KLEINE COURANT
't Vliegend Blaadje
voor HeldorTexel, Wlerlng&n en Anna Paulowna.
No. 4273.
Zaterdag 24 Januari 1914.
42ste Jaargang.
Vliegend Blaadje p. 3 eb. 50 ct., fr.jp port 75 ctn buitenland f t.25
Pre- Zondagsblad 374 45 (0.75
«tëaf Modeblad
(Voor bet buitenland bij Toornitbetalinf.)
Advertentie» van t tot 5 regel» (bij Tooraitbetaliaf) 80 cent
Elke regel meer6
Bewqs-exemplsar 24
Vignetten en groote letters wordea mr plaatsruimte berekend
Waraohijnt Oinadag- en Vrijdagmiddag.
Uitgever O. OE BOER Jr., Halder.
Bareaai Koningstraat 29. intare. Tilaf *0.
Tweede Blad.
Agenda.
Bioscoop-Vrorstellingen. Kanaalweg 112.
Dagelyks 7 uur. Zondags 2 uur.
Bioseoop-Voontellingen. Spoorgracht 18.
Oagelqks 7 uur. Zondags 2 uur.
Bioseoep-Voorstellingen. Koningstraat.
Dagelqks 7 uur. Zondags 2 uur.
23 Jan. Ned. Ver. Alrh.dr. Rode van Enka,
Casino, 8 nur.
24 Jan. Buitengewone Specialiteitenvoorstelling in
Tivoli, 8 uur.
26 Jan. »De Dageraad". Openbare Vergadering in
Casino, 'savonds 8 uur. Spr.Domela
Nieuwenhuis.
29 Jan. Ned. Protestantenbond. Openb. Verg. in
de Nieuwe Kerk, 8 nur.
30 Jan. N V. Tooneelvereeniging. Dir. Herman
Heyermans, Casino, 8 unr.
7 Pebr. Dansclub „T o. p Balmaiqué in T i o 1 i.
Opgave van de alhier gevestigds i
vertrokken perionen.
Gevestigd.
Naam: Beroep: Woonplaats: Van: Gel.
Moije, gepd, Hoogstraat 131, Batavia. NII.
L O. Verboven,s.-st, KI Daitstr. 18 Vlissingen. R.C.
W. Hoogkamp, arb, Laogestr. 1cN.-Scbarw N H.
Wed H. d. Meer, Karnat weg 173. 's Hage.
H. Scheflers, arbKoegras 19a. a.-Paulowna. D G.
K kooim»n,k.-kok, V-Binnenh 80, NH,
J. de Fouw, s.-bofm Westgracht 2, a'dam.
M n. ten Have, verpleegater. D(jk«tr.40, 's Hage.
A Harteveld k -m dr.,leVroonstr 38 Schiedam. Geen
a. q aak aai, schoenm., Oostslootstr. 23b. a dam. R.C
G. von Veen, sergt -seiner. Koning»tr. 2, N H
W J.Heijdeniyk,bloem .Bre-witr 4, Steenwjjk. R.C.
F. M Pörtigen winkelb, Weeien»tr 6 Breda.
J. Nuhaan, s-konst, Langestr 22 N-Helvoet. N H.
J. H. v. Vijuck s.-gew m Westgr 36. Renkum
A. van Cooien, matrAchtergr Z.Z. 6. A'dam N.H.
W.H. Dubbelman,ambt. t/«ecr., Keuerstr 4'
Barsingerhorn.
Wed.I.Schoon,I.in'tVeltstr.103 A.Paul wna,
D van Djjl. marinier, Achterstr. 27, Dordiecht,
M.B.Dommissen,k.-m.dr ,Onrust19c Vlissingen. R 0.
A v.d.Grgn, stoker, Slui»d()k«tr. 15. Meeikerk. NH.
C H.Doesburg marinier, Achtei gr W Z 65,A'dam.
J. Brandenburg, k.-kok, Bloemstraat 21,
Vertrokken.
Naam: Beroep: Van: Naar: Gel.
K. Waistra.s.-! verpl., Slnisdjjkstr. 35, A'dam. N H.
J FKöhnke,sergt-m.dr..BooUmanst.2, N-Helv. H L.
J.PE v Rcijien,kapt. art, Kanaalw 8a,Hage. Geen.
J Tuitbol.ummerm., Uudekeikstr. 17o, N.H.
P.l.terBurg,ass.-mach., ie U.dw str. 12, Batavia,
J. P.vd'/ee, Steengracht 10, i i
K.S Vinken,timraerm., Koniugdw str.21, Zandv. R.C.
J.Th. -eet, gezagv., Brouwerstraat '25, A'dam.
J.J Snor.sergt der marn.,Weezenstr 55, N.-Helv. H.N,
Wed. W. F. Zindel. zonder, Trompstr. 1, A'dam. R C.
UIT HET BUITERLARD.
De icboolquaeatie in België is nog altyd
niet opgelost.
De Kamer behandelt op 't oogenblik onder
groote belangstelling van het publiek Congo-
saken.
In de bladen wordt een nienwe oplossing
aan de hand gedaan. De ,Soir" stelt voor,
dat het ondsrwQs vr|J sou zya on gesubsi
dieerd worden; leerplicht sou worden inge
voerd en het openbaar onderwas slechts
worden gegeven als het particulier initiatiei
te kort schiet; in dat geval tonden do ge
meenten scholen oplichten, waarin het onder
wijs neutraal sou «y». De ministrieele bladen
s$n voor deze oplossing te vinden de
tegenstanders kunnen er volgens de ,Indé-
pendance* geen vrede mee hebben. In de
Kamer sal das de strijd worden voortgeset.
