KLEINE COURANT 't Vliegend Blaadje woor Heldor, Texel, Wieringen en Anna Paulowna. GEWROKEN. Mo. 4138. Zaterdag 5 Ootober 1912. 40ste Jaargang. (Voor het buitenlaad bi) vooroitbetnling.1 Advertentie* tui t tot 5 regelt (bij Tooroitbo taling) 30 cent. Elke regel meer6 Bcwqi-exenopliar 24 Vignetten ea groote lettert worden naar plaaUrnimte berekend Intsro.- Telefoon BO. (ferwhpt Dinsdag- en Vrijdagmiddag. Uitgeven C. DE BOER Je. (*.,1). berkhout Co.), Helder. Bur Eerste Blad. UIT HET BUITENLAHD. De oorlog op bet Balkansohiereiland ia op hot oogenblik dat we dit schrijven nog niet uitgebroken. Maar, nietwaar, de vorm van dezen zin zegt genoeg dat het er op 't oogenblik aller- critiokst voorstaat. De opwinding aan de beurzen en banken is in dat opzicht een vertrouwbare gids bij het aflezen van den politieken barometer. De opwinding is eveneens groot bij de groote diplomatie, bij de groote bladen en by de volken die oorlog willen voeren. De Ber- lijnsche beurs en die van Weenen blijven onrust toonen, de laatste dagen niettegen- s:aande officieus in Berlijn word medegedeeld //dat het te bojammeren was dat de Duitsche beurzen tegenover den stellig ernstigen toe stand niet die kalmteen dat overleg getoond hebben dat men verwachten mocht." En dan v/ordt verder verklaard dat de Russische minister Sasanoi toch naar Berlijn komt om met de Duitsche staatslieden te confereeren en dat niet to twijfelen is of die ontmoeting zal gunBtig zjjn voor de mogendheden om den evcntueelen oorlog te localiseeron. In gezaghebbende kringen te Berlijn meent men dat een oorlog wel niet te vermijden zal zijn, doch dat het niet moeilijk zal zijn den oorlog tot het schiereiland zelve te beperken. Nu, 't ziet er in do Balkanstaten op 't oogenblik al uit of 't oorlog is. Het Ser vische en Bulgaarsche leger en ook dat van Montenegro en het Grieksche is gemobiliseerd en Turkijo kon dus niet anders doen dan ook mobiliseeren. Turkije heeft geen agres sieve (aanvallende) bedoelingen, laat het den mogendheden weten, maar ;t kan in de tegen woordige omstandigheden niet anders doen. B(j voorbaat schoof het al de gevolgen van mogelijke gebeurlijkheden van de schouders. Ojslenrjjk-Hongarije, dat zoo dicht by het aanstaande vechtkamp ligt, moet ook mobili seeren en Rusland't waren daar maar proefmanoenvres, werd bericht. Doch men verdenkt Rusland, dat het niet ongaarne het uitbreken van een oorlog zou zien. Vanwaar anders dio eensgezindheid tusscben Servië, Bulgarije, Montenegro en Griekenland om samen tegen den Turk op te trekken, als Rusland daar niet achter zat. Een paar der staten moeten immers Rusland geheel naar de oogen zien. Er is dus gemobiliseerd. De troepen zijn op 't oorlogspad en er behoeft maar hier of daar iets te gebouren of do vlammen slaan uit. Vijandelijkheden aan de grenzen sjjn nog niet voorgekomen en geen vreemde troepen hebben nog de grenzen overschreden, zei de Turksche minister van buitenlandscbe zaken Dinsdag na den gehouden ministerraad. Hjj bad nog hoop dat een oorlog sou kunnen vermeden worden. De eisch van Servië, den doorvoer van oorlogsmateriaal door Turkjje toe te laten, is afgewezen. Turkjjo heeft besloten alle Griek sche schepen iu do Turksche wateren aan te houden en ze te requireoren tot het vervoer van troepen. Onmiddellijk heeft de Grieksche gezant te Konstantinopel aan de Porte een nota overhandigd, waarin geprotesteerd wordt tegen dien maatregel. De koning van Griekenland, die te Kopen hagen op bozoek was, is onverwijld naar zijn land teruggekeerd. De stemming is het meest oorlogszuchtig in Bulgarije. De regeering heeft daar reeds den staat van beleg afge kondigd voor het geheele land. Dat land wil vast zy'n gereorganiseerd legerkorps, dat hen zooveel gekost heeft, eens aan 't werk zien. 