l Het gestolen Kind. ÜhJ NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ɧ§|1 18e Jaargang- Dinsdag 25 Januari 1927. No. 7. WIERINGEN EN OMSTREKEN nWIERINGER COURAMTn tiORN J. BOSKER, WIERINGEN UITGEVER I MODE. VOOR ALLEDAG. Jumper costumes schijnen steeds gewild te blij ven onverschillig welke andere costumes gedra gen worden. Natuurlijk worden zij beïnvloed door heerschende mode maar zij zijn zoo nuttig dat niemand er aan zou kunnen denken, ze ge heel te laten verdwijnen. Niet, dat daarvoor ee- nig gevaar dreigt te bestaan jumperpakjes zijn dit seizoen nog populairder geweest, dan vroeger colt het geval was. De nieuwe hebben bijna alle een ceintuur in de taille en in zeer veel gevallen zijn zij van het overblousende genre, dat op het oogenblik zoo zeer in swang is. Bij zelf geverfde jumpers zal men ook dikwijls zien, dat de naden samengehouden worden door smalle reepjes haakwerk. Deze nieuwe vinding komt uit Parijs, zooals men ook wel kon ver wachten. De rokken zijn bijna altijd met plooien, zoodat ze in werkelijkheid wijd zijn, hoewel zij schijnbaar recht en slank afhangen. Het jumper costume, afgebeeld onder No. 1252 wordt gemaakt van biscuitkleurig Viyella met lichte groene ruiten. De korte geplooide rok heef.t ann de onderzijde een strook van effen biscuit- kleur. Een zelfde garneering heeft de jumper zelf die een kraagje heeft van dezelfde stof en lich- ielijk overbloust boven een smalle ceintuur in do taille. Een dubbele rij kleine knoopjes vormt de garneering aan de voorzijde. Knippatronen zijn verkrijgbaar in de ma,ten -42, 44, 46 en 48 on der opgave van No. 1252, aan het bureau van dit blad. Kosten 55 cents. Een kraagje en belegsels van een zacht rose tint zijn een aardige garneering voor het beige laken costuumpjes, afgebeeld onder No. 1251. Hier is de taillelijn geacentueerd door de smalle strookjes die opzij bij den rok zijn opgelegd, ter wijl de wijdte van het lijfje ingenomen wordt (hor de groepen plooitjes hij de schouders. Rij- tie9 nette knoopjes worden gekozen voor gamee- rinor van de mouwen en het. voorstuk. Knippatronen ziin verkrijgbaar in de maten42 FEUILLETON. OO i.L.V- No. 10 Ik kan u daarop niet antwoorden. Een ge neesheer is in sommige gevallen gelijk een biecht vader. Wij weten dikwijls zonderlinge geheimen, mevrouw, en ik kan er met trotschheid bijvoegen v/ij verraden die nooit. Vooral als gij betaald zift om te zwijgen, sprak de gravin scherp. De dokter stond met waardigheid op nij nam ri:n hoed en stok en ging naar de deur. De goede naam, dien ik sedert veertig jaren veniet, mevrouw, sprak hij bedaard, maakt uw beschuldiging even doelloos als onrechtvaardig Ik heb de eer u te groeten. En hij verliet den salon. Hoewel diep getroffen'over het voorgevallene, wilde de dokter toch het kasteel niet verlaten zonder eerst den armen knecht bezocht te heb ben, wiens arm door de ruwe behandeling van Walter gebroken was. De zieke bevond zich ta- nelijk wel, hoewel hij koorstachtig en opgewon den was Goddank dat gij komt, riep hij uit, zoodre 'dj den dokter bemerkte. Ik gevoel mij altijd veel aeter als ik u gezien heb. Denkt gij, mijnheer ging hij angstig voort, dat ik spoedig van hie'- :al kunnen gaan Van hier gaan en waarheen Naar mijn ouders, ik kan hier niet blijven Ik ben hier ongeluuig, sprak de zieke huiverend Graaf Richard heeft u toch zeker uw ontslag T:iet gegeven Neen, neen, zij willen niet, dat ik wegga. Mijr. heer Waiter heeft mijn loon zelfs verdubbeld 'naar ik wil niet blijven, ik zal niet blijven. De dokter begreep, dat den jongelng een ge lachte in het hoofd speelde en het met vragen liet moeilijk zou vallen, hem het vertrouwen uit o lokken. v— Welnu, ik zal het u zeggen, sprak de zieke, VERSCHIJNT ELKEN DINSDAG en VRIJDAO. ABONNEMENTSPRIJS per 3 maanden 1. 