KLEINE COURANT 't Vliegend Blaadje voor HeldorTexel, Wieringen en Anno Paulownm. GEWROKEN. No. 4170. Zaterdag 20 Januari 1918. 4lste Jaargang. 'I Vliegend Blaadje p. 3 m. 50 cl, fr p. poet 75 ct, bniteil&ad 11.25 Pre- Zondagsblad i 37* 45 s 0.75 miia J Modeblad. ii »66 i i i i 75 i i 0.90 (Voor het buiten land bij roor uitbetaling.) AdrcrteatiêB Ta* tot S regels (bij rooruitbotaling) 89 caal Elko regel meer>5 Botrijs-exemplaar24 Vignetten en groote letten worden naar plaatsruimte berekend. Waraohijnt Dinsdag- an Vrijdagmiddag. Uitgever: C. DE BOER Jr,, Helder. Bureau: Koningstraat SB. intorc. Telif. *0. Eerste Blad. NIEUWSBERICHTEN. HELDER, 24 Januari. Minister L. Regout. „Het Centr." verneemt, dat de heer L. Regout, minister van waterstaat, hoe ook de verkiasingen sullen uitvallen, L>jj het einde van de loopende parlementaire periode zyn ambt zal neerleggen. De Bond voor Minder Marinepersoneel. Naar „Het Volk" verneemt, is volgens het eerstdaags verschijnende jaarverslag over 1912 van deze organisatie het ledental in dat jaar gestegen van 2680 op 2994 en wel 1682 matrozen, 845 mariniers en 467 stokers. In 't geheel is 78 percent van alles, dat volgens het reglement lid kan sjjo, aange sloten. Van de matrozen is nagenoeg alles lid, van de mariniers 68 en van de stokers 58 °/0. Het kapitaal der vereeniging is, met inbegrip van het Nienw Qebouwfonds, groot f 20.000, totaal f 38.807.04. En een vereeniging, die, zooals bovenstaand bewtjst, zulk een stnk leven'voor het personeel beteekent, wil men verbieden voegt het blad aan deze mededeeling toe. Verzet gestaakt. „Het Volk" meldt, dat naar aanleiding van de circulaire van minister Coljjn aan alle commandanten van de zeemacht en tevens, omdat op het stak van de passagiersregeling bereikt is, wat bereikt kon worden en verder doorgaan slechts noodeloos slachtoffers kan maken, het hoofdbestuur van den Bond voor Minder Marinepersoneel j.1. Zaterdag heeft besloten zjjn afdeelingen por circalaire te melden, dat van heden af alle actie tegen de deelneming aan feesten en wedstrijden van bondswege is opgeheven. De leden zjjn vrjj daaraan al of niet deel te nemen en mogen daarover niet worden lastig gevallen. Partij leven te NoordwIJk. Uit Noord wijk wordt aan Het Huisgezin" geschreven: Dezen zomer moeten er drie katholieke Raadsleden aftredeD, nl. deheeren Jao. de Groot, W. N. Alkemade en A. v. d. Berg. Ook moet aftreden de heer C. Pas- schier, als anti-revolutionnair met steun der katholieken in den Raad gekozen. Reeds nn wordt er van niet-katholieke zijde gepoogd, invloed te oefenen op die Rsa is verkiezingen. Den laatsten tijd is de partijgroepeeriug te Noordwijk: Roomsch tegen niet-Roomsch. De anti-revolntionnairen, die vroeger geen enkelen Raadssetel bezet hadden, doch mot behulp van de katholieken twee zetels konden veroveren, scharen sich den laatsten tijd aan do zijde der Protestanten. Naar we uit de beste bron vernemen, heeft dezer dagen graaf Van Limburg Stirum on derhandelingen geopend met de reeders en schippers van een 20-tal loggers, teneinde te bewerken, dat do schippers en matrozen, die anders altijd ter haringvangst zijn, in den zomer vsn dit jaar kunnen meestemmen by de periodieke Raadsverkiezingen. Graaf Van Limburg Stirum garandeert elk vaartuig, waarmee gecontracteerd wordt, een vangst van f2750, wel te verstaan gedurende de eerste reis, die reeds begin Mei zal moeten aanvangen, wil ze half Juni geëindigd kunnen worden. Voorts wil de graai aan eiken Noord- wijkschen matroos, die op zoo'n .contract- logg.r" monstert, f 15 extra monstergeld geven. En de schipper, die zdó tydig van de eerste reis terugkeert, dat hij en zjjn matrozen kunnen deelnemen aan de raadsverkiezingen, krygt 25 gulden voor eiken kiezer, dien hy op tijd aflevert. Wanneer het er werkelijk van komt, dat dergelijke contraoten tot stand komen, dan kan het den graaf naar ruwe berekening op veertigduizend gulden komen te staan." Inval in een botkwinkel, Maandagavond heeft, zoo meldt het „Hdbl.", de justitie een inval gedaan in den boek winkel van den heer B. Daniëls, magazjjn „Insulinde", hoek Paleisstraat en N.