In Dublin is de staking vrijwel verloopen.
Rastig is het rohter nog niet. Het aantal
arbeidswilligen neemt dageljjks toe; van de
stakers blijven echter velen werkeloos rond-
loopen, 't xQ uit eigen verkiesing, 't zy omdat
hun plaatsen s{jp ingenomen. Zij zQc zeer
verbitterd tegen de werkwilligen en af en
toe kimt het wel eens tot een botsing.
Donderdag hebben te Londen 7000 kolen-
dragers en voerlieden het werk neergelegd.
Z|j eischen verhooging van stukloon met een
stniver per ton. Br was Woensdag een be
middelingsvoorstel ingediend, waarover de
arbeiders nog moesten stemmen. De uitslag
der stemming heeft men echter niet afgewacht,
doch men heeft plotseling den arbeid neer
gelegd.
Zaterdag zal te Londen waurscbynlyk een
groote uitsluiting in de bouwbedrijven worden
afgekondigd.
Daar byna dagelijks gedeeltelijke stakingen
uitbreken, hebben de aannemers besloten, al
de arbeidscontracten op te zeggen. Al de
arbeiders zullen dientengevolge worden uit-
genoodigd, zich schriftelijk to verbinden, in
vrede te werken met hun georganiseerde of
niet georgaciaeerde gezellen cn een boete
storten, gedeeltelijk alle wek«n van hun loon
af te houden, zoo zij bun belofte zouden
verbreken. Als de werklieden niet willen
teekenen, wordt de look-out uitgeroepen.
Ba het is waarschijnlijk, dat de georgani-
seerden het niet zullen doen.
In het Engelsche kabinet spbjjnt verdeeld
heid te bestaan over de vlootuitgaven. De
Admiraliteit, die beslist de supprematie der
Bngeliche marine wil handhaven, moet door
den ministerraad op de vingers getikt »yo
wat betref: het bedrag dor uitgaver. Do
liberalen verklaarden, dat er voor bewape-
ningsdoeleinden geen penny moer sal worden
uitgegeven dan het beslist noodzakelijke
minimum van vlootsterkte noodig maakt. De
aanstaande behandeling der maritieme aan
gelegenheden in het Lagerl-uis wordt met
belangstelling tegemoet gesien.
Omtrent de Zaberr qaosstie deelt een
Elsasser blad mede, dat Maandag onder
voorzitterschap van den uit Berlyn terug
gekeerden stadhouder Von Wedel een minis
terraad is gebonden, waarin Von Wedel
verslag uitbracht over zijn reis.
Het blad spreekt de meening uit, dat er
voorloopig geen wijsiging zal worden gebracht
in de regeering, doch dat de oplossing d«r
crisis slechts verdaagd is. Msn wil n.1. niet
overgaan tot het ontslaan van regeerings-
personen, soolong de opgewondenheid over
het gebeurde te Zabern nog voortduurt.
Vrijdag en Zaterdag als de qaa»atie op
nieuw in den Rijksdag in behandeling komt,
zullen wy wellicht meer
stelling voor de sitting is
De belang-
groot. Het
bureau van den Ryksdag heeft bekend ge
maakt, dat er zooveel aanvragen om kaarten
voor de tribunes b|j het bureau en de afge
vaardigden zijn ingekomen, dat er geen enkele
plaats meer beschikbaar is.
Do Portugeesche Kamer heeft met 81
tegen 46 stemmen de urgentie aangenomen
voor een voorstel tot b(jeenroeping van hot
Congres, teneinde te beslissen over de ver
daging van de zittingen van het parlement
en over de interpretatie van art. 25 van de
grondwet, waarover verschil van meening
heerschc tusschen de regeering en den Senaat.
Turkije heeft een eigenaardige, trouwens
daar meer toegepaste, maatregel uitgedacht
om wat geld omhanden te hebben. Het
ministerie van Financiën heeft tot de directie
van de Openbare Sohuld het verzoek gericht,
de traktementen der ambtenaren over een
maand in te houden, als bijdrage voor de
uitbreiding der vloot, echter alleen voorzoo-
ver het Tarksche onderdanen betreft. De
Openbare Schuld heeft nog geen antwoord
daarop ingezonden. Wellicht dat de ambte
naren zelf wel antwoorden.
Venizelos, de Griekscho premier, heeft te
Parys voor Frankrijk zeer vleiende redevoe
ringen afgeitoken. Ia Berlijn deed hij het
zelfde orer Duitschland. Jammer, zegden de
Fraciche bladen, hoe zit het nn eigenlyk.
Wie s de «meeat begunstigde natie*. Dat
wilden se graag weten eer financisele steun
verleend wordt.
Als Yer.izelos de Europeesohe hoofdsteden
rond is, gaat hij ook naar Konstantiaopel,
om de nog hangende kwesties tusschen Turkije
en Griekenland uit den weg te ruimen. De
eilanden qaaeste zal nog al moeilijkheden
leveren, ook na de nitspraak der mogend-
oeden. De Grieken versterken Tenedos en
brengen daar behalve kanonnen, groote hoe
veelheden levensmiddelen bijeen.