44, 46 en 48 cent onder opgave van No. 1251. Kos ten 55 cents. MARKTOVERZICHT. De schapenhandel had in 1926 met bijzondere moeilijkheden te kampen. Door het Engelsche in voerverbod scheen de uitvoerhandel met één slag vernietigd te zullen worden. Doch het gebeurt meer hoe feller de reactie was, hoe krachtiger de aitie wordt Zoo ook hier. Op 't eind van 1926 bleek het dat do uitvoer in 1926, niet zooveel bij dien van 1925 ten achter bleef. In 1926 werden 5246 ton uitgevoerd, tegenover 6704 in 1925. Moge dan ook de afzet zijn medegevallen, de prijzen, waar het feitelijk om gaat, konden niet meer ver kregen worden. Evenwel in dat geval stond een -verlaagden inkoop. Zet men deze gevallen tegen over elkander, dan blijkt dat er toch nog een aar dig bedrag is beweid. Na het Invoerbedrag, werd eerst nieuw afzetgebied in Denemarken gezocht. Denemarken is evenwel een betrekkelijk klein land, zoodat de markt aldaar al spoedig over voerd werd, waardoor de markt moest dalen. Dat bracht voor importeurs verliezen mee. De ba kens verdienden alweer verzet. Duittschland met zijne talrijke bevolking, lag nu aan de beurt en bij de stabilisatie van de Belgische en Fransche franc ook België en Frankrijk, zoodat de vooruit zichten in midden Juni, op 't eind van 1926 lang zamerhand belangrijk verbeterd werden. BUITENLAND. EEN VREEMDE HONDENZIEKTE. In heel Engeland komt onder de honden een vreemde ziekte voor. De honden, die worden aan getast, worden gek van pijn en k>open met hun kop tegen den muur. Vele honden hebben op de ze wijze zelfmoord gepleegd. De dieren krijgen ontstoken oogen en worden ook soms blind. Men is er nog niet ingeslaagd, de oorzaak der ziekte op te sporen. DE ARTS OP DEN KANSEL 7 Draadloos wordt gemeld, dat Inge, de deken van de St. Paulskathedraal, hot voorstel heeft gedaan, dat een medicus van den kansel der Ka thedraal het woord zal voeren. Hij meent, dat de erts te veel wordt gebonden door zijn beroep en het publiek meer moest inlichten. AMERIKA LAAT DE GRIEP NIET TOE. Amerika ordonneert maar. Sterke drank wil het niet binnen zijn landspalen. Och arme, wat is er van dat verbod .terechtgekomen Nu zet het eveneens een hoedje aan de grens met „Verboden Toegang" voor de griep. Of die er zich aan storen zal Het heet, dat de medi sche autoriteiten in Amerika bijzondere voor zorgsmaatregelen hebben genomen ter wering van influenza-bacillen uit Europa. Zou elke ba cil bij het „aan land stappen" aan den lijve wor den gekeurd, evenals de landverhuizers Laat maar zeggen de Amerikanen. In 1918 bij eenzelfde epidemie in Europa is het ons ook maar lekker gelukt de girep buiten Amerika te houden. Waarom zou het- on9 nu niet weder ge lukken LONDEN en PARIJS WEER aan het SNUIVEN. Snuiven Maar dat is immers iets uit den maar vertel het aan niemand verder, zoolang ik hier ben Later is het mij onverschillig. In den nacht toen de jonge graaf gestorven is, werd er onder de dienstboden gesproken van de klok, die zichzelf slaat, gij weet wel Gelooft gij dan aan zulke dwaasheden, ar me jongen, sprak de dokter glimlachend. Neen, neen, evenmin als gij maar de klok heeft toch geslagen en ik weet wel wie. Wie, herhaalde de doktrr. Mijnheer Walter, fluisterde de knecht. Ik heb hem zachtjes in den ouden toren zien klim men en ik vroeg mijzelf af, wat hij daar ging doen. Ik ben hem daar gevolgd, en ik heb gezien, hoe hij den klepel in de hand nam en de klok één enkele maal deed slaan. Wat beduidde die kinderachtigheid waar toe diende dat Waartoe dat diende, dokter Ik zou nooii gedacht hebben dat gij mij zooiets vragen zoudf Mijnheer Eduard kende van ouds do legende ge looft gij ook niet dat het hooren