KLEINE COURANT
't Vliegend Blaadje
voor HeldorTexelWloHngen en Annm Peulownem
-
Ho. «55,
Zaterdag 33 November 1118.
41ite Jaargang.
'i Vliegend Blaadje p, 3 m. 50 ct., fr.'p. poit 75 et.. buitenland I 1.25
l're. Zondagjblzd» 37} t 45 10.75
miënModeblad 65 i 75 11
(Voor het buitenland bij vooruitbetaling.)
Ad verten tien van 1 tot 5 regelt (bij vooruitbetaling) 30 cent.
Klko rogel meer6
Bewijt-exeuiplaar2}
Vignetten en groote letten worden naar plaatsruimte berekend.
Voraohijnt Dinsdag- en Vrijdagmiddag.
Uitgever i O, DE BOER Jr., Halder.
BureauKoningstraat 29. Intan. Tsler. M
Tweede Bied.
Opgave van da alhier gevwtlgde ap
vertrokken personen
Gevestigd.
Beroep Woonplaat»; Van: Gel.
M.v. Beek,korp-xiekeuv,, Rozenitr. 3, H.sluts, N U.
W. Scheurwater, Serg -torpm., Votstr. 5, Ridderk.,
A. v. d. Velden, marinier, Ooitslootitr. 80, R'dam,
A.Veenstra.korp.-hofm.,Brakkeveldstr. 18,'s Hage
Naam; Beroep; Van; Naar: Oei,
W. Smeding, visscher, Vjjzclstr.10, Krommenie, Oer.
J.v.Weelderen,stoker, teVroonstraat66, Heiloo, R.C,
J.v.Manen,marinier-pijper,Lnngettr.85, R'dam, N.H.
Cl. J. Los, /.onder, Achterb haven 80a, A'dam,
H. Tuinstra, serg.-kontt., Parallelweg 55 i
P. Brok», gep. bootim,, Weezenitr. 27, Heiloo,
M, Kastteen. mar.-tamb,, liiddemtr. 4, A'dam, E.L,
D. C. v. d. Aarde, smid, Koegras, Bergen, N.H.
P. G. Vitser, werkman, OoitslooUtr. 4, Velzen,
F. H. ter Poorten, olïlc.vgez,, Zuidstr. 10-11,
Watergraafimeer,
B.A.A. Vergouwe, maj..schrijv. Knningdw.str.7,
Middelburg, R.C.
J,K.W.Franson,offic.adm.Dijkstr.ll,Njjmegen, N.H.
F.G.EL. Koster, vice-adm, Baitenh. 4, Brussel,
J.Vreeken,kpr.-ziekeuv ,Schagoostr56,N.-Helv.,
A.A. v. Boven, offic.-mach Hoofdgr 54, 's Hage, D G.
W.Koopmt.n, werkm Breestr 4t,Haarlem.liede, R.C
II. W. J. Bakvis-v Santen, zonder, Hroonstr. '26,
Amsterdam, N H.
Wed L.W Postma,zonder, Achtorgr.x z ,'s Hage,
I. A. v. Gelder, zonder, Binnenh 28, A dam, N I
A. M.Lantman,hui:lioudst,ziekenh Blaricum, D.G.
W'.T.H.v.Zwanenburg.serg -stoker. P.Heio»tr.34.
üudorp, N.H.
W J Janiaen», luit t.z.ieklHoofdgr.85a,Haarl., D.G.
A. E J. G. d Hame court, kol. artHoofdgr. 8,
Utrecht, W.H.
E. R. Peeters, timraerin Hoofdgr. 70, Batavia, N.H.
G. v. d. Struijs, hulploods, Weststr. 106, A'dam,
W'.Hatjes,hu!ploods, J.in 'tVeltitr 38,Zaandam,
G. v d. Pol, serg.-hofm,, Nicuwatr. 'ia, A'daio,
C. Mieldijk, werkman, Breestr. 38b, Nijmegen,
Pranger, id. U.Kerkstr. 7, Alkmaar,
J. de Boer, onderw rei, üostslootstr.56, A'dam, Geen.
NIEUWSBERICHTEN.
HELDER, 21 November.
Tentoonstelling van ReformkleBding.
G. G. G., dat mocbt caar mijn ideo wel
liet devies ztyn van de Veroeniging voor
Verbetering van Vrouwen- en Kinderkleeding
Gemakkelijk, gezond, goed
koop. 't Viel me telkens en telkone
weer op, toen ik Woensdagmiddag in Tivoli
ronddwaalde.
Van de kleeding van baby tot die van
volwassen man, van schoolmeisje tot zoogrnde
moeder, alles beantwoordde aan deze drie
G.tjes. Ja, want al heet de vereeniging «vdbr
verbetering van Vrouwen- en Kinderkleeding",
ook voor de mannen is gozorgd, al siet man
er niet veel van.
Waar te begiunen? We leven in de eeuw
van het kind, dus baby voorop. Er waren er
twee, een doodgewone huis- of tuinbaby on
een luxebaby, doch dat hadden beide gemeen,
■e waren bi) zonder zoet. Dames van 't bestuur,
bezoekster Da bezoekster, allen namen ze op,
legden se zonder een liefkozing weef neer
en nog huilden ze niet.