't Beschikt over 250 tot 300,000 man. Servië kan 800,000, Griekenland 100,000 en Monte negro 50,000 man in het strijdperk brengen. Zal Turkije zjjn man kunnen staan De Dnitscko veldmaarschalk Van der Goltz-pacha, de oud-instructeur van het Turk- scho leger, meent van wel. Men gelooft dat de thans oproerige Arnauten in geval van oorlog onmiddellijk hun veeten zullen laten rusten en mee optrekken aLs goede Turken tegen den gezamenljjken vijand. Op de Bulgaarsche en Servische spoorwegen is het vervoer van goederen gostaakt, daar beide Staten al het rollende materieel noodig hebben voor het vervoer van troepen. Op Kreta is men vol hoop op den oorlog. Daar wordt do annexatie van het eiland door Griekenland nu algemeen verwacht. De diplomaten uiten als hunne meening dat de oorlog nog kan worden voorkomen. Misschien dat do Enropeesche grootstaten nog iets vinden, maar gezien hun weinige eensgezindheid oftewel tegenstrijdige belangen, is de verwachtiog daarop niet to sterk te spannen. (Zie verder Tweede Blad.) NIEUWSBERICHTEN. HELDER, 4 October. Naar van hier aan //Het Volk" wordt gemeld, hebben j.1. Zondag op nitnoodiging van den Bond vau Minder Marine-personeel de hoofdbesturen der voornaamste militaire vakvereenigingen van zee- en landmacht vergaderd ter bespreking van een eventueele actie ter verkrijging van een democratisch tucbtsteleel. Met algemeone stemmen werd uitgesproken, dat het militaire tuchtrecht niet meer onverkort in handen van één man (den kommandaut) moet zijn, maar dat er daarnaast moeten komen op ieder schip en in ieder garnizoen raden van tucht. Bjj K. B. is aan mej. J. W. Lonws, wed. van den broeder ia de orde van den Ned. Leeuw T. Suk, Velseroord, met ing. van 14 Mei oen toelage verleend van f 100 jaara. De nieuwe vice-admiraal. Bevorderd tot vice-admiraal de schout bjj nacht G. F. Ty de man, directeur en com mandant der Marine te Amsterdam. Ter vervanging van nu wjjlen vice-admiraal Hoekwater als lid der Staatscommissie voor de verdediging van Ned.-Iadië wordt genoemd de nieuwbenoemde vice-admiraal Ty d e m a n. Het koopvaardijschip op de marine-werf. Nadat verschillende voorbereidende werk- amheden, in verband met den bouw van de petroleum-tankboot op de marinewerf verricht zjjn, is dezer dagen een gedeelte van de kiel op de groote belling gelegd, welke na het van stapel loopen der twee pantser- booten vry was gekomen. Naar men weet wordt dit schip voor reke ning van de Nederlandsche Scheepbouw werf voor de ,Anglo-Saxou Petroleum Company" op de marine-werf gebouwd, onder leiding van den ingenieur C. Penning. In Mei van het volgend jaar zal het schip te water loopen. De werkzaamheden zyn tot dusver zeer vlot gegaan. De zaak van Eijk. Voor de 4e kamer zal, geljjk reeds ver meld werd, op 17 Oct. dienen de zaak tegen •♦in gewezen commissionair in effecten D. v. ijk destijds naar Amerika gevlucht, doch uitgeleverd en thans in voorloopige bewaring. Bond voor Staatepeneionneering. De Bond voor Staatspensionneering met zyn tienduizenden leden heeft, zooals bekend is, op zyn laatste, to Leeuwarden gehouden, jaarvergadering besloten in het volgend jaar krachtig aan de practische politiek to gaan doenzonder onderscheid te maken in de politieke overtuiging der Kamercandidaten met alle mogelyke en wettelyke middelen alleen hen te steunen, die zich voor Staats pensionneering verklaren en daarvoor een fonds te vormen. Dinsdagmiddag is te Amsterdam door het Hoofdbestuur de commissie van actie, waar aan de betrekkelijke werkzaamheden worden opgedragen, geïnstalleerd. De commissie be staat uit mevr. Le Grand—Goudschaal te Rotterdam, en uit de heeren C. Bakker te Amsterdam, H. J. Hagelen te Arnhem, B. Kanis te Amsterdam, J. Keur te Leeuwarden, C. van der Velde le Rotterdam en als contact met het Hoofdbestuur de heer A. Voorbrood te Arnhem, algemeen secretaris van den Bond. Vliegen. Van Londen naar Indië. De Maharadja van Bikanir, die van Jodphur en de Begum van Bhopal hebben zeer aan zienlijke bedragen aangeboden als prjjzen voor een vliegwedstrijd van Londen naar Indië. Een afstand van niet minder dan 7725 K.M. Is de vrouw de mindere van den man. Sinds eenigen tyd weigeren meer en meer bruiden in Engeland en Amerika by haar huwelyk te verklaren, dat ze haar man enl- len gehoorzamen. Nu heeft dit Vrydag in New-York plaats gegrepen. Mis Elizabeth Blauvelt, die met den heer Morris Holmes, een rjjken bankier uit BoBton, voor den predikant stond, in de