slaan van de klók voldoende was zijn hart te breken O, dat is schandelijk riep de dokter uit, ar me, arme jongeling Nietwaar, mijnheer, het is schandelijk. Mijn heer Walter wilde erven en hij had geen geduld om te wachten. Ik heb hem hetzelfde gezegd nat ik u zeg, mijnheer en daarom heeft hij mi' den arm gebroken. Die erfenis zal een vloek voor hem zijn sprak de dokter met kracht.. Ik verwonder mi nu niet meer, dat gij het kasteel verlaten wil.t Hoe heet gij Victor Groot, mijnheer. Ik zal mijn best voor u c&oen, mijn jong< man, hernam mijnheer Berghuisi en schreef der riuam op. Vermoord, dacht hij, de slagen, die hr als kind ontving, zijn de oorzaak van de kwaa1 geweest, waarvan men zich later bediend heefi om hem te dooden. De weg van den dok,ter liep over het kerkhof Manus was daar al9 gewoonlijk aan den arbeid De dokter mocht den ouden man gaarne lijden Zijn bewondering voor alles wat uit den ouder ti;d was, zijn oude liedjes en komieke spreekwoor Jen deden hem dikwijls glimlachen. Altijd aan het werk, Manus, sprak hij en >!ecf voor den oude stilstaan. Ja ja, mijnheer, sprak de doodgraver er ADVERTENTIéN: Van 1—5 regels 0.50. Iedere regel meer 0.10. pruikentijd 1 Goed en wel, maar de aarde draait en wat eens oud was, wordt vanzelf weer nieuw. Het snuiven is al weer „heit nieuwste snufje." Te Londen is het al zoo ver. Parijs aarzelt nog een beekje. Het is ook maar geen vies onaesthe- tisch gedoe, dat gesnuif en genies. Maar als ie dereen het weer gaat doen, vinden we het mis schien zoo erg niet meer. Vooral als het snuif doosje een juweeltje 19, en al het gebaar waar mee het u aangeboden wordt, sierlijk en gracieus Daarbij een allerliefst glimlachje. „Een snuifje, mevrouw Vóór ge het weet, hebt ge al vrien delijk teruggeglimlacht en hebt ge .tusschen d iim en wijsvinger wat tabaks-poeder gegrepen en onder aan uw nuesvleugels gebracht. Even flink opsnuffelen, daar kriewelt 't al„hats- jleh De tranen loopen uw oogen uit.„hats- jleh O, uw arme kanten zakdoekje!.. Waar om heeft snuif ook. zoo'n kleur PROVINCIAAL NIÉUWS- UIT ZIJPE - Pont gezonken. Woensdagavond reed de chauiïeur derxjiotterdamsclie urm Van Rossem (Poorters Toeback) te Zijpersluis meit de auio van (le pont. Het voertuig liep echter weer achierun en kwam weer op de pont terecht; in minder dan geen tijd verdween alles in de geolven. Persoon lijke ongevallen hadden niet plaats. Donderdag middag is de auto door de firma Met van Alk maar weer op het droge gebracht -- UIT SCHAGEN: In de plaats van den heer P. Trapman is als lid van den Raad benoemd de heer C. M. Tuin man. Met deze benoeming is de lijst van de Vrij zinnig Democraten gesloten. Het vrouwelijk lid dat nog overblijft, kan wegens bloedverwant schap met een der huidige raadsleden niet in aanmerking komen. INLIJVING uit de PROVINCIE N.-HOLLAND. Op 14 Februari a.s. zal eene inlijving plaats hebben van dienstplichtigen der lichting 1927 uit de Provincie Noord-Holland, met bestem ming voor het Regiment Genietroepen, eerste ba tel jon Pioniers te Utrecht, en de Compagnie Tor- ppdisten te Dordrecht (opleiding onderofficier.) UIT HELDER. HET EINDE VAN EEN SMOKKELSCHIP. Niet het minst zal men rekenen op cjon zomer- schen dag van het jaar 1896, toen op de scheeps werf van de Bath Iron Works te Bath in Micn- igan (Ver. Staten) met vlag en wimpel in top een voor dien tijd reeds groot stoomjacht van bijna 300 bruto ton van de helling gleed, gedacht heb ben dat di,t door allen bewonderde scheepje in 1926 een roemloos einde zoude krijgen op de in den winter zoo gevaarlijke Nederlandsche kust. Na eer9t een reeks van jaren als stoomjacht tot genoegen van den eigenaar te hebben ge kruist werd het schip naar Frankrijk verkochi en