-Z. Voor burgwal te Amsterdam. Omstreekt halfzes stapten de substituut-officier van justitie, mr. L. C. Boeier, en de rechter-commissaris, mr. F. J. Verscheure, vergezeld van drie recher cheurs, den winkel binnen en begonnen on- middeljjk den gsheelen voorraad te doorzoeken. In het geheel werden op grond van art. 240 van het Strafwetboek, dat o.m. verbiedt „het in voorraad hebben van eenig voor de oor baarheid aanstootelyk geschrift, waarvnn hij den inhoud kent", een 25-tal boeken in be slag genomen. Van den winkel begaf de justitie zich echter naar het magazijn van den heer Daniëls op den N.Z. Kolk 15. Daar werden nog ongeveer 750 soortgelijke boeken gevonden. De meealo van de in beBlag ge nomen boeken zyn getiteld „Venuskinderen", terwyl er ook enkele Duitscne werkjes bij waren. Een zonderling gebouw. Als bewys, dat in sommige gedeelten van Amsterdam zonderling is gebouwd, dieno het volgend staaltje: De perceelen Lange Leid- schedwarsstraat 180—182 werden verkocht, teneinde, na slooping van de oude huizen, op dezen grond twee nieuwe huizen te zetteD. Vol moed begonnen de sloopers de pannen en spanten en latten van de kap te verwij deren, toen de eigenaar van het belendende perceel, n°. 184, hiertegen bezwaren inbracht. Het bovenhuis van dit perceel no. 184 heeft nl. een kamer in n°. 182, zoodat de bewoners hieraan ban dak zagen wegnemen. Er werd zelfs al ovor gedacht hun eenige bedekking, den zoldervloer, te sloopen. Het zal er nu om gaan aan wie het kamertje toebehoort, aan dengene, die jarenlang huur van deze woning heeft ontvangen, of aan den eigenaar van den grond, waarboven het zioh bevindt. B. en W. van Amsterdam hebben een foto grafische opname van den toestand laten maken. Bedrog. Een der correspondenten van „Het Vad." schrijftHeden kwamen wjj weder voor de zooveelste maal te hooren, hoe sommige firma's te werk gaan om hun waren aan den man te breDgen. Een advertontie in de bladen, inhoudende het verzoek om van 't woord „luchtschiphal" het grootste aantal woorden te maken. Een wedstrjjd dus. Een kennis van mjj deed mede aan dien wedstrijd en zond een 400-tal woorden in. Weldra komt oon antwoord, inhoudende, dat men twee pryzen gewonnen heeft, nl. een als inzender en een als goede inzender. Beide pryzen zouden worden toegezonden indien voor iederen prys 85 cl. gezonden werd als vergoeding voor vracht, invoerrechten en administratiekosten. Er werd gezonden per postwissel f 1.70 en weldra kwamen de twee pryzen. By ontvangst van het pakket moest nog 70 ct. betaald worden. In totaal dus f 2.40. Eo wat waren nu de pryzen. De eerste prys was een klokje, dat men in de bazars koopt voor 49 ct. en een sigaren aansteker ter waarde van 25 cents, in totaal dus een waarde van 74 cents voor de f 2.40 die men betaald had. Eventneele andere op lossers of mededingers worden gewaarschuwd, („Vad.") VraaselIJk. Omtrent den doodslag te Gennep deelt men aan de „Telegraaf' de volgende bijzonder heden mede Het gezin van den metselaar J. de Groot, dat zich voor 5 k 6 jaren hier vestigde, bestond nit raan, vrouw, een volwassen dochter en den verslagen circa 26-jarigen zoon Henri. Deze stond zeer ongunstig bekend, was sgens wangedrag uit het Ned.-Indische leger verwijderd en maakte meermalen keonis met d« politie wegens gepleegde mishande lingen. Hy maakte veel misbruik van drank, eischte dan geld van zjjne ouders en maakte mot iedereen rusie. Verleden jaar verwondde Ljj zynen vader met een mes, waarvoor by eenige maandon govangenisBtraf onderging. Met de kermis in October j.1. stak hy een arbeider te Gennep met een mes in den arm, tengevolge waarvan deze in levensgevaar heeft verkeerd. Maandagavond omstreeks half elf kwam hy weder thnis en eischte, naar men mede- 't, onder den invloed van alcohol geld zjjn vader, wat deze weigerde te geven, hevige vechtpartij, die op straat werd voortgezet, was het gsvolg, waarbij de vader den zoon, vermoedelijk nit zelfverdediging, in de Nienweschoelstraat met een bijl op het hoofd sloeg, waarbij de schedel, de nens en n oog verbrijzeld werden. Dinsdagmorgen is de man in het hospitaal aan zjjne verwondingen overleden. De vader begaf zich met de bjjl naar de politie om zichzelf aan te geven. Men beschouwde hier vrjj algemeen den zoon als een voortdurend gevaar voor zjjne omgeving en is zeer begaan met het oppas sende gezin, dat door dit voorval in diepen rouw werd gedompeld. Smokkelen van diamanten. Reutor seint uit New-Tork aan de „N. Rott. Ct.": De