Als je zelf een Hollander bent met ietwat
verouderde begrippen omtrenthetpuotklecding
en jo ziet je kinderen groot worden gellaneld
en geborstrokt, doet de reformkleediDg van
een baby je, minstens gvnnmon, ietwat won
derlijk aan: een hemdje, rekbaar navelbandje,
een erg gevoelige mag daarover een fl molletje,
dan een witte en wollen luier, een heel kort
nwchljakje en een gebreid mutsje. Hemdje?
DeDk nu niet aan een gewoon katoenen of
flicellen genaaid hemdje, een reformhemd,
hetzij klein of groot, is gebreid van on
gebleekt katoen. De luxebaby alleen bad er
een van zij. Een reformhemd is dus zooiete
als een gewoon menscb een borstrok noemt,
doch die moet dan over 't bloots lijf worden
gedragen en goed sluitenals het ruim zit,
verwarmt het niet genoeg.
Do luxebaby droeg ook nog een mooi.
jurkje met fljno kant, oen fl snellen man
teltje, dat het kind liggende omgedaan kon
worden, zonder de armpjes te rekken of
to wringen en een mutsje van hetzelfde, dat
de ooren vrijliet. Natuurlijk geen kousen of
schoenen.
Voor het schoolmeisje, natuurlijk eerst weer
het gebreide hemd, dan onderlijijs met daar
aan geknoopten dubbelen pantalon, de binnon-
ste wit, koD er uit genomen worden, de
FEUILLETOR.
buitenste van dezelfde stof als de bovenjurk,
dus zooals een gewoon monech zou zeggen
een fietshok met een jutk erover. Voor ei
jongen ook weer hel traditioneolo hemd en
pantalon met groot bovenstuk, waaraan de
elastieken voor de kousen, dan een sport-
blouse en de bovenbroek, deze laatste met
een klep van voren, dat is nu weer eens
heel, heel ouderwetsch, nietwaar?
De kleeding voor een dienstmeisje leek
me ook erg geschikt. Geen gapende splitjes,
geen uitsjokkend® blousjes, waardoor men
een kijk krijgt op meer of minder fricch
ondergoed, maar na het bewuste hemd met
daaraan geknoopte broek (bandjes ziet men
nergens) een onderjurk on daarover een
katoenen boveDjurk van voren gesloten en
over de borst ruimte latend voor beweging
en groei. Eenvoudige bonte en witte schor
ten met galgen, en 't is oomploot. Een huis
moeder, ook weer oen eeuvondige katoenen
japon mot ruimte van voren.
Men behoeft er mot reformkleeding vol
strekt niet als een hobbezak uit te zien,
zooals nog volen meenen. Voor zware
vrouwen zelfs was gezorgd. Bustehouders,
buikgordels te kust en te keur. Een van de
dames vertelde me, dat eon soort onder
lijfjes, do Wilhelmiiaonderlijfjea het bijzon
der dedon. Er lagen er in soorten. Ea
mooi g09d, dat men or ook zag. Keurige
meisjesjurken en fijce kantgarceeriog en
alles werd te Amsterdam in de Vakschool
vervaardigd. Verscheidene japonnen stonden
rondom, eenvoudige on ook een heel mooie
van lichtkleurige zjj, van voren in ruime
plooien neervallend en om den hals gegar
neerd met kleurige kraal'jts, alles handwerk.
't Zou ons te ver voeren, wanneer we
alles in details gingen besprekoD, maar dit
weet ik wel, de tentoonstelling was een
bezoek overwaard cn als men 6enmaal aan
reformkleeding gewoon ie, moet het een
heerlijke dracht ztyn. Geen knellende ban
den of halsboorden, die drukken, niets dat
hindert. En goedkoop! Wel heeft men bitter
weinig kleeren noodig. En gemakkelijk!
Wat is soo'n enkel hemd en broek gauw
gewasschen cn versteld. Als 't algemeen
werd, zouden de huismoeders een enorme
besparing krty.;en van tijd en geld. Als 't
alge mren werd, maar zoover krijgen de
dames 't nog riet voorloopig. Wc zijn niet
voor niot stijve, conservatieve Hollanders!
Jammer, dat de belangstelling onder de
lagere standen zoo gering was. Wel had ik
de zaal graag gevuld gezien ook met
arbeidersvrouwen, zty, die toch zeker moer
dan een ander nog, gebukt gaan onder de
dure tijden, 'n} Volgend koer eens een andere
dag, Zondag, ea dan geen entree, want
ieder dnbbslije is or oen. Zou dit niet helpen
Voor een rijksdaalder kan men lid wor
den van de vereeniging en dan ontvangt
men maandelijks eon blad met knippatronen
lectuur. Mevrouw R-.d:ke is voorzitster
van deze afdeelicg. Wie er dus wat voor
voelt, weet het adres.
Nog even attent gomaakt op een gym-
istiekpak, zooals een club dames alhier,
dio de Zweedsche gymnastiek beoefenen,
dragen. Het fypieche van 't geval .was, dat
er een kaart aan was gehecht, waarop
stond, dat or nog eenigo dames lid konden
worden. Als dat niet practisch ia! G
Militaire plechtigheid.
Op 19 November werd, ter voorstelling
van het op 17 Norembe' le 's-Gravonhage aan
het 21e Rsgt. Iof*nterin uitgereikte vaandel,
e3n garnizoensparade gehoulen op. het terrein
binnen het fort Erfpric» alhier.