Een wijs man schijnt ao Russische generaal
Holmsen te zyn, die door Servië en Bulgarije
was aangewezen om scheidsrechterlijke uit
spraak te doen in het geschil over verschil
lende grensstreken. Hij heeft gedeeltolijk be
slist ten gunste van Bulgarye. gedeeltelijk
ten gunste van Servië Ieder krijgt wat,
wellicht sijn beiden tevreden.
TWEEDE KAISER.
Zitting van Dinsdag 20 Januri.
De algemeene beschouwingen over de be-
grootiog van Suriname voor 1914 worden
voortgezet.
Op de philippica iozake den toestand in
Suriname antwoordt de Minister van
Koloniën, de heer Phyte. Deze begrooting
is voor een Minister een ondankbaar werk,
betoogt Z.B., omdat de belangstelling in het
moederland beneden nul is. De Minister
gelooft echter, dat door hem iets kan gedaan
wordon. Er moet worden ingegrepen,
't is maar de vraag hor? Om alles in bet
moederland te regelen, is niet goed en kan
niet. Geschikte ambtenaren zyn zeer moeilik
te vinden. Ze vragen dadelyk naar bet salaris,
o». Maar de minister zal overleg p'egen
iet zijn ambtgenooten. De Minister doet ver
schillende toezeggingen die dea toestand
verbeteren zeilen.'
Na de Surinaamsche komt deCuragaosche
begrooting aan de beurt. De heer DeMeester
(n.1.) acht het bedenkelijk, dat w(j de,.Zeeland'
hebben verwyderd uit de Westindische wate
ren. Spr. hoopt, dat de R-geering zoo spoedig
mogeiyk een ander schip daarheen zonde.
De heer Tydeman (u.lsluit zich daarbij
aan En de heer Kleerekoper (s.d.a.p.;
constateert, dat er dit jaar uit onze schatkist
3 4 ton moet bijgedragen worden voor
Cara 9«o. Evenals de heer De Menter vindt
ook dese spreker het onderwijs aldaar bitter
slecht. De heeren Van Vuuren (r.k.) en
F o c k (u.l.) sluiten zich aan bij de argu
menten tegen terugroeping van het stations-
schip.
De Minister van Koloniën, ziet
eenige lichtpunten in de zaak. De opheffing
van het marinestalion geschiedde noodge
dwongeD. Maar zyn ambtgenoot van Marine
sal desgewenscht nadere inlichtingen hier
omtrent verschaffen. Do begrooting wordt
vervolgens aangenomen.
Avondzitting.
Aan de orde is hoofdstuk V afd. 2 der
staatsbegrooting voor 1914. (Binnenlandsche
Z.ken).
De heer Fleskens (r.k.) acht de drank
wet in vele opzichten Onbillijk en onrecht
vaardig. HU acht herziening een werk geschikt
voor een staatscommissie. Maar de Minister
Wil die niet. Hy stelt dienaangaande eene
motie voor, waarin de wenscheiyiheid wordt
uitgesproken. Ook de gemeentewet heeft
herziening noodig. Een scherper afbakening
van de rechten en p'ichten eener gemeente
is dringend noodig. Spr. geefc nog verschil
lende undere verbeteringen aan, die s i
noodig syn. De heer DeWykeralooth de
Weerdesteyn (r.k.) meent, dat verbete
ringen intake do gemeentewet alleen door
wetswyziging te verkrygen »yn.
De heer Schaper (s.d.a.p.) dringt aan
op verbetering der gemeente financiën. Ook
is spr. bet met hen eens, die aandriogen op
herziening der dratkwet. De heer Rutgers
(a.r.) juicht de actie voor do plaatseiyke
keuze toe, die s.i. teer goed in onze wet
geving past.
De heer Kleerekoper (s.d.a.p.) be
spreekt o.a. nogmaals de kwestie van art.
188 2e lid der gemeentewet, inzake het
verbieden van tooceelvoorstellingen door
burgemeesters. Er is nimmer een toepassing
van verwacht als thans geschiedt. Ook de
heer Roodhuysen (u.l.) wyit hier een
enkel woord aan, terwyi da heer R i n k (u 1.)
tegen het stolsel van plaatseiyke keuze is.
Zitting van Woensdag 21 Januari.
Aan de orde is de
Marinebegrooting.
De beer Dnymaer van Twist (a.r.)
opent de algemeene beschouwingen. Hy acht
den tyd nog niet gekomen met den minister
te gaan debutteeren over de plannen der
staatscommissie, soolang de voorstellen van
den Minister nog niet in behandeling zyn.
Spr. is over den toestand van het materieel
niet gerust. Wat de Minister aan groote
sohepen heeft, lijkt hem van zeer weinig
beteekenis. Do geschiedenis met deHolland'
is een staaltje hoe diep treurig het met het
materieel gesteld is. Ook het verloop der
bemanning is verre van gunstig. Het aantal
manschappen is sinds 1 Jnni 1911 gedaald.
Er melden zich minder schepelingen aan.
Voor het instituut der marinemilitie gevoelt
spr. niet veel, daar dit een drnk legt op de
bevolking. De Mioister wil de prorf nemen
met een bemanning van vrywilligers met
kort dienstverband. Maar zal de minister die
krygen? Het hapert thans op de vloot aan twee
dingen: aan het milieu waarin de schepeling
verkeert en syn positie. Het leven aan boord
laat in geestelyk opzicht nog veel te wenschen.