prachtig versierde kerk, zeide, toen de dienst begon, zachtkens tot den geutolgke: «wilt ge het woord gehoorzamen weglaten?" Haar bruidegom, die dit hoorde, zeide dadelyk: «Zeer zeker niet, dat woord mag niet weggelaten wor den." Do bruid weigerde al weeDend een be lofte af te leggen die met haar overtuiging streed, waarop de heer Holmes zeide(/Ik wil geen vrouw trouwen die niet belooft my te gehoorzamen. Ik eisch dat mjjn vrouw eiken wensch van my gehoorzamen zal. (I insiet on my wife obeying every wish of mine.)" De bruid Bmeekte al weenend haar brui gom niet te volharden by dien eisch, welke met haar vrouwelyke waardigheid streed, maar by volhardde en beiden namen af scheid van elkaar en gingen in afzonderlijke rijtuigen naar huis. Presidents verkiezing in Amerika Er hangt voor de Amerikanen natuurlijk zeer veel van af, wie er by de komende verkiezingen als President uit de bus komt. Onder de mcest-geïnteresseerden is het snoe zige onderwijzeres je KatherinoHenry to South Norwalk in Connecticnt. Wordt Roosevelt gekozen, dan zal juffr. Henry den heelen winter door regen of goen regen, sneeuw of geen sneeuw, weer of geen weer bui tenshuis geen andere voetbekleedicg dragen dan lage witte schoentjes met witte, open gewerkte kousen. Parfum en karakter. Zeg mij wie uw vrienden zyn en ik zal u zeggen wie gy zyt. Zeg my wolke uw ver maken zijn zeg my welke boeken gy leestzie hier altemaal varianten op deze spreuk. Een gansch nieuwe, een gansch onver wachte variatie komt daar nn uit Parys. Daar in de ville lumière woont een reuk waterfabrikant, die een belangrijk artikel geschreven heeft, een belangrijk zegt nog niot genoog diep indrukwekkend artikel dat getiteld is//Parfnm en karakter". Zeg hem welk parfum gy gebruikt en de fabri kant zal u zeggen wie gij zyt. Geef hem uw zakdoek en onze reukwaterman zal altijd wanneer de zakdoek geparfumeerd is er uw karakterhoedanigheden uit kunnen opmaken. De vrouw die Jockey-club op haar zak doek heeft, is een vrooljjke, bijna lichtzinnige persoon, die alles van den besten kant neemt. Zy is slim eu aangenaam in den omgang. Rozenessence is do lievelingslucht van elegante wereldvrouwen, van vrouwen die van luxe honden, verkwistend zyn. Deze rozengeur beminnende vrouwen verliezen zes keer per dag hun kostbare kanten zakdoeken en maken rekeningen by den juwelier die bun echtgenooten het angstzweet doen uit breken. Gelukkig de man die een, aan Lavendel water de voorkeur gevende vrouw, te ver overen weet. Want de bescheiden, gemoede lijke atmosfeer van ODze overgrootouders omringt de Lavendel-lievende vrouw. De liefhebster van dit Biedermeier-parfnm is bescheiden en trouw, stil en goedig, geenszins passieloos, doch wel zichzelf meester, onder alle omstandigheden. Wee hem echter die zyn lot verbindt aan dat eener vrouw, welko zich met sterke Indische parfums bedwelmt. Dat zyn demo nische, woest-hartstochtelljke naturen, die voor de misdaad niet terugschrikken. Er was laatst een moord gebeurd. Het slachtoffer, een jonge man, had aan zyn kleeren de lucht van het Phul-Nana, een zeer sterk Indisch reukwater. En toen men nn bemerkte dat de minnares van den vermoorde altoos deze odeur gebruikte, werd zy gearresteerd en zy bekende haar misdaad. (Wie het niet gelooven wil moet maar eens by het bnreau van den Veiligheidsdienst te Parys gaan informecren.) Geheel eigenaardig geven excentrieke, nuttige vrouwen de voorkeur aan viooltjes- lucht. Het brscheiden, sierlyke bloempje be mind by wufte, alles behalve degelijkheid beminnende vrouwen I Vrouwen met artistieke neigingen ge bruiken uitsluitend //White Rosé". Het parfum van de moderne vrouw is Frangipani. De vrouw, die dit parfum op haar zakdoek heeft, is zoo verklaart de fabrikant gevaarlijk voor haar vriendin nen trouwens ook vrouwen die op geen stukken na weten wat Frangipani is zyn dat vaak flirt graag, rookt graag, gedraagt zich onvrouwelijk, leest by voorkeur, die boeken, welke men gaarne zelfs uit de hu zaren-kazerne weren zou. En eindelijk zyn er goede huisvrouwen, van zenuwen gezonde vrouwen, van karakter godistiDgeerde vrouwen die heelemaal