Daartoe stonden ten 11 v.m. do n.'v. troepen
van bet garnizoen in de orde van parade
opgesteld: het 21e Regt. Infanterie, bet 4e
Regt. Vesting-Artillerie en de compagniëm
Pactserfort-Artillerio en Torpedisten daa-na
in dezelfde volgordi do niet-afgeëx arceerde
manschappen, allon in groot-tonnc, doch
wegens hot ongunstige Novemberweêr
gekleed met overjas. De niet l>y de troepen
ingedeelde officieren en onderofficieren, zoo
mede burger-belangstellenden, voor deze
gelegenheid binnen hot fort toegelaten, hadden
zich tegenover de aan de parnde doelnemende
troepen opgeBteld.
Als parade commandant trad op de Msjoor
T. Dijkstra van het 21e regt. infanterie.
Het vaandel werd door de depót-compagnie
ven het korps, mot de muziek van hot 10e
Regt. Infanterie aan het hoofd, op het parade-
terrein gebracht. Nadat voor het vaandel,
hetwelk werd gedragen door den adj.-ondorofl.
'G. Westra van het korps, geëscorteerd doof
HET PLEEGKIND.
22,
„Versta mij niet verkeerd, mjjnheer Carrot."
De vrouweprak met verontrustenden ernst.
„Stel mij gerust, zeg mty, laat mty hooren, dut
n haar van ganscher harte en met geheel
ziel lief hcefl dat de aarde, die haar voel
betreedt, heilige grond voor u is - dt
baar lief heeft, dat u haar trouw wil zjjn tot
in den dood! Zeg my dat en u maakt my
lukkig. U schaamt zich toch zeker niet,
u haar lief heeft?"
Haar voorkomen maakte zulk een indruk
op Carrot, dat hty voor eon oogonblik vergal,
dat hy slechts mot een dienstbode sprak.
„Neen," zoi by langzaam, terwjjl zyn oogen
zich vast op don wand tegenover liöm richtten,
„ueen, ik schaam- ray ratyn liefde voor haar
niet. Wat het u'aangaat, kan ik wol is waar
niet begrypen, maar ik heb uw meesteres
lief, zooals slechts een man een vrouw lief
hebben kan."
Juffrouw Millor boog en kuste zyn hand.
Zy mompelde eonige woorden, dio hty niet
verstond. Zooals de meeste mannen, indien zy
geen koningin oi prinsen zyn, stond het hem
tegen, zich de hand te laten kussen.
„Hebt ge nog iets anders te zeggen?"
vroeg hy.
„Slechts dit mjjnheer u wil wachten,
niet waar
„WaohteD! Op wat?"
„Op haar op juffrouw Bsatrice. Ach,
mijnheer Carrot, niet waar, u gaal niet in
toorn vau haar en werpt u niet wog aan het
eerste het beste poppcngozicht, dat u toolacht?
Niet waar. u wil wachten op de vrouw, die
u liefheelt vtyf, tien, twintig jaren wil u
wachten als het zyn moet?"
Zy omklemde zyn arm on haar 'oogen
hechtten zich met ecu glooiende», vleienden
blik aan do zyne.
„Ik wil nimmer oen audero vrouw huwen,
antwoordde Frank.
„Neen nooit. Wacht op haar. Zij zal (en
slotte de uwe worden."
Eon plotselinge gedachte vloog door zyn
hoofd. Was deze zonderlinge vrouw uit eigen
beweging gekomen, of had Beatrico haar ge
zonden? Ztyo hart klopte heftig.
„Heeft juffrouw Clayton u deze opdracht
uau my gogoven?" vroeg hy
„Neen, mijnheer; juffrouw Beatrico zou u
geen boodschap door dienstbodon zenden. Z j
weet niet, dat ik hier bon. Beloof my, het haar
niet te zeggoö. Beloof my hot, ik bezweer liet
u! Zy zou hot my nimmer vergovon!"
Haar gezicht word nog blooker dan te voren,
toen de mogelijkheid, dat Frank Beatrico van
dit nachtelyk ondorkoud vertollen kon, voor
haar oprees. Zy scheen in zulk eon vertwijfeling
te geraken, dat Frank zich haastte haar gerust
te stellen cn huur to beloven, geon molding
vau de zaak te zullen maken. Hoe zoudorling
ook hot wezeD dier vrouw was, scheen hom
toch iets te zeggen, dat zy hot good meende.
„Zy zou het nimmer vergeven, als zy het
wist!" Zy fluisterde deze woorden in zoo'n
smartelyken toon, alsof dit het ontscttcndste
was, waaraan men denkon kun.
„Zeg my, waarom u zich met myn aange
legenheden bemoeit, waarom u er zich om
bekommert," vroeg Frank.
„Wat het my aangaat? Nu dan,zy is alles
een officier en een onderofficier, de gebruike
lijke eerbewijzen waren verricht en het vaandsl
in den troep was getreden, verscheen de
Luitenant- Kolonel W. D. A. Ophorst, comman
dant van hot nieuwe Regiment, op het terrein,
waarta onder de opwekkende tonen van de
muziek de parade werd geïnspecteerd.
Na de inspectie en nadat de ban met trom
geroffel, trompetgeschal en muziek wab ge
opend en hot vaandel voorgetreden, werd
door overste Ophorst, staande naast het dier
bare doek, de toespraak bekend gemaakt,
tijdens de uitreiking der vaandols, door H. M
de Koningin te 's-Gravenbage gehouden.