De bezwaren voor jongelieden van christe-
lyken huize om dierst te nemen moeten
worden weggenomen. Dus de geest moet
verbeterd. Maar ook de materieele positie
eischt verbetering, jaarwedden, bevorderings
kansen, pensioen moet verbeterd.
Wanneer is nu oind-lyk de toegezegde
nieuwe pensioenwet te wachten En wat
doet de Minister met die vier adjudanten-
onderofficier, die boven de jaren zyn? Voorts
worden allerlei verzoeken a'g«wexen. Zelfs
de meezt billijke on eenvoudige. Heeft men
dan reden tot klagen, de toeloop is zoo
gering
Waarom moeten b.v. vaklieden beneden
in rang van adjndant-onderoffl.ier de
matrozen uniform drage» P Wil de proef van
den Minizter met vrywilligers slagen, dan
dient in elk geval evenzeer met deze op
merkingen rekening gehouden, anders komt
van dien maatregel niets terecht. Spr. heefc
met belangstelling kennis genomen van
s Minister» voornemens, in Indië inlandich
personeel voor de bemanning te bezigen.
De geschiktheid van inlanders voor dezen
st acht spr. bewezen. Het bemauninga-
vraagstuk sal voor Indië zoodoende worden
opgelost. Spr. hoopt, dat een voortgezette
oef met succes zal bekroond worden.
Spr. weoscht voorts een vlootcommissie,
'enals de bestaande legorcommissie. 's Mi
nisters bedenkingen daartegen acht hy niet
van overwegenden aard. Ook de leger-
commiatie gaat niet wonen op de chambree
evenmin behoeft de vlootcommissie op de
in Indië te gaan wonen, om zich een
te vormen over het beheer. Voorts
vraagt spr. of het juist is, dat te Algirra
het personeel in eerste opleiding van de
„Gelderland" tegen het dienstvoorschrift ii
gaan passagieren ronder geleide, tengevolge
waarvan dronkenschap is voorgekomen en
verschillende matrozen venerische ziekteo
hebben opgeloopen. En wat do reden is, dat
van dit voorschrift is afgeweken.
Qo heer Hugenholts (s.d.a.p.) vindt
dat onze vloot eene verzameling is van oude
onbruikbare schepen met een onvoltallige,
ontevreden bemanning. T-n bewyze van het
s deel van die Btellmg verwijst spr. o.a.
het rapport der Indische d«f-i eiecom-
naar een artikel in de N. Rott. Crt.
8 Jaruari en naar de rede van den
iligen kapitein ter zee Rambonnet te
Helder in Februari 1912. Intusschen stegen
de militaire uitgaven, dus de improluctieve
uitgaven namen toe zonder dat hot inttie
rendement is toegenomen. De berekening zelf
van den Minister is vernietigender voor de
e dan iemand sou kunnen denken,
62% van alles wat voor dit hoofdstuk
wordt uitgegeven is bestemd voor andere
dingen dan schepen met gevechtswaarde, en
deze laatste wordt allis byem gegrist
we aan schepen bezitten, behalve de
waoht- en hospitaslschepen. De Minister sal
30dan moeten schepen worden aange-
■d, maar daarmee is niet gerechtvaardigd
het geld, dat we jaar op jaar aan dien ouden
rommel uitgeven. Als men geen soldaten
heeft rxerc*ert men met „lijntjes", die niets
kosten. Maar by de marine kosten die
„ïyotjei" millioeDon.
Voor de oefenieg der marine heeft men
dien ouden rommel niet noodig. Nu reeds
heeft men veel meer officieren dan men
voor de nieuwe formatie zou noddig hebben.
Waarom dan niet reeds nu bet korps officie
ren ingekrompen? Er behoeven niet m"er
schepen te worden aangehouden dan noodig
«yn voor de oefening vaa het bestaand per-
Minister Coiyn wilde althans alle schepen
opruimen die geen gevechtswaardo hebben.
Maar dese Minister wil alleen ochepen op
ruimen waarvoor absoluut geen bestemming
is te vinden.
Wat de voorgenomen reperatie van de
„Holland" betreft, de daarvoor uitge
trokken fl80 0CO acht spr. onverantwoord.
Waarom die verouderde scheprn nog weer
op te lappen?
De Minister is eén tegenstander van de
R(jktwerf, omdat hy anders tor wille van
het werfpersoneal schepen moet bouwen.
Maar datzelfde geldt voor de werven van
conservatie.
Een radicale opruiming is noodig, daarom
is spr. ook voor eea vlootcommissie, om eens
open kaart te spelen tegenover het Neder-
landsche volk.
Op het personeel komend, betoogt de heer
Hugenholts dat het aantal venerische ziekten
toegenomen is Hy beschouwt die ziekten als
bero'psziekte tengevolge van de gedwongen
langjarige onthouding in de tropen. Daarom
heeft de Minister ook geen recht de schepe
lingen aldus te straffen (met inhouding van
het recht van passagieren). Men sal morten
komen tot k'uring der prostitnëet cn ver
strekking van voorbehoedmiddelen. Maar
vooral tot onderwys.
Men moet dien jongen mannen een beeld
geven van de ontzettende gevolgon der ge
slachtsziekten en geregeld inspectie houden.
Het personeel ia onvoltallig ec ontevreden.
Daartuiichen bestaat een wisselwerking.
