JEHIE
!9e Jaargang.
Dinsdag 6 Maart 1928
No. 19.
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
WIERINGEN EN OMSTREKEN
WIERINGER COURANT*
UITGEVER
CORN. J. BOSKER, WIERINGEN
VERSCHIJNT ELKEN
DINSDAG en VRIJDAG.
ABONNEMENTSPRIJS
per 3 maanden 1.
ADVERTENTlëN:
Van 15 regels 0.50.
Iedere regel meer 0.10.
BUREAU:
Hippolytushoef Wieringen.
Telefoon Intercomm. No. 19.
MARKTOVERZICHT.
Bij den veehouder is de invoer van Argen-
tijnsch vleesch een doorn in het oog, wat van
hun standpunt uit te begrijpen is. Voor de min
dere soorten vleesch is het Argentijnsche een ge
duchte concurrent, die de prijzen laag doet blij
ven.
In 1927 is die invoer belangrijk verminderd. In
1926 bedroeg de invoer 21883 ton van 100 Kilo
in 1927 is hij gedaald tot 13966 ton. Hij is dus
met ongeveer een derde verminderd. Ook met
andere invoervleezen is dat het geval. Varkens-
vleesch en spek liep van 398 tot 28i ton terug,
gerookt en gedroogd vleesch van 588 tot 119 ton.
Op de markt te SCHAGEN kwamen in de prij
zen weinig verandering, of het moest zijn. dat
de koeien iets minder waren. Wij bedoelen de
vette koeien. Een prijs van 1,05 werd maar door
weinigen verkregen, dat kwam de ruimen aan-
vier van 2e kw. ten goede, die werder daardoor
iets vlugger verkocht 0.90 ft 1,12, de 3e noteer
den ook iets hooger 0.70 ft 0.85. Nuchtere kal
veren waren iets vlugger, wegens meer vraag
uit het buitenland. Prijs 8,- a 15.— a 16,—. Be-
drijfsvee vast 140,- a 360,-. Schapen voor uit
voer 33,- ft 36-. Voor de wei 30,- ft 32-., Een
hok rammen liep tot f 42,-. Varkens traag 0.58
ft 0.62 per Kg.
BINNENL. NIEUWS.
STEEN IN TREIN GEWORPEN
Woensdagmiddag heeft een jongen bij de hal
te Vlasakkers bij Amersfoort een steen geworpen
door de ruit van een passeerenden trein. De
trof een reiziger tegen den mond, waardoor hem
twee tanden werden uitgegooid.
WAT DE POST VOOR 1U CENT DOET.
Een abonné, zoo schrijft de A. Crt., kwam ons
vanmorgen een stuk drukwerk vertoonen, zijnde
een reclame voor G. F. A. Driessen1 s gaas, punt-
draad en verschillende boerderij-artikelen. Het
was van Arnhem uit het Arnhemsche maga
zijn Dricssen is, naar men weet, gevestigd Vij
zeistraat 22 gezonden naar de kweekerij Hor-
ticultura te Beek. Het kwam in Boek bij Nijme
gen Onbekend. „Zie Beek hij Didam." Ook daar
hoorde het niet thuis en Tante Post bracht het
naar Beek bij Limburg. Ook hier was het niet
aan het goede adres. Toen dacht de Post „Er
bestaat nog een gemeente Beek en Donk in N.
Brabant.11 De reclamebriefkaart werd derwaarts
geëxpidieerd. Maar ook daar kon men haar niet
thuisbrengen.
Toen moest de volijverige Post het eindelijk
opgeven. Zij werd „au bout de sonlat.in"er wa
ren geen Beeken meer te vinden.
En zoo kwam de zwerfzieke reclame briefkaart
terug in de Vijzelstraat bij Gij F. A. Driessen.
UIT HET BLOEMBOLLENBEDRÏJF.