Door den hevigen wind ging echter byna
al het gesprokene voor de aanwezigen ver-
looron, wat niet wegnam, dat na afloop
daarvan door alle aanwezigen spontaan een
driewerf «hoera" word aangeheven. Na hot
sluiten der ban werd door de gezamenlijke
troepen op de maat der muziek voor den
parade-inspectour gedefileerd en werd de
indrukwekkende plechtigheid besloten met
een marsch door de stad, waarbij de muziek
sich meermalen deed hooren.
Een woord van hulde aan den kapelmeester
Rap on het kranige muzickkorpBje, bestaando
uit 17 muzikanten, die zich den geheelen
dag dapper geweerd hebben, is hier dan ook
zeer zeker op zyne plaats.
Dames- Gymnattlekvereenlglng.
In het begin dozss jaars werd door de
Vereeniging voor verbetering van Vrouwen -
en Kinderkleeding alhier opgericht een
Dames gymnastiek vereeniging onder leiding
van den heer Seblahmilch, Gymnastiek-
onderw. en Heilgymnast, alhier wel bekend.
Het doel is: speciaal, instandhouding
'verbetering van een normale lichaams
houding; in 't algemeen, bevordering van
het lichamelijke welztyn. De lessen daartoe
zyn niet de gewone, maar Zweedsche gym
nastieklessen, ieder durende drie kwartier,
dio op een zeer geschikt uur worden gegeven
en zoor gemakkelijk door iedere dame kunnen
worden gevolgd.
Aangezien het wezen en het nut dezer
lessen niet op openbare uitvoeringen zal
worden gedemonstreerd, wordt langs dezen
weg de aandacht daarop gevestigd.
Gaarne zullen inlichtingen worden gegeven
door Mevrouw Redeke—Hoek, Mevrouw
Kotner-rDe Jong, Juffrouw Ch. Ktyoon,
Juffrouw R. Ilsadsveld en den heer Schlah
milch, Koningstraat 18.
De nieuwe hoofdcommlisarit.
Naar het »Hdbl." verneemt is binnenkort de
benoeming te wachten van don heer Th. M.
Roest van L:mburgh, hoofdcommissaris van
politie te Rotterdam, tot hoofdcommissaris
van politie te Amsterdam als opvolger van
den heer H. S. Hordjjk.
Zeeliedenstaking te IJmuiden.
De berichtgever van het Handelsblad (e
IJmuiden schrtyfc:
Zooals wy in hot Avondblad van 18 dezer
berichten, had mr. H. Ver Loren van The-
burgemeester v»n Volgen, zoowol aan
de reoders als' aan de stakende zeelieden
ztyue bemiddeling aangeboden om te komen
tot eon einde van den voor IJmuiden zoo
noodlottigen strtyd in het visschersbedryf.
De commissie uit de reoders van visschers-
vaartuigen zond den burgemeester het vol
gende schryvec:
,.Iq antwoord op uw geachte missive van
17 dezer achten w^j ons verplicht een woord
van waardoering uit te spreken voor het
feit, dat gy u geroepen voelt to trachten aan
een voor onze gemeente- zoo noodlottigen
stryd, gelijk u zulks noemt, een einde te
maken.
Het 'wil ons echter voorkomon dat het
wemscheljjk is het volgende onder uw aan
dacht te brengen.
Hoo is de stryd gekomen? Er is een
staking, die allerminst door ons op welke
w^jze dan ook werd geprovoceerd. WJJ heb-
bon integendeel alles wat in odb vermogen
was gedaas om deze staking te voorkomen.
Maar een zeer klein aantal opvarenden heeft
haar geproclameerd, een zestigtal slechts.
Ten gevolge van het feit, dat de ovorigen
het goedvinden zich aldus te laten dwingen
en in sommige gevallen zich zelfs gaarne
latex dwingen tot werkoloosheid, ligt het be
drijf stil. Het doet ons leed, maar wtj
kunnen daaraan niets veranderen. Het dient
hier helaas gezegd, dat een deel der opva-
niet ongaarne de stakiDg zag procla-
mccren om eens eon veertien vr^je dagen te
gcrieten en dit niettegenstaande alle op
vurendon per jaar minstens 70 vrye dagen
bobben met behoud van loon, van een inkomen
dnt per jaar voor do micstbezoldigdec onder
hen nog ruim negenhonderd gulden bedroeg,
en dat ter voorkoming van deze staking door
ons nog niet onbelaugr^k stond te worden
verhoogd.
Wfl streden thans slechts noodgedwongen,
in zooverre dat wij, althans voorloopig, nog
afwachten tot de opvarenden het noodige in
zicht zullen herkregen hebbeD. Wy wachten
af tot ze weder aan het werk willen gaan,
doch thanB op eon loonregeling zooals wQ
die hekben vastgesteld, mede in het belang
der opvarenden zelf,
Onze trawlers zijn beschikbaar, het z(jn
Diet w\j die zo stilgelegd hebben.
Indien u na het bovenstaande van meening
blijft, dat uwe overigens gewaardeerde be
reid willigheid tor zake van eenig nut kan
zijn «ij gaarne bereid nader van u te ver
nemen."
Door de beide zeeliedenbonden is de be
middeling van den burgemeester aanvaard.
TWEEDE KAMER.
Dinsdagmorgen zet de heer R u t g e r s
(a.-r zjjn rede voort. Hjj wijst er op, dat
hot aantal gesubsidieerde kweekscholen onder
het regime Fock-Van Heutsz gestegen is van
2 tot 5, onder het regime De Waal Malef(Jt-
Idenborg van 5 tot 6. De anbsidiestijging is
automatisch. Verder verdedigt hij de regeling
zooals die thans op Soemba is ingesteld en
bespreekt ook de regeling in de Minahaesa.
