KLEINE COURANT 't Vliegend Blaadje voor HoltÉor, Texel, Wlerlngen en Anne Peulownem Mo. 4289 Zaterdag 27 September 1918 4Uts Jaargang. I 't Vliegend Blaadje p. 3 ra. £>0 et,, fr.jp. post 75 ct., buitenland 11.25 Pre- Zondagablad37J r 45 f 0.75 miën) Modeblad 65 i 75 M. (Voor het buitenland bij vooruitbetaling.) Advertentièn van 1 tot 5 regelt (bij vooruitbetaling) 30 cent. Elke regel meer6 Bewljs-exemplaar 2| Vignetten en groote letten worden naar plaataruimte berekend. V«rwh||at Dinsdag- as Vrijdagmiddag. Uiigawsn O. DE BOER Jr., Haldar. BuraauKoaiagatraat 89. Intirc. T«l«f. 40. Eerste Blad. Zij, die zioh met i Oetober a.e. op dit blad abonneeren, ont vangen^ de tot dien datum verschijnende nummers GRATIS. Aan onze abonné's buiten de gemeente wordt beleefd verzocht 't verschuldigde abonnements geld Vlisaend Blaadje! Zon dagablad en Modeblad kwar taal 1913 te willen overmaken per postwissel of aan postzegels vóóp 5 Oot. zullende anders daarover met 5 cents verhooging per poit worden beschikt. Postwissels voor dat doel behoeven slechts met een zegel van 21/» cent be plakt te worden. NIEUWSBERICHTEN. HELDER, 27 September. Do Maatschappij „Nutricia" behaalde op de Tentoonstelling te Gent met hare ver schillende producten, ingezonden door hare tabriek te Laeken, 7 grands priz, do hoogste onderscheiding welke werd toegekend. Jhr. P. Hartsen. t In den ouderdom van 80 jaren is Dinsdag te Amsterdam overleden jhr. P. Hartsen, oud-directeur der Nederlandache Handel maatschappij, on oud-president-commissaris der Holl. IJzeren Spoorweg Maatschappij. De overledene vervulde eerstgenoemde be trekking van 1175—1902. Botting. Ter hoogte van villa Groenendaal op den Naarderstraatweg te Laren (Gooi) kwam Dinsdagmiddag de anto van den heer Veniog Meinesz uit Amersfoort in botsing met de Gooische Stoomtram. De auto, die door den eigenaar werd be stuurd, werd geheel vernieldvan de tram werden de locomotief en de eerste wagen belangrijk beschadigd. De heer Meinesz en zijn chauffanr kwamen er zonder kwetsuren af. Het verkeer ondervond groote vertraging, daar de locomotief dwars over de rails kwam te staan. Schaper overtroffen. Schaper is overtroffen, zegt „De Maasbode". „Niet in z$n onafhankelijkheid om in zijn privé-leven te doen en te laten wat hij verkiest, coodat vrij „met zjjn dame" de luxe feesten van de bonrgeoisie bezoekt en meedoet aan het vredes-gehuiche), gesymboliseerd in het Haagsche Vredespaleis. „Maar ook reeds in zijn legendair geworden liefde voor het vaderland. Heeft Schaper namelijk eens verklaard, dat hij bij gevaar van oorlog onverwijld met het geweer op schouder naar de grena zou snelleD, de heer Nico Verkerk, nieuw sociaal-democratisch gemeente-raadslid voor Botterdam, verscheen Maandagmiddag ter Botterdamsche raads zitting in de hem wel flatteerende uniform van korporaal der genietroepen. De publieke tribnne vergaapte zich niet weinig aan deze ongewone verschijning op de groene regenten- banken. „Het is jammer, dat in den Baad de militaire zaken zoo goed als nooit aan de orde komeD, anders bad de sociaal-dcmocra- tischo fractie ook voor deze aangelegenheid baar specialiteit klaar staan. „Voor een coup d'é'.at van dezen Mars- zoon was de Baad in een te goedlaobsche stemming. „Tot „keiter" zal deze „petit-caporal" het wel niet brengen, maar als de partij nu toch de ministrieele portefeuilles eens had aangenomen, Nico Verkerk had als minister van oorlog geeD onaardig figuur gemaakt. „Te meer daar hjj als secretaris van den Nederlandschen Metaalbewerkersbond waar schijnlijk ook wel verstand zal hebben van kanonnen-gieten. FEUILLETON. HET PLEEGKIND. Als ze den eersten dag van haar aanwezig heid zag, hoe oom Horace het meisje, dat voor het linnengoed zorgde, heel geduldig toonde, hoe men naald en draad het best hanteerde, was zij goheol overtuigd, dat alles in goede handen was Na een week onledig in Hazlewood te hebben doorgebracht, begroette juffrouw Clay- ton natuurlijk ook do kleinste afwisseling met belangstelling en het was geen wonder, dat de gebeurtenis, die