KLEINE COURANT m 't Vliegend Blaadje voor Holdor, Texel, Wioringon on Anno Paulownm No. 4146. Zaterdag 2 November 1912. 40ste Jaargang. 't Vliegend Blaadje p. 3 tn, 50 ct., tri p. port 75 cl., bnltealaad f t. Pre- Zondagsblad 37J i 45 10. taiëaModeblad >*i65»i»>75» fO. (Voor het bnitenlaad bij vooruitbetaling.) Advertentie* vaa t tot 5 regels (bij vooruitbetaling) 30 cent. Elke regel meer.6 Bewijr-exemplaar24 Vignetten en groote. letters worden naar plaatsruimte berekend. Intero.- Talafooa 80. Varaohijnt Dinsdag- en Vrijdagmiddag. Uitgaven C. OE BOER Jr. (v./t. BERKHOUT t Co.), Haldar. Tweede Blad. Gemeenteraad van Helder. Zitting van Dinsdag 29 October. Vervolg van 'teerste Blad.) De heer Biersteker merkt naar aanleiding hier van op, dat z.i. deze ramingen wel wat voorzichtig zijn gesteld. De toename die voor 1912 is geraamd op ruim 18000 Ms zal zeer zeker worden over schreden.- Spr. leest eene becijfering voor van andere jaren, toen ook de ramingen verre overschreden zjjn. De toenamen voor 1913 gelijk aan 780.— in geld, acht Spr. al zeer poover. Ook voor het kookgas geldt Spr. opmerking. Voor dit jaar is eene toename van 5% geraamd. Spr. wil die raming verhoogen tot 8°/0, en dan komt in de plaats van 19017 M3 op 30424 Ms of in geld 684.-. Daar entegen staat natuurlijk een meerder kolen verbruik Spr. raamt dat op 400. Recapituleerend komt hij dus tot volgende: Lichtgas verhoogen met 780. - Kookgas 684.-- 146L- waartegenover een hoogere uitgaaf van 400. De heer De Ven zegt dat men niet te voor zichtig kan zijn met een raming. Vooral waar nu dezen ééneu post betreft die meevalt. Spr. wijst den heer Biersteker er op, dat de gewone ver houding tusschen uitgaven on inkomsten gewoon lijk geraamd wordt op de helft, en dat hier de verhouding grooter is. Bovendien, hoe komt de heer i Biersteker aan 400. Na repliek van den heer Biersteker, merkt de heer D e V e n nog op, dat wij in onzekerheid verkeeren betreffende den kolenprijs. Bost kans dat wij te dien opzichte nog meerdere uitgaven zullen hebben. De heer Van N e c k deelt mede, dat het hem altijd onaangenaam is de raming van den directeur te moeten verhoogen. Dit bedrijf is onderhevig aan groote wisselvalligheden. Spr. wil de zaak laten rusten. De raming van steenkolen is 13207.— te laag. 't Ware spr. aangenamer geweest als de Directeur de steenkolen op 12 in plaats van /"ll. geraamd hadde. Na re- en dubliek wordt het voorstel-Bier.steker in stemming gebracht en aangenomen met 15 tegen 6 stemmen. Tegen stemden de heeren Hartendorf^ De Ven, Over de Linden, Van Neck en Van den Berg. De heer Van Breda blyft buiten stemming. Punt 1 wordt aangehouden tot aan het einde. Volgn. 21, Artikel 7. Schoolgelden, a. Voor Lager Onderwijs. G&raamd bedrag voor 1913 16.800. In de derde afdeeling vindt een der leden het totaal bedrag, dat aan schoolgeld wordt ontvangen, zeer laagde Gemeente legt op dezen post be langrijke sommen toe. Van de 16800, welke ont vangen wordt, althans geraamd is, betalen de ouders der leerlingen aan school 8 alleen, 11000, zoodat voor alle overige scholen een klein bedrag overblijft. Door dit lid wordt gewezen op de heffing der schoolgelden op bijzondere scholen en iu overweging gegeven, ook een andere voor de openbare scholen in te voeren. Hij zou er dan geen bezwaar in zien, waar eenigszins mogelijk, de schoolgelden te verhoogen. Andere leden