Op een Vrijdagmiddag te Lisse gehouden nicu
we conferentie hebben de besturen van de R. K.
en de C.hr. Patroonsbonden in het bloembolle n-
bedrijf zich bereid verklaard het aantal maan
den waarin de vrije Zaterdagmiddag van af 1
uur zal gelden, uit te breiden van 7 op 9. Toege
voegd zijn de maanden Juni en October. Verder
is het ontworpen reglement voor het scheidsge
recht aanvaard. De arbeidersvertegenwoordigers
zeiden toe over het nieuwe het nieuwe patroons
aanbod een gunstig advies aan de leiden te zul
len geven. De drie arbeidersorganisaties zullen
nu verder den neutralen patroonsbond tot nieu
we besprekingen uitnoodigen.
GEVAARLIJK KINDERSPEELGOED.
Voor de tweede maal in korten tijd, schrijft een
inzender in het „Ned. Tijdschrift voor Genees
kunde11, vind ik een spcelgoedbeeistje met ge
vaarlijke glazen „oogen." De oogen zijn ni. kop
spijkers met naaldfijne punt, welke conisch toe-
loopen van den kop af. De eerste maal maten zij
25 mm, dezen keer 13 mm. Toon indertijd het
eigenaardige gebak3trooisel (glas- en metaal
scherfjes) werd aangetroffen, kon daar, meen ik.
met de wet in de hand tegen opgetreden worden
Is dat ook hier mogelijk Het zou wenschelijk
zijn, vooral daar de meeste kinderen toch min
stens pogingen aanwenden, hun speelgoed ge
heel of bij stukjes als consumjRie te gebruiken.
MINISTER KAN EN DE HEER WIBAUT
NAAR DRENTE.
Bij een bespreking van de werkverschaffing
heeft Minister Kan in de Eerste. Kamer tegen den
heer Wibaut gezegd, dat het hem aangenaam
zou zijn den heer Wibaut de resultaten van de
werkverschaffing eens te mogen laten zien.
Nu de minister heden Maandag een tocht door
Drente gaat doen, zal de heer Wibaut hem ver
gezellen. Men zal een bezoek brengen aan het
Witteveen, eenige werken in de omgeving van
Goevorden, en het in aanleg zijnde kanaal van
Buinen naar Schoonoord.
HENRI TER HALL.
Henri ter Hall is Vrijdagavond te Amsterdam
ter gelegenheid van zijn 30-j^irig jubileum gehul
digd. Hij is toegesproken door wethouder Kete
laar e.a. In zijn woord van denk deelde hij jme-
de, dat deze mijlpaal tevens de eindpaal zal zijn.
Buziau en Kohier nemen de directie van hem
over.
RATTENPLAAG.
Bij den landbouwer W. W„ op den Vinkenberg
onder de gemeente Moergestel verplaatste men
een roggeschelf. Den eersten dag sloeg men 30
ratten dood, die onder de rogge vandaan kwa
men, terwijl den volgenden dag nog ruim 70 het
leven er bij inschoten.
INSCHRIJVINGSBILJETTEN BIJ AANBESTE
DINGEN VRIJ VAN ZEGEL.
De minister van financiën heeft een voor aan
nemers zeer belangrijk besluit genomen, n.1. dat
inschrijvingsbiljetten bij openbare aanbestedin
gen, verkoopingen, verhuring- en verpachtingen,
naar zijn meening kunnen worden beschouwd
als mcdedeelingen, gericht tot dim persoon, fdie
de openbare aanbesteding c a. houdt, welke me-
dedeelingcn als zoodanig niet aan zegelrecht zijn
FEUILLETON.
o—o
No. 37.
Jacques Garaud sprak geen enkel woord. Hij
zat over een groot blad papier heengebogen, en
voorzien van een liniaal en een passer, maakte
hij plannen. Ovide maakte, of beter, hij veinsde
een bestek op te maken. Wij zeggen, hij veinsde,
want inderdaad zijn aandacht was elders. Al zijn
gedachten waren op Paul Ilarmant gericht.