Horace haar op Mordlos raad meedeeldo, haar nieuwsgierig heid in hoogc mate opwekte. „Is het een aardig kind vroeg zij „Verwonderlijk aardig; Herbert en Mordle liefkozen hot bijna, alsof zy vrouwen waren." Beatrice snelde niet terstond er heen. „Wat denkt u te doen, oom Horace vroeg zij; „Ik weet het niet- Ik donk, wjj moeten het tot morgen houden en zien, of het raadsel niet opgelost wordt. Kom cd geef ons raad." Beatrice kwam in de vestibule. Het kind had iutusaclien vorderingen ge maakt; de predikant kittelde het cn maakte het aan het lachen, terwjjl Herbert vaderlijk zjjn haar streelde cn zoowaar de ernstige Whittaker welgevallig lachte. „Wat een hartelijk 1 toreltjeriep Beatrice, toen ze naar de tafel ging. Zü was het eerste vrouwelijke wezen, dat het kind voor oogen kwam, sinds het de „Wy veronderstellen, dat Spiekman, die niets hebben moet van het aankweeken van militaire aspiraties b(J de jeugd, deze nieuwe soort propaganda voor de attraotie van de militaire uniform bij zyn jongen partijgenoot met leede oogen moet hebben aangezien". Snelheid van treinen 1 Naar verluidt, zijn in het nionwe reglement op den dienst der spoorwegen, dat in 1914 zal van kracht worden, ook nadere bepalingen opgenomen omtrent de snelheid, waarmede de treinen mogen worden vervoerd, en zal de snelheid voor treinen, waarvoor het maxi- 0 K.M. per 75 K.M. bedragen, terwijl voor sneltreinen mum vroeger uur bedroeg, 90 K.M. per uur als maximum zal gelden, waardoor meer overeenkomst met de in het buitenland toegelaten snelheid wordt ver- kregon. De Nederlandicha mail over Marsellle. Naar aanleiding van verschillendo inge zonden stokken, waarin geklaagd werd ovor de slechte postcommunicatie Marseille-Hol- land, de laatste Nederlandsche mail bad 41 uur noodig voor het spoortraject Marseille 's-Gravenhage van plm. 20 uur, heeft de redactie vsn de N. Crt. zich gewend tot het hoofdbestuur der Posteryen en Telegrafie, waar men de schuld geheel en al meende te moeton toeschrijven aan de Fransche spoorwe gen (vooral de Parys-Lyon-Méditerranée) en de slordigheid der Fransche post-administratie. Men heeft ons nn de toezegging gedaan, schrijft de redactie, dat een nauwkeurig on derzoek zal worden ingesteld, dat feiten zul len worden verzameld, dat aan de directie van den Botterdamschen Lloyd inlichtingen zullen worden gevraagd omtrent de ontsche ping en zorg voor verdor vervoer naar het Noorden teneind dusdoende materiaal te verkrijgen, waaruit dan een nieuwe klacht met dringend verzoek om verbetering aan de Franscbe organisatie volgen zal. W(J hopen van harte, dat dit tot een promptere mailverzending via Marseille zal leiden en zullen met belangstelling de actie van het hoofdbestuur per posterijen en tele grafie volgen. Vllegongelak. Tanger, 23 Sept. Uit Mogador wordt ge meld, dat gisteravond zeven uur een aeroplan, bemand met eon officier en een sappeur van Casabla&ca komend na Saffi te zyn gepasseerd, kantelde. Het toestel viel in volle ree. Oo- liddellyk werden van Mogador uit, waar men het ongeluk had waargenomen, booten te hulp gezonden. Men slaagde er in den soldaat te reddende officier en het toestel echter verdwenen in de golven. De zelfmoord van Prinses Sofia Over prinses Sofia van Saksen-Weimar, die zich in den nacht van Woensdag op Donderdag in het paleis van haar vader te Heidelberg heeft doodgeschoten, deelt de „National ZeitUDg" nog het volgende mede: Z(j had een frissche opgewekte natnnr en was als sporelief hebster dikwijls het enfant terrible voor de dames van de professoren; zij nam deel aan do jachtritteo van de Saxo- Borussen en presideerde herhaaldelijk liun kroegjolen; baar ontwikkeling en geestelijke bedrijvigheid ging boven de gewone mid denmaat. Dank sjj deze eigenschappen werd het paleis van haar vader prins Willem een middelpunt voor de aristocratie van geboorte en des geestestot dien kring behoorden vroeger ook prof. Thode en zyn vrouw, een dochter van Bichard Wagner. Hare nieuwer- wetscho opvattingen verwikkelden haar in een harden stryd met de styve opvattingen van haren voreteljjken stand. Het is eon openbaar geheim, dat zjj bij haar liefde onoverwinnelijke beletselen ontmoette. De groothertog van Saksen-Weimar verlangde van haar dat zij van alle rechten van liaren rang afstand zon doen. Blijkbaar heeft de anders zoo opgowekle prinses onder die dingen meer geleden dan zij liet blyken, en in een uur van ontmoediging en wanhoop heelt zij daarom de band aan cichzelvo geslagen. 