By gebrek aan voldoend personeel van
ouderen leeftyd moest men een vorig jaar
te Konstantinopel een landingsdivisie van de
•Gelderland" naar den wal sturen met 43
jonge krachten. Die mededeeling van spr. is
verleden jaar tegengesproken. Thans erkent
de Minister het zelf.
De heer Dtymaer van Twist socht
het in de verwaarlooziog der geesteiyka
belaagen. Maar, vraagt spr., wat h"tft
dan de ohristeiyke regeering 12 jsAr lang
daarvoor godaat- Spreker soekt de oor
saken in de slechte salarisregeÜDg, waarin
voor de joDgeren geen verbetering is gebracht.
Alleen de ouderen hebben iets geprofileerd.
Tegen de salarisregeling ontwikkelt spr.
een aantal grieven. Het loon, waarvoor som
mige categorieën moeten werken, is een
hongerloon. Sprekers ernstigste grief is dat
.nog nooit eenige verbetering is gebracht
in de salarieering van het jongere poiBoneel.
Men moet niet zeggensalaris verbetering
helpt niets, want salarisverbetericg is nooit
beproefd. Ia dit opzicht vergist zich de scbry ver
in de tN R.Ct." van 16 Januari.
Een proef met salariaverbetering voor de
jongeren zal niet zooveel geld kosten. Zoo
lang die proef niet is genomea, sal spr. zich
ten krachtigste verzetten tegen een marine
militie. Over de in uitzicht gestelde pensioen
regeling dienen de belanghebbenden vooraf
gehoord. De rechtspositie van het personeel
dient verbeterd. Men moet de jongens geen
lang dienstverband laten aangaan, maar door
een kort dienstverband wordt de opleiding
veel duurder. Laat men liever het bestaand
personeel hooger salarieeren. Voor het kader
worden nu ook betere vooruitzichten geopend
om hot tekort te herstellen.
Maar daaruit biykt dat men dit kader tot
dusver heefc tekort gedaan. Zelfs de sergeant-
monteurs verkeeroa in een zoo treurigen toe
stand, dat zy liever in de burgermaa(«ch«ppy
terugkeeren. Wanneer eu de Mioister by
inppletoire begrooting voor het personeel
golden aanvraagt, dan dient tevens verbete
ring gebraeht in hun arbeidsvoorwaarden en
beroep worden opengesteld by ontslag op
een onpartydige commissie aan den wal.
De' Bocd, die wel stryden moet, waar
matroos-zyn een beroep is, herft geen
stakingsrecht, slechts het recht van rvqaes-
treeren en critiek. En als die critiex de
laatste jaren scherp geworden is, is dat een
gevolg van het optreden van de autoriteiten
tegeD den Bond.
Z-lfs is correspondentie van den Bood aan
boord van de ,Asahan" door den comman
dant verboden. Men voert actie tegen het
bestnurslidmaatschip van den Bond en neemt
dit op in de coaduicebotkjee. De minister
zegt dat de houding van de commandanten
is te wyten aan het optreden van den Bond.
Er wordt nu wraak genomen door de
autoriteiten uit geprikkeldheid. Laat de
Minister daar een eind aan maken. Zelfs
wordt het briefgeheim geschonden, hetgeen
een ontduiking is van de grondwet en de
strafwet.
houdt echter steeds den comman-
die zoo optreden, de hand boven het
en valt het beotuur van den Bond
n uitstekend matroos, die lid van
het bestanr van den Bond was gewordeo,
werd uit den diens: gejiagd, en een com-
indant, die de jeugd misleidde, werd eervol
i den dienst onthoven met f 3200 pensioen.
De beer N i er s t r as z (v.1.) juicht toe
de reorganisatie van de afdeeling materieel
aan het drpartemmt van marine. Met in-
stemmiog nam spr. kennis van de uiteenset-
t'mg van 's minister's standpunt inzake de
ilitaire bonden. Volgens spr. steekt de
den v&u de ontevredenheid van het perso-
>ol in hot bèstuan van die bonden.
Spr. gaat te dien aanzien verder dan de
heer Van Karnebeek en mioister Heemskerk
by een vroeger begrootingsdebat. Niet de
menachen moeten verwyderd worden, maar
de bonden. Die bonden voeren een anti-
milituire propaganda, terwyi de b-sturen dier
honden zich onkwetsbaar gevoelen. Dit stand
punt klemt vooral waar net g.ldt militairen
en militaire bonden- Spr. vereenigt zich
met het betoog van den heer Van Wasseneer
van Catwyuk te dien aanzien verleden jaar
gehouden (Handelingen blz. 1269). Dese
wenscht, dat het verzet van de bonden tegen
bevelen der overheid strafbaar worden go-
stold. Het beroep op art. 9 van de Grond
wet 2e lid gaat niet op.
Want volgens art. 3 der wet van 1855 is
een vereeniging, dis door baar actie onge
hoorzaamheid aan wetteiyke bevelen ten
gevolge heefc, te beschouwen als in stryd
met de openbare orde. Zjolan'g een gewa
pende macht bestaat is een eers e voorwaarde
voor haar bestaan het bestaan van een
openbare orde.
Niets is govaariyker dan een gewapende
macht waaraan krijgstucht ontbreekt. Maar
doordat wy 80 jaar in vrede leven is by
ons volk het begrip verzwakt dat leger en
vloot geen takken zijn van bestaan, waarbij
men carrière tracht te maken, maar dat sy
uitsluitend dienen om schending van ons
volksbestaan tegen te gaan. Hy wridt over
die krygsiucht nog uit.