Die geschiedenis daar heef; met opgedrongen
kerstening niets te maken. De Javabodc
hoeft dit geschreven. Daarentegen is de
neutraliteit van de dessascholen niet boven
alle verdenking verheven. Zy staan onder
Islamiliechen invloed, omdat zy een samen
hang hebben met het volksleven, die de
gou7ernementsscholen missen. En de linker
zijde heeft zelf erkend (by monde van den
heer Van Doorn) dat de Islam in den
ontuiveren vorm, waarin zy door de bevolking
van Java beleden wordt, niet bevorderlijk
is aan de beschaving. Da heer Rutgers gaat
nog eenigen tijd door, bespreekt den Sarikat
Islam, don Gouverneur-Gsncraal en diens
verhouding toe don Minister, die niet onder-
gesobikt mag zjjn, want dat zou in strijd zfjn
met den luister van de betrekking.
Ook de heer De Savornin Lohman
(c.-h.) spreekt in gelijken geest. Wij ont
kennen niet, zogt spr., dat de G -Q. hoeft
gevolgd een christelijke, d. i. niet liberale
politiek, maar wij ontkennen dat hij het
Caristendom* aan de bevolking heeft opge
drongen. Dat de Mohamedanen liever een
Mohumedaansche school hebben, bewijst nog
niet, dat sjj neutraal onderwijs liever hebben
dan christelijk. Slechts zij, die h*t Caristen
dom lagw stellen dan het Mohammedanisme,
kannen voor het weren van Christelijk onder
wijs uit de Mohammedaacsche stroken pleiten.
De hoer Lohman, die herhaaldelijk naar de
politiek afdwaalt, moet door den Voorzitter
tot de orde worden geroepen.
Na de psuie is het woord aan den Minister
van Koloniën, den heer Pleyte. Dese begint
met do toegevendheid der Kamer in te roepen,
omdat h(j niet is een politiek man on ook,
omdat deze begrooting al gereed lag toen hjj
optrad. Hjj krengt zijn dank aan alle sprekers,
die hem de hand hebben toegestoken. Helaas
niet aan den hoer Van Veen. Niet als voor
malig coucentratiecandidaat is aan spr. deze
portefeuille opgedragen, mot de concentratie
hoef', dit kabinet niets te maken. Het moest
zelf zjjn vaarpUn vaststellen en daar als
leiddraad wel kon dienen het concentratie-
manifest, moest do minister daaromtrent een
koloniaal program vaststellen, aangezion het
concentrst e-maDifest da&rover niet spreokt.
In beginsel onjuist en avereohts was dus de
moening van don heer Van Veen, dat het
kubinot een weerslag moest zjjn op de ver
kiezingen. Alleen mocht van den Minister
van Koloniën, die concentratiecandidaat was,
verwacht worden, dat hjj geen politiek zou
nastroven, die beoogde aan do Indische
bovolkiag kerstening op te dringen. De
Ministjr verdedigt zich verder op de per
soonlijke aanvallen door den heer Van Veen
op hem gedaan. De heer Van Ve:n heeft syn
heole betoog gebouwd op uitingen van de
Indiiche pers. Dat was zjjn recht, maar
tevens een verzwakking van zjjn betoog.
Acht de Minister, zoo vroeg hjj, het niet
hoogst gewenscht, elke relatie met „De
voor mij in dezo en in de andere wereld. Ik
zou mij willen doodon, als ik haar daardoor
oen leed besparen kon. Luister goed, mijnheer
Carrot. Voor langen tjjd ze was eerst zeven
tien jaar oud redde zy mij van het gebrek,
van den dood, van nog erger. Zy nam my
tot zich, kleedde mij, voedde my, on zorgde
dat ik in 't le\^n bleef. Ik zeg u, mjjnkecr
Carrot, wanneer ik met den ëencn voet op den
gouden drempel der homelsche poort stond,
wannoer myn oogen reeds een schemer van
de heerlijkheid des Heeren en zjjn engelen
gezien en mjju ooren reeds den klaok der
hemelscbe harpen vernomen hadden, terwjjl
onder mij do afgrond der hel gaapte, en ik
kon haar gelukkig maken door myn voet terug
to trekken, ik zou het doen en my in hot
eeuwig verderf storten."
Haar gestalte richtte zich hoog op en schoen
to groeien, als zij in wilde verrukking dien
woordonvloed uitatiot. Ongetwijfeld klinken
zulke uitdrukkingen overdreven, wanneor zy
do liofde eeuor vrouw tot eon andore moeten
schilderen; maar in waarheid is de grootte
der liofde, die de oono vrouw voor do audero
gevoelen kan, nog nimmer juist geschat ge
worden.
Zelfs Frank, die, zooals aau te nemen is,
juffrouw Claylon de meest buitongowoue be
wondering waardig achtte, vond de hartstoch
telijke wjjte, waarop juffrouw Miller haar
gevoel voor liaar meesteres schilderde, over
drevener als ooit een aaoleiding vermocht te
rechtvaardigen. Toch werd hjj zachter jegens
haar gestemd, als hjj den lof der vrouw vernam
die hjj liefhad.
„Dat is zuivore afgoderjj," zei Frank niet
onvriendelijk.
„Noem u het zuo u wilt. Ik gevool wat ik
zeg, en nog meer."