7,(j heeft den wonsch uitgesproken, dat men haar lijk zou verbranden, en hare zwaar getroffon ouders hebben dien aan hun lievelingsdochter niet willen weigeren. Naar aanleiding van de geruchten, dat prinses Sofia van Saksen Weimar een ei ede aan haar leven zou hebben gemaakt, omdat aan haar voornemen om zich met den Berlynschen financier baron von Bleichröier in het huwoljjk te begeven moeilijkheden in den weg waren stations-restanratie verlaten had, want de vrouwelijke dienstboden, die over de trap leuning naar beneden gluurden, hadden zijn opmerkzaamheid niet opgewekt. Op dezen leeftijd is echter de vrouw de natuurlijke beschermster van het kind en zoo was het niet te vermijden, dat de kleine jongOD zyn mannelijke vrienden dadelyk ver liet, toen hij het Bchoone, lachende meisje zag, dat hem de armen togenstrekte. Do jongen was zoo aardig, dat geen vrouw het had kunnen nalaten, hem te liefkozen. Juffrouw Clayton kuste hem als hij zich zoo vertrouwe lijk togen haar vleide en begon met zyn gouden lokken te spelen. De oogen van hot kind vielen ouder de zachte, rustige aan raking toe. „Hy moet te bod gebracht worden," zei Beatrice op beslisten toon. „Zeker," bevestigde Horace, „waai- slaapt hy wel het best „Jane beeft een zeer goed bed," Herbert. Jane was het kamermeisje, maar Herbert was, in zyn hoedanigheid als huisvrouw, nauwkeurig op de hoogte van den toestand van ieder bed, zelfs van het aantal daartoe behoorende stukken. Mordle wendde zich af, want hy vreesde de uitbarsting eener ontijdige vroolykheid. „Neen, neen," riep Beatrice, „hy moet bij mjj slapen! Zie hem aan, oom Horace, is hy niet een engel „Hy is een aardige jongen, maar wy weten niet, vanwaar hy komt, rajjn beate. Ik geloof niet, dat het voor je past, een vreemd kind by je te laten slapen." „Ach, onzin, oom Horacc! Zie, wat een heerlyk schoon kind het is. Whittaker, breng een kan heet water in myn kamer. Kom, gelegd, heeft baar vader, prins Willem, don berichtgever van de Daily Mail" te Heidel berg verzocht de volgende verklaring te pa- bliceeren //Aan baron Hans von Bleisohröler werd evenals aan alle kenoissen van het huiB Saksen-Weimar toegestaan dê overledene nog eens te zien, hem was echter uitdrnkkolyk verboden de uitvaart of de crematie b(j te wonen. Wat de in omloop zjjnde geruchten betreft over eer. huwelijk tusschoD prinses Sofia on Hans von Bleichröder behoeft enkel te worden gewezen op de verklaring van haar vader, dat al het geld van de wereld niet voldoende zou zjjn om de kloof t* overbruggen tusschen een prinses van Suksen-Weimar en baron von Bleichröder." (Hbld.) Het schandaal te Brealau. Met eeu enkel woord hebben we in ons vorig nummer melding gemaakt van een te Breslau ontdekt teden-sohandral. Deze pijn lijke geschiedenis heeft te Breslau natuurlijk groote sensatie gewekt. Br worden steeds weer nieuwe nameD genoemd van algemeen geachte burgers te Breslau, die in deze zaak betrokken zyn. Tal van lieden hebben reeds de vlucht genomen. Volgons eene lezing is het schandaal ontdekt door een speurder van de politie, die in een gedrang toevallig bet gesprek van oen tweetal schoolmeisjes af luisterde en daarbfj *°lkc zonderlinge dingen hoorde, dat hjj de meisjes mee naar het politiebureau wilde nemen. Het oudste der beide meisjes nam echter de vlucht, het jongste, een kind van twaalf jaren, werd meegenomen en hare verklaringen gaven toen aan do politie de draad in handen. Volgens een andere lezing kwam de zaak uit door de zestien-jarige dochter vau een slager, bjj wie de vader een groote som geld vond en dio na een Btrenge bestraffiog eindelijk bekende hoe zjj aan dat geld was