De heer De Meester (u.1.) constateert,
dat we in een ovorgangstydperk leven, waar
door 'a ministers taak des te zwaarder wordt.
We leven in een overgangsty ipeik ten aan
zien van het materieel. Binnon niet te lan
gen tyd zal de gelegenheid bestaan om een
kenze te doen welke richting we willen uit
gaan. Maar in afwachting daarvan moet de
minister woekeren met hetgeen nog bruikbaar
is. Ook dat is een zware taak, getuige de
critiek, die ook spr. heeft moeten oefenen
op het terugtrekken van de i Zeeland" uit de
Caraibieche zee. Laat de minister, indien
eenigtzins mogelyk, een ander scbip daar
heen zenden. In verbacd met het feit, dat
we in een overgangstydperk leven, beschouwt
spr. ook het voorstel om de «Holland", die
voor slooping bestemd was, weer op te lappen.
Is dit schip noodig als oefeningsvaartuig,
dan zal spr. zich daartegen niet verzetteo.
Overigens ziet spr. met groote belangstelling
de door den minister aangekondigde voor
stellen tegemoet.
Wat het personeel betreft, is spr. het eens
met den minister, dat het langdurig dienst
verband uit den tyd is.
Maar niettemin vernam hy met genoegen,
dat de Minister nog niet onver wy ld zal over
gaan tot invoaring van een zeemilitie. Spr.
hoopt, dat de Minister de materieele levens
voorwaarden van bet personeel afdoende
zal verbeteren, speciaal ten aanzien van de
voedingstarieven. Wat het vereenigingaleven
aangaat staat sprekers gevoelen tusschen dat
heeren Hagenholts en Nierslr*sz ia. By
vereenigt zich met 's Ministers standpunt,
dat vi a het vereenigingtleven onder de
militairen een verheffende invloed kan uit
gaan, maar dat he' zich niet moet uiten in den
vorm van atrydvereenigingen. Ieder die ia
krygsdienst is, staat in de verhouding van
ondergeschikte en dat mag noch in, noch buien
den dienst uit het oog verloren worden.
Ging men de bonden supprimeeren, dan
kreeg men geheime bonden.
Mon moet het oog niet sluiten voor verzoe
ken in gepasten vorm, maar onverbiddelijk
streng zyn, indien de bonden op ongepaste wyze
optreden en als de Minister den bond van
minder marinepersoneel niet rangschikt onder
de bonden, die op gepaste wyte optreden,
dan kan men hem niet beschuldigen van
ongeiyk. Met den Minister ir spr. het echter
niet eens, dat de noodsakeiykneid van een
wetteiyke regeling van de rechtspositie van
het minder marinepersoneel niet kan worden
beaamd. Wat wenschoiyk is ten opzichte van
de ambtenaren is evenzeer wenschoiyk ten
opzichte der militairen.
Spreker betwijfelt of de byslag aan gehuw
den wel op biliyke wyze is geregeld. De toe
lage moet op het beginsel berusten, dat hel
groote gezin ook groote behoeften heeft.
Onder het korps torpedomakers bestaat een
tekort van 29 man. Het gehalte dar werk
lieden, die zich daarvoor aanmelden, is beslis
onvoldoende. Inderdaad is hua Salaris ni-t
hoog genoeg in vergeiyking met het a*l«ri«
van soortgelyke vaklieden by het leger. Laat
de Mie isler nog eens nadenken over lotsver
betering van deze categorie. Ook brpleit spr
lotsverbetering voor de stokers en betere pro
motiekansen voor dit personeel door de adjn
lanten-onder fficier-stokers niet te lang in
dienst te honden. Hy dankt den Ministor
voor de lotsverbetering van het uitstervend
ras der militaire apothekers en adsistent-
apothekers. EindolQk dringt spr. aan op ver
boogiog der pensioenen voor het mindero per
soneel mogen de voorstellen daartoe spoedig
de Kamer bereiken.
De teer Jansen (den Haag) (u.l.) vindt,
dat men niet met kleine middelen de marine
moet trachten op te beffen ui: den staat,
Zitting van Donderdag 22 Januari
waarin zy verkeert. Spr. betreurt dat men
het geld, dat zoo noodig is voor herstel ec
aanschaffing van nieuw materieel, voor veel
minder nattige raken aanwendt. We vetkeereo
in «ea noodtoestand, Waar we zelf* geen schip
beschikbaar hebben voor uitzending naar de
Ca'»l.>ische Zee. Vreemd acht spr. het, dat
Minister zegt: de opleidiogescarpen kna
nen niet vermind-rd worden, omdat bier de
■pleiding geschiedt voor Nederland en voor
Iadië. Spr. heefc dit niet recht begrepen.
O'k begrijpt spr. niet, dat de Minister wil
wachten met het ia staat van verdediging
brengen van ons land, totdat door den bouw
van de nieuwe schepen voor Iodië de daar
thans aanwezige naar Holland culleD kannen
leragkeeren, De Minister heefc ook niet
voldoende gerechtvaardigd, dat de nieuwe
torpedobooten zoo laat worden opgeleverd
40.000 gulden meer zullen kosten d«n
waarop gerekend was.
