebben gegeven, er nog een hand
vol bjj gedaan. Zoo was de zak spoodig
leeg geworden.
Mevrouw lachie.
Dan heb je ook niet goed geteld, Adolf.
Is elk korfje met noten voorzien Mooi.
Dan is er niets vóór jou over."
„Al krjjg ik uiets, dat hindert niemen
dal", verklaarde Adolf. «Ik heb nog appels
en peperkoeken genoeg."
Lena kon niet nalaten onder haar drukke
bezigheden den knaap te kuBsen.
Het uur dor uitreiking van alle geschonken
brak aan. Evenals alle jaren was ook de
baron gekomen. Wel brommend en moppe
rend, maar toch in die stemming, zooals
mevrouw verlangde.
Lena had een teeken met do bel gegeven
en haastte zioh mevrouw naar de groute
zaal te brengen. De baron trad binnen met
Adolf aan de hand on de overige huis-
geuooten volgden.
Daar viel de blik van den baron op eon
sohilderjj midden in het vertrek ge-
daar, uit een breede gonden ljjst
koken ze hem aan, moeder en zoon, met
die trouw en vriondschap, waardoor zich
beiden kenmerkten. Daar zat mevrouw in
het wit gekleed, in haar mooie oogen die
goedige uitdrukking, om den mond het ge
wone lieve glimlachje. En achter haar, zioh
een weinig tot haar overbuigend, stond
Adolf in zjjn blauw pakje en sjjn sprekende
blik scheen te zeggen: Wjj hooren bjj el
kaar, mjjn moedertje en ik.
Mot ingehouden adem had Lena den baron
gade geslagen, om den indrnk te zien, dien
de sohildery op hem zou maken. Ze kon
tevreden zjjn. Hjj was ontroerd en even
als altyd, als hjj sjjn ontroering trachtte te
verbergen, snoof en wreef hjj met zjjn zak-
lo.k Log. >|j. pluL HU zeide niets. Plot
seling nam hjj den knaap in zjjn armen,
streelde en iiefkoosde hom; eindeljjk vond
hjj een woord: »Mjjn Adolf 1"
„Dat is knap gedaau, juffrouw Lona!"
verklaarde hjj vervolgens. «Ik had niet ge
dacht, dat jonge dames zooiets konden maken."
Lena glimlachte. Gaarne had zjj een dieper
oordeel van den oude gewenscht, maar daar
toe whb hjj niet te krjjgen.
„Zeer prachtig! Sprekend!" zeide hjj
eenige malen.
Na werd Lena naar haar plaats gebracht,
en een uitroep van verrassing ontglipte haar
mond. Mevrouw had haar rjjkeljjk met ullor-
lei fraaie geschenken bedacht, een volledige
uitzet lag voor haar. Adolf had eeu doosje
voor haar gesneden en de baron sohonk
haar een mooi, met koper beslagen boek.
Van verbazing en vreugde sloeg ze de handen
ineen.
«Ach, liefste", xeide ze en sloot haar
moederlijke vriendin in de armen. „Hoe zul
ik je danken
En wat heb je voor mjj niet gedaan?"
zei mevrouw. «Ia die sohildery niet meer
waard, Leent je?"
Lena lachte overmoedig.
O, die heb ik gemaakt in opdracht van
mjju meesteres, die bovendien nog de kosten
voor linnen en verf heeft gedragen."
(Wordt vervolgd).