gekomen. Toen kwam aan het licht, dat tal van schoolmeisjes in een slechtbefaamd huis samenkomsten hadden met hoeren. Een dertigjarige vrouw uit Deulsch-Lissa deed dienst als bemiddelaar ster. Ook deze vrouw is in hechtenis genomen. Het snelste setalp ter wereld. Dezer dagen is gemeld, dat de by de Vulkan-werf gebouwde Russische torpedo jager „Nowik" op zyn proeftocht 37.3 zee- mjjl in het uur had geloopsn en daarom het snelste schip van de wereld was. Na heeft de „Nowik" een twoeden, door de Russische marine, voorgeschreven proeftocht van zes nar gedaan, waarop z(j gemiddeld 36 myl moest halen. Z(j overtrof dat gemiddelde over zes uur en bereikte een snelheid van 36.2 myl. In de drie laatste aren liep zy zelfs gemiddeld 36.8 kooop. De Russische com missie, die aan boord was, heeft hare groote tevredenheid betnigd en het vaartuig dadelyk overgenomen. Het was nu den tocht van zes uur in voortrefleljjken toestand. Beambten-controle. De Amerikaansche spoorweg-maatschappij ffNewhaven Railroad Company" beweert in eed prospectus, die we onder de oogen kregen, dat van haar personoel gezegd kan worden, dat het onder de gelukkigstewerk-omstandigheden leeft. De directie is zoo openhartig, ook mee te deelen, hoe zjj deze gelukkige resultaten heeft weten te bereiken. Het geschiedt door eon buitengewoon stelsel van contröle, zóó streng, dat de gelukkige omstandigheden der werklieden ons byna twijfelachtig gaan schjjnea. Wanneer er bijvoorbeeld ééa van de beamb ten is, die een dag verlof vraagt, om den treurigen plicht te vervullen van het begraven van zyo grootmoeder, wordt dadelyk de ufdeeling contróle gewaarschuwd, en die zendt er een controlenr op uit, om den verlofganger na te gaan. En wee! iadien bij den daarop volgenden dag terugkeert, en photographische opnamen van den controleur laten hem zien op hot baseball-veld in plaat» van achter den lijkstoet. Een tweede maal zal zoo'n beambte er niet aan denken, hot vertrouwen van zyn directie teleur te stellen. En oen trouwen be ambte hebben wij gewonnen, verzekert de directie. Een zelfde contróle-middel wordt toegepast, om het personoel den lust te doen vergaan, aan den drankduivel te offeren. Voor de deuren der kroegen, .tchter de muren, voor de open vensters zijn de geheime photogra phische roestellen opgesteld der stille verklik kers. Den dag daarop zyn de platen afgedrukt, en de kroegloopor wordt ter verantwoording geroepen met het onloochenbaar bewjjs voor zich, dat h(j in die en die kroeg heeft zitten drinken. En ook dit middel is voldoende, verzekert alweer de Amerikaansobe spoor weg-directie, om haar personeel de kroegen van Newhaven te doen mijden. Wy willen niet twijfelen aan de verzeke ring van deze directie; zelfs willen we ons verheugen over hot breede, nieuwe terrein, dat ziah aldus voor de pbotographie opent I (Hblad). Leo schrijft in „De Telegraaf": Lange de etraat. (Pret). „Néé Willemse, koop ze niet myn ver antwoording se staan na tamelijk, jawél, maar wodden, dat ze volgende week achteruit looprn zoo hard alz 'n paard Daar hei je om fe beginnen de Mexikanen „P*r „Wattisteroon, jonge?' „Pa. wat is dat voor 'n ding voor an 't paleis?" „Jónge ben je nou gek om me in de rede te vallen als ik met meneer Willemse over zaken sta te praten? Dat wéét je toch wel das de steiger voor de reparatie van de beelden dus zoo's ik zeg, Willemse, je moet rekenen die Mexikanen da's snik geméén schorremorrie ais die 't er noa op zetten versta me wel: op zótten, zeg ik om Amerika „p*r „Qotjonge, wat nón weer?" „Die steiger kan toch niet valle?" „Bè ja,jonge of-iel" bulder-laoht meneer Willemse, en de geweldige drenningen van zjjn bolle lach daveren over het leego Dam plein. „Hij is 't er rót genoeg voor. Hoe lang zon d'r non wel tegen an sitten, Stips ,,'k Presumeer 'n maand of acht of 'n jaar kan óók wel maar zooals 'k zei als non moet je me goed begrjjpen: als nou dio Mexikanen 't in d'r hoofd halen om dien Lind om dien Amerikaan non eens te molestééren sal 'k maar zeggen dat kan best, dat kan bést, zeg ik ze loéren op 'r