Nntrlcla's
DeWitWerf.
WAXINE
zEpto
i vETLooer
Zenuwhoofdpijn-
iVoard-Aiiierikaansche Hypotheekbank
KARNEMELKZEEP
VOED
LICHTEN
EINDELIJK VEREENIGD.
AFSLAG van mijn b®ate
GEZOÏÏTEH GEOENTEB",
lste soort Snljboonen 8 cent
2de 6 por pond.
Slaboonen 6
Aau hetzelfde adres:
puik beste AARDAPPELEN.
J. KLUFT, Rozenstraat 60.
De Bekende Professor-
ale verstrooidheid achünt epidemisch te
wprden. Onbegrypelyk is 't, dat er zoo-
velen, die de beroemde Gedézalf tegen
eelt en likdoorns willen toepassen en zi«h
waardelooze namaak in handen laten
stoppen. Prys der Gedézall I 0.20. Ver
krijgbaar bij: A. MIJNHARDT, drogist,
Kanaaiweg 147 by „Casino".
HEUREKA
Reukloos Hoofdwater,
bestaat uit Chemisch zuiver extractie!
plantenstoffen. Vernietigt en voorkomt.
levend hoofdonrein.
35, 25 en 15 cent pes* flacon.
Alom verkrijgbaar.
Fabrikant S. C. (1. DE MAN,
KONINGSTRAAT 39.
Pastilles van dr. LAPPONI, hoog weten
schappelijk gunstig beoordeeld, zonder
nadeeüge werking op het hart, in ge
heel Europa in gebruik, aanbevolen door
tal van Doktoren.
Prys per flacon f0.75, proefbusjes
f0.26. Verkrijgbaar by de Firma DE
BIE—Biersteker, Keizerstraat 93.
7 Let op het adres
la tfroonatraat 7, n./b. de Spoor
straat, besteedt men de hoogste waarde
voor 2a HandsmeubeSen, alsmede
voor Koper, Lood, Zink, Lompen, Klee-
dingstukken, Rommeling, enz.
Laat zich voor alles aan huis ontbieden.
Beleefd aanbevelend,
7 C. VISSER. 7
Maaglijders.
Het MAAGPOEDER VAN APOTHEKER
BOOM is het beste geneesmiddel voor maag
pijn, maagkramp, zuur, hartwater, en slechte
spijsvertering. Prys per doos 75 ct. Verkrijg
baar in de meeste Apotheken on Drogist-
winkels.
99
HELDRIA".
HAARHERSTELLER.
Beproefd middel tegen het uitval
len en tot bevordering van den haargroei
van het hoofdhaar, blijkt steeds het beste,
per flacon 50 oent.
Alleen verkrijgbaar by
T. van Zuyien,
SPOORSTRAAT. Coiffeur.
Aambeien.
De Aambeienzalf van Apotheker BOOM
geneest spoedig in- en uitwendige bloedende
en blinde Aambeien. Het jeuken bedaart
spoedig. Prys per doosje 50 ct. Verkrijgbaar
in de meeste Apotheken en Drogistwinkels.
De uit prima zuivere grondstoffen vervaardigde
PLEINES' I* soort „DUIF"
heeft, volgens een onderzoek, ingesteld door de bekende Scheikundigen,
de Heeren Schalkwijk Pennink te Rotterdam, een
vetzuur- water- zeopgehalte
40,04 16,71 43,06
Let nu eens op hoe proot het verschil Is met onderstaande cijfers
„Sneeuwwit"
„Het Anker"
„Waschvrouw"
„Edelweiss"
en ge ziet immers direct, dat „Oe Duif" het verre wint, d.wz door
NIETS is te vervangen.
vetzuur
water-
zeopgehalte
33,47
31.83
36.06
29,13
34,67
31,56
28,02
41,42
30,14
27,17
39,42
29,40
WASCHT GUflET PEZE ZEEP UW KLEEREN
ZC^WORDEN WIT GELIJK MIJN VEEREN.
Qaveatigd te LEEUWARDEN.
f10
Koers 101 pCt.
Den Helder.