verbouwd ,tot vrachtvaarder. De toenmalige eigenaar verkocht het later aan een reederij te St. Breux, die hem den naam „Perdreau" gaf. Dooi de kleine afmetingen kon het schip wel is waar geen groote ladingen vervoeren, maar was zeer geschikt om vrachten over te brengen naar ha- havens, die door hare grootte of diepjte voor an dere schepen niet of zeer moeielijk bereikbaar bleef op ziji: spade leunen. Goddank, het werk ontbreekt mij niet. Ik ben blijde, heel blijde u te zien, morgen of later was ik toch voornemens zoo vrij te zijn om u eens te komen opzoeken. Zijt gij niet wel 1 Dat zou mij verwonderen, vriend, want ge ziet er gezond uit, evenwel kom maar, gij«rzult zeker niet veel noodig hebben om v. cder opgeknapt ,te zijn. Neen, neen, ik heb geen medicijnen noodig De aarde is mijn medicijn. Als ik jaar in jaar uit den grond omgraaf dan is de lucht van de ver- sche aarde voldoende om mij geznd te houden. Geneesmiddelen verlang ik niet. Er is iets anders dat mij zwaar op het hart ligt. Zoud,t ge dan niet beter doen met den do- nJné te raadplegen vroeg dokter Berghuis, die zich op dit oogenblik niet zeer gestemd voelde om de lange verhalen van den ouden man aan te hooren. Neen, hernam de doodgraver en schudde het hoofd, de domine kan mij niet helpen en daarbij, ik stel veel vertrouwen in u, mijnheer, dien ik al veertig jaren lang gekend heb. Dokter Berghuis zette zich op een grafsteen neder en maakte zich gereed om geduldig aan te hooren, wat de oude Manus zoo gaarne wilde vei halen. Het verhaal was belangrijker dan hij gedacht had, want met een menigte van kleine bijzonderheden, die wij hier achterwege laten doelde Manus hem mede wat in den nacht van Eduard's dood voorgevallen was de aankomst der drie vreemdelingen, zijn bezoek aan de her berg „Het Wapen van Hertenstein" en eindelij] de vreeselijke spookverschijning in het park. De verbeelding doet iemand somtijds al hee' wat zien, menkte de dokter aan, toen Manus ge ëindigd had, ik geloof aan de drie reizigers, di< u naar den weg gevraagd hebben, maar wat he' overige betreft.... Had gij niet een glaasje t< veel gedronken, zeg oude Ik was zoo nuchter als wij beiden op dit oo genblik zijn. dokter Berghuis en wat de viezeva zen mijner verbeelding be,treft, daar antwoord ik op, dat Thijs Franken, Mark Morton en nog drie of vier anderen er bij waren. Zij ook Hebben zij «ook het spook gezien Evenals ik, mijnheer. Hij liep zoo langzaam met de hand op het hart, als wilde hij het tegen houden om niet te vallen. De dokter sidderde onwillekeurig bij deze woor- BUIEAUt Hippolytushoef W lering ca. Tel of. lntercomm. No. lt. waren. Het schip bleek ook noig voor andere doel einden geschikt zooals later gebleken is. In de stormachtige Octoobermaand van het af- geloopen jaar moes,ten de sleepbooiten en do red dingboot van Nieuwediep uitstoomen om, hulp te bieden aan een in de Haaksgrnden gestrand schip, dat om hulp seinde. Het gelukte met heel veel moeite en beleid om de geheele bemanning to redden, die na aankomst in veilige haven me dedeelde, dat haar schip van Frankrijk met steenkolen en briketten naar Leningrad onder weg was. Omdat de kans op berging van het schip toch al gering was en men de kosten voor liet ophalen en binnenbrengen van een lading kolen niet wilde maken, beschouwde men het schip eenvoudig al9 een verloren voorwerp, dat het getal der op den Razenden Bol vergane 9che- pch met één vermeerderde. De bem Inning reisde dus zonder schip naai' Frankrijk terug om te vertellen, dat zij niet in leningrad, maar in Nieuwediep was afgemon sterd. Eenige dagen later was men ten zeerste ver wonderd op de Texelsche kust eenige kisten met cognas te vinden, die zonder twijfel uit het wrak \an dit