gelegenheid man ze loeren „Pa!" „Wat hè-je nón weer?" „Als de koningin op 't ballekon komt, kan ze dan die steiger niet op 'r hoofd krijgen „Ha-ha tia hal" daver-lacht meneer Wil lemse. „Hij is goédl Dat jong is nog zoo dom niet! Daar maggen ze gerust wel voor oppassen, StipsI" „Kom, dat ding ia toch natuurlijk wégge- nomen als de koningin komt!" „Dat denk jjj, maar dat is niet zool De koningin moet zien hoe 't gezéten heeft, vat je? I'a-ha-hal Hare Majesteit moet toch kunnen constatééren dat er aan gewerkt is hé? Non?" „Pél" „Tsjessis nou, jonge, als je nou „Misschien blijft die steiger d'r wel altjjd, pa knone ze d'r oempas op zette, als de koningin d'r is!" „Ha-ha-ha-ha!" donder-lacht nu meneer Willemse, traantjes persend uit s'n glnndere varkens-oogjes, de handen klemmend om z'n schuddend buikje. „Die is prachtig die vertel ik zoomedeen op de Beurs! Ha-ha-ha! De jongen heeft geljjk gróót geljjk heeft-iel Ha-ha! Stips, ik ga je groeten saluntjesl Oempa's boven de koningin d'r hoofd op den st ha-ha-ha!" De machtige lach van meceer Willemse versmoort in stille prethikjes, als-ie afscheid neemt. Meneer Stips verdwijnt ma', z'n zoontje, dat vragend opziet naar den steiger. De steiger rót. Kijkjes uit mijn venster. Over een kleinigheid 18 Septomber. Dit is het waaraohtige verhaal, opgeteekend uit den mond van een monscb, sober en eenvoudig van levenswan del van don bedachtzaam voorzichtigsten en op den penning zynden Nieuwedieper,die wel eens door een woedenden, onweerstaan- baren drang naar weelderigheid wordt aan gegrepen. „Toen ik veertig jaar werd dat was 23 Juni 1912 kreeg ik van m'n kinderen een wandelstok cadeau, 'n Heel fijn stokje van matglanzend hout met een gebogen knop van geribd zilver. Met erg veel blydschap nam ik het geschenk in ontvangst, stond den anderen morgen byzonder vroeg op,kleedde lieveling, ik wil beproeven, of ik een goed kindermeisje ben." Lachend en zingend droeg zy het kind voort „Zie naar het linnengoed, Beatrice," zei Horace, „wellicht is het gemerkt." De drie heeren trokken zich weer in de eetzaal terug en bespraken de zeldzame gebeurtenis over on weer. Na een half uur kwam Beatrice terug en deelde mee, dat geen teoken, van welken aard ook, op de klecdingatiikken van den kleinen knaap was te ontdekkenhet scheen alles splinternieuw te zyn. Haar nieuw Bpeel- good schonk haar bljjkbanr veel vreugde; want zy liep beBtendig trap op trap af, om den slaap van haar besohermeling te bewaken en spoedig trok zy zich geheel terug. „Beatrice is veel levendiger, dan ik ge dacht had," zei Horace ernstig. Herbert bevestigde dat. Mordle ochter zweeg, want in zyn oog verleende de instinktmatigo goed heid, die zy voor het zoo geheimzinnig ge zonden kind toonde, hot jonge meisje een nieuwe bekoorlijkheid, by de vele, die by reeds aan baar ontdekt had. De drie mannen bleven byeen, tot elke hoop verdwenen was, dat er in dezen avond nog opheldering zou komen. Geen moeder, geen telegram verscheen. De predikant nam afscheid en schilderde zich op den terugweg het schoone beeld, dat hy hedenavond gezien had: Beatrice met een kind op den arm. Arme Mordle! Hy kende haar eerst sinds eon week en begon reeds een dwazen drooin te droomen. De broeders zaten nog byeen. Zy spraken niet meer over 't voorgevallene, dat zjj in de laatste drie uur van alle kanten hadden bekeken, zonder een verklaring' te kunnen vinden. Zwjjgend zocht ieder naar een nieuwe oplossing. Plotseling schoot er door Horace's brein een zonderlinge, verschrikkelijke ver denking een verdenking, die hem dreefj af en toe vorschende blikken op zyn broeder te werpen. Was het mogelyk, dat Herbert iets van de zaak wist? Hy had blykbaar een groot welgevallen tegen het kind aan den dag gelegd. Hj j herinnerde zich daarop, dat het kind eveneens zeer vertrouwelijk met Herbert was geweest en dat deze, toon Beatrice en hy zelf uit de woonkamer kwamen, het kleine hoofdje tccdcr had gestreeld. Was het mogelyk, dat Herhert een romantisch avontuur had gehad, waarvan zyn broeder uiets wist Horace schoof de gedachte