goen parfum gebruiken. Amerikaansche trein-overval. Do twee zaken-vrienden zitten in den Pollman-car, die door de gemaskerde trein- roovers wordt geplunderd. Mot de revolver onder den neus worden de reizigers uitge- noodigd hnn zakken te ledigeD. Als het de beurt ie aan een van de twee vrienden, haalt hy zyn bundeltje bankpapier te voor schijn, schuift het onder de oogon van den roover naar zyn zaken-vriend toe, en zegt „Mag ik je by deze gelegenheid onze oude schuld afbetalen ik had je allang willon voldoen, maar de geschikte hoid ontbrak me." DIT DE HBLDERSGHS SAMENLEVING. Door P. N. v. R. I. Kolenzoekers. Guur was 't dien morgen. Regen en wind maakten de lucht grauw en zwaar. Langs de gevels van de huizen dropen treurig, troosteloos de waterstralen en in de straten was het glibberig, nat en vuil. Langzaam bromde de klok van de Westerkerk zes slagen, een mat en dof gelnid, als hing het zwaar in de nedervallende regendroppels. Geen levende ziel was by den weg. Alleen zwerfde een enkele arme, ellendige hond, zonder thuiskomen, over het modderig jaag pad tusschen de boomen aan de Kerkgracht, druipend en vuil, hongerig snuffelend naar een weggeworpen been of aardappel, 't Is nog doodstil aan de Laan waarlangs onze weg leidt naar de achterbuurten dezer plaats. Door een aantal steegjes en slobjes, die men in deze oude Heldersche buurt onge woon veel aantreft, komen we by een arme lijke huizenrij met tegen elkaar gezakte uit geteerde geveltjes, dreigend te vallen in de duisternis, gedrukt door de zware lood-grjjze wolken, die over de dakenruïoen jachten. Eén dezer woningen horinnert aan het jaar 1811, den tyd toen de Smidstraat het aller eerst in aanmerking kwam om van plaveisel voorzien te worden en de enkele lage hokjes met onder- en bovendeur en houton topgevol hjer en daar gebouwd waren. Niets is er st^u dien groengeschilderdon voorkant ver anderd. Alleen de kleine in lood gevatte rniljes van voorheen zyn eenigszins naar den eisch der tyden veranderd en vervangen door een wat grooter soort. Destijds kon de zon slechts luttel in die ééne groote kamer schynen. En nn 't Zal niet beter zyn. Het glas, vies on vettig, is van boven met ruw, ondoorschijnend zakkenpapier beplakt om do geachenrdo stukken en brokken by elkaar te houden, en beneden voor het gammele dikke gordijntje zitten ook al wat reepjes van een verschoten krant tegen de gaatjes en barsten. Neen, hier straalt overdag nog minder licht dan weleer. Geleund tegen een nog solied perceeltje, hoekig en brokkeHg als de steenen op een kerkhof, maakte het afgeleefde krot een bedroevenden indruk. En daarbinnen In het ruime, schamele vertrek, lioht-groen van tint, heerscht bjjna nog een volslagen duisternis. Alles is er kil en koud. De voorwerpen, dio bezwaarlijk op den naam //ameublement" aanspraak knnnen maken, de rommeHge dingen dommelen weg in één mistiger, vaalgrauwen toon. Nog klinkt er het gesnurk van een klein gezin. Maar aan stonds komt in een donkere bedstee eenige beweging en het is een vronw die ontwaakt, zich haastig opricht en met haar vuurrood gezicht in 't schijnsel van een nachtlichtje staart, waar kort by een goedkoop wekkertje staat te tikken. Zy rekt zich geeuwend de leden, werpt de dnnne, voddige dekens van zich en stapt ving van de harde, hooge stroomatrassen, om een oogenblik later op neergetrapte manspantofiels naar een houten ledikant in den hoek te sloffen, waar twee jongens bjjeen slapen, misschien droomen van mooie winkels met allerlei speelgoed. Als zy tier, twintigmaal heeft geroepen, wordt het gore dekkleed njjdig weggetrokken en een tooneel van geweld volgt. In dolle drift grijpt het wijf den oudsten knaap by de boenen en sleurt hem naar voren. Zoodra deze met lodderigen blik, met bloote voeten goed en wel op den killen vloer waggelt, krjjgt de andere een beurt, die, met het hoofd op de knieën, zich tot een bal ineen kromt. Onbarmhartig wordt het ventje in zyn weg gedoken hoading gestoord en op het moment dat hy met de kleine knuisten woest van zich af wil elaaD, wordt hem een klinkende oorveeg gegeven, zoodat het kind dadelijk klaar wakker is en luidkeels begint te schreeuwen. //Wat ie dht? Mondhouwen, hèlEn ganwl Hebben jullie nog niet genoeg geslapen. Allo, er uit, zeg ik je, d'r nitl Kleeren an en naar 't Hoofd om kolen te zoeken. Nog te vroeg Hindert niet. Eer jelui er bent, is het net tyd datte ze beginnen, en zoo niet, dan wachten je maar zoolang. En denk er om, denk er om dAt we mekaar zullen spreken als jullie met niks aankomme.