verongelkte scheepje afkomstig moesten zijn. Men ging nu aan de mededeelingen van den geredden twijfelen en bedenken, dat de lading wel eens anders kon zijn dan aangegeven was. Indien er werkelijk alcohol in het schip was zou de berging nog wel eens de moeite waard kun nen zijn. Een duikeronderzoek werd ingesteld en jawel..onder de briketten en steenkolen lagen vaten en kisten met conpac, likeur, wijn *nz. Hoogstwaarschijnlijk was het schip dus niet naar Leningrad bestemd, maar wel naar een har »ren aan één der kusten van Scandinavië om daar ergens in een verloren hoekje de lading clandestien te lossen. Dagen en dagen is de duiker bezig geweest met naar de kisten en vaten te zoeken. De berging stond onder toezicht van onze rijksambtenaren om te voorkomen, dat het zaakje ook hier zon der betaling van invoerrechten en accijnzen zou worden binnengebracht. In het geheel waren reeds ruim vijfhonderd kisten mot gedistilleerd geborgen toen een nieu we storm opstak, die duiker, helpers en kommie- zen tot vluchten noopte. Eenige weken achter elkander kon toen door de weersgesteldheid niets meer bij hot wrak verricht worden. Een dezer dagen opnieuw ingesteld onderzoek d)oi* den duiker bracht aan het licht, dat het schip geheel uit elkander geslagen en onder het zand bedolven was. Verdere pogingen om de la ding te bergen zouden dus niet alleen uiterst be zwaarlijk, maar ook kostbaar en tijdroovend zijn Daarom werd het bergingswerk dan ook opgege ven. Op deze wijze werd een handig opgezet smok- k el-avontuur ontijdig tot een roemloos einde ge bracht. TEXEL. Oudeschlld. Men meldt nog uit Texel: Ons dorp bijna door een ramp getroffen. Reeds sedert eenige dagen waagden onze vis- sehers zich buitengaats om hun bedrijf uit te oe fenen. De garnalen forh hadden Texelstnoom ver laten, doch in de Noordzee vertoonden zich in het begin der vorige week groote scharen van dio sch aaldiertjes. den. De ha*.ader was gesprongen, mompelde hij, de klok had geslagen. Daarop keerde hij zich weder naar den dood graver. Hebt gij dit alles reeds aan iemand ander9 verhaald, Manus vroeg hij. Aan niemand, gij zijt de eerste. En als gij mijn raad wilt volgen, zal ik de laatste ook zijn. Graaf Richard zou zeer ontevre den worden als hij hoorde dat zulk een praatje zich door het dorp verspreidde. Niemand zou n willen gelooven en de graaf, dat weet gij, ver geeft nooit een beleediging. Drommels, dat is ook de reden waarom Thijs Franken cn de anderen, die dien avond aan het wildstroopen waren, hun mond gehouden hebben, aan u kan ik dat wel zeggen. En na deze opmerkng zette Manus zich weder aan hel graven. De nieuwe Burgemeester. Eenige dagen na den dood van den burgemees ter van Pachtveld begaf zich onze oude kennis, meester Jacob^Lever, naar het kasteel. Zijn be zoek had ten doel, om graaf Richard aan zekere belofte te herinneren, die deze gedaan had in den tijd, toen Eduard bij hem op de kostschool geplaatst werd, een belofte, die niets minder be vatte dan de burgemeestersplaats van Pachtveld, in geval de tegenwoordige bekleeder van dien post kwam te sterven. De ontvangst, die hem bij graaf Richard, gij hebt het beloofd. Ik ben blijde te hooren, dat ik het niet vast en onvoorwaardelijk beloofd heb, herhaalde de graaf, want nu verklaar ik mij het misverstand; het zou mij gespeten hebben, zoo ik jegens u mijn woord had moeen breken. Uw woord berken, antwoordde Jacob Lever bitter. Dat zult gij niet doen, veronderste ik, na al hetgeen Na wat vroeg de andere en zag hem strak aan. Och, niets, ik wilde zeggen na al de zorgen, die ik aan mijnheer Eduard besteed heb. Ik heb in alle opzehten uw opdracht gevolgd. Wordt Vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1927 | | pagina 1