merken daarentegen op, dat tegen een andere wijze van heffing der schoolgelden weinig bezwaar bestaat, doch dat dit anders is met eene eventueele verhooging der schoolgeldendaartegen zouden deze leden zich verzetten. Antwoord van B. en W. Bij onderzoek is ons gebleken, dat het schoolgeld voor de bijzondere school voor M. U. L. O. (Koning straat) ongeveer gelijk is aan dat van School No. 8. Het schoolgeld van de lagere school in de Koning straat is werkelijk hooger dan van de openbare lagere scholen, doch dit is alleen mogelijk doordien de wijze van invordering aldaar anders is geregeld dan voor de openbare scholen. Een veranderde wijze van invordering, ongeveer in gelijken geest als voor bedoelde bijzondere school, meenen wij na ampele overweging, dat voor de openbare scholen niet wel kan worden ingevoerd. Nogmaals bren wij in herinnering, dat ook de Raadscommissie tot herziening van de heffing van schoolgelden in 1911, tot de volgende conclusie kwam „Een nauwgezet onderzoek, door de Commissie „ingesteld naar de mogelijkheid van invordering „per maand eventueel door de hoofden van „scholen, heeft haar geleid tot de handhaving „van het daaromtrent bepaalde in de thans „geldende verordening." Wij merken verder op, dat de inkomens van f 500 of f 600 de laagste inkomens zijn, waarvan schoolgeld aan de School met den Bijbel gevorderd wordt. De bepaling hiervan is afhankelijk van de grootte van het gezin. Voor lagere inkomens wordt het schoolgeld uit een afzonderlijk fonds betaald. De heer Hartendorf merkt, naar aanleiding van het antwoord van B. en W. op, dat toch op de bijzondere school in de Koningstraat eene andere wijze van sohoolgeldheffing wel mogelijk blijkt te kunnen zijn. Volgn; 23, Artikel 9. Marktgelden, wik-, weeg-, meet- en keurloonen. Geraamd bedrag f 5500.— (f 1000.— minder dan in 1912). In dezelfde afdeeling doet een -der leden een voorstel tot afschaffing van de kermis. Autwoord van B. en W. In de memorie van beantwoording voor de be grooting 1912 zeiden wij hieromtrent het volgende „Het voorstel tot afschaffing of tot inkrimping der kermis is reeds zoo dikwijls ter sprake gebracht, en het voor en tegen in Uwe vergadering uiteen gezet, dat wij meenen ons te moeten onthouden, eenig oordeel hierover uit te spreken." Wij meenen ons hieraan te kunnen refereeren. Het bedoelde lid,- de heer Hartendorf, doel zijn voorstel om de kermis aftescbaffen. Dit wordt verworpen, de heeren Hartendorf en Adriaanse steramen voor. Volgn. 34, Artikel 12. Bijdrage van het Rijk in de kosten der gemeentehuishouding. In de eerste en derde afdeeling wordt aange- gedrongen om pogingen aan te wenden, eene Rijksbijdrage in de kosten der- Gemeente-huis- houding te verkrijgen. In de derde afdeeling geeft een lid bovendien in overweging, eeüe bui tengewone Rijksbijdrage te vragen in de kosten van het Openbaar Lager Onderwijs, volgens artikel 53 der desbetreffende Wet. Antwoord van B. en W. Na de inwerkingtreding der Wet van 24 Mei 1897 (Staatsblad No. 156) regelende de financieels ver houding tusschen Rijk en gemeenten wordt, door het Rijk geen subsidie in de kosten der gemeente huishouding toegekend, dan wanneer de provincie ten minste evenveel verleent. Op dit oogenblik worden dergelijke subsidien slechts door hoogst enkele gemeenten genoten, terwijl het bekend is, dat de Regeering slechts in zeer buitengewone omstandigheden