politie heeft een man aangehouden, die in het postkantoor informeerde naar een pakje, uit Amsterdam aan zjjn adres afge zonden. Het pakje bleek een schilderijlijst te bevatten, waarin diamanten ter waarde van twintig duizend dollars verborgen waren, met het doel om het invoerrecht te ontduiken. De politie heeft vervolgens 's man» zaak doorzocht en daar een hoeveelheid diamanten, geschat op een waarde van zestig daizend dollars, in beslag genomen. Van andere zjjde meldt men dat in een schilderijlijst, uit Antwerpen Daar New York gezonden, diamanten ter waarde van ongeveer 4000 pond sterling waren verborgen. Dameshoeden van aluminium. Te Boston maakt mon propaganda voor de invoering van dameshoeden van alumininm. die in alle mogeljjke vormen kunnen worden gebogen en daardoor de aanschaffiog van hoofddeksels bjj verandering van mode on- noodig zon maken. Een mammoeth gevonden. In een bruinkolenmjjn bjj Neuselwitz is een ongeschonden geraamte van een mammoeth gevondeD. E-n kies woog 7 pond, eon slag tand was 3 meter lang. De beenderen lagen los van elkaar, men hoopt echter het ge raamte te zullen kunnen reoonetraeeren. Landverhuizers leed. Onder de emigranten, die vanmorgen aan boord kwamen, niet velen ditmaal en byna uitsluitend Spanjaarden was een familieman, vrouw, schoonzuster en drie kinderen, een meisje van twaalf met een anemiek, ziekoljjk zusje van twee op den arm en een jongentje van vjjf of zes jaar. Waarschijnlijk hadden zjj al hun hebben en houden verkocht (zooals dat meestal gaat) en wie weet hoe lang gespaard om de groote reis naar het verre, beloofde land te kunnen; aanvaardon. De kleeren der kinderen waren zoo netjes mogelijk gelapt, de vrouwen droegen nieuwe hoofddoeken, hun schamele plunje alles dooreen was in een paar groote zakken van gestreept katoen gepakt. Boven aan de trap van het schip, waarlangs de emigranten moeten opklimmen naar het achter dek, stond de scheepsdokter, die allen één één de oogen onderzoeken moet. Het was de beurt van het zestal de vader kon doorgaan ook de zuster en de kleine jongen De moeder werd geweigerd, het twaalfjarig zusje ookTrachoom de vreeseljjke, zoo al dan moeiljjk te genezen, besmettelijke oogziekte, waarvoor geen par don is I Allo ljjders daaraan worden door de groote scheepvaartmaatschappijen op haar booten geweigerd. Er moet in Argentinië 100 pd. st. boete betaald worden voor eiken patiënt, die er wordt binnengebracht. Het gelakt soms wel een enkelen, töch mede te komen. De maatschappij is dan verplicht de lydors terug te brengen naar de plaats, waar zjj vandaan gekomen zyn, en als zjj niet bewyzen, dat gedaan te hebben, moet er nog 8000 pd. st. worden betaald. Begrjjpoljjk is dus, dat de dokter onver biddelijk wa» en alle probeerseltjes zonder gevolg bleveD. Maar zielsmedelijden wekte hot armzalig groepje, waarom een kring van nieuwsgierigen zich verzameldo. De moeder met da byna ten, vuurroode oogleden droogde tranen met het gore bonte schort en er do zeere oogen mede, dat het iemand werd om het hart. O, hopelooze strjjd voor hygiëne onder het volk! Diezelfde boezelaar, die nooit verwisseld wordt en voor alles gebruikt, gaat vast en zeker straks de besmetting brengen naar de oogen van het jongste kind. De zakken met den pooveren rommel werden geopend. Wat van de zuster was werd uit de gemeenschappelijke bagage gehaald. Het schreeuwende kleine znsje werd gesust met een veelbekauwden, viezen appel. Toen wachtten zjj hun lot af de moeder schreiende de vader gelaten, de kinderen niet begrijpend nog trompet schetterde over het dek signaal vosr de Ie klasse passagiers om te gaan luncheD. Het was zwaar weer geweest in de Golf van Biscaye, en de meeste men- schen waren zeeziek, tweo dagen en twee nachten aaneen. Aan den rjjkeljjk voorzienen disch werden de leege magen, gestreeld dsor de weldoende rust na zooveel beweging en lawaai, gevuld met het bezte, wat in de keuken dezor voortreffelijke boot bereid kan worden. Toen wjj na tafel gingen kjjkeo, was de treurige familie verdwenen afgeladen terug gezonden naar de riante, nu in het licht badende kust, die zjj geen twee nor geledon vol illussie hadden verlaten. Yan dezen en genen der le klas-passagiers had den de armen wat geld gekregen. En dus konden zjj weer van voren af aan gaan zwoegen en slavenDe zuster