* Met ongekamde baren en slaperige ge zichten hadden de kinderen ving hun kleeren aangeschoten en toen de laatste krnimels van een paar hompjes droog brood met slechte margarine waren genuttigd, gingen beiden achter een zelfgetimmerd karretje op weg naar de Buitenhaven, waar een onzer oorlogsschepen, een gepantserde bodem van krygsdnister en grjjs, dien dag een nieuwen voorraad kolen moest innemen. Een klein kwartier later beweegt het schamele tweetal zich langs het lage Dijkje, rechtstreeks 't pleintje over naar de achter zijde van den Kanaalweg, de stille kant die zo ook altyd nemen voor bet halen van overgeschoten eten van boord. Daar gaan ze, den hoek om. Bart, de oudste, is een kwiek ventje, met een paar donkero oogen die hem hol in 't hoofd staan, klein voor zyn leeftjjd en tenger gebouwd. Zyn groezelig uiterljjk is geheel in tegen spraak met z'n jaren. Hij heeft het aanzien van een oud mannetjeeen zwaarmoedigen trek in zyn anderB riet onbevallig gezichtje en een zekere onvastheid van bewegingen. Maar er ligt iets in de donkere, peinzende kijkers, dat onwillekeurig aantrekt en tot diep medelijden stemt. Op zyn beenig gelaat lees je, dat kommer en gebrek er het hunne e bijgedragen hebben hem al vroeg te nadenken. Zjjn broertjo Toon ie een aanvallig knaapje, met ferme wangeD, die, wanneer ze eens flink op ijjd gereinigd werden, 1 frisch en gezond konden genoemd i. Zooals hy daar in het wagentje zit, met eenige lompen aan het magere Hchaam, hot rood-gestreepte omslagdoekje, een wollig lapje met fladderende franje, om het smalle nekje dichtgeknoopt, is het zielige schaap een toonbeeld van verwaarloozing. Bjj een paar kleine huisjes aan den Djjkweg, moe en oud tegen olkaar gezakt, hield Bart even stil, want in de zwart-dnistere slobjes- steeg, waar hier en daar een vrouw Blond uit te kjjkeD, verdween juist een bakker met zjjn mand versch brood onder den arm. Het deksel van den wagen liet hy achteloos wjjd open staan en van die gelegenheid maakte Toontje gebruik om, rechtopstaande in zjjn primitief voertuig een halve pakkist op twee wielen van een afgedankte kinderwagen begerig naar de heerlyke, warme waar te glureD. 'k Zou nog best zoo eentje lusten", smakte hg en wees met grage handen naar een stapel krentenbroodjes in den wagen. Bart grabbolde in den diepen zak van zjjn veel te wjjde broek en bracht een roode zakdoek te voorschijn waarin een stevige knoop was gemaakt. Nadat die losgepeuterd is, haalde hy er twee centen uit en stapje parmantig op den bakker toe. Deze nam den jongen van kop tot teen op en scheen zich te verwonderen dat zoo een havelooze schooier nog geld had om een versnapering te koopen. Zwjjgend overhandigde bjj het gevraagde en zag hoofdschuddend de twee kinderen na, die, pruimend met een dikken mond en zonder zich verder te bedenken, vlug voort slapten. ,Jy schynt dat stel te kennen, baas I" babbelde een juffrouw, terwijl zo een stuk of wat brooden in ontvangst nam van den bakkor, die een poosje nieuwsgierig naar de jongens had gekekeD. «/Nou, of ik", antwoordde de aangesprokene, «rik zit niet voor niemendal al vjjftig jaar in 't Nieuwediep. Alle dagen kom ik in de buurt waar hnn stiefmoeder woont. Een effectieve smeerboel daar. Maar weetje,wat 't slimst is Dat ze die ongelnkkige kinderen af en toe zoo Godsgrnwelyk mishandelt als ze soms met niets thuiskomen. Vandaag is het kolenladen aan de Buitenhaven, weetje, en daarom zie je ze nou uittrekken met dat karretje. Maar we weten immers wel wat kinderen zyn Die nemen het niet zoo nauw keurig. Zulke knapen gaan voor den scbjjn war 't Hoofd, verprutsen en verspelen er den tyd, hebben maling aan al die kolen van de marine, waarvan ze meestal moeten