van zich, maar zy keerde steeds terug. Ongeveer nu een unr, toen de broeders, die nooit vroeg te bed gingen, zieh wilden terugtrekken, kwam tot hunne verrassing Beatrice in elegante slaapjapon en pantoffels weer beneden, natuurlijk om te hooren, of er geen bericht gekomen was. Horace richtte zyn oogen vast op Herbert, toen hy de overtuiging uitsprak, dat er wol geen bericht komen zou. Beatrice zag peinzend in het vuurzjj zag er byna uit als een schoon, klassiek beeld, wat haar ooms, die mannen van smaak waren, zeker te waardeeren wisten. „Wat zal u dan doen vroeg zjj na een pOOB. „Wjj zullen tot overmorgen wachten en dan de zaak by de politie aangeven," ver klaarde Horace beslist. Herbert zei niets, wat de verdenking zjjns broeders nog versterkte. Boatrice stond op, als wilde zo goeden nacht zeggen. Nadenkend keek «ij voor zich. Plotseling zag zjj op en zei opgewonden, met roode wangen: „Hebt ge er iets tegen, wanneer ik het kind houd, mjj vlug aan, liep tien, twintigmaal met den stok op ons afgesloten erf heen en weer, sloeg er een keer of wat mee in de lucht, verliet eindelijk mjjn woning, stapte de stille straat op en ging regelrecht naar den Zee- dök tot Huisduinen en binnendoor weer terug. Dat heb ik twee weken lang vol gehouden, zonder door. iemand in 't ootje te worden genomen. Daarna ben ik 's avonds laat op stap gegaan, zoo tusschen tien en elf uur als 't publiek grootendeels meer naar bed gaat. Tot twaalf uur 's nachts heb ik wel onvermoeid gewandeld in m'n eentje en moet eerljjk zeggen, dat ik hoegenaamd geen onaangenaamheden ondervond in de ge meente, waar we op gebied van wandelstok ken maar matig meedoen, 't Genot van zoo'n stok is gewoonweg onbetaalbaar. Maar dit stadje heef) merkwaardige inwoners, zeer, zeer bekrompen en kleingeestig van aard en daarom wachtte ik nog een poosje om mjj op andere tijden dan vroeg en laat in 't openbaar te vertoonen. Toch is het zoover gekomen, dat ik op een Zondagmiddag deD drukken Kanaalweg opzocht. Maar deze bruut heid is mjj zóó slecht bekomen, dat ik, nage gaapt en bespot door vrienden en kennissen, die zelf gaarne een stok zouden willen dragen, doch dit niet durven woedend dezen kant verliet en door straatjes en steegjes, schuw en verlegen naar mjjn huis snelde, met het heilige voornemen om mjjn stok nooit meer aan te raken. Het was ongeveer Augustns van 't vorige jaar dat het ding voor goed naar den zolder ging. Maar met de winter- schoonmaak kwam hjj toevallig in handen van mjjn vrouw, die zeer verontwaardigd was over de wjjze waarop ik met mjjn verjaardag- cadeau rondsprong. Dc stok werd weer netjes gewreven en m'n huisgenooten stonden er op dut ik hem dan tenminste zou dragen wan neer ik wat nogal eens voorkomt uit stad ging. Nu kon ik in den win ter van 1912 gerust naar den sneltrein gaan, want geen sterveling ontdekte mjjn stok op den pik- donkeren morgen. Doch stel u echter voor het komende vooijaar, toen het langzamer hand lichter werdnu eens had ik mjjn stok zorgvuldig in papier gewikkeld, dan weer had ik hem diep onder mjjn jas verborgen. Tjjdens het kleine eindje loopen naar den trein stond ik een onbeecbrjjfeljjke angst uit om toch maar niet gezien te worden. Een maal in den spoorwagen, voelde ik mjj vrjj en dapper en eerst buitenaf, in den vreemde, had ik recht pleizier van mjjn stok. Is het niet bedroevend, dat men juist zoo moet doen om voor geen branieschopper nageschreeuwd en uitgejouwd te worden? En meeDt u soms, dat ik de eenigste ben, die aldus profiteert van zijn wandelstok? Mjjnheer, ik ken vele Heldersche burgers, die een stok in huis hebben en er toch nimmer mee verschjjnen. Ze durven niet! Ik ken plaatsgenooten die, evenals ik, alleen hun stok gebruiken als ze op reiB gaan. Hier en daar heb ik ze wel eens ontmoet en dan is het een lust om te zien hoe ongedwongen zjj zoo'n stok met zich voeren. Je kan het hen aanzien, dat zjj zich nu juist niet verwaand aanstellen, maar dat zjj zich veel prettiger voelen met zoo'n stokje iu de hand. Waarom wel buiten en niet binnen de gemeente met een