Hoe meer de tijd vorderde, des te meer verwon
derde hij zich, des te meer werd hij ongerust, dat
de verwachte uitwerking zich niet zou voordoen
Hadden do Canadees en Guchillino dan gelogen
Bij dit gepeins vertoonde een diepe rimpel zich
op het voorhoofd van Ovide. Eensklaps zag hij
Paul Harmant tot tweemaal toe de hand over
het voorhoofd strijken, een gebaar, dat hij niet
gewoon was.
Ovide bedroog zich niet. De uitwerking van
den geheimzinnigen drank begon zich waarlijk
te vertoonen. Jacques stond schielijk op en liet
het potlood en de lininaal vallen, die hij in de
hand had.
En met één teug ledigdd hij den tweeden kop
koffie, die naast hem stond. Vervolgens begon
hij met haastigen, koortsachtigen stap de kamer
op en neer te loopen. Zijn lilhaam huiverde zijn
handen beefden. Zijn gelaat werd donkerrood
Zijn oogen glinstetrden van een zonderling vuur.
Maar zeker, neef, hernam Ovide, die den on
geruste speelde, zijt gij ziek
Jacques bleef stilstaan en antwoordde met een
schaterlach
Ik heb dorst. Ik moet drinken. Geef mij het
beste, dat er is.. Ik zie naar den prijs niet. Ik
ben rijk
Hij vulde een halve kop met brandewijn en
slurpte in eens die groote hoeveelheid sterken
drank op.
Nu eindelijk zal ik het weten zeide Ovide,
bij zichzelven vervolg..s ging hij hardop voort:
Gij zijt rijk, ja dank zij de uitvinding, die
gij gedaan hebt en die gij verkocht hebt.
Dik ik aan James Mortinier, aan mijn schoon
onderworpen, ook al houden ze een bindend
Aanbod in.
Dergelijke inschrijvingsbiljettcn zijn dus vrij
van zegel.
DAME VAN RIJDENDE TREIN GEVALLEN.
Te Soest kwam een dame, die aan de halte
Nieuweweg op den vertrekkenden trein wilde
springen te vallen, gelukkig nog juist naast den
trein.
De conducteur liet onmiddellijk stoppen en
hielp de hevig gillende dame op de been.
Het ongeval liep echter nog met den schrik af.
PLICHT BOVEN ALLES.
Het geleurde in het Vinkeveensche.
Een belastingambtenaar had op een boerderij
werkzaamheden te verrichten gehad en was
daarmee gereed. Hij was per fiets, had een nieuw
pak aan en een ernstige regenbui dreigde. „Dal
ziet er slecht uit", zei hij tot den boer, „ik zal
wel niet droog thuis komen." De boer was be
reidwillig en leende de ambtenaar zijn regenjas.
Deze nam de jas gaarne aan, trok ze aan en ped
delde hujiswaarts.
Den volgenden morgen kwam de ambtenaar
de jas terugbrengen, vond den boer niet thuis,
gaf toen de jas met een bedankje aan de boerin
en vertrok.
Even buiten het erf kwam juist de boer aan-
gepeddeld op zijn rijwiel. En wat zag de amb
tenaar. De boer had geen penning op zijn
fiets.
De dankbaarheid voor het leenen van de jas
smolt .weg voor de trouw aan don plicht. En een
(minuut, later was de boer geverbaliseerd wegens
het fietsen zonder rijwielbelastingmerk.
Wij vermoeden dat, zelfs wanneer het een vol
gende keer pijpestelen regent, de boer dezen
kommies geen regenjas meer zal leenen, aldus
De Residentiebode, watraan wij dit bericht ont-
lecnen.
BUITENLAND.
DE DIKSTE MAN DER WERELD GETROUWD.
De dikste man van de wereld, de Berlijner Emil
Hohne, die 483 pond weegt, is Zaterdag met zijn
buurmeisje getrouwd. Hij is alleen voor den bur
gcrlijken stand getrouwd en niet kerkelijk, om
dat hij anders eeri nieuw pak zou hebben noodig
gehad, hetgeen hem te duur zou zijn geworden,
daar hij voor een pak 5M> Meter stof noodig heeft.