PANDBRIEVEN Ln„Tioon van1000 ~'"00
Verkrijgbaar bij de Heeren
P. GROEN ZOON
Thee
onovertroffen van kwaliteit en zeer water
houdend, 70,80, 90 en 100 cent per pond.
Pakjes van - I - 2'/s onst
In het oude Victualiehuis.
I. MAALSTBED, Cljkstraat 22, Helder.
Wederverkoopera provisie.
(Ongedextrlneerd)
is hef beste.
DUIZENDEN KINDEREN WORDEN
HIERMEDE GEVOED.
Grootste debiet - dus steeds versch fabrlcaat.
By geregeld gebruik heeft de afnemer
recht op zes gratis photo's van zyn kind.
Origineele attesten voorhanden, welke op
verlangen gaarne ter inzage worden gezonden.
Op verzoek van den cliënt geschiedt gratis
scheikundig onderzoek door een door ons aan
te wy'zeu Scheikundig-Bureau.
PRIJS PER PIKJE m '|a K.fi. 20 ct„
élËËMsZJ per pakje van 'l« K.G. II ct.
Verkrijgbaar ts den Helder, bij: P. Verberne, Hoofdgracht; J. Kuiper, Bin
nenhaven; J. Klcio, Binnenhaven; Wed. Goudswaard, Nieuwstraat; H. Thie-
man, Spoorgracht; Gebr. Verbeet, SluisdykstraatWed. MartinesBen, Go-
versstraat; F. Barb&rini, Middenstraat; J. Verburgt, GoversdwarsstraatJ.
Kuipor, Wachtetraat; C. Verberne, Weststraat; J. Scheer, Kanaaiweg; B. d©
Boer, Piet Heinstraat; BoogaerdeMeyer, WilhelminastraatWed. Zomer,
Rozenstruut; M. S. Br cm er, Keizerstraat en Aldorlieste, Sluisdykstraat, by wie
tegen inlevering van deze annonce een gratis proefpakje van bovengenoemd Kinder
meel verkrijgbaar is.
Maatschappij „NUTRICIA", Zoetermeer. Afdeeling: ZUIGELINGENVOEDING.
De meest gevraagde en voordeeligste zuivere bereide Verf ia
G«va«tigd 1876.
Fabriak Heides*.
Verkrijgbaar. geBtold by do Hoeren: A. Korfk Az., Kanaalwog; H. i>b Wit Jhz., Koi-
zorstraat 13 (direct by 't Spoor); Texel: P. Boon Mz., CocksdorpA. Ellen, Oosterend
Wioringon: Wed. Kalbvkld; Joh. Takks Tz., NoorderbuurtKoegras: D. Markes;
Julianadorp: M. Noot; 'tZand Zype: P. Ruis; IJ mui den: D. C. Kaan.
£n gs«os. Vepzendingen naai* alle plaatsen. En Det&sl.
Magazijn en fabriek BINNENHAVEN 74, HELDER. H. DE WIT.
Millioenen
gebruikers van KLAVERBLAD'S BEROEMDE
■•Pk MELKMEISJE,
bevestigen dat zy eonig is in het gebruik, zy
maakt de huid WIT ALS SNEEUW EN ZACHT
ALS FLUWEEL. Alle andere onder den naam van
Karnemelkzeep verkochte zeepen zyn namaaksels.
«T Let dus op het merk MELKMEISJE.
Stoomzeeplabriek „Het Klaverblad'
HAARLEM.
Voor het verwarmen van baby's flesch dient de doelmatige
Voedselwariner, door ons a 2.50 in den handel gebracht. In
dit toestel moeten WAXINE Voedselwarmerlichlen worden gebrand.
30 cent per doos. Indien niet bij Uw winkelier verkrijgbaar zenden
wij deze lichlen rechtstreeks. Geef ons don tevens den naam
van uw winkelier op. E. G. VERKADE ZN, Zaandam.
Feu praatje
vooriedereen.
Ons geslacht gaat achteruiten dat is
geon wonder. Het leven is moeilijkvoor
velen is de atryd om bet beBtaan zwaar
velo menschen leven op hunne zennwen en
verteoren hun kapitaal, d.w.z. hunne gozond-
heid.