bleef aan boord, zat alleen ergens bjj een trap on weende bitterlijk. N. S. R. Vigo-Lissabon. („H.blad.'') De eerste geeselstraffen voor souteneurs. De Londensche correspondent van de Tele graaf schrijft d.d. 20 Januari aan zjjn blad: Zooals ik vroeger reeds mededeelde, trad 18 December do nieuwe Engelsche strafwet tegen den handel in blanke slavinnen in werking. Zjj machtigde de politie, op etaanden voet personen te arresteeren, die betrapt worden op een poging tot ontvoering of ver leiding van jonge vrouwen voor een onzedelijk leven. Vroeger was daarvoor een rechterlijk bevel noodig, zoodat dergelijke individuen alle gelegenheid hadden te ODtkomen. En ook in ander opzicht strekt deze nieuwe wet tot beteugeling van dat kwaad, alsmede tot uit roeiing van kerels, die zich door prostituees laten onderhonden. Want de Engelsche rechters ijjn nu gemachtigd, al zulke individuen niet alleen een veol zwaardere gevangenisstraf dan voorheen op te leggen, maar zjj kunnen hen daarbjj ook nog tot een geeseling ver- oordeelen. En voor deze laatste straf hebben die rekels respect gekregen. Onmiddeljjk nadat die wet in werking trad, poetsten velen hunner hier de plaat. In hoofdzaak de vreemde snniters. Vroeger kon men se hier des avonds door de straten van het Westen zien fianeeren en zich ophouden in sommige café's van Leicestor- sqaare, alwaar zjj de gangen volgden der vrouwen, die hen hadden te onderhouden. Merkwaardig genoeg, zijn ook een groot aantal publieke vrouwen met die lui uitgeweken naar andere landen. Zoodat er sinds een goede maand in het Westend wel een opruiming heeft plaats gehad. Maar uitgeroeid is dat kwaad hier evenwel nog niet, hoevesl scherper de politie ook daartegen is gaan optreden. Er zjjn nog sonteneurs, die tot onderdanen 'van dit land behooren. En aan twee daarvan werden Zaterdag door het crimineele gerecht in de Old Bailey de eerste geeselstraffen der de nieuwe wet opgelegd. Allereerst stond aldaar terecht een zeker heersohap van 40 j«ar, met den Ierschen naam van Timothy Patriek O'Connor. Hjj gaf den indruk van een welopgevoed persoon 5e zjjn, doch bjj weigerde den naam en het adres zjjner familie te noemen. Hjj verklaarde journalist te zjjD, jmaar bjj liet zich door publieke vrouwen onderhouden. Torwjjl hjj leefde met een van bBar, wist hjj met be- dricgeljjke voorstellingen omtrentzjjne positie een volmaakt fatsoenlijke jonge vrouw over te halen tot een huwelijk en dwong haar daarna de straat op te gaan. Hiervoor stond hjj terecht. Nadat de jury hem schnldig had bevonden, veroordeelde de rechter hem tot 18 maanden gevangenisstraf, plus SOgeesel- slagen met de „oat" (karwats). De veroordeelde kwam tegen do laatste straf op, omdat hjj was gearresteerd vjjf sn védr de nieuwe wet in werking trad. De wet bepaalde, dat zjj niet kon worden toegepast in loopende processen. Maar hoewel eerder gearresteerd, was deze man eerst 11 dagen na dien naar het crimineele gerecht verwezen. De rechter was van meeDing, dat hjj deze zaak door het Hof van Appèl kon laten uitmaken. Maar hjj voegde er by, dat hy den man wegens zjjn ernstig misdrijf tot de maximum-straf van twee jaar der nieuwe wel zou hebben veroordeeld, als hjj hem de geeselatraf niet had kunnen opleggen. Het tweede individu, Frederick Austin ge- heeten, 35 jaar en zich voor musicus uit gevende, werd ook beklaagd van op kosten eener publieke vrouw te leven, voor welk feit hjj vroeger al veroordeeld was geworden. Hjj kroeg twaalf maanden hard labour, plus 24 slagen met de karwats en de vermaning van den rechter op den koop toe„Zoek naderhand een beter bestaan, anders krygt ge meer van de „cat". Hot geeselen is een barbaarsche straf, maar zulke individuen verdienen haar zeker wel het meest. Indien zy berouw over hun slecht leven toonden en beterschap beloofden, zou geen Engelsche rechter or aan denken, hun die pynljjke vernedering op te leggen. Maar bjj hun schandelijk leven zjjn souteneurs op hun manier ook nog trotsch. De „oat" zal hen echter op den duur wel meer afschrikken. Eon derde souteneur, een Engelsche voer man, ontving heden te Birmingham voor hetzelfde misdryf twaalf maanden hard labour, plus veroordeeling tot achttien geeselslagen. Kijkjes uit mijn venster. Van wereldstad fielten en ba- drogen Helder8che menachen. In Amsterdam