27.000.000 AUTO'S.
Geschat wordt, dat op de aarde meer dan 27
millioen auto's zijn Vis men de lengte van een
auto op 3 M. stelt, dan zouden alle auto's tei
wereld een weg van ongeveer 84.350 K.M. lengte
beslaan. Een garage-bezitter, die voor het bewa
ren van deze auto's voor één nacht 75 cent per
auto zou vragen, zou den volgenden ochtend 20
maal millionnair zijn. Een spoorwegkoning, die
zou trachten met zijn rails dien langen weg met
auto's te evenaren, zou daarvoor zooveel rails
noodig hebben als op alle spoorwegen van Groot
Brittannië en Frankrijk samen liggen.
vader verkocht heb, antwoordde Jacques Garaud
Neen, die niet hernam Ovide. Ik spreek van
het werktuig dat gij uitgevonden hebt geduren
de de vijf jaren, dat wij elkander niet gezien heb
ben.
De gewezen meesterknecht barstte in een
nieuwe schaterlach uit.
Ah ah ah riep hij vervolgens uit. Had ik
u vroegtr ooit gezien Kende ik u, Ovide Soli-
vearti
En met een dreigende houding, en de oogen
vol vuurstralen, ging hij naar zijn gewaanden
neef toe. Ovide, een weinig ongerust, stond op,
gereed om weg te vluchten. Jacques spark voort:
Ben ik van Dijon Heet ik Paul Harmant
Wat denkt gij Paul Harmant is dood Hij is
in het gasthuis te Genéve gestorven. Ik was zijn
kameraad. Hij had mij zijn werkboekje toever
trouwd om het naar zijn familie terug te zen
den en daar ik mijn hoofd moest redden, heb
ik den naam van Paul Harmant aangenomen
Gij had dat niet vermoed, ezel, die gij zijt. Gij
waart zoo stom om mij uw neef te geloöven
Het verwrongen gelaat van Jacques kreeg een
afschuwelijke uitdrukking zijn wangen wer
den holzij verloren haar roode kleur en wer
den doodsbleek een wit schuim bedekte zijn
lippen.
ITeb ik het niet goed gedaan hernam hij,
terwijl hij naar Ovide toeging, die voor hem ach
teruit week. Heb ik niet gehandeld gelijk een
doortrapt man moest handelen Gij begrijpt
hetIk had de fabriek van Alfortville in brand
gestoken, waar ik meesterknecht, was ik had
den ingenieur Labroue, mijn baas, vermoord
ik had zijn plannen van werktuigen gestolen en
honderd tachtig duizend francs uit zijn kas ge
roofd een fortuin Het was fraaiDoch, daar
ik altijd slin ben, berekende ik alle kansen Ik
kwam na den diefstal terug op de plaats des on-
heils. Ik liet mij opmerken door mijn ijver. Ik
sprong te midden der vlammen om de kas te
redden, die ik ledig geplunderd had vervolgens
toen het paviljoen instortte, sprong ik door een
venster, dat op het veld uitkwam. Ik was vrij.
Men dacht, dat ik onder het puin begraven lag.
als een gevolg van zelfopoffering, en Jeanne
Fortier, op wie ik mij wilde wreken, werd in
mijn plaats veroordeeld. Van dit oogenblik af
bestond Jacques Garaud niet meer. Ik reisde
snel naar Engeland onder nen naam van Paul
ZONDERLING KIESPIJNMIDDEL.
Een 18-jarig1 jongmensch te Berlijn had kies
pijn. Om de pijn te doen ophouden nam hij een
gasslang in zijn mond en draaide de kraan open.
Eenigen tijd later vond men hem bewusteloos.
Met veel moeite slaagde men er in hem weer bij
te brengen.
BANDIET IN NONNENKLEEDING.
Een petreleumhandelaar van Saint-Hubert
was met zijn wagen op weg naar Champion in
de Ardennen. Onderweg vroeg een kloosterzus
ter hejp, of zij mocht plaats nemen op don wa
gen, daar zij zeer vermoeid was.