Locomotief" te verbreien De Minitter heef
rerds geantwoord, dat hjj het bjj zjjn op
treden als ijjn plicht beschouwde alle har den,
met Iadische ondernemingen te verbreken.
Maar ook toen de Minister in relatie stond
tot de Locomotief, beeft hjj nooit eetigssins
invloed gehad op de redactio van dat blad.
Maar gjj, mr. Van Veen, hebt den weg weten
te vinden tot mjjn departement; gjj hebt met
mijn ambtenaren gesproken, maar mjj zjjtgjj
voorbijgegaan. Gjj hadt beter gedaan ook my
de eer van nw onderhoud waardig te keuren
om het audi et alteram partem (hior ook de
andere panty) toetepassen.
De heer Van Veen (o.-h.)Ik begrtyp
niet wat gjj bedoelt. Gjj tast mjj persoon
lijk aan.
De Minister: Gty hobt mjj ook per
soonlijk aangetast. Maar ik wil christelyk
tegenover a zjjn en niet bjj u veronderstellen
den animus injnriandae (bedoeling om
te beleedigen). Als Kamerlid en rechter hadt
gjj echter anders tegenover mjj behooren te
handelen.
De heer Van Veen: Verklaar u nader,
dat is een icsinnatie. Ik heb reoht te weten
wat gty bedoelt.
De Voorzitter: Het woord is aan den
Minister van Koloniën.
Dc heer Van Veen: Dat is geen manier.
De Minister: Laat ons kalm bltyven en
het staatsrechtelijk vraagstuk, dat ons besig
houdt, rustig onder de oogen zien. Artikel 87
Rïgeeriogs-reglement onderstelt b\j den Gou
verneur-Geceraal een administratieve verant
woordelijkheid, maar de Minister van Kolo
niën bltyft voor elles wat bjj doet verant
woordelijk. Elke aandrang op den G.-G. om
van koers te veranderen of koers te bltyven
houden ie tydel cn irrelevant. De G.-G. weet,
dat de Minister een ander politiek beginsel
is toogedaan dan bjj zelf. De Minister eert
iu den G.-G. zyn groote gaven van verstand
en hart en zjjn staatsmanswyiheid en heeft
daarom ityn medewerking ingeroepen. Bty
elke regeeringsdaad zal de G.-G. ongetwijfeld
roet ptynltyke nauwgezetheid overwegen of die
daad in overeenstemming is met de beginse
len van don Minister, die bty kent en omdat
de Minister dit weet, heeft bty gaarne de
hnrteltyke samenwerking met den G.-G. aan
vaard. (Applaus links).
De Minister zet nn uitvoerig de aanleiding
uiteen tot de oirculaire 2017 van den Gouver
neur-Generaal, en bespreekt de gessteltyke
stroomingon in den Arehipel. Lang staat de
Minister stil bty hot ontstaan en de beteekenis
van den Sarikat Islam, dio eigenltyk als
vorecnigiDg van handelaren opgericht werd,
schetst de spaoning, die ontstond tussohen
Chineeaen en inlanders. De vereeniging waa
jong en bprong uit den band, richtte zich
echter niet tegen het gezag. Bovendien
kwamen in den Sarikat Islam allerlei stroo-
ogen van malcontenten etc., btyeeD, totdat
opeens het denkbeeld oititond, dat de be
volking zich door vereeniging zou kunnen
ontworstelen aan den eeuwenlaDgen geeste
lijken en cconomischen druk. De Minister,
komend tot de invloeden, die meegewerkt
hebben om do S. I. tot de groote macht te
loen ontwikkelen, die zjj ontwikkeld heeft,
protesteert er tegen, dat men het doet voor
komen alsof het Mohammedaansch geloof van
Javaan als iets minderwaardigs is te
beschouwen. De Islam is voor den Javaan
vrty wat meer dan een godsdienst. Men moet
het kraakporselein van den Islam niet met
tv wreede hand aanvatten. Laat men tegen
over den Javaan toonen, dat men kan leven
als fatsoenlijk man, een ander geen kwaad
doon en ieder het zjjne geven. Wty hebben
niet het recht i..g op den godsdienst van
d.m Javaan neer te zien. Laat men dot voor
zichtig zjjn met het brengen van Christendom
onder de inlanders, de zending kan voor-
trctloltyk werk doon, maar zty moet van de
nationaliteit der inlanders afblyven.
De Minister doet nog verschillende mede-
dolingoD, o.a., dat te Mokka gebeden wordt
tegen de booze plannen van de Noderlandsche
regeoring en dat men rekent op den invloed
van den S. I. om die plannen te fnuiken.
De Minister breekt hierna ztyn rede af, na
uur gesproken te hebben. De heer Van
Voen tracht nog het woord te verkrtygen,
aar het Rsgl. v. Orde verbiedt dit.
Woensdag vervolgt minister Pleyte ztyn
rede om thans het pro van den S. I. uit-
eentezetten. Voor het Nederlandaoh bestuur
op Java acht de minister het een geluk, dat
de beweging ontstaan is, daar het aange
namer is een ontwakend volk te leiden dan
een slapend er onder te honden. De minister
beep;e>kt hierna de weigering van rechts-
„En omdat u haar liefheeft, wil u haar
toekomst in mijn hand gelegd zien, wjjl u
overtuigd is, dat zjj dan gelukker zal zjjn?"
„Ja, inyaheer Carrot. Ik heb u dag aan dag
waargenomen on gezien, dat u haar liefheeft.