Wanneer gy eene bleeke gelaatskleur hebt,
blceke lippen, bleek tandvleescb, dau ligt
het vermoeden voor de hand dat gij ook
door den algemeenen vyand rijt aangevallen.
Komt daar dan straks hoofdpijn, slapeloos
heid, gedurige vermoeidheid by, hebt gij te
klagen over gebrek aan eetlust, ovor misse
lijkheid of duizeligheid, ziet gij tegen alles
op, als of u alles te véél is, dan behoeft gy
er niet aan te twijfelen, dat zyn alles teekenen
yan eene algomeene depressie. Gy hebt den
eersten aanval reeds van don algemeenen
vijand, die or zoovelon velt, «miemie (blood-
armoedo) on neurasthenie, (zenuwzwakte).
Drie soorten van middelen worden tegen
woordig, aangewend. Men heeft de middelen
waarvan het hoofdbestanddeel dierenbloed
is. De arme lijders krygen dan, onder een
mooien vreemden naam, bloed te slikken,
vermengd met glycorine, cognac of malaga.
Dit heeft ongetwijfeld sommigen geholpen
maar velen haddon er een walg van, en toen
de sieken wisten dat het bloed was, wilden
zy het niet meer nemen. Dikwijls worden de
flrschjes, half vol, in don aschbak gegooid.
In de hitte vooral is dit bloed spoedig be
dorven den tweeden dag is er reeds lucht
aan.
Een veel meer genomen middel is het mine
rale staal. Allo deskundigen sjju het or over
ééns dat het staal een bestanddeel ie van
het bloed eene menigte menschen zyn zwak
omdat zjj geen ijzer in hot bloed hebben
en toch is het óók waar dat ©on groot getal
mrnschon ljjdt door een onverstandig gebruik
van staalpillen.
Het is bekend dat eon goed gezoHd mensch
3.07 gram y'zor in zjjn bloed heeft, ruim
drie gram. Hoe kan het dau wezen dat er
zyn die, op raad van hun doctor, maanden
achtereen staalpillen innomen, en nochtaus
bloedarm blyven Hoe dikwyta hebben zy
al drie gram ijzer gesliktZeker wel honderd
keerenhoe ksn dat toch
Maar dan is het tooh duidelijk dat het
bloed dit ijzer, in deze verbinding, niet op
neemt
Groote geleerden hebben daarover nage
dacht. De beroemde Duitache physioloog prof.
Bunae is, na geleerde proeven over do op
name van yzer in het bloed tot deze slotsom
gekomen: „het yzer moet in plantas!*»
dige verbinding in het organisme
worden opgenomen". En professor Nothnagel
in Weenon zegt„het, staal is ons van geen
nut of voordeel, dun wanneer hot ons in
organische verbinding wordt toegediend door
de plant".
En nu heeft de aandachtige lezer reeds
geraden wat het dai*da middal is om
deD gemeenschappeljjkon vyand te bekampen.
Geen dierenbloed, geen mineraal staal, maar
ijzer in organische verbinding ZOOfllS
hei gevonden wordt in do
plant.
De Sanguinoaa bevat nu juist die
yzerdeelen ia plantaardige verbinding. Zy
bied: ze u aan, zóó licht verteerbaar, dat se
gomakkelyk in het bloed worden opgenomen.
De Sanguinose bevat 0.07% staalvolgens
de onderzoekingen van Dr. Drinkwater,
F. I. C. en F. R. C. vau de Edinburgh School
of Medicine 0.08%, dat maakt 0.21 of 0.24
gram op ©en flesch. Dit schjjnt wel bizonder
weinig, maar hot wordt in het bloed opge
nomen, en dat is de hoofdzaak. In zjjne studie
over de Sanguinose zogt Dr. Pol Demade
(die onder don naam Jean Sois zeer be
kende brieven over volksvoeding schreef)
„daar is eon laty'usch spreekwoord dat zogt
„nemo dat quod non habet", niemand kan
geven wat hy zelf niet heeft". Dit kan worden
toegepast op de Sanguinose. Zy geoft kracht,
omdat zy zelve kracht is. Zy bevat de kracht
van de geneeskrachtige kruiden en planten.
