WEEKBLAD VOOR WIERINGEN EN OMSTREKEN.
8e jaargang:.
Dinsdag 17 Juli 1917.
No. 53.
WAARIN OPGENOMEN „DE POLDERBODE"
VERSCHIJNT ELKEN
DINSDAG en VRIJDAG
Abonnementsprijs
per 3 maanden f0.60.
UITGEVER:
CORN. J. BOSKE-R. WIERINGEN.
ADVERTENTIÈN:
van 1-5 regeis fO.LO
Iedere regel meer„0.06
Bureau Hippolytushoef, Wieringen.
Bijbureau: C. Slikker Cz.
Kleine Sluis-Anna-Paulowna.
Agentschap A Keuris Gz.
Wieringerwaard
De Houtkoorts.
Postiljon berijmt in de „Haagsche Post" de „hout
koorts zooals zich die de laatste weken in Hol
land heeft voorgedaan. Ma heeft ach en wee ge
roepen, hoe het dezen winter komen zal met
„den brand" Pa koopt in stilte, om ma te ver
rassen, een wagonlading brandhout; zoonlief, bui-
ten te logeeren doet desgelijks. En dan volgt
Veertien dagen later, hemel,
Hoe is Holland dan in last,
Heel de straat staat vol met wagens
Hoog met blokken opgetast;
Eiken-, dennen-.beukenblokken,
Groen en grijs en bruin van kleur,
Vormen tot Mama's ontzetting
Een processie voor de deur.
Heel het huis wordt volgedragen,
Van den kelder tot het dak,
Alles wat maar ruimte aanbiedt
Wordt gebruikt als brandstof-bak.
Kisten, koffers, boekenkasten,
Tafelladen en burau's,
Waschmand, gaskast, chiffonnière,
Staande klok en hoedendoos.
Overal, waar maar wat plaats is,
Worden blokken neergevlijd,
Zelfs de wieg die non-actief was,
Wordt door dennenhout ontwijd.
Houtblok-rage brengt slechts onheil.,
Wordt ook hier al weer geleerd,
Waar zij zelfs in de familie
De vermeedering „blok" keert.
GEMENGD NIEUWS.
Stille berusting?
Een inzender in het Vaderl. wijst er op, hoe de
banketbakkers het nog nooit zoo druk gehad heb
ben als in deze dagen, en dat, terwijl de prijzen
der taartjes meer dan verdubbeld zijn.
Zoo gaat het met kleeren, met schoenen met
vruchten, met sterken drank, met sigaren.
Zoo doen ook de restaurants.
„Korten tijd geleden" aldus de zegsman
„was ik te Amsterdam en déjeuneerde daar in een
restaurant. De portes waren er de helft kleiner
dan vroeger, grooter was alleen de prijs. Gedrukt
stond bij den spijs de prijs van 0.40; dit cijfer
was doorgehaald en vervangen door 0.70, welk
bedrag weer doorgehaald was waarna 0.90 er
feuilletoni.
3.
Frans Timpe bleef nog een poosje staan luiste
ren, trok toen voorzichtig zijn laarzen uit en sloop
vervolgens met ingehouden adem langs de eenigs
zins krakende trap naar boven. Boven gekomen,
ging hij tastende den muur langs want "daar was
het volkomen donker. Hij moest voorbij de deur
der kamer van zijn grootvader, om de zijne te be
reiken. Alles rondom hem scheen in rust. Hij haal
reiken. Alles rondom hem scheen in rust. Hij haal
de verruimd adem. Maar toen hij in zijn kamer
was aangekomen, vernam hij door den dunnen
tusschenmuur duidelijk het luide hoesten van grijs
aard de hem welbekende begroeting, die hij ge
•woonlijk 's morgens vroeg vernam, als een teeken
dat de stokoude man zijn kleinzoon had hooren
thuiskomen.