Voorts vraagt spr.: Hoe is de Minister ge-
imen aan de fabrikanten van do verbran
dingsmotoren der pant8erbooten en hadden
deze niet hier te lande kunnen zya geleverd?
De vorige Minister bad den heer Bugenholtz
toegezegd, dat de «Holland" zou worden op
geruimd. Nn sal dit schip echter worden ge
repareerd. Spr. kan niet toegeven, dat daur-
aan dringende behoefte beslaat als men een
ichip noodig heefc voor de orfeDiDg in de
(vuurleiding", maar wel ware dit scbip te be
stemmen voor stationsschip in de Caraib. Z»e.
Spr. vereenigt sich mei 's Ministerie stand
punt insaka het personeel. Tegemoetkoming
aan biliyke klachteD naast handhaving van de
tuoht acht spr. het beste middel om den geest
verbeteren onder het personeel. Als de
officieren zelf voorgaan en aan de schepelin
gen eea ernstige en nuttige taak wordt toebe
deeld, dan kan de geest niet slecht zyn. In
spreker'» ty 1 was het onder de c fficieren in
de lengroom gewoonte te mopperen. Thans
schynt dit onder het scheepsvolk gewoonte te
zyc. Maar als het personeel goed geleid wordt
is er geen gevaar voor een slechten geest.
De schending van het briefgeheim acht spr.
een klein middel. Hy kan zich niet begrijpen hoe
mannen van gezag daartoe konden overgaan.
Spr. vraagt den Minister: wat bedoelt de
Minister met de verbreking van het evenwicht
tusschen gezag, ranz, leefiyd en betrekking,
die het gevolg zon »yn geweest »an vroegere
pensionneering van eckele officieren. HQ
hoopt ten slotte, dat onder 's Ministers lei
ding een tydperk van rust en stabiliteit in de
marine zal intreden.
De heer Roodhuyzen (u.l) bepleit
allereerst lotsverbetering voor stokers. Spr.
waarschuwt den minister voor zQn adviseurs.
Do adviseur voor de werven heeft een loon
regeling durven voorstellen, waardoor de
werklieden ces dagen van loon zouden zijn
verstoken gewoest. De rentmeester is alt(jd
veel strenger dan de landsheer zelf. Wil men
een goede stemming kweeken, dan dient men
nanoen als mannen te b< handelen.
Ook hy meent, dat verbod van bor dsn zou
leiden tot geheime bonden. Wy zien nu het
schouwspel dat Ramboon.et cn Hagenholts
samen willen werkos om onze marine in orde
te m»ken. Spr. wil echter de Marinrbonden
niet te vuur en te zwaard vernietigen, ma*r
alleen trgen excessen optreden. Geen kleine
middelen uls schending van bri'fgeheitn e.d.
De Minister verbetere deo toestand van
het personeel naast handhaving van de
eirohen van de tuoht. Dan sal de sombere
wolk der zeemilitie voorbydry ren. Maar men
trrchte niet de bonden te disculpeeren door
zich te beroepen op het ecke'e feit, dat een
kolonel een brufje schrijft aan een mei»je
van 14 jaar. Op dezelfde wyze kan men
pleiten voor iriscbffflag van bet goheele onder
wys omdat enkele onderwyzers onsedelyko
handelingen p'eeen.
De heeren Hngenboltz (s.d.a.p.) en
Mondeis (s.l.a.p.j: Ea bleven die onder-
wysers dan gehandhaafd
De Voorzitter (hamerend)Ik verbied
n verder te interrnmp»eren.
De heer Roodbnysen dringt ten slotte
met grooten nadrnk aan op een biliyke be
handeling van het personeel, gepaard met
tegengaan van de 'xcessen der bondon.
De heer Van der Voort van Zjjp
(».r.) vindt het verloop by de marine
ontrustend en hoopt, dat door de maatregelen
vaa den minister het tekor: zal worden aan
gevuld. De verdediging van Nederland bevindt
sich thans in een kritieken toestand. Wordt
het nieuwe slagschip aangenomen, dan biyft
tot 1920 de toestand even kritiek als by
thans is. Daarom meent rpr. met den militairen
medewerker van het „Hdbl.", dat het nalaten
van dea aanbouw van klein materieel sich
moet wreken. Hy bepleit verder een andere
regeling inzake aanbouw.
De heer RHye de Beerenbrouck
(r.ksluit zich aan by den aandrang op een
vlootcommissie. Ook by vestigt er de aan
dacht op, dat ait christelijke kringen vele
jongelieden dienst zouden kannen nemen op
de vloot als de nn bestaande beletselen maar
weggenomen waren. Wat de bonden betreft,
ging spr. met een deel der rede van den
heer Nierstras» mee, n.m.1. dat over de
krygstneht. De heer Hagonholtz verklaarde
in 1913: ik ben er steeds op nit geweest de
tn>-ht te oadermyoen, maar tegeiykertyd
ontkende hy, dat dit het doel was van de
vakvereeniging van marinepersoneel. Hy
driDgt or ook op aan, dat de marine-
aütoriteiten hot heft in handen honden.
De beer Marcbanl (v.d.) zegt, dat de
gronden van de Regeering om slagschepen
aan te bonwen, wel zeer sterk moeten syn,
om dit voorstel aan te nemen. Is het waar,
vraagt spr., dat een vreemde mogendheid
begeerige blikken slaat op onze koloniëa en
-en spionnendienst beeft georganiseerd
Daaromtrent zyn inlichtingen noodig. En
«en tweede vraag iswie moet de ni'gaven
betalen Ea spr. vindt, dat in hoofdzaak
Imlië deze kosten moet dragen.