Ik heb de Sanguinose leeren kennen als een
zeer werkzaam middel in gevallen van bloed
armoede en zenuwzwakte. Ik hob haar in
vele honderd© gevallen toegepast met succes.
Daar zyn hardnekkige twyfelaars die spreken
van „Suggestie", van „verbeelding". Maar ik
heb de Sanguinose gegeven aan kinderen, en
aan menschen die niet wisten wat zy kregen.
Het deed hun goed. Dit bewyst voldoende
dat „Suggestie" is uitgesloten
In hot buitenland hebben vele doctoren
de gunstige werking van de Sanguinose reeds
beproefd. In ons land komen ze er nu ook
al meor en meer toe. Het is ook meer dan
dwaaB en erger dan onverantwoordelijk, om
met zekere hardnekkigheid altijd opnieuw te
grypon naar eon middel dat niet hielp, ja
dat in sommige gevallen kwaad deed, en
voorby te gaan een middel dat honderden,
ja duizenden geholpen heeft die by de gewone
behandeling goen baat vonden, of het gewone
minerale staal niet konden verdragen.
Wanneer gy geen baat gevonden hebt by
uwe tegenwoordige behandeling, neem dan
eens de proef met de Sanguinose. Die zooveel
honderden geholpen heeft, helpt ook u I
Te rerkrygen by alle eerste Apothekers
en goed© Drogisten, en byDE BIE
Biersteker, te Helder.
Den Haag. van Dam Co.
FEUILLETON.
2)
Wijl zy my het recht niet wilde geveu
aldus over hare toekomst te beschikken, kon
ik niets meer doen. Droevig gestemd zei ik
liuar vaarwel en ging toen huiswaarts. Ik
wilde mijn ongelukkige liefde trachten te
overwinnen.
Nu en dun ontving ik een sehryven vun
Anna. De brieven waren vriendelyk doch
kort. Zij gaven mij echter geene hooi). Fn
toch was het mij oumogelyk, my myn zaak
als geheel hopeloos voor te stellen. Ik was
misschien met liet vragen harer liefde te
hnustig geweest! Myn gevool zeide mij, dat
ik te spoedig na liuars moedors dood met
mijn verklaring voor den dag was gekomen.
Dat was het misschien! Ja, als zy geheel
hersteld was van den /.waren schok, kon ik
het weer beproeven. Ik besloot enkele maanden
te wachten en dan nogmaals haar myn gevoolons
van innige gehechtheid te betuigen.
Hoe langzaam ging die tyd voor my voorby
Na een tiental maanden scheen het inij toe,
il.it er in de brieven een helderder en vroolyker
toon weerklonk. Ik maakte mij zelf' diets,
dat dit mij iets goeds voorspelde, my eeuige
hoop gaf.
Een liefde als de myne moet op het einde
overwinnen, dacht ik.
Ik ging naar Utrecht en zag opnieuw haar,
die ik zoo inuig beminde. Zy ontving my
vriendelyk. Niet lang had ik neergezeten, of
ik begon mijn pleidooi opnieuw. Zy stuitte
onmiddellijk myn woordenvloed.
Stil, 6prak ze, laat ons vrienden zyn.
Nooit! riep ik hartstochtelijk. Anna,
antwoordt mij, zeg mij thans, of ge mij lief
hebben kunt.
Met een blik vol medelyden zag ze mij
aan. Peinzend sprak ze:
Hoe zal ik u het best antwoorden?
Het krachtigste middel zal misschien wel liet
best werken. Als ik je zeg, dat het te laat
is, Willem, zult ge en wilt go dan begrypen
Te laat! Wat bedoelt ge? lleeft een
ander
De woorden bestierven my op de lippen,
toen zy van den vinger harer linkerhand oen
ring trok en my dien liet zien. Het was een
effen gouden ring, waarin gegraveerd was:
„Helgoland 4 Nov. 186!)." Een trouwring dus.
Smeekend ontmoetten hare oogeu de myne.
Zij boog het anders zoo fiere hoofd on zei
zacht
Ik zou het je al eerder gezegd hebben,
maar or waren'redenen die mij verplichtten
te zwygen. Ook thans mag ik liet nog aan
niemand zeggen. Ik liet je dit alleun zien.
omdat ik weet, dat ge dan geen ander antwoord
vorlangen zult.