Frans Timpe klemde woedend de lippen vast
op elkander; daarna zocht hij doodmoede zijn le
gerstede op, om zich gedurende eenige uren voor
den komenden dag te versterken. Door de dunne
gordijnen drong het licht van den aanbrekenden
morgen gedempt naar binnen en bescheen het
bleeke gelaat van den vermoeiden jongeling.
TWEEDE HOOFDSTUK.
naast was gezet."
Inderdaad schijnt die prijsverhooging niet gebil
lijkt. Maar als het publiek er in berust, wat kan
er dan tegen gedaan worden
We vinden de kwestie belangrijk genoeg om
haar onder de aandacht onzer lezers te brengen.
Wie kent een afdoend middel tegen ongemoti
veerde prijsopdrijving
Een beroemde vrouw.
Een van de wijst beroemde vrouwen van onzen
tijd, de pionovirtuoze Teresa Carreno, is dezer da
gen, zooals in het Nieuwsblad is medegedeeld, o-
verleden.
Zij had in zeer veel opzichten recht op haar we
reldberoemdheid. Behalve dat zij de eenige pia
niste is geweest die een volkslied heeft gecompo
neerd (zij knapte dat karweitje op voor haar va
derland, Venezuela, en wel in opdracht van de re-
geeringje was zij een van de weinige James, die
zoowel als pianiste als operazangeres lauweren
hebben geoogst en zelfs heeft zij met goeden Uit
slag te Caracas opera-uitvoeringen gedi.igeerd.
Tevens was zij één van de knapste vrouwen
van haar tijd, wat haar uiterlijk betreit, zelfs nog,
toen zij al over de zestig jaar oud was. Zij was zoo
erstandig een zeldzaam verschijnsel onder
kunstenaressen haar leeftijd niet te verbergen
Ook is Teresa Carreno befaamd geworden van
wege haar echtgenootelijke avonturen, want zij
heeft niet minder dan vier mannen gehad, alsmede
vele kinderen. Eén van de-vier mannen was de be
kende Duitsche pianist Eugen d'Albert, in zeker
opzicht een pendant van Teresa Carreno, omdat
hij hij de man vele vrouwen is geweest, zooals zij
de vrouw van vele mannen.
Men vertelt, dat Teresa Carreno, terwijl zij met
dAlbcrt was gehuwd (koj hnw^lüh Li
ontbonden) eens haar man riep en zeide:
Eugen, jouw kinderen en mijn kinderen zijn
aan het vechten met onze kinderen
De toestand in Duitschland.
Naar de Daily Express uit Genève verneemt is
aldaar een diplomaat van een neutraal land uit
Berlijn aangekomen met het voornemen zijn vrouw
en twee kinderen in Zwitserland achter te laten,
omdat zij ziek en lijdend zijn, tengevolge van het
gebrek aan goed voedsel. Volgens den diplomaat
vemeerdert het aantal personen, die in de straten
van Berlijn flauw vallen, terwijl velen van hen tot
den goeden stand behooren.
Vaderlijke zorgen.
Niet alleen in materieelen zin tracht het Duit
sche legerbestuur voor de soldaten in het veld zor
gen, maar waar vroeger de geest ontspanning noo.
dig'had en het gewoonte was in vele kringen om
eenigen tijd in de „Sommerfrissche" door te bren
gen, werden nu kort achter het front dameskam
pen ingericht, zoodat de manschappen, die onder
de wapenen zijn, toch eenige dagen als „sommer-
frisschler" door kunnen brengen. Voor ongehuw-
den, die nu geen gelegenheid hebben om met da
mes in aanraking te komen, werd een serie por
tretten verzameld van hen die zich in het huwe
lijk wenschen te begeven en wanneer een soldaat
zijn keuze op een bepaald portret heeft gevestigd,
dan kan ook die jongedame opgeroepen worden
en wordt na een ontmoeting besloten om de ken
nismaking voort te zetten, dan kan gemakkelijk
een verlof van negen dagen verkregen worden,
waarna de echtgenoot terugkeert naar de loop
graven en de gehuwde vrouw naar haar familie.