stok er op uit, heeren? Ach, je moet eens hooren wat ze al niet aanvoeren. Maar de hoofdzaak is: de een durft niet voor den ander. Waarom zouden wjj, Helderschen, ons open ljjk geen stok mogen veroorloven In Limburg en Noord Brabant gaat Jan en-AUaman met een wandelstok. De beste burger wandelt daar met een stok en de doodeenvoudige werkman doet het er eveneens. Het is in dit gedeelte van ons land mode en daarmee uit. Wat steekt er ook feiteljjk in Laat iemand van de marine werf met een stok van twee kwartjes of duurder langs den weg kuieren, ik zai mjj er niet aan ergeren. Integendeel, ik roep hem toegoed zoo, doe wat ge zelf wilt! Wanneer men hier eerst maar eens het aangename van den wandelstok heeft leeren kennen, dan zullen we wat beleven! Enkele Heldersche dames gaan reeds met stokken. Let maar eens ophet wordt oen algemeene mode. En als dan dc mannen in deze ooks aanpakken en doorzetten, dan weten we niet boter of het hoort zoo. Eer het echter zoover komtIs het niet om razend te worden, wanneer je hier herhaaldelijk een poging moet doen om met een stok uit te gaan Het was gisteren zoowat een jaar dat ik voor het laatst mjjn dierbaren stok op klaarlichten dag heb gebruikt. Zoo wilde ik mij 's middags nog eens werpen in de "e de dnivel van de verleiding me vriendelijk toestak. Hjj hing glimmend op gewreven aan mjjn arm, innig en vertrouwe lijk, als eea jonge bruid die ten huweljjk tijgt. Waarom zou ik niet met mjjn wandel stok mogen uitgaan En waarom heb ik hem in 1912 cadeau gekregen Toch niet om hom voor eeuwig in een hoek te zetten tegen d omdat ze weten hoeveel stok in Helder en l ben ik er nog Maar dat doe ik de mynen in - verdriet ik van Nieuwediep heb eens mee op Btap ens mee op stap gegaan. Maar dat doe ik oorloopig beslist niet meer. Ik ga nog liever met een keurig wit vest en escarpinscboentjes, een zinnebeeld van het wereldsche, dan met een wandelstok. Geen vjjf minuten heb ik rust gehad. De dienstboden bij me in de buurt zeiden niets, maar ze kéken, kéken naar mjjn stok en waren gansch verslagen, 't Begon onpleizierig te worden, toen eenige goede bekenden mjj tegen kwamen. Uit een moment van sprakelooze verbazing plofte een waar gejoel op. En subiet bad ik spoedig een dozjjn jongeheeren achter me, die mjj overstelpten met hoon en schimp. Verachtelijk negeerde ik de spotternijen, maar vond het niet prettig te worden geëscorteerd en daar om wilde ik vlug by iemand in de Keizerstraat binnenvluchten. Hier was evenwel de deur vast. Een paar burgers, die aan de deur stonden en mjj kenden, hadden schik in mjjn figuur en ze vroegen lachend waar ik met dien stok heen moest. Ik zweeg en verbeet mijn toorn. Is het mijn stok of niet Waarom werd ik dan getreiterd Waarom moest ik dan mjjn toevlucht nemen tot een café Waarom nam de kastelein mij in de maling? En waarom jubelde de heele gelagkamer? In de Koningstraat heb ik mjjn wandelstok maar onder mjjn jas gehouden het ging niet. En toen een amioe, die achter de ruiten zyn pjjpje zat te rook en, mjj tikte en be' langstellend vroegwat heb jjj daar onder de jas heb ik gezegdniks een eend een canardThuis ligt mij* stok weer op zolder en ik denk er niet aan om hom nog eens ter hand te nemen, tenzjj de vele Heldersche heeren, die ze óók verstoppen Gemaenta-Vischafslag. Al 'moge men soms over enkele bedrijven van de Gemeente oen gunstig resultaat ver krijgen, er zjjn er toch ook enkele die een zeer pover figuur maken. Een simpele opgave van de ontvangsten en uitgaven van de Gemeente-viachaislag, waarbjj is gevoegd eene opgave van de afgeslagen visch maakt dat eene conclusie onmiddellijk te trekken is. Totaal bedr. van In Ontvangsten. Uitgaven. de aangebr. en afgeslagen visch. 1896 f2.286 20 f 1.674.96' 1446.884.84 1897 1.915.41' 1.708.59 382.747.60 1898 1.878.25' 1.751.74 875.249.41 1899 1.909 66' 1.886.17* 881.502.65 1900 1.899,01' r 1.886.88 879.444.85 1901 1.791.65' 1.906.82' 859.049.40 1902 1.562 92 1.997.62» 812.276.80 1903 1.447.87 2.029.18 f 289.259.05 1904 1.520.70 2 087.06 808.714.40 1905 1.481.85 2.295.58' 296.017.84 1906 1.488.