Hare mededeeling maakte oen outzettonden
indruk op mij; myn gelaatsuitdrukking moet
haar dit hebbeu gezegd, want ze kwain naar
my toe en legde haar hand op myn arm.
Smeekend zag ze my aan.
Zoo niet, Willem. Ik beu het niet waard,
riep ze uit, ik zou je niet gelukkig hebben
gemaakt. Vergeet mij; ge zult wel een andere
vinden. Vergeef het my, indien ik je ver
ongelykt of misleid heb. Kom, treuwe vriend,
weaseh mij geluk.
Ik trachtte uiijn droge lippen te dwingen
om te spreken. Tevergeefs! De woorden
bleven mij in de keel steken. Ik kon geen
geluid geven. Ik viel in een stoel neer en
bedekte mijn gelaat met de handen.
Plotseling ging de deur open en er trad
een man de kamer binnen. Naar het uiter
lijke te oordeelen, was hij ongeveer veertig
jaar. Hij was groot en opmerkelijk schoon;
maar er was iets in zijn blik, dat mij scheen
te zeggen, dat hij geen goed mensch was.
Hij keek van mij naar Anna met een wan
trouwenden blik, terwijl Ik van mijn stoel
opstond.
Willem Dykstra, een oud vriend van
myn moeder en mij, zei ze kalm. Mjjnheer
Haakraa, stelde zij vervolgens voor. Toen zij
den binuengetredene met dozen naam, die nu
ook haar naam was, aanduidde, overtoog een
blos haar geheel gelaat.
Ik boog werktuigelijk, waarna wy over liet
woer en over onbeteekenende zaken eeuige
opmerkingen maakten, die zoor verstrooid
waren.
Ik reikte Anna dc hand ten afscheid on
verliet het huis met liet govoel, dat ik do
•llendigste man in Nederland was.
Anna was dus gehuwd eu dat nog wel in
'l geheim! lloe kon zy duurin hebben toe
gestemd? Hij, die hare liefde gewonnen had,
wat voor een man was liet Indien hy 't
voorwerp zjjner overwinning niet aan de
wereld durfde vertoonen, moest hy moeilijk
te voldoen zyn.
Dien nacht sliep ik niet.
Des morgens schreef ik uit myn hotel aan
Anna. Ik bood haar myn gelukwenschen aan.
Met geen enkel woord zinspeelde ik echter
Op het geheime van haar huwelijk, noch op
de ellende die dikwijls het gevolg van zoo'n
geheimhouding is. Ik smeekte haar, zich te
herinneren, dat wij vrienden waren, en dat,
wanneer zij ooit de hulp van een vriend
mocht noodig hebben, één woord van liaar
voldoende zou zijn om my tot haar to doen
komen. Het was alsof ik een voorgevoel had,
dat zy ellende zou hebben te verdurendaar
om smeekte ik haar, zich steeds onze vriend
schap te herinneren. Ik gebruikte noch woor
den van afkeuring, noch woorden van liefde
of verwijt.
Ik wilde niet terstond naar mijn woning
lerugkeeren, want ik huiverde bij de gedachte
aan myn eenzamen haard en aan de smart,
die mij daar telkens zou overstelpen. In den
roes der vermaken zou ik mijn droevige
herinneringen zoeken te ontvluchten. Ik kon
voorloopig wel in de stad blijven; mijn zaken
drongen mij niet. Voort dus naar den kring
der genoegens en afleiding gezocht. Afleiding?
Dwaas, die ik was! Mijn pogingen waren
vergeefsch.
Velen hebben als ik zonder succes ditzelfde
geprezen middel aangewend.
Eenige dagen na mijn onderhoud met Anna
wandelde ik in gezelschap van eon vriend,
die algemeen in de stad bekend was, dooi
de straten. Nadat wij een paar straten waren
doorgeloopen zag ik eensklaps op een stoep
een tnan staan, dien ik dadelijk als Anna's
echtgenoot herkende. Hij praatte niet enkele
andere heeren, die daar ook stonden. Wijl
zyn gelaat conigszins van ons was afgewend,
was ik iu staut de aandacht van mijn vriend
op hem te vestigen, zonder dat hij het merkte.