De Voorsitter verzoekt den heer
Morchant hierover niet door te gaan, daar
deze zaak later ter sprake komt.
De hoer Marchant gaat echter door
on bespreekt het incident van 12 Deo., toen
(e hoer Troelstra hem beschuldigde van
valsch spel (in de afdeeliogen n m.1. anders
te «preken dan in de Kamer).
De Voorsitter verzoekt hem echter
een einde aan deze beachouwicgen la maken,
co dreigt met hem het woord te znllen ont-
De heer Marchant vraagt daarop het
woord voor «en persooniyk feit.
De Voorzitter: Waarin bestaat dit
De hoer Marchant: Dat de heer
Troeletra my op 12 DdOember valsch spel
verweten heefc.
De Voorzitter: Ik kan n daarvoor
oiet het woord geren, daar het nooit de
<ewoonte is geweest, dat men weken later
daarovor spreekt.
Do heer Marchant: Het ia dadelijk
afgrloop-n.
De Voorsitter: Ik geef u nog een
halve miennt.
Do heer Marchant: Het syn maar drie
velletjes papier, die ik heb opgeschreven.
De Voorzitter: Lees a ze dun vlug af.
De heer Marchant aent het optreden
r*n den heer Troelstra onwaardig. Deze
bor ft, om met een scbyo-efieet indrnk te
maken, een onware beschuldiging tegen spr.
geformuleerd. Te Amsterdam heeft hy den
indrnk van zQu betoog traohten te versterken
door de mededeoliig, dat er tusschen spr.
en den minister familieverwantschap bestaat,
alsof spr. familiebelang boven hot landsbelang
zou stellen. Er is thans geen waarborg mrer
grgoven, dat met den leider dor S.D.A.P.
binnenskamer» zal kunnen worden onder
handeld.
Ea dat is de groote zedemeester over de
burgeriyke partyen, de besteder van dema
gogie en mieleiding!
De Voorzitter constateert, dat hy den
heer Troelstra onmiIdoliyk tot de orde heeft
geroepen, toen deze zyn beschuldiging tegen
over spr. uitte. Hy hoopt, dat het voorbeeld
door den hoor Marchant gegeven, door nie
mand zal worden gevolgd, door telkens te
beloveD, dat men sich zal bekorten, en sieh
daar niet aan ce houden, doch zoolang buiten
de orde te biyven.
Do heer Marohant constateert xyner-
Bjjda, dat do leiding van den Voorzitter boven
zya lof verheven is.
De hoer Van Vlymen (r.k.) is sinds
jaren een principieel tege:standers van syn
dicaten of bonden van militairen, doch draagt
den onderofficieren een goed bart toe. Het
is een funt dor Regeeriog, dat de hoogste
overheid het optreden vaa die bondon herft
toegelaten. D* eenigo uitweg is, de wet
zoodanig te wijzigen, dat het optreden vaa
die booden voortaan onmogelijk is.
De Minister van Marine, de heer
Rambonnet, begint aan «yne rede en dankt
da afgevaardigden, die eene welwillende
houding trgouover hom hebben aangenomen.
H*t verheugt hem ook, dat de heer Bugen
holtz in :y e jaariykiche rede den noodigen
samethang hoeft gobracht. Daardoor zal het
propagandistisch karakter van diens rede
voeringen daidelyker »ya geworden dan
ooit, hetgeen ook in het belang is van het
scheepzvolk.
Zitting van Donderdag 22 Januari.
Wat de uitgaven voor de vloot betreft,
mea had wel in ofwaohtiog van de reorga
nisatie der vloot gelden kannen aanvragen
voor torpedovlootmaleriëel, maar dan zou
hot eindcijfer zya gestegen. Dit was met
het Oog op den torstand der schatkist niet
mogelijk. Ia verband met de inrichting der
begrooting merkt de Min. den beer Hagen
holts op, dat do begrooting het karakter
hoeft vat oen krediet en de begrootings-
rekening het karakter heeft van een kas
rekening, zoodat daaruit bezwaariyk het
nnttig rendement der vloot is af t© leiden.
De bedryfsbockhouding op de marinewerf
heeft echter opvoedond gewerkt. De Minister
tal dezo mot I Jarnari 1915 op alle werven
doen invoeren en sal trachten meer inzicht
in de begrootiog te doen verkrygen. Maar
men kan tbans niet uit de begrootiog fieiden
dat hrt rutlig rendement is gedaald. De
begrooting loopt slecht» over de exploitatie
kosten der ia dienst syade schepen. Mea
heeft steeds de neutralitei shandmviog in
Ne-lerla-id trachten gepaard te doen gaan
met de verdediging van Indië.
De Min. komt thans tot den chef van de
afdeeling materiëri. De heer Jansen dreef
de reorganisatie aan het departement voor
Marine tot een zenuwachtige overyiisg. M*ar
het f«it dat reeds 25 jaar een hoofdingenirur
chef van het materiëe! is geweest, bewyat
niet dat daar steeds alles in orde is geweest
De chef van het materiëel moet de saken
nit militair oogpunt kunt ea beoordeetoD. Dé
eerste chef van het materiëel is de heer
J.