bereid wordt bevonden, dezen steun ook aan andere gemeenten te verleenen. Wij zijn overtuigd, dat die zeer buitengewone om standigheden voor deze gemeente, de vierde dei- provincie, niet aanwezig worden geacht en dat van eventueele pogingen in deze dan ook beslist geen steun is te verwachten. Wat een buitengewone rijksbijdrage in de kosten van het Lager Onderwijs betreft, herinneren wij er aan, dat de algemeene ver- en bijbouw der scholen heeft plaats gehad met een buitengewone rijksbij drage in de kosten ad. 50 °/0- Evenals bij die ge legenheid, zullen, wanneer daarvoor eenigszins termen aanwezig zijn, door ons pogingen in het werk worden gesteld, opnieuw een buitengewone rijksbijdrage te verkrijgen. De heer Verstegen vraagt wat de wet ver staat onder de inrichting van het onderwijs en de Voorzitter licht toe, dat de wet alleen kent bijdragen (gewone eu buitengewone subsidies) voor den schoolbouw en de inrichting der scholen. UITGAVEN. Volgn. 56, Artikel 2. Jaarwedden van de Wet- houders. j Geraamd bedrag f 1500.— In de eerste afdeeling verlangen sommige leden een antwoord van B. en W. naar aanleiding van de ten vorigen jare aangenomen motie omtrent de verdeeling van .functien in het Dagelijksch Bestuur. Antwoord van B. en W. Wij meenen te dezen aanzien te kunnen ver- wijzen naar de memorie van beantwoording voor de begrooting 1912, waarin wordt gezegd „Ten aanzien van de verdeeling der werk- „zaamheden onder de Wethouders, brengen „wij in herinnering onze vroeger uitgesproken „meening, dat zoodra wij de noodzakelijkheid „van die verdeeling inzien, wij niet zullen „aarzelen, daartoe over te gaan." Tot nog toe is die noodzakelijkheid ons niet gebleken. Volgn. 60, Artikel 6. Jaarwedden en toelagen voor ambtenaren en bedienden ter secretarie, van den con ciërge en de boden. Geraamd bedrag ƒ12.270. (vorig jaar ƒ12.087,50). In alle afdeelingen maakt men bezwaar, den post ad 150 voor een hulpbode, goed te keuren. In de eerste afdeeling wordt voorgesteld bij nood zakelijke assistentie daarvoor een jongmensch met fiets te bezigen. In de tweede afdeeling is men niet genegen ora weer een nieuwe betrekking te creöeren, wel wilde men het bedrag ad 150 goedkeuren, doch onder de benaming van „tijde lijke hulp". In de derde afdeeling wenschte men het geheele bedrag af te voeren en de Instructie voor den Incasseerder van de Waterleiding zoo danig te wijzigen, dat hem ook die werkzaam heden werden opgedragen. Antwoord van B. en W. Het ligt volstrekt niet in onze bedoeling, een nieuwe betrekking te creöeren. Het bedrag is alleen uitgetrokken om, indien de boden al te zeer met werkzaamheden zijn belast, door tijdelijke assis tentie, hulp te kunnen verleenen. De belooning van den tegenwoordigen incasseerder voor de gelden van de Waterleiding en van den Gemeente-Reinigingsdienst, werd door den Gemeente raad vastgesteld op f300. in evenredigheid van de jaarwedde van den incasseerder der Gasfabriek. Dien man nu, zonder eenige vergoeding, nog met geheel andere werkzaamheden te belasten, is niet billjjk en wij kunnen daartoe niet medewerken. De heer Biersteker merkt op, dat het voor- stel-tot aanschaffing van een jongmensch met fiets van hem is. In de afdeelingen is gevraagd wat heeft men aan een hulpbode? Zou een flinke jongen niet veer meer waard zijn, zooals het Rijk in dienst heeft om telegrammen te bestellen. De