gappen willen ze alléén geen fijn gruis hebben, ja, komen dikwjjls met niets terug, omdat zo heelemaal niet hebben gezocht of omdat, anderen hnn vóór zjjn geweest, want er komen méér van die kolenzoekers, kleine, handige jutters, die als de kippen d'r by zjjn." *En en als die bloedjes van kinderen eens met een leeg karretje thnis komme, zeg je, dan krjjge ze een pak slaag teemde de vronw, met open mond en oegen groot van aandacht. >Ze ranselt ze bont en blauw, mensoh /«Schei maar uit lieve hemel, hou jo mond 'k wor d'r akoHg van as 'k bet hoor", huiverde het schriele moedertje mot de hand op haar borst. Maar do bakker bleef nog even rustig doorkeuvelen, met gezellig gewroet in een treurig stukje geschiedenis, en besloot aldus r'k Heb hun eigen moeder ook gekend dat was een knap, lief mensch en zindelijk als de brand een echte werkezel een fatsoenlijke, flinke, heldere vrouw, die geleerd had de handen nit de mouw to steken, die een zachte inborst cd een goed humeur had, die met het weinige wat zo to harer be schikking had wist te woekeren dat de buitenwereld er totaal niets van begreep. Als zy was bljjven leven m'n pink er af maar dan zou ze er geen kolenzoekers van gemaakt hebben." (Wordt vervolgd). Tijdstippen van verzending der Brievenmalen. Naar Oost-Indië: PQ.lb""»'°g |.;h F.,!,; Oct le.55 6.55 's av. 11 en 25 Oct. I 4 en 18 L.~ 8 en 22 6.55 'l 5 en 29 3.40 'snm. 4 en 18 6.55 's av. p. zeepost via Amsterdam p. zeepost via Rotterdam p. Holl. mail via Oenua p. Holl. mail viaMarseille p.Fransche m.via Marseille (v.Atjeh,Suinatra's West kust en Benkoelen alleen op verlangen d. afzenders)' p. Duitsche m. via Napels|16 en 30 [12.15'sm. Naar Palembang, Risuw, Banka, Billiton en Borneo p. Eng. mail via Brindisiill p. HolL mail via Genua 8 p. Holl. mail viaMarseille 15 (alleen op verl. der afz.) p.Franschem.viaMarseille 4 p. Duitsche m. via Napels 16 Naar Atjeh en de Oostkust va itra p. Eng. mail via Brindisi p. Holl. mail via Genua p. HolL mail via Marseille (alleen op verl. der afz.) p. Franscbe m. viaMarseille (v. Atjeh all.op verl. d. afz.) p. Duitsche m. via Napels|lG Naar Guyana (Suriname): p. zeepost via AmsterdamltO en 24 Oct. 16.55 's av. p. mail via Queenstown| 4 en 11 |3.40'snin. p. mail via Southamptonr 7 en 21 |6.55 'sav. (alleen op verl. der afz.) p. mail via St. Nazaire 28 |6.55 's av. Naar Cura$ao, Bonaire en Arnba p. zeepost via Amsterdam 10 en 24 OcL 6.55 's av. eiken Dinsdag Vrydag 1 Nov. p. mail via Southampton e of Queenstown. p. mail via Hamburg (alleen op verl. der alz.) Naar St. Martin, St. Enstatius en Saba: p. zeepost via Amsterdam 10 en 24 Oct. |6.55 's av. (alleen op verL der afi.)| p. mail via Engeland 7 en 21 |6.55 'sav. Naar Kaapland, Natal, Oranje-Rivier-kolonie en Transvaal eiken Vrydag, 8.30 's namiddags. Voor Hr. Ms. «/Jakhals" on «Bd 1- h o n d" naar Colombo: 4 Oct., 7 uur 'sav.: 7 Oct., 12 uur 's midd. en 11 Oot., 8.30 's nam. Ingezonden! Nedede«lingen. Sta op Uw Stuk. Velen klagen er over, dat zy, wanneer zy om het natuurlyke Hunyadi J&IIOS vragen, bepraat worden om andere wateren te koopen. Dikwyls tracht men waardelooze middelen in de plaats van bet door de natuur geschonken Hunyadi Jhnos-Bitterwater af te leveren. Men eische echter besHst het in de mc-est afgelegene doelen der wereld bekende en gevraagde Honyadi J&nos. FEUILLETON. 9) Toen by zich dit later herinnerde, had hy den brief, dien do commissaris van poUtie had geopend, aan Beanpré geschreven. Deze brief kon echter even goed ule bewjjs tegen hem beschouwd worden, als men aannam, dat hy, zeker vermoedende, dat de by het ljjk gevonden revolver toch vroeger of later als aan hem toebehoorende zon erkend worden, dit schryven slechts had verzonden, om een tegen hem gekoesterde verdenking af te wenden en zich den rug te dekken. Ook maakte zyn optreden een veel ongunstiger indruk dan dat van Haudecoeur, daar hy zich in zyn opgewondenheid over de in hechtenisneming zelfs tot onbetamelijkheid tegen den rechter van industrie liet vervoeren. De verklaring van Haudecoeur was echter zeer ten zynen gunste. Deze verzekerde ten stelligste, dat