Ik heb nuar u geïnformeerd. Overal spreekt
men goed van u en bovendion
Zy draalde. Carrot hoopte, dat zjj den zin
met oeuigo verklaringen over den waren stand
van Beutriccs gevoel zou eindigen. Juffrouw
"illers verzokering, dat zy goed* gronden
bad vau hem to eischon, dat hij wacbtt was
hum driedubbel welkuai geweest. Verlicfüon
drenkelingen gclijkeu elkander, wat bet
grypen naar een stroohalm betreft, op een haar.
„Nu, on bovendien vroeg Frank, toen
hjj zag, dat zy nog steeds draalde.
„U behoort beiden tot de uitverkorenen,"
zei ze op zondorling plcchtigen toon. „U draagt
liet toeken op uw voorhoofden."
„Wat meent u dan eigenlijk? vroeg Frank,
geheel ontzet.
Zty vouwdo haar handen samen en haar
oogen straaldun in zonderlingen glans, als zty
uitriep: „Wat ik meen? Is het dan mogelyk,
dat do uitverkorenen des Hooren, dio tot
Heiligen bestemd ztyn, over de aarde wandelen
zonder bot tc vormooden Ik zie hot, ik lees
het op uw on juffrouw Claytons gelaat. „Velen
ztyn geroepen, weinigen uitverkoren." Gty
beiden behoort tot weinigen."
Eindclyk begreep Frank, dat hjj met oen
soort van godsdienstig fanatisme te doen had,
dat aan waanzin grensde. Zyn ontroering week
voor nieuwsgierig, iet wat spottend medelyden.
..Als men het slechts geloovcn kon, ware
het zeer bevredigend," zei hy. „Zeg mjj toch,
waarom go wat dat betreft, van ons zoo zeker
styt; wty bobooren toch bij een ander geloof
dan gty."
.Gelooven, wal geloovcnGo waart uitver
koren vóór eon geloof in de wereld gekomen
was. Hot toeken wordt den uitverkorenen op
liet hoofd gedrukt, voor zty het eerste levens
licht zioD. Hot is mogeltyk, dat een heiden,
die nooit van Gods woord gehoord heeft, op
do hoogste trappen van den troon des Al
machtigen zal rusten, terwjjl zty, die op aarde
het heiligste leven hebben geleid, in het
eeuwige vuur zullen smachten."
„Dat is de predestinatie in zijn scherpsten
vorm," dacht Frank. „Waarom ztyt gty echter
ten opzichte van juffrouw Clayton en my zoo
zeker van uw zaak?" vroeg hy.
Ik kan hot op uw voorhoofden lezen. Ge
lukzaliglieid zal in deze cu de andere wereld
uw deel ztyn."
Kranks vroolijke natuur kwam boven en bty
luid lust aan juffrouw Miller te vragen naar
hot toekomstig lot van den hofleltykon llorace
on den vriendeltyken llorbort met hun jonk
vrouwelijk wozen. Hty had ook gaarne geweten,
wat er ooniuaul uit den gozetton Whittaker
en William Gillis, den koetsier, zou worden.
Maar lijj onderdrukte die vragen, wtyl hty zag,
dal, wat voor hem slechts scherts was, voor
de bleeke vrouw naast hom doodeltyke ernst
was. Hty wildo zich niet in theologische twist
punton verdiepen, daar hty wist, dat zelfs de
bcsto theologen van Oxford het niet vermoch
ten, de bowty'.en der aanhaugers vaa de leer der
voorbeschikking logisch te weerleggen en
boven lieu do theologie niet een ztyner lieve-
liogswetciisehappcn was. Daarom vergonoegde
hty er zich mede, de troostvolle hoop uit te
drukken, dat juffrouw Miller even zeker was
van haar eigen toekomstig heil.
„Ik," riep zty uit on beefde van schrik, „ik
heb dag en nacbt om oen teeken gebeden.
Het antwoord ii gekoncn," steunde zty meer
psrsoonltykheid, het. was inderdaad lastig voor
de regeering, er worden voor het verkrtygen
daarran zekere eischen gesteld. R*«omeereudo
meent de minister, dat men niet te veel moet
ingrtypen. Men moet zoo noodig leiding geven
en Verder belangstellend toezien. Het op-
tredea van den g.g. kan de minister billtyken.
Tot verheffing van den Javaan is, zooals do
heor Vliegen terecht opmerkte, noodig on-
derwtys, kapitaal en politieke rechten. Maar
hoe krjjgt men dat, vraagt de minister. De
bevolking mag niet bltyven onder den druk
waaronder zty verkeert. De woeker dient
bestreden. Do minister toont aan, dat de toe
stand niet zoo ongunstig is als de heer Vlie
gen meende. Er valt inderdaad eenigen opbloei
waar te nemen. Het kapitaal in de inlandsche
spaarbanken belogd is weliswaar nog niet
groot (ruim 1 millioen) maar bet is tooh
aansienltyk meer dan tien jaar geleden, toen
het f 412.000 was. En wat het onderwtys
betreft, zal de ministor in overleg treden
met den g.g. om het aantal tweode-klatso-
scholen geleidelijk nittebreiden en de detsa-
scholen geleideltyk te doen plaats maken voor
tweede-klasse-soholen. Daarvoor moeten goede
onderwijskrachten worden gekwotk'. Aan de
thans bestaande subsidie-regeling zal niet
worden getornd, maar omtrent Soemba nn
Flor es wordt nog onderhandeld.