Voorzitter zegt, dat het niet aangaat de werkzaamheden van zoo'n telegrambesteller te ver gelijken met die van een gemeentebode. Het gaat niet om het rondbrengen van dichte papiertjes, maar dikwijls om het overbrengen van min of meer belangrijke boodschappen, waarna de heer Biersteker er zich bij neerlegt. De heer Verstegen zegt, dat in de derde afdeeling hier ook over gesproken is en stelt voor den post van 150. - van de begrooting af te voeren. Z. i. kan de incasseerder der gasfabriek zeer goed voor hulpbode fungeeren. De heer Van Breda verwondert het, dat de heer Verstegen er voor een koopje af wil, en twee betrekkingen voor een wil laten gelden. Dit wil de heer Verstegen absoluut niet. !Spr. toont aan, dat de bedoelde incasseerder elk kwartaal op z'n hoogst 20 dagen aan de kwitanties voortvloeit. Dit lid wenschte den post a. met werk heeft. De klerk van den Gem.-Ontvanger 208.32 te verhoogen, zijnde voor P. vak Dalen heeft jaren lang dit werk gedaan. Tweemaal's jaars 100, P. Kunst 50, L. Laboüt 7/h van f 50 heeft bedoelde titularis dan nog de kwitanties van 29.16 en J. Tiessen eveneens 29.16 ver- de gemeente-reiniging. Totaal heeft hij 100 dagen hooging van tractement, volgens dat lid overeen- in 't jaar noodig, en krijgt daarvoor 300. Die komstig vastgestelde regeling, enkele keeren, dat dit noodig is kan hij best voor Andere leden zijn het daarmede niet eens en hulpbode invallen, vindt Spr. Na re- en dupliek wordt het voorstel-Biersteker in stemming gebracht en met 12 tegen 6 stemmen verworpen. Voor stemden de heeren Verfaille, Terra, Verstegen, Grunwald, Oortgijseu en Bok. Buiten stemming blijven de heeren Hartendorf, De Geus en Harjer. Volgn.^65, Art. 11. Schrijf- en bureaubehoeften, druk- en bindwerk, briefporten, vrachtloonen en andere kleine uitgaven. Geraamd bedrag 2550.—. In de derde afdeeling maakt een lid bezwaar tegen het z.g. officieel verslag van de Raadsver gaderingen, wat den Raadsleden wordt verstrekt, welk bezwaar door een ander wordt gedeeld. In verband hiermede vraagt een ander lid naar de kosten van een zuiver stenografisch verslag. Antwoord van B. en W. Wij hebben nogmaals ter lezing nedergelegd, ons advies van den 15 Januari 1912, met de bijbehoo- rende stukken voor een stenografisch verslag van de handelingen van de zittingen van den Raad, daarbij zijn gevoegd de toen ontvangen inschrijvingen. Bij de behandeling van dat advies werd een motie aangenomen, waarbij aan de Heldersche Uitgevers Maatschappij, voorloopig voor den tijd vaneen jaar, werd opgedragen, het leveren van een verslag van het verhandelde der openbare Raadsvergaderingen, zooals dit tot heden door de administratie van het „Dagblad voor Helder en Omstreken" werd uitge geven. De heer Hartendorf is het lid dat bezwaar maakte, tegen het officieel verslag. Meerdere leden hebben dit bezwaar onderschreven. Ëenerzijds had meu liever een zuiver stenografisch verslag, terwijl een ander lid den ouden toestand wenscht hersteld te zien. Spr. vindt de uitgaaf van 300. niet gerechtvaardigd voor hetgeen gegeven wordt. Dit is geene opmerking op het werk als zoodanig, maar de kwestie is, dat het verslag niet beant woordt aan wat de Raad wil. De proef is niet meegevallen, spr. vindt de wijze van doen beneden de waardigheid van de 4e gemeente van Noord- Holland en wenscht een stenografisch verslag. In Januari heeft de heer Adriaanse gezegd, dat wij hetzelfde deden als Alkmaar, n.1. een couranten verslag gebruiken voor officieel verslag. Spr. heeft echter geïnformeerd, doch van een courantenverslag is te Alkmaar geen sprake. Spr. stelt voor den post met 300.