- 2.218.26 297.855.50 1907 f 1.372.98 2.810.47 274.291.10 1908 f 1.118.67* 2 896.62 228.532.70 1909 967.68 2.414.06 r 198.284.40 1910 978.85 2.491.51 195.849.25 1911 v 1.084.04' 2.541.28 206.540.85 1912 930.20 8.025.68 185.801.45 Uit deze gegevens bljjkt, dat de vischhandel in dese gemeente met reuzenschreden achter uitgaat. De ontvangsten zjjn sedert 189G verminderd met f1806.—, terwjjl de uitgaven gestegen zijn met f 1350.71 Zoodat dit zaakje aan de gemeente pl. m. f2000.— koet, terwjjl de oprichting van het vizchafzlaggebonw indertjjd is geschied met het doel sioh zelf te knnnen bedruipen. Gevraagd wordt nu„Moet men dat deel van de gemeentelijke exploitatie, waaraan de gemeentenaren weinig of niets hebben, behouden Ik sou zoo zeggenweg er meeOf goedkooper beheeren I Zon de gemeente ook zoo rojaal zjjn door het stichten van b.v. een groenten-afslagge- bouw van eenige duizenden guldens, omdat de groententeelt een belangrjjken handel vormt, misschien per jaar nog wel belangrijker dan die armsalige viscb-geschiedenis K. F. O. in geval niemand komt om bet af te halen?' „Maar kind! Hier?" riep oom Horace verschrikt. Zjj klemde de handen ineen en zei kalmer „Ach, oom Horacc, ik heb sinds mjjn tiende jaar zulk een droevig, ellendig geleid. Ik heb niets te doen nic voor ik leven of zorgen moet. Ik gelukkig zijn, als ik dat aardige kind opvoeden. Kom mee naar boven en zie het slapen - het is een heerljjk, kloin schepsel." „Wat een onzin, Boatrice!" Oom Horace ging weer zitten en toonde door die beweging, dat hjj geen belang stolde in het slapende kind. „Komt u dan, oom Herbert het is een aardiger beeld, dan een uwer ondo meesters geschilderd heeft Herbert lachte kalm on Hot zich door Beatrice in de kamer brengen, wuar hjj den kleinen vreemdeling behoorlijk bewonderde. Toen kwam hjj mot zjjn nicht bjj Horace terog. Na dit bewijs van zwakheid werd Horace's onwaardige verdenking bjjna tot zekerheid. „U laat mjj hem houden, niot waar smeekte Beatrice. Horace gaf geen antwoord op dit onverstandig verlangen- De heeren maakten op de gewone plechtige wijze aan stallen om zich terng te trekken en ook Beatrice ging weer naar boven. „Zjj wordt zeer, zeer levendig," zuchtte Horace. Ditmaal zei Herbert niet». Toen Horace Talbert te bed ging, was hjj overtuigd, dat zjjn broeder alles wist, wat er van het kind te weten viel. Het was hem echter ook duideljjk, dat geen macht ter wereld hem dwingen kon, Herbert van deze wetenschap te beschuldigen. Hjj zelf had de wet gemaakt, dat de privaataangelegenheden eens mans diens eigen zaak waren en kon te minder deze wet schenden, omdat hjj eens, wegens afwyking daarvan, zes jaren lang met Herbert gebroken had. VIJFDE HOOFDSTUK.—" Den volgenden morgen gebeurde sr iets ongewoons: de gebroeders Talbert schonden lmn eigen wetten en openden de ingekomen brieven reeds vóór het ontbjjt. Zjj hadden voor alles hun vasten tjjd en zoo waren ze gewoon de brieven eerst bjj de tweede kop thee te lezen. Dezen morgen echter waren ze zoo nieuwsgierig te ervaren, of ze ook op heldering van de verschijning des kinds brachten, dat ze de brieven terstond open braken. Zjj bevatten echter niets dan uit- noodigingen, rekeningen enz. Daarop werd de theeketel gebracht en Herbert, die aan de ontbijttafel vooraan zat, begon thee te zetten. Nn verscheen ook juffrouw Clayton met het kind op den arm, dat ze zorgvuldig ge- wasschen en gekamd had, zoodat het or frisch en heerlyk uitzag, als een roos. Zij zette den jongen naast zich, nadat ze den stoel met knssens voldoende had opgehoogd, en liet zich dan melk en brood toereiken. De Talberts maakten geen aanmerking op hetgeen Beatrice deed, ofschoon zjj ge meend hadden, dat het kind met de dienst boden zou ontbjjten. Zjj beschouwden hun aardigen, kleinen gast door hun brilleglazen nu ook bjj daglicht en zelfs oom Horace had pleizier in zijn angstloos wezen en knap uiterlijk, terwjjl Herbert hem met Beatricv om strjjd vertroetelde. (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1913 | | pagina 1