hy in hem den heer herkende, die tegen den middag die ontmoeting met Beaupré had gehad en toen in den namiddag in diens kabinet was gekomen, terwijl hy zelf nog achter de venstergordijnen verborgen was geweest. Hy deelde mede, hoe Kérunion op de aanvankelijke weigering van Beaupré om hem het geld te geven, dezen met het wapen had bedreigd. Toen had hy de som ontvangen en was heengegaan. Niettegen staande dit alles werd Kérunion niet nit de gevangenis ontslagen. Het raadselachtige goval scheen nog Diet voldoende opgehelderd. HOOFDSTUK V. Margaretha Beaupré bracht den tyd in een soort van verdooving doorzy was geheel krachteloos en volhardde in znlk een hardnekkig zwijgen, dat haar zoon haar nauwelijks van tyd tot tyd eenige woorden kon ontlokken. Hij alleen had toegang tot haar, daar zy het niet waagde hem dit te beletten, anders had zy haar deur ook voor Gerard gesloten gehi juden. Zjjn tegenwoordig heid beangstigde haar, hoe teeder zy hem ook beminde, daar zy zyn onderzoekond op haar gerichte oogen duchtte, en er steeds voor vreesde eenigen argwaan by hem te zien opkomen. Het was ook vreeselyk kwel lend voor haar, dat hy het gesprek steeds weer op den gestorvene bracht en haar aan de vroeger gelukkige tyden herinnerde, toen hy nog een kleir.e knaap was geweest, en de vader dan altyd een gedeelte van het jaar met hen op het land had doorgebracht. Zy moest het zwygend aanhooren, want zy kon Gerard immers niet zeggen: >Dat vertrouwelijke familieleven heeft eigenlijk nooit bestaan, en sedert jaren heb ik een eenzaam leven gelold, dat slechts al te ryk was aan kommer en verdriet Ook Jean Demari kon zy niet laten af wijzen. De advocaat haastte zich natuurlijk te komen, zoodra hy kennis kreeg van het drama, dat afgespeeld was, doch welks oor zaken hem geheel onbegrijpelijk waren. Mar garetha was op zyn verschijning voorbereid geweest, en toch gevoelde zij zich zwak, toen hy binnenkwam. Haar zoon was juist by haar, hij kende den beroemden advocaat slechts van naam en kon rich ook niet her inneren, hem vroeger ooit bij zyn vader gezien te hebben. Des te onbegrijpelijker en raadselachtiger was hem daarom de groot moedige handelwijze van den advocaat, die zooals hy had vernomen zyn vader, die op het punt was bankroet te gaaD, zulk een aanzienlijke som ter beschikking had gesteld. Margaretha stelde hem Demari voor, eu deze, die een innig medelijden in zyn hart voelde opwelleD, stak Gerard de beide handen toe. Gerard beantwoordde deze voorkomend heid slechts met groote terughouding, zonder dat hy eigenlijk wist, waarom. Verlegen zeide hy ,Ik wist volstrekt niet, mynheer Demari, dat gij met"myn vader zoo bevriend zyt geweest, er dat moest gy toch wel zyn, om hem op znlk een edelmoedige wjjze te hulp te komen." Er klonk twjjfel nit deze woorden, die in elk geval een wensch om nadere opheldoring uitdrukten. Demari en Margaretha wisselden een vluchtigen blikwat moest men hom antwoorden Was het gepast hem hun vroegere betrekking, hnn zoo spoedig hopeloos ge worden liefde mede te deelen Hjj zou dit zeker nog niet goed kunnen begrijpen, te het in ieder geval zonder antwoord te laten. Ook zonder een l beter, die vraag woord te spreken werden zy het door elkander aan te zien daarover eens, maar Margaretha, wier opgewonden hart telkens voorgevoelens van toekomende dingen had, zeide in zich zelf,Wat ik hem nu verzwyg, daarnaar zal hjj mjj vragen, zoodra hjj man is ge worden. Wat moet ik hem dan zeggen, en wat zal hjj gelooven In haar wanhoop had zjj bjjna besloten, Jean alles te openbaren, om van zjjn onder vinding en wijsheid hulp en raad te vragen. Hieryoor moest zjj echter met hem alleen zyn en zjj zeide daarom tegen Gerard Laat ons nu alleen, Gerard, mjju jongen." Het was vreemd, maar hjj verzette er zich tegen en zeide: (Maar laat mjj toch hier, moeder; mag ik dan niet hooreD, wat gy met eikander zpreekt Zjj waagde het niet meer er langer op aan te dringen, want zjj vreeede haar zoon yna reeds nu kon zjj Demari de waarheid echter ook niet bekennen, en zjj vergenoegde er zich dus mede, hem op zjjn vragen naar het verloop van het