Hoe heet die man? vroeg ik.
Theodoor Tellinga, antwoordde mijn
vriend.
Wie en wat is hij Wat voor een man
is het
Hij is een baron, niet zeer rijk. De
mannen, die ge daar ziet, zijn zoo wat allen
van hetzelfde allooi. Men zegt, dat hij zeer
populair is bij de dames.
Is hij gehuwd?
Ik weet het niet. Dat mag de hemel
weten ook. Ik heb nooit gehoord van een
mevrouw of juffrouw Tellings. Er moeten er
echter verscheiden zijn, die zedelijk recht op
dien titel hebbeu.
Dit was dus Anna's echtgenoot. Ik knarse
tandde van woede. Waarom had hij haar
gehuwd onder een valsclien naam en waarom
hield hij zijn linwelyk geheim? Niet alleen
baron Theodoor Tellings, maar ook de edelste
in het land kon trotseh zijn op het winnen
van Anna's liefde.
Hoe meor ik over de zaak nadacht, hoe
ellendiger ik mij gevoelde. De gedachte, dat
de door mij beminde vrouw op de een of
andere lage wijze bedrogen wus, maakte my
bijna krankzinnig. De wetenschap, dat zy
don eenen ol' anderen dag het bedrog ont
dekken zou, was vreeselijk.
Wat kon ik doen? Ik wilde hier of daar
een verklaring aan Theodoor Tellings vragen.
Recht of raaclit daurtoe had ik echter niet.
Ik was voor Anna niets anders dan een
teleurgesteld minuaar. Ik gevoelde bovendieD,
dat ze mij haar geheim in vertrouwen had
onthuld. Zeker zou ik haar diep leed doen,
door dezen man te laten weten, dat ik met
zijn positie in de maatschappij bekend was,
wanneer hij goede redenen voor geheim
houding had. Hem kon ik niet tot verant
woording roepen, dut is waar; maar ik moest
toch iets doen, wilde ik later mijn hart niet
door zelfverwijt voelen wegteren.
Den volgenden dag schelde ik aan Anna's
huis aan. Zy kou mij dan vertellen, of de
naam, waaronder de man haar huwde, voor
haar de ware of de valsche was. Ik hoorde,
helaas, dat zy daags tevoren haar huis had
verlaten en niet weer zou terngkeeren. De
hospita wist niet waarheen zjj was vertrokken,
alleen dat haar plan was Nederland te verlaten.
Ik sloeg nu alle voorzichtigheid in deiï wind
en ging uaar het adres van Theodoor Tellings
zoeken. Na eenige moeite vond ik het. Den
volgenden dag meldde ik mij bij hem aan.
Hij had pas Nederland verlaten, werd mij
meegedeeld, 't Doel zijner reis was onbekend.
Treurig gestemd ging ik been. Het huwe
lijk mocht wettig of voorgewend zyn, Anna
was vertrokken, vergezeld door een man, die
om onbekende redenen doorging voor Haak.niu,
maar wiens werkelijke naam Theodoor Tel
lings was.
Toon keerde ik naar huis terug en zwoor,
dat ik met eigen baud wraak zou nemen op
den man, door wien zij verongelijkt was.
Toen Anna mij haar trouwring toonde,
onderging myn ganselie bestaan oen verande
ring. Van dat oogenblik af was ik een ander
mensch: alle geest- en levenskracht scheen
uit myn lichaam geweken te zijn. Werk
tuigelijk verriclitte£ik maand na maand mijn
arbeid. Verre vanfmij te verheugen over do
uitbreiding myner praktijk, deed het mij zelfs
onaangenaam aau, dat het getal myner patiënten
voortdurend toenam. Zoolang ik genoeg ver
diende om in mijn dagelijkscke behoeften te
kunnen voorzien, was al het andere mij onver
schillig. Rijkdom had voor mij geen waarde,
wijl hij mij toch niet kon verschaften, wat ik
verlangde. Myn toestand was zoo ellendig
mogelijk. Ik gevoelde geen behoefte aan vrien
den. Ik stond alleen, zou ik dat altijd ziju.
(Wordt vervolgd).