De handelaar stond dit onmiddellijk toe en
reikte de zuster de1 hand om haar te helpen op
stappen. Doch hij bemerkte in de mouw der zus
ter een revolver en zag tevens dat de arm geta-
touëerd was.
De koopman begreep, dat hij te doen had met
een bandiet, die zich in nonnenkleeding had ge
stoken en het op zijn portefeuille had gemunt.
Hij gaf hem een zoo geweldigen stomp, dat de
rekel in de sloot naast den weg tuimelde.
De moedige voerman legde zijn zweep over de
paarden, reed terug naar Saint-Hubert en deel
de wat hem was overkomen, mede aan da gen
darmen. Dezen begaven zich onmiddellijk op
weg en konden den bandiet aanhouden. De ke
rel lag nog in de sloot, bedwelmd door den
stomp dien hij had gekregen.
VERBODEN SCHATTEN.
Verstandige menschen, lieden met een prac-
jtischen aanleg en een gezonden kijk op het le
ven, schudden meewarig het hoofd als zij lezen
van dwazen, die héél hun leven lang zoeken naav
hen verborgen schat. En toch bestaan er verbol
gen schatten,, toch is hun aantal legio. En men-
'schelijkerwijze gesproken zullen ze nooit aan
het licht komen, om de eenvoudige reden, dat er
niemand meer bestaat die weet, dat zij verbor
gen werden. Daarnaast zijn er dan nog véél ver
borgen kostbaarheden, van wier bestaan men
wél afweet, doch die verloren gingen, zonder dat
hun spoor ooit kon worden teruggevonden.
Onlangs was men in Panama zoo fortuinlijk
een sinds lang verloren geraakten schat weer te
voorschijn te brengen. Men wist, dat de zecroo-
ver Henry Morgan, die in de zevpntiende eeuw
jarenlang de Golf van Panama onveilig- had ge
blaakt, het grootste gedeelte van zijn rijken buit
onder de asch van een door hem zelf in brand
gestoken kerk had begraven. Hij meende, dat de
schatten daar veilig zouden zijn, maar.het
geheim werd verraden. Men zocht iaronland te
vergeefs, totdat onlangs drie Engelschen, met
toestemming der regeering, het onderzoek weer
hervatte, met gevolg dat zij inderdaad véél kost
bare juweelen, en oude gouden sieraden opgroe
ven. Met een beetje geluk zou nog héél waj meer
'aan het licht kunnen worden gebracht.
Diep in Mongolië bij voorbeeld, iin het zand
Van de woestijn Gobi, liggen de overblijfselen
Van de stad Chara-Chot. Deze stad werd, lang
geleden, door de Chineezen belegerd en toen zij
zich niet wilde overgeven, omdat vorst en onder
danen den dood verkenzen boven het vreemde
liarmant, welke nu de mijne is, en ik scheepte
mij in naar New York. Aan boord van de „Lord
Maire" ontmoette ik een domkop, zekeren Ovide
Soliveau, wien ik wijs maakte, dat ik zijn neer
was. Dank zij mijn rossen haren, die zwart ge
kleurd waren, had hij geen schijn van twijfel.
Van hem vernam ik te rechtertijd vele zaken, die
Paul Mortinier en zijn dochter Noemi betroffen
Ik ben een slimmerd, Ik huwde de dochter en ik
werd deelgenoot van den vader. Dat was sterk
Nu ben ik niet alleen reeds millionnair, maar
een eerlijk man, op mijn woord van eer, een
zeer eerlijk man
Jacques zweeg een oogenblik.
Waarom ziet gij mij zoo aan schreeuwde
hij met schorre stem, terwijl hij naar Ovide toe
trad, die van schrik bijna verging. Gij kent mij
nietJeanne Fortier alleen heeft de misdaad ge
zien. Zij alleen kende Jacques Garaud. Jacques
Garaud is dood gebleven onder de instortende
muren der fabriek van Alfortville". Nu ben ik
Paul Harmant, de deelgenoot van James Morti
nier.