voelen zjj zich thnis. Daar wonen zo liefst op deftige grachten of in straten met klinkende namen, waar ze altjjd keurig netjes voor den dag komen en met fijne kleeren branischoppen, waar ze den groote meneer spelen, gostyleerde baarden om de kinnen, monocle in de oogholte, ringen aan de vingers, parels in 't blank-harde smo- kinghemd, lakschoenen en sjjden kousen onuitstaanbaar gewichtig. Ga ze persoonlijk eenB bezoekenbjj een boeltje dat een mag- nifieken indruk maakt. Ruim kantoorvertrek, boekhouder aan den lessenaar, elegante blondine met snoeperig toiletje en prachtig- gesoigneerde handen voor de schrijfmachine over-yverig typewritend en bovendien nog een volontair penkrassend, met 't hoofd heel diep over het werk gebogen. Zjj geven sich nit als directeur van een buwel jjks-bureau. Daar steekt niets in. Ieder doet w&tde een springt door hoepels, de ander conserveert oude ossen in blik, 'n derde draait knoopen nit de beenderen van een vorig geslacht en 'n vierde reist in bretels en manchetknoopjes. Het leven is betrekkelijk lang. Als men rekent dat de mensch gemiddeld vjj f-en-twin- tig jaar wordt ik heb de statistiek niet bjj den hand, doch laten we nu eens suppo- seeren dan maakt dit 1300 weken of 9100 dagen. Men moet iets doen om daar doorheen te komen. Men kan maar niet halsstarig bljjven zitten, zelfs de allerrijkste niet. Het is absoluut noodzakelijk, dat we aohoenen verslijten, trouwen, naar diners gaaD, onzen neus snuiten, prijscouranten laten drukken en meer van die bezigheden ver richten, zonder dat we eigenljjk weten waar 't voor dient. Doch de feiten wjjzon uit, dat men er niet buiten kan. Zjj nu geven zich nit als directeur van eon huwelijks-bureau. Maar het tergende ervan is dat deze wezens hoewel zjj met bluffende dikdoenerij zich aanstellen als degeljjke, vertrouwde lui in hun zaken menig goedgeloovig sterveling kwaad doen. Zjj toch sjja meestal armer dan kerkratten en loeren feiteljjk als de ergste woekeraars, als de gevaarlijkste bloedzuigers op de con tanten van hoD, die „langs den meer en meer gebruikeljjken weg" in kennis wenschen te komen met een geheel onbekend iemand, teneinde na wikken en wegen en goedvinden onder elkander een gelukkig huwelijk aan te gaan. Dat er geen wet gemaakt wordt om je tegen dergelijke individuen te be schermen hoe jammer voor de slacht offers. Want waarlijk, steeds en steeds weer vliegen menschen uit allerlei plaatsen, dorpen en gehuchten in de goed gesponnen netten van deze doortrapte oplichters. Kan het ook anders? Men moet door ervaring weten op welk een sluwe wijze de heeren te werk gaan om met succes hnn slag te slaan. Ik wil dit met een voorbeeld even uiteenzetten, bet is misschien een nuttige vermaning, die veler behartiging verdient. Voor my ligt een advertentie, onlangs geplaatst in een onzer groote dagbladen. Mot 'n vet lettertje stond or boven: huwelyk. Dan: een eenvou dige gefortuneerde jufironw wenscht in kon nis te komen met een net, ontwikkeld per- sood. Brieven letter A. C. centr aal-ad ver- tentiebureau, enz. Byna niet in't oog loopend, zou je gemeend hebben dat het ding beele- maal geen aandacht kon trekken. Maar o wee I Juist die eenvoudige, beknopte, schijn baar eerljjke inhoud prikkelde menigeen en geloof maar dat een aantal mannen van allerlei leeftijd in stilte reeds hun hoop bonwdeD, op de kans om een meisje met geld machtig te worden. Let wel hoe de annonce was samengesteld. Immers niemand kon vooruit gissen de leeftijd enz. van de bewuste dame Alleen het fortuin diende als lokmiddel om zooveel mogeljjk liefhebbers tot schryven te bowegen. Hier echter zit reeds een addertje onder 't gras. Eerst later wordt de ouderdom, beginsel, het lieve, zachte karakter, kortom alle voortreffelijke eigen schappen van het mensch in kwestie g e- r e g e 1 d door niemand anders dan het huwolykekantoor, dat de advertentie liet plaatsen, louter verzonnen regels, om wat zoete winstjes in den zak te steken. Wee die correapondeeren in den waan dat men het met een heuscho particuliere juffrouw te doen heeft. Het een en ander komt duidelijk aan 't licht zoodra men ge schreven heeft onder de letters A. C. Byna direct krjjg je antwoord en je komt tot de ontdekking, dat hier een gladde huwelijks makelaar in 't spel is, die o zoo handig zyn bemiddeling