Boter voor den winter.
Naar men van bevoegde zijde mededeelt, zullen
van Regeeringswege groote hoeveelheden boter
worden opgeslagen ter voorziening van de binnen
landsche behoefte in den a.s. winter.
Het verbod voor handelaren en producenten om
boter op te slaan, zal evenwel niet worden inge
trokken.
Een gouden feest.
Den lOen Juli was het vijttig jaar geleden, dat de
Parijsche tuinman Joseph Monier zijn later van zoo
groote beteekenis geworden patent nam op de ver
vaardiging van beton dat hij gebruikte voor
bloempotten. Monier was de eerste, die bloem-
poUen-maakte uit cement, waardoor ijzerdraad ge
trappen e.d. Het geluk liep den^'g'emaleh \ummaiT
niet mee en in 1876 moest hij, door dat hij niel
langer de kosten kon opbrengen zijn patent laten
vervallen. Hij nam later echter nieuwe patenten
en toen gelukt het hem zijn uitvinding naar het bui
tenland te verkoopen. Sindsdien is de door Mo
nier uitgevonden techniek op allerlei wijzen ver
beterd en vindt ze bij tal van werken haar toe
passing.
Nieuwe munten voor Frankrijk.
De Fransche Regeering heeft enkele kunstenaars
uitgenoodigd, een model te vervaardigen voor een
nieuwe na het sluiten van den vrede in te voeren,
munt.
„Ja, ja, vroeger, dat waren nog andere tijden
Het handwerk was toen zoo goed als eigen land
en werd geëerd. Vol trots bond men zich s mor
gens vroeg het schootsvel voor en niemand schaam
de zich er voor, dat zijn ouders hun kost door
het werk hunner handen verdienden. Maar dat
schijnt alles anders geworden te zijn, sinds ik niet
meer zien kan. Tengenwoordig wil zulk een melk
muil van een jongen den grooten mijnheer spelen,
met een goedgespekte beurs in den zak en met
blanke handen rondloopen en wijzer zijn dan wij
oudenMaar ze moesten met den stok hebben
dat zeg ik je
Op deze oprecht gemeende woorden van Gott-
fried Timpe, die hij sedert een tiental jaren bijna
dagelijks herhaalde, bleef Johannes Timpe ge
woonlijk het antwoord schuldig, ten minste wan
neer daarin slechts een aanklacht tegen zijn eenig
kind, zijn zoon, opgesloten lag. Maar zijn blik richt
te zich vol liefde en met een uitdrukking van het
diepste medelijden naar de bij het venster zittende
gebogen gestalte van den drieëntachtigjarigen grijs
aard, die sedert een tiental jaren zijn bestaan in
volslagen duisternis voortsleepte en in de we
reld der vorige eeuw leefde, welke zijn herinne
ring hem voor den geest tooverde.
Ja, de grootvader, en zijn toorn over al die nieu
wigheden Het was moeilijk, zich tegen beiden te
verzetten, want men eert de ruine, waarin men
kind was en man werd, en beschouwt hare eige
naardigheden als iets heiligs. En Johannes Timpe
had aan zijn vader alles te danken: zijn groote be
kwaamheid als kunstdraaier, de taaiheid en vol
harding, die men in hem prees, en ook dit kleine
onaanzienlijke huis, waarin hij geboren en opge
groeid was. Reeds van buiten kon men er aan
zien, dat het in een lang verloopen tijd gebouwd
was. Boven de vier ramen van de verdieping ge
lijkvloers prijkten vier gebeeldhouwde gevleugel
de engelenkoppen, waarvan er nog slechts twee
volkomen gaaf waren, terwijl van de beide ande
ren de een den neus, de andere de vleugel miste.
Drie uitgesleten steenen treden leidden naar
de eikenhouten, met zware spijkers beslagen deur,
waarboven in relief het zinnebeeld van het draai
ers- en kunstdraaiersgilde prijkte, een boogpasser,
waarop kruiselinges een beitel en een guts lagen;
daaronder een bol, geflankeerd door twee schaak
stukken.