— te verminderen. De heer Adriaanse merkt op, dat hij zich ten vorigen jare vergistte en biedt daarvoor zijne verontschuldigingeu aan. Spr. is ook niet ten volle tevreden, maar constateert toch eenige verbetering. Van het verslag, zooals dat door de directie van het „Dagblad" wordt verstrekt, wordt geregeld en herhaaldelijk gebruik gemaakt, en het komt een stenografisch verslag zeer nabij. Een zuiver steno grafisch verslag is nog al duur. Als de heer Harten dorf eene andere oplossing weet, wil spr. gaarne steunen. De Voorzitter zegt, dat de kosten van een stenografisch verslag zullen bedragen 800.— voor het stenogram en 500.— voor het drukken. De heer Verstegen schrikt voor de kosten terug, doch vindt de wijze waarop het thans ge schiedt onbevredigend. De toestand is niets veran derd, alleen betaalt nu de gemeente het, terwijl dit vroeger de raadsleden deden. Spr. voelt voor het voorstel Hartendorf. De heer O o r t g ij s e n is het eens met den heer Verstegen wat betreft den onveranderden toestand. Dit is te ondervangen als B. en W. wil len verklaren dat zij zich verantwoordelijk stellen voor het verslag. Als ze officieel door B. en W. zijn goedgekeurd, is het een'officieel verslag. Do heer Adriaanse zou dit een stap achter uit achten. Verschillende lacunes eu gebreken in verklaren zich ook tegen loonsverhooging van 100 voor den Klerk van den Gemeente-Ontvanger, welke door een der leden wordt voorgesteld. Antwoord van B. en W. Wij merken op, dat de jaarwedden van den Controleur en verdere ambtenaren bij de plaatselijke belastingen werden geregeld bij Uw besluit van 27 Augustus j.1. De bij dit besluit behoorende staat, is een integreerend deel der Verordening en daarin wordt aangegeven, welke jaarwedden in 1913 en volgende jaren aan deze ambtenaren zullen worden uitgekeerd. Dergelijke staat is ook opgenomen in de toen aangeboden concept-verordeningen, regelende de jaarwedden van het politiepersoneel eu van het kan toorpersoneel van Gasfabriek en Waterleiding. Even eens kwam die staat voor, in de jaarwedden-regeling van de ambtenaren ter Secretarie, vastgesteld bij Raadsbesluit van 10 Maart 1908. Wanneer nu wordt afgeweken van den staat en wanneer wordt aangenomen, dat bij het bepaalde minimum rekening zal worden gehouden, met de jaren dienst door de belanghebbenden gepresteerd vóór de inwerkingtreding der Verordening, dan brengt de billijkheid mede, dat met die jaren ook rekening gehouden wordt voor de agenten van politie en voor de ambtenaren ter Secretarie. Bij de laatst bedoelde categorie van ambtenaren zal dan billijk heidshalve tevens rekening moeten worden gehouden met hetgeen aan die ambtenaren, sedert 1908 te kort is uitbetaald. Omtrent de jaarwedde van den Klerk van den Gemeente-Ontvanger is door U inmiddels een be slissing genomen. De heer K r ij n e n wil het salaris van den con troleur met 100.