Evenals van de Sarekat Islam werd o k
van de Iadische Partty de wordingsgeschie
denis uitvoerig nagegaan, waarbty de minister
sich zelfs verdiepte in de biographie en do
zielsgeschiedenis van den heer Doawes Dek
ker. Hoewel hty, aldus sohryft het «Alg.
Handelsblad", ook in deze het beleid van
den G. G. volkomen goedkearde, kwam or,
ten aanzien van de drie betrokken personen
en van de gansche *Partty" geen enkel hard
woord over ztyn lippen. Integendeel: meteen
zekere uitbundigheid verklaarde bty, het be
roep op clementie van den heer Vliegen voor
Raden Mas Soewardi en Tjipto Mankocsoemo
met zeer veel instemming te hebben gehoord.
En hty deed doorschemeren dat deze tweo
Javanen niet lang meer ,g«Ioterneerd" zouden
bltyven (men weet dat ze niet, zooala Douwes
Dekker, ztyn verbannen maar dat hnn een
bepaalde verbltyfplaatz in Iadië is aangewe
zen) wanneer ze zioh maar eens bty hem
vervoegden on waUheer hty dan de overtui
ging mooht krjjgen dat hun gezindheid geen
gevaar meer aou opleveren voor dio van hun
gewone omgeving ia Iadië.
Clementie wil de Minister, op ztyn goede
hart zal niet vergeefs een beroep worden
gedaan. Maar hty moet de waarachtige over
tuiging hebben, dat bty den G.-G. inderdaad
kan aanbevelenstrek uw beschermende hand
over Tjipto en Soewardi uit. (Teekenen
van instemming).
De minister wenscht thans nog een enkel
woord te zeggea over den geest der koloniale
politiek, die de minister sal volgen.
Hty heeft de overtuiging, dat de Regeoring
den duren plicht heeft de Indische bevolking
op te voeden, en hoopt dat de bevolking
die stem zal verstaan.
Nu is de beurt aan den heer Van Veen
(c. h.) voor een persoonltyk feit. Deze heer
wtyst met kracht de besehuldiging van den
minister af, dat hty ambtenaren van 'a mi
nisters departement om inlichtingen heeft
gevraagd. Hty vraagt den minister de be
schuldiging waar te maken of te niet te
dosn.
De minister zegt, dat de zaak deze is:
de heer Van Veen heeft in ztyn rede van
11 November tot twee maal toe volgohou-
den, dat de minister ondanks styn ernstige
ontkentenis nog relaties onderhield met
Indische bladen cn nu heeft de minister
willen zeggen: Ik weet, dat de heer Van
Veen mtyn departement van (jjd tot ttyd be
zoekt. Maar waarom heeft hty mty d*n niet
even opgezocht, alvorens mty op soo grie
nde wtyze te beschuldigen?
Het bltykt dat de heer Van Veen inlich
tingen gevraagd heeft over subsidieering der
kweekscholen, anders nie'. Het incident is
daarmee gesloten.
Orer de replieken, die op versoek van
den heer B o g a a r d t (r. k.) worden ge-
honden, kunnen wty kort ztyn. Hty valt den
heer Vliegen aan orer de uitdrukking fzoo
als u een Westerling ztyt", die deze ge
bruikt heeft ter aanduiding van den heer
Bogaardt. Het betrekkon van Indië in den
politieken stryd is een ramp voor Indië. De
eenige schuldige «daarvan was de concen
tratie, die bovendien in Indië zelf een ver-
kiezingscomitd stichtte en geld van de Chi-
neesen aannam.
Nog behandelt spr. in den breede de on-
dan zty sprak, „ik ben een der velon." Haar
gezicht drukte zooveel hopeloosheid uit, dat'
Frank van medelyden voor liaar aangegrepen
'werd.
„Geef die treurige gedachten toch op, goede
vrouw, en vertrouw op de barmhartigheid,
die allen bewezen wordt, welke haar begeeren.
Spreek or eens mot mynheor Morille of deu
deken over, of anders met iemand, wiens zaak
hot i>, zulke dingen te verklaren. En nu is
het, geloof ik, ttyd elkaar „goeden nacht" te
wenschen.
„Goeden nacht! Ik dank u," zei juffrouw
Miller cn ging mei gebogen hoofd en langzame
bewegingen, waaruit haar iunerlyke moede
loosheid slechts al te duidclyk sprak, naar
de deur.
Plotseling zei Carrot tot juffrouw Miller:
„ik wil Beatrico een paar woorden sohryven."
„Miunebrioven doen goen goed
„Het botrofl hier geen minnebrief"," zi i
Frank eonigszins scherp.
Juffrouw Miller wachtte, terwjjl hy haastig
dezo woorden schroef: „Ik heb myn vruag
gesteld en u heeft mty geantwoord, laat mij
nu nog weten, of ik het huis verlaten mm t
of zoo lang zal bltyven, als eerst myn plan
was. Geheel de uwe F. C."
„U heeft haar niets onvriendelijks goschre
ven vroeg Juffrouw Miller, toen zty don brief
„Neen, myn woord daarop."
„En u belooft te wachten?"
„Ik moet wel wachten, of ik wil of niet,"
antwoordde Frank bitter.
„Goeden nacht, mtyoheer Carrot I" Juffrouw
Miller knikte beleefd en gleed geruiscliloos
uit de kamer.
(Wordt vervolgd).