Maar bijzonder kenmerkend voor het huis was
zijn eigenaardige ligging. Het stond met zijn front
scheef naar de straat gekeerd, zoodat voor zijn
ramen tusschen het trottoir en den zijgevel van
het huis er naast een scheefhoekig voorpleintje
ontstaan was, dat door een houten hek van de
straat was gescheiden. Men zou het geheele huis
hebben kunnen beschouwen als een steenen wig,
die na de voltooiing der straat, tusschen de huizen
ingedreven was, wanneer zijn ouderdom daarmee
niet in tegenspraak was geweest. En in werkelijk
heid had het er dan ook reeds gestaan, toen zich
een halve eeuw geleden de noodzakelijkheid deed
gevoelen op deze plaats een straat aan te leggen
en men links en rechts van het huisje was gaan
bouwen, omdat de toenmalige bezitter er van, UI
rich Gottfried Timpe, niet de minste neiging be
toonde, het te verkoopen.
Wanneer de grootvader zijn herinneringen aan
vroegere tijden inleidde met de altijd gelijkluiden
de woorden „Ja, ja, vroeger, dat waren nog an
dere tijden I" den dacht hij aan den tijd, waarin
het huisje hier nog als een eenzame voorpost aan
de uiterste grens der stad lag en aan zijn bewo
ners het ruimst mogelijke vergezicht over het o
pen veld en het bed der Spree aanbood.
Toen Ulrich Gottfried Timpe in het jaar 1820
van het kleine kapitaal, dat zijn vader, de kunst
draaier Frans David Timpe, hem naliet, dit huisje
gebouwd had, was van de uitgestrekte wijk, die
zich nu van de Frankfurter straat tot aan de Sprev
uitstrekt, nog weinig te zien; Hier en daar stond
een huis tusschen tuinen, bouwterreinnen en koren
velden. Zelfs binnen de muren der stad zag men
nog uitgestrekte woeste (gronden, waarop hier
en daar een koninklijk magazijn stond of een reus
achtig huurhuis, dat opgericht was met het doel
om aan de gezinnen van arme werklieden een goed
koope woning te verschaffen. Ook waren er nog
vele warmoezerijen en bloemkweekerijen. Zoo was
toenmaals het Köpnicker veld, waarop zich nu
een zee van huizen verheft, één bloeiendd bloe
men- en vruchtentuin. De straten geleken op land
wegen, waar men soms diep in het zand wegzonk;
en de huizen van een en twee verdiepingen, die
langzamerhand aaneengesloten straten gevormd
hadden, werden voor het grootste gedeelte be
woond door handwerkslieden, die slechts ternau
wernood in hun onderhoud konden voorzien. Lo
gementen van minder allooi en onaanzienlijke kroe
gen verrezen ailerwege en de gebrekkige verbin-
50.000 Stuks rundvee opgeruimd.
De buitengewone schfcar&chte aan veevoeder
heelt een Regeeringsbesluit tot een sterke inkrim
ping van den veestapel noodzakelijk gemaakt.
Ongeveer een half millioen stuks rundvee zul
len worden opgeruimd.
Een belangrijk gedeelte zal levend worden uit
gevoerd, terwijl een ander gedeelte zal worden ge
slacht, ten einde het vleesch hier te distribueeren,
ter vervanging van varkensvleesch. Het vee zal
zoowel naar de geallieerden gaan aU naar de een
tralen.
De uitvoer zal zeer geleidelijk geschieden, ook
al in verband met het tekort aan spoorwegmateri
aal in het buitenland. Komen er geen belemmerin
gen, dan zal de uitvoer reeds in Augustus aanvan
gen.
Voor den geheelen uitvoer zullen eenige maan
den noodig zijn.