— verhoogen bij wijze vau per soonlijke toelage, telken jare, totdat het maximum is bereikt. De heer Verstegen zegt, dat dan, behalve den controleur, ook nog andere ambtenaren iu aan merking komen. Voornamelijk door den kreet, door B. en W. aangehevendenk aan de gemeente- finantiönis niet voldoende gedacht aan den staat van ambtenaren, die in aanmerking komen. Spr. wil hen, zoodra ze volgens hun diensttijd in aan merking komen, verhoogen, en heeft dit ook in de derde afdeeling voorgesteld. Daaronder is ook de controleur. De Voorzitter zegt, dat men dan onbillijk handelt tegenover agenten van politie en beambten van gasfabriek en waterleiding. Voor secretarie- ambtenaren is een andere maatstaf gevolgd. De heer* O o r t g ij s e n is het eens met B. en W. Waar zou het heen moeten als we maar alles gingen verhoogen. De heer Hartendorf is het met B. en W. eens. De leden van den Raad redeneeren alsof zij van het bestaan van een staat niets afwisten. Wat de heer Krijnen wil is gevaarlijk. De heer Biersteker heeft ook zijne aandacht meer gevestigd op den post dan op den staat van personen. Het heeft geen zin gehad het minimum vau den controleur te verhoogen. Het voorstel- Kranen is alleszins billijk. Aan de hand der ver ordening kan niet worden verhoogd, 't Is indertijd eene vergissing geweest van B. en W. zoowel als van den Raad, dat geen rekening is gehouden met het minimum. De heer Verstegen heeft wel den staat ge zien, onder de depressie van de rede van den Voor zitter, is er bij den finantieelen toestand niet over gesproken. Spr. stelt voor hun, als zij hun dienst tijd hebben, de periodieke verhooging uittekeeren. De heer Grunwald heeft, na de raededeeling van den Voorzitter, bezwaar vóór het voorstel- Krijnen te stemmen. De heer Oortgijsen durft de verantwoorde lijkheid om het voorstel te steunen niet aan. Spr. wijst er op, dat o. a. de boekhouder der gasfabriek het maximum nog niet heeft. Een breedvoerige discussie ontstaat over deze de notulen zijn het vorig jaai aanleiding geweest jjWest;e_ Tenslotte komt het voorstel-Krijneneene tot het nemen van dezen maatregel. Wij zijn er jaariyfcgche extra-gratificatie verleenen totdat het thans beslist op vooruitgegaan. Spr. kan de inzich- raaximum bereikt is in stemming, eu wordt met ten niet deelen van de voorstellers. j jq tegen 8 stemmen verworpen. Tegen stemden Na re- en dupliek- wordt het voorstel-Hartendoi fde heeren Hartsinck, Over de Linden, Verstegen, In stemming gebracht en verworpen met de stem- J De Ven, Grunwald, Van Neck, Hartendorf, De Geus, men der heeren Verstegen en Hartendorf voor en en Oortgijsen. die van de heeren Van Neck, De Ven en Van den Hot voorstel-Verstegenuitkeering van de pnrio- Volgn. 82, Artikel 8. Kosten der Jaarmarkt. Geraamd bedrag f 300. - Door meerdere leden van de derde afdeeling wordt de aandacht gevestigd op het feit, dat bij de aanwijzing van plaatsen voor de jaarmarkt, altijd een Agent aanwezig is, die echter voor die werkzaamheden, biykens de bogrooting niets geniet, terwijl aan twee andere Gemeenteambtenaren voor dit werk, hetwelk zij in diensttijd van de Gemeente verrichten, een extra belooning van 50 wordt Berg buiten stemming. De zitting wordt hierna verdaagd tot Woensdag. dieke verhooging wordt verworpon met 10 tegen 7 stemmen. Tegen de heeren Over de Linden, Grunwald, Oortgijsen, De Ven, Van Neck, Bommel, Biersteker, Hartsinck, Krijnen en Hartendorf. De heer De Geus blijft buiten stemming. Volgn. 