Op dit oogenblik Iracht de schurk de hand
aan zijn borst. Een vlijmende pijn doorsneed
hem het hart. Het scheen hem, dat dit door een
inwendig vuur verteerd werd. Een afgebroken
klacht, een smartelijk gekerm ontsnapte aan
zijn lippen. Door een kramp aangegrepen, keer
de hij zich om, sloeg de armen in de lucht en viel
buiten kennis neer. Ovide sprong naar hem toe.
Dood Zou hij dood zijn stamelde hij me!
schrik. En ik, die op hem rekende om mijn for
tuin te maken Dat zou niet aangenaam zijn
Snel drukte hij de rechterhand op den linker
kant der borst van Jacques Garaud cn voelde
zich dadelijk gerustgesteld. ITet hart klopte met
geweld.
Neen, neen, hij is niet dood, zeide de Dijoh-
nees met een zegevierenden glimlach het is
de uitwerking vanden Canadeeschen drank. Wan
neer hij tot bewustzijn terugkeert, zal hij ziel»
niets herinneren Ah, Jacques Garaud, het help!
u niet om slim te zijn, ik ben ook geen domkop
en ik vermoedde wel, dat gij geen Paul Harmant
waart. Gij hebt een groot fortuin, neef, dat is
naar mijn zin. Ik zal er mijn deel van hebben
Gij foptet mij, ik fop u op mijn beurt. Al wat gi;
mij verteld hebt, is in mijn geheugen geprent
en ik zal er geen woord van vergeten. Bovendien
ik zal het opschrijven Ah, welke schoone getuig
schriften Moordenaar, dief en brandstichter
En gij durfdet mij nog zedepreeken houden. Dat
was toch te sterk. Die zedepreken zult gij mij
betalen en peperduur, daarop kunt ge rekenen.
De deelgenoot van James Mortinier Kwam nog
niet tot bewustzijn.
Volgens de inlichtingen van Cuchillino,
zeide Ovide tot zichzelven, zal die bezwijming
eenige uren duren maar er is geen gevaar bij.
Ik zal mijn neef op bed leggen en als hij ont
waakt zullen wij samen eens spreken.
Hij nam het lichaam op, met. een kracht, wel
ke men hem niet zou toegekend hebben, legde
hem op bed, dekte hem toe, plaatste twee kus
sens onder zijn hoofd, en begaf zich naar zijn
kamer, waar hij zich op zijn beurt te bed legde
en weldra insliep.
Bij het aanbreken van den dag ontwaakte hij,
kleedde zich in eenige oogenblikken en keerde
naar de kamer van zijn gewaanden neef terug.
Deze scheen geen beweging gemaakt te hebben,
maar zijn luidruchtig ademhalen bewees, dat hij
in volle leven was. Ovide naderde het bed, nam
de hand van den slaper vast, legde den vinger
op den polsader en bevond, dat de kloppingen
regelmatig waren.
Laten wij hem gerust doen uitwaken, zeide
hij bij zichzelven.
Hij zette zich bij de tafel neder, waarop ver
schillende papieren uitgespreid lagen, en vol
tooide het werk, dat den vorigen avond begon
nen was. Er verliep ongeveer een uur. Ovide
keerdt schielijk het hoofd om. Het scheen hem,
dat hij Jacques Garaud zich had hooren bewe
gen. Daarin bedroog hij zich niet. De valsche
Paul Harmant had een lichte beweging gemaakt
Ovide stond van zijn stoel op en bij het bed staan
de, wachtte hij de volledige ontwaking af, die
zich niet lang liet wachten.
Jacques opende de oogen en zette zich schie
lijk overeind, terwijl hij den blik liet rondwaren.
Zijn gelaat drukte verwondering en onrust uit.
Zonder twijfel was zijn geest nog in dichte ne
velen gehuld en kon hij zich niet begrijpen, hoe
hij in deze onbekende kamer gekomen was. Tot
tweemaal toe streek hij met da hand over het
voorhoofd, als om er iets van te verwijderen.
Waar ben ik toch vroeg hij eensklaps.
Te Kingstown, in het hotel „The 13 Stars",
antwoordde Ovide.
i (Wordt vervolgd