Bijna 12000 gulden per seconde
De Daily News van 5 Juli schrijft
„De oorlog kost ons thans L 7200.000 per dag
Dat beteekent L 300.000 per uur, L 5o.ooo per mi
nuut en L 833 13 sh. 4 d. per seconde. Ruw bere
kend betalen wij duizend pond sterling voor 1 1(3
seconde".
4500 K. M. front
Het persbureau van het Fransche ministerie van
►rlog heeft uitgerekend dat de gezamenlijke leng
te van alle fronten 4500 K.M. bedraagt. Daarvan
vallen 65 K.M. in België, 730 K.M. in Frankrijk, 425
K.M. in Italië., 1700 K.M. in Rusland, 420 K.M. in
Roemenië 1000 K.M. in Servië en Montenegro en
200 K.M. in Egypte.
En Mesopotamie om van Oost-Afrika niet eens
te spreken
Brandnetels voorbeen zangeres.
Mary Cavan, een in het Nationaal theater te
Praag dikwijls optredende zangeres, is niet popu
lair in de Boheemsche hoofdstad. Een der oorza
ken daarvan is dat ze geen Tsjechische liederen
wil zingen, hoewel ze, naar ze zelf verklaard heeft
de taal wel machtig is. Toen de zangeres onlangs
het laatste lied uit een opera-bedrijf gezongen
had, viel op het tooneel in wit papier gehuld, een
bouquet, die een der medespelers der kunstenares
ovrhandigde. Met haar liefsten tooneellach drukte
deze de bloeroen aan haar borst en wilde reeds
een buiging maken voor het publiek, toen ze plot
seling een kreet uitstiet en de bouquet wegwierp
ding met het centrum der stad, de hier en daar in
het open veld verspreid staande huizen, waren
de oorzaak, dat zich hier veel slecht gespuis op
hield, dat in allerlei spelonken een toevluchtsoord
vond, de veiligheid bedreigde en de geheele streek
in een slechten reuk bracht.
En ondanks alles prees Ulrich Gottfried Timpe
den ouden tijd, want te midden van de armoede en
ellende, die toen evengoed heershten als nu en
die de helit van Berlijn bevokten, die zich van de
Silezisce tot de Rosenthaler Poort uitstrekte, had
zijn handwerk gebloeid, werd het in eere gehou
den, stelde menn den eenvoudigen man nog op
prijs en dacht de zoon van den handwerksman er
niet aan het werkpak van zijn vader te minachten
en hoogerop te willen. Weliswaar kende men toen
ook nog niet (ten minste volgens het oordeel van
Ulrich Gottfried Timpe) die apenliefde, waarmede
de ouders hun kinderen gelukkig maken, om op
zekeren dag te moeten zien, dat zij hun boven het
hoofd gegroeid zijn.
Ja zeker, apenliefde Johannes Timpe had over
het gebruik van dit wosrd door den blind gewor
den grijsaard een boekje kunnen opendoen, want
hij, wien die overdreven oudelijke teederheid gold.
was Frans, de eenige trots van hem en zijn vrouw.
De tegenwoodigc bezitter van het kleine huis
je was eerst laat getrouwd. Nadat zijn twee broe
ders, die eveneens in de werkplaats zijns vaders
werkzaam geweest waren, het tijdelijke niet het
eeuwige verwisseld hadden, en de plaats, die hij in
huis innam, daardoor een geheel andere geworden
was, kwam het besluit bij hem tot rijpheid haar.
die jaren lang zijn bruid geweest was, als vrouw
zijn woning binnen te leiden. Toen dat geschiedde,
was hij reeds zesendertig jaar oud. Zijn eerste kind
was een meisje geweest, maar het was terstond
na de geboorte overleden. Daarna was zijn zoon
geboren en na dezen weer een meisje, dat tien ja
ren oud geworden was en toen eveneens aan de
ouders ontrukt werd. De smart van Johannes Tim
pe en zijn trouwe echtgenoote was onuitsprekelijk
grootgeweest.
>r»'
(Wordt vervolgd.)