76, Artikel lb. Verdere kosten op de in vordering vallende. Geraamd bedrag 4900. (1912 4035. Afwezig de heeren Dr. Van den Berg, die staande In de tweede afdeeling acht men den prijs, ge- i de vergadering komt, Terra en Verfaille. De pu- raamd voor de aanschaffing van eei schrijfmachine blieke tribune, die den vorigen avond geheel gevuld voor het Bureau van Contróle, te laag om daar- Zitting van Woensdag 30 October. was, is thans zoo goed i i leeg. Antwoord van B. en W. Bij de aanwijzing van plaatsen voor de jaarmarkt in de aan de kermis voorafgaande week, is werke lijk een agent van politie gedurende een paar uren per dag behulpzaam bij het uitmeten dor plaatsen overigens wordt geen hulp ten behoeve van de jaarmarkt verleend. In evenredigheid tot de ver leende hulp, wordt den agent een belooning toe gekend. Volgn. 83, Artikel 9. Kosten van den Vischalslag. Geraamd bedrag 2820. Een lid der eerste afdeeling acht het verf- en rasterwerk overbodig en stelt voor, den post met de respectievelijk geraamde bedragen to verminderen. Antwoord van B. eu W. Het verfwerk vau het gebouw aan de buitenzijde is noodzakelijk vooreen behoorlijk onderhoud, terwijl de vernieuwing van het bedoelde rasterwerk het laatste gedeelte betreft van een periodieke vernieuwing van dit hek, waarover dan 4 jaren is gewerkt. Het nog niet vernieuwde gedeelte is zeer slecht en eischt dus verbetering. De heer Hartsinck stelt hieromtrent voor bedoelden post af te voeren. [Aangenomentegen stemmen de heeren Over de Linden, Van Neck, De Ven, Krijnen, Oortgijsen en van den Berg. Buiten stemming'de heeren Hartendorf en Biersteker. Volgn. 85, Artikel 1. Onderhoud van buizea, torens, poorten en dergelijke. Geraamd bedrag 2200. In de derde afdeeling wordt door een lid de opmerking gemaakt, dat de onderhoudskosten over het algemeen veel te hoog worden geraamd, wat door andere leden wordt beaamd. Dit lid informeert, of hot niet mogelijk is, oen commissie van bijstand voor Publieke Werken in het leven te rospeu. Andere leden vonden dit minder gowenscht. Gevraagd wordt naar het advies van B. eu W. omtrent de schenking van het gebouw in de Wachtstraat, aan de Vereeniging voor Volks huisvesting „Helder". Antwoord van B. en W. Gelijke opmerking over de hooge onderhoudskosten der gemeentegebouwen werd ook het vorige jaar gemaakt. Wat wij toen schreven, wenschen wij hier te herhalen, n.1. „Dat het onderhoud vau ge meentewerken duur is te noemen, kunnen wij niet beamen. Meermalen hebben wij er op gewezen, dat het ook de wensch is van de leden van den Raad, dat de Gemeente-eigendommen behoorlijk worden onderhouden." De wenschelijkheid tot het in het leven roepen van -eene Commissie van Bijstand voor publieke weikeu, hebben wij tot heden niet gevoeld. De schenking van het gebouw iu de Wachtstraat aan do Vereeniging voor Volkshuisvestig „Helder" heeft tot heden bij ons College geen punt van be handeling uitgemaakt. De heer Verstegen vraagt of omtrent het in de laatste alinea vermeldde te eeniger tijd Teen voorstel kan komen, doch de Voorzitter licht in, dat dit niet geschieden zal. Volgn. 87, Artikel 1. Onderhoud van straten en pleinen. Geraamd bedrag 15000. Eukele leden van de eerste afdeeling wenschten verbetering van de bestrating in de Spoorstraat. Een lid wil de voetstraat aan den Huisduinerweg behouden en de uitgetrokken gelden aanwenden voor de herstelling daarvan. Antwoord van B. en W. De bestrating van de Spoorstraat verkeert ln ge wonen staat van onderhoud. Wordt bier bedoeld de keibestrating weg te nemen of te herleggen? Het wegnemen gaat mot belangrijke kosten gepaard en het herleggen is naar onze meening nog niet noodig. De voetstraat op -dsn Huisduinerweg (Volgnummer 88) verkeert in een staat, die algeheele vernieuwing eischt. Om de groote kosten te voorkomen, wordt voorgesteld, de voetstraat weg te nomen; nu do geheele Huisduinerweg in 1913 van een paarden pad zal voorzien zijn, is die voetstraat overbodig geworden. Yolgo. 