van leugenachtigen aard presen teert. Men omschrijft n zeer beleefd en nauwkeurig de dame, die hnwen wil. Men geeft zelfs brutaalweg de straat op waar zij woont, alleen het huisnummer wordt ver zwegen, blyft helaas geheim. Om oogen- blikkelyk in aanraking te komen met haar, die men zoo vurig begeert wellicht uit sluitend om d'r duiten stelt het kantoor harteloos zyn voorwaardeneerst dokken met vyf galden, en na het slagen nog eens tien pop. Hierin is niets ongeoorloofds. Wat beteekent zoo'n simpel offertje om te specu- leeren naar kapitalen F Jan, Piet en Klaas sturen fluks een postwissel van twee rijks daalders en het dobbelspel is in vollen gaDg. Edoch, oliedomme, arme kerels in do land stadjes en achterhoeken I Begrijp toch, dat de gefortuneerde dame gefantaseerd is in de kolommen van een blad. En lot wel, dat het kantoor niets anders en niets moer doet dan uw lief geld in ontvangst te nemeD. Zie eenseen stuk of wat Nieuwodiepers, die ook vyf gulden gezonden hadden, boorden in den eersten tjjd niets, werden ongoduldig en schreven nog eens. Niets volgde. Zy werden wrevelig en vroegen weer en nu wat drin gender, hoe het er mee stond. Geen antwoord. Ze werden heelemaal ontstemd en deden opnieuw hun best om een teoken te ont vangen. Het kantoor gaf echter ijskoud geen letter terug. Toen werden onze plaatsgenooten razend en speelden voor de zoovoelste maal per brief geducht ophun poot. Dat hielp. Waarachtig, dat gaf. Ten slotte kregen ze de oplossing: in 't kort werd gemeld, dat de genomen informaties zoodanig waren, dat men niet in aanmerking kwam met hetryko scbjjnscl nader in aanraking te komen. Basta! Alduszooveel maal vyf gulden naar de maan. Gelnkkig dat men nooit tot de tien komt, die betaald moeten worden als men het duifje goed en wel te pakken heeft, want wie weet wat voor kat in den zak je bovendien nog kocht. Doch er zyn uitzonderingen. We hoor den van andere Nieuwediepera die eveneens geschreven haddea en gingen aan 't visschen. Zy hadden een oogenblik koelbloedig over wogen, de schyn en de logen in volle naakt heid goed begrepen, waren verbitterd of lachten om 't geval dat ze in een muizenval terecht gekomen waren en besloten verder niet in te gaan op het aanbod van 't kantoor. Evenwel dit laatste is een onderneming die met Blimheid en driestheid iets bedenkt om toch te overwinnen. Die zich niet over gaven aan de lichtzinnigheid van vijf galden op te werpen voor een vermogen in de toekomst, worden een paar weken later weer krachtig bewerkt. Een pakkend kunstmiddel gaf hen nog eens gelegenheid om met de juffrouw kennis te makeD. Men schreef onbeschaamd ongefrankeerd dat do ver loving der jafirouw met den heer M. (I) niet was doorgegaan omdat gebleken was dat „hy" te véél schulden had en ojrg dronk. Men wees uitdrukkelijk op de bekende voor waarde en spoorde aan om zoo spoedig mogeljjk te handelen. De pientere Nieuwo diepers, die nög dieper gingen voelen, waag den zich vanzelf niet en smeten de gevaarlijke verdichtselen van brutale, grovo speculatie nydig in de kachel. Doch wie telt het aaDtal slachtoffers die door schade wjja worden Nog eenige jonge Nieuwediepors werden eveneens meegesleept en vroegen mjj om raad. Met een aitdrukking van de diepste neer slachtigheid op 't gelaat lieten zy my hun brieven van het huwelykskantoor lezen, 'n BendeDs vele gedaanten, die dezelfde gefortuneerde juffrouw telkens voor verschil lende personen aannam, gaven inderdaad stof genoeg om het nit te proesten. By de een was ze 26, by de ander 29, by een derde 82, by een vierde 36 jaar, zoo'n beetje af gemeten naar den ouderdom van de mannen, die dolgraag „this lady with enough money" in de armen hadden willen sluiten. „Wht moeten we beginnen schreeuwden sjj bjjna gelijktijdig in de war. „Hoo komen we weer aan ons geld raasden ze wanhopig. „Wat jullio moeten beginnen zei ik. „Wel, doodeenvoudigafloeren om je voor taan door zulke kantoren te laten ljjmen. En wat het geld betreft: kennen jullie goed fluiten Ik herhaalkunnen jullie goed fluiten Toen gingen de slaapmutsen verdrietig heen. FEUILLETON. Eensklaps werden de gelaatstrekken van Haudecoenr somber, en hy wendde zich tot Margaretha mot de woorden: „Als gjj ge looft my dankbaarheid verschuldigd te zyn, mevrouw, beantwoord my dan openhartig en naar waarheid