ongeluk dezelfde ant woorden te geven als vroeger den commissaris van politie. Zjjn bezoek was slechts van korten duur, maar hjj kwam spoedig terug. Hjj had Mar garetha zoo vreeselyk ontsteld en terneer geslagen gevonden, dat hjj haar niet aan zichzelf wilde overlaten. Bjj hun gesprekken werd nooit de minste zinspeling op hnn vroegere betrekking gemaakt, want Gerard was er bjjna altyd by tegenwoordig, alsof bjj vermoed had, dat er een geheim bestond tusschen zjjn moeder en dezen hem voor korten tjjd nog onbekenden man. En als bjj niet in de kamer was, wist Margaretha toch, dat hjj zich in de nabjjheid bevond, zoodat hjj ieder oogenblik met zjjn vragende en onderzoekende oogen binnen kon komen. Z(j waagde het daarom nu ook niet, Demari te bekennen, wat zjj hom bjj hun eerste ont moeting had verzwegen. Intnsschen nam zjj het vaste besluit, hem den volgenden keer alles mede te deelen, maar als hjj er dan was, gevoelde zy er zich weer te laf en te zwak voor. Het was ook al te vreeselyk, znlk een bekentenis te doen aan den man, dien zjj zoo innig had bemind, en dien zjj workeljjk altijd was bljjven beminnen. En er kwam nog een ovorweging by, die haar gebood te zwjjgen als hjj de waarheid ver nam, werd Demari voor de pjjnlyke nood zakelijkheid gesteld zich tot haar medeschul dige te maken en de zware beschuldiging ook verder op een onschuldige te laten rasten of haar den raad te geven, alles voor het gerecht te bekennen. En dus bleef zjj zwjjgen. lederen morgen was het haar eerste werk in de couranten naar berichten over den loop van het onderzoek te zien, altyd hopende, dat men niet zou kunnen nalaten, Kérunion en Haudecoenr weer in vrjjheid te stellen maar dit gebenrde niet. Eens kwam Collivct van het gerechtshof en zeide, dat hjj mevrouw Beaupré een gewichtige mededeeling bad te doen. (Niet waar, men heeft hen eindeljjk vrjj gelaten Men heeft hnn onschuld erkend riep zjj rol hoop, terwjjl zjj volstrekt niet op de aanwezigheid van Gerard lette. (Neen, mevrouw," antwoordde hy, ,maar het voorloopig onderzoek is afgeloopoD. De rechter heeft de acten naar het hof gezondeD. Over veertien dagen zullen Kérunion en Handecoeur voor de gezworenen moeten verschijnen." ,Voor de gezworenen! Voorde gezworenen!" herhaalde zy tweemaal, alsof zjj niet had begrepen, wat dit beteekende. Toen boog zjj het hoofd en wrong wanhopig de handen. Gerard naderde haar en zeide, terwjjl Collivet wegging: (Als men u zoo hoort, moeder, zou men bjjna meenen, dat deze twee personen, waarvan een toch waar schijnlijk de moordenaar mjjns vaders is, niet alleen uw belangstelling, maar zelfs uw medelijden opwekken." Zjj had geheel vergeten, dat haar zoon er was, trachtte daarom ziek zoo bedaard mogeljjk te honden en antwoordde(Ja, ik gevoel ook medeljjden met ben, want een inwendige stem zegt mjj, dat beiden onschul dig zjjn." ,Dat zal het gerecht immers beslissen", antwoordde Gerard op znlk een konden toon, dat het sjjh 'moeder zeer deed. Zjj wilde er nog iets op zeggen, doch werd door het binnentreden van Demari verhinderd, die kwam om naar haar welstand te ver nemen. Nauwelijks had Margaretha eenige woor den met Demari gewisseld, toen Josette ver scheen, die haar gebiedster aarzelend meldde .Mevrouw, de vrouw en de kinderen van Handecoeur zjjn buiten en dringen er op aan binnen gelaten te worden. Ik heb hun her haaldelijk gezegd, dat mevrouw ziek was, maar se gaan niet weg." Margaretha was ineengekrompen en nog bleeker geworden. Wat willen zjj dan vroeg zjj. (Dat weet ik niet, maar de vrouw wil u volstrekt spreken. Men ziet het do onge- lukkigen aan, dat zjj troosteloos zjjn." /«Neen, ik wil ze niet zien, ik wil niet!" *Nu, dan zal ik zo wegzenden." (Doe dat." Josette wilde gehoorzamen, maar op het zelfde oogenblik vorschenen de drie personen reeds met smeekende gebaren bjj de deur. (Wees barmhartig, mevrouw, en hoor ods aan!" smeekte de vrouw. „Wü onbe sproken lieden, zend ons niet weg!" Josette sloeg een blik op haar meesteres en verwijderde zich toen op een teekeD, dat deze haar gaf. (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1912 | | pagina 1