88, Artikel 2. Onderhoud van WegeH en Voetpaden. Geraamd bedrag 1380. In de tweede afdeeling betreurt men het, dat het dubbele urinoir, hetwelk bij hot Politiebureau I op het Westplein stond, is weggenomon en zou men een hernieuwde plaatsing aldaar, desverlangd aan de Westzijde van dat Bureau, zeer toejuichen. Algemeen is men in deze afdeeling van meening, dat een zoodanige inrichting aldaar beslist noodig is. j Volgn. 76. Artikel la. Kosten van toezicht en van invordering der plaatselijke belastingen, a- Jaarwedden. Geraamd bedrag 5325. Iu alle afdeelingen wordt voorgesteld, het bedrag, voor een deugdelijke machine aan te kunnen koo- pen. Een lid wenscht dezen post geheel af te voeren en vraagt, wat het beteekent, dat daarnaastAntwoord van B. en W. niettemin 180 geraamd wordt voor tijdelijkeHet urinoir by het Politiebureau Westplein is schrijvers. verwijderd om de vele onaangenaamheden, welko Antwoord van B. en W. De Controleur meent, dat de door hem bedoelde 1 uitgetrokken als tractement voor don Controleur, schrijfmachine (Imperial Typewriter) zeer goed voor met ƒ100 te verhoogen overeenkomstig het jongste het door beoogde doel kan worden gebruikt. Op-," Raadstyjsluit, hetwelk dat tractement in minimum roepingen van reclamanten, waarvan dikwyls een en maximum met 100 verhoogde. 8 k 10 tal exemplaren noodig zijn en dergelijke, In de tweede afdeeling wordt opgemerkt, dat de kunnen met de bedoelde machine worden gebracht, bedoeling duidelyk was, om de wijziging thans ten Waarschijnlijk zal hierdoor eenigo besparing van bate van den tegenwoordigen functionaris te doen klein drukwerk worden verkregen, komen, daar verhooging van het minimum anders' Wat de ƒ180.— schrijfloonen aangaat, deze plaatseu, maar de kwestie is waar die komen moot. geen zin had. komen de laatste jaren steeds op de begrooting Tenslotte wordt een voorstel van den heer Bok In de derde afdeeling vraagt een der leden, of voor en zyn beslist noodig voor het opmaken van aangenomen, en de post met 200. - verhoogd, de Instructie van de Kommiezen zóó uitgelegd be- de kohieren van de inkomstenbelasting, voor het Tegen de heeren Over de Linden, Van Neck, De hoort te worden, dat deze ambtenaren zelfs niet maken van de afschriften van die kohieren en soort- v©n, de hoer Biersteker bleef buiten stemming, mogen optreden als getuigen bij beslaglegging, een gelyke werkzaamheden, die onmogelijk door het werkzaamheid, die toch feitelijk uit hun ambt gewone personeel kunnen worden verricht. {Zie verder Derde Blad.) j omwonenden daarvan ondervonden. Tot heden kwamen geen klachten in over het gemis daar ter plaatse en kan het urinoir naar onze meening gevoegelijk wegblijven. Een plaatsing aan de Westzijde is minder ge- wenscht om do heerschende Westelijke winden en den loswal aldaar. Over deze zaak ontstaat eene uitvoerige bespre king. De meeste leden willen wel weer een urinoir

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1912 | | pagina 1