een vraag. Weet uw zoon, door wiens hand zyn vader werd gedood?" „Neen", antwoordde zjj huiverend, „nie mand behalve ik alleen kende tot nu toe de treurige waarheid. Het geschiedde in de eerste plaats ter wille van Gérard, dat ik het verzweeg." Haudecoeur schudde het hoofd. „Ik moet hem noodzakelijk spreken en eenige vragen doen", zeido hjj na eenige overweging. „Zou dit mogeljjk kunnen zjjn „Niets gemakkelijker dan dat", antwoordde de advokaat. „Hjj is in huis, en ik wil eerst maar eens sien, of er niemand van de be dienden meer op is, dan breng ik bjj hem." Hij ging naar de deur en opende die, maar trad verschrikt achteruit, want dwars voor den ingang lag een lichaam onbewege lijk uitgestrekt. Gérard was daar bewusteloos neergezonken; bljjkbaar had hjj, door arg waan getroffen, aan de deur geluisterd en door de hem met afgrjjzen vervallende be kentenis sjjaer moeder het bewustzijn ver loren. Demari Haaéeeeesr bourdon hom op hem naar een leuningstool, die in do slaapkamer zjjner moeder stond. Deze dacht nu niet meer aan de vreeselyke ver houding, waarin sjj zich tegenover haar zoon bevond, nadat Gérard alles had vernomen, zy dacht eenig en alleen aan de smart, die deze daarbjj gevoeld moest hebben. Zjj knielde naast hem neder,, sloot hem in haar armen en kuste hem herhaalde malen onder het storten van heete tranen. Door hun vereenigde pogingen keerde zjjn bewustzijn eindelijk terug, maar hjj keek eerst als een waan zinnige om zich heen. Toen was het aan zjjn gelaatstrekken te zien, dat zjjn denkvermogen weer terug keerde, en nu verzocht Margaretha den beiden mannen door een gebaar, haar met haar zoon alleen te laten. Bjj haar eerste onderhond met hess mooht niemand tegen woordig zjjn. HOOFDSTUK XVI. Nadat Demari en Haudecoeur zich weer naar do salon hadden begeven, versocht Demari aan zjjn beschermeling hier een oogenblik te wachten, terwjjl hjj onderzocht, of de bedienden zich ter ruste hadden be- geveo. Niemand mocht er iets van weten, dat zich nog. een vreemdeling onder dit dak ophield. Spoedig keerde hjj weer terug en zeide: „Laat nu alles vol vertrouwen aan mjj over, Haudecoenr. Ik zsl voor u en in zekerd belang handelen, daarvan moogt gjj jrd zyn. Eerst moet gjj eenige uren in myn kamer slapen, maar voor het aanbreken van den dag zal ik u zooveel mogelyk langs onbekende paden naar een mijner pachters geleiden, die zjjn hoeve midden in hetbosch van Moisson hssft. Daar, deuk ik, zult gjj zoo lang verborgen kunnen bljjven tot ik in uwe en onze zaak de noodige stappen heb gedaan." „Wat sjjt gjj dan van plan te doen, mijn heer Demari „Wacht dat maar rustig af, beste Haude coenr, en wees overtuigd, dat wjj uw edel moedigheid niet zullen misbruiken." „O, spreek niet van edelmoedigheid, mijn heer Demari; ik handelde eenvoudig zooals mjjn hart mjj ingaf. Ziet gjj, ik had er zelfs een zelfzuchtige gedachte bjj. Gjj hebt een stiefzoon, die mjj voor eenigen tyd heeft verklaard, dat hjj mjjn dochter bemint, en ik geloof, dat deze hem ook zeer genegen is. Nu dacht ik, dat het de sohitterendste voldoening voor mjj zou zjjn, als de zoon van Baanpré de dochter huwde van hem, dien men ten onrechte als diens moordenaar heeft veroordeeld. Dat kwam mjj in gedachte, toen mjjnheer Gérard op Nouméa bjj mjj kwam met de verklaring, dat hjj mjj voor onschuldig hield en een plan had ontworpen, om mjjn ontvluchting mogelyk te maken." „Heeft hjj dat gedaan?" „Ja zeker, maar later „Nn, spreek maar openhartig!" Haudecoenr deelde nu in het kort alias mede, wat hem later was overkomenDemari echter schndde daarbjj het hoofd en ver klaarde op beslisten toon: „Gjj hebt Gérard stellig ten onrechte verdacht. Ik kan u den samenhang niet verklaren, daar ik voor den eersten keer van die zonderlinge voorvallen hoor; maar ik kan n de verzekering geves, dat Gérard tot zulk een verraad niet in staat is." „Wilt gjj mjj nu toestaan, dat ik hem eenige vragen doe?" Demari klopte aan de de«r van de slaap kamer, en dadeljjk daarop kwamen Gérard en zyn moeder, beiden zeer bleek en met rood beschreide oogen, weer in de salon. „Mjjnheer Gérard", begon de vluchteling, „ik zou gaarne het een en ander mot n bespreken." „Ik kan wel denken, wat gjj wilt zeggen, mjjnheer Haudecoeur", antwoordde de jonge man treurig. „Door uw vrouw en Louise heb ik reeds vernomen, dat gjj mjj beschul dig!, dat ik herhaalde malen naar uw dood of uw gevangenneming door de politie heb gestreefd." „Deze pogingen tjjn werkeljjk gedaan, mjjnheer Gérard, dat kan ik onvoorwaarde lijk staande honden, en daarvan zjjn de bewyzen voor ieder siohtbaar. Maar gjj waart niet alleen; en ofschoon ik u vroeger heb beschuldigd het met Collivet op mjjn onder gang te hebben toegelegd, zoo trek ik die beschuldiging nu in. Maar des te stelliger houd ik mjjn aanklacht tegen uw reismakker vol." „Maar zeg mjj nu dan ook: met welk doel zou Collivet zulke misdadige aanslagen tegen u hebben gesmeed „Dat weet ik niet; maar hjj heeft in elk geval een bepaald doel gehad. Laat ons er gezameljjk naar zoeken, misschien vinden wjj het dan." Gérard antwoordde er niets op, hjj werd steeds nog bezig gehouden door de zoo pas gehoorde onthullingen, zag niets dan bet bloodende ljjk van zjjn vader en dacht altjjd slechts aan het vroesoljjke, dat het zyn moeder was geweest, die hem had gedood. Eerst wendde Haudecoeur zich tot Marga retha, die in haar afgetrokkenheid ook nauwelijks lette op hetgeen hjj zeide; maar hjj stesrde sr zich sist aan, esn idé# flxs scheen hom te beheerschen. „Gjj herinnert u natuurlijk alle bjjzonder- iden, bjj den dood van den heer Beaupré, mevrouw", begon hjj. „Ik ken er slechts een gedeelte van, dat mjj persoonlijk aanging. De rechter van- instructie had er ook geen ilang bjj, mjj het overige mede te deelen." „Wat wilt gjj weten? Wat moet ik u zeggen?" vroeg zjj mat. „Als ik het mjj goed herinner, vernaamt gjj door Collivet het plan van den heer Beaupré, om te vluchten." „Zeker, hjj liet mjj zeggen, dat myn echt genoot mjj in zjjn kamer verwachtte, en toen ik daarop bjj hem binnenkwam, ontdekte ik zyn voornemen." „Collivet was u dus wel zeer genegen „Dat geloof ik stellig." „Hjj was zjjn principaal in ieder geval volstrekt niet genegen, want hjj maakte zjjn vlucht onmogelyk. Hij had hem geen erger streek kunnen spolen, als hjj hem haatte en zich op hem wilde wreken." Margaretha maakte een moedeloos gebaar. Wat baatte het, weer op al die treurige omstandigheden terug te komen Waartoe kon dat dienen Haudecoeur scheen daarentegen volstrekt Diet van die meening, want hjj ging voort: „Collivet moet stellig het geheim kennen, dat den dood van den beer Beanpré omhult." Nu luisterden de aanwezigen toch iets op lettender naar hem, en Gérard vroeg: „Waar om ejjt gjj op deze gedachte gekomen „Dat is zeer eenvoudig. Het staat vaat, dat Collivet tweemaal getracht heeft mjj den dood te doen vinden en horhaalde malen pogingen heeft gedaan, om mjj weder in handen der politie over te leveren. Met welk deel dat hebben wjj reeds vroeger gevraagd. Uit persoonljjken haat? In geen geval, want wjj konnen elkander nauwelijks, en van persoonlijke vjjandsohap kan dus geen sprake zjjn. En toch vreest bjj mjj, ik sta hem in don weg. Mjj dunkt, dat hjj den werkeljjk schuldige kent on om zjjnentwil in angst verkeert, want uit loutere lust tot het kwade wordt men geen misdadiger." Wat hjj aanvoerde, was zeer juist, maar zjj begrepen nog niet, waarop hy eigenlijk doelde. Haudecoeur ging toen voort: „Toen Colli vet mevrouw Beaupré op den weg van haar man voerde juist in het oogenblik, toen deze rich wilde verwjjdereD, heeft hjj bepaald voorzien, dat het tusschen hen tot eeD hevige twist, ja misschien zelfs tot oen strjjd zou komen, daar voor beide partjjen alles op het •pel stond. Ik houd het zelfs voor niet on mogelijk, dat hjj reeds vooruit aan oen bloedigen afloop heeft gedacht, toen hjj den revolver op de schrijftafel zag liggen. En alles, wat hjj voorzag, is juist zoo gebeurd." „Toen ik vóór onze reis naar Nionw- Caledonië", zeide Gérard, „tegenover Colli vet de meening opperde, dat gjj het slacht offer van een rechterlijke dwaling waart geworden, deed hjj een aiting, waaraan ik sedert dien tjjd dikwjjls heb moeten denken. „Gjj kunt den moordenaar nws vaders slechts onder de drie personen zoeken, die geduren de de laatste oogenblikken zjj os lovens in zjjn nabjjheid zjjn geweest", zeido hjj. „Dezo drie personen zjjn Haudecoeur, uw moeder en ik. Als Haudecoenr onschuldig is, bljjft u slechts de keus over tussohen uw moeder en mjjl" (Wordt vervelgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1913 | | pagina 1