HAINE
19e Jaargranjf.
Dinsdag: 4 December 1928.
[No. 96.
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
WIERINGEN EN OMSTREKEN
Dfc GOHDfc; SINT.
WIERINGER COURANT
UITGEVER
CORN, J. BOSKER, WIERINGEN
VERSCHIJNT ELKEN
DINSDAG en VRIJDAG.
ABONNEMENTSPRIJS
per 3 maanden 1.
AD VERTEN TIëN
Van 15 regels 0.50.
Iedere regel meer 0.10.
BUREAU:
Hippolytushoef Wieringen.
Teleioon Intercomm. No. IS.
In gespannen verwachting wordt ieder jaar
den ben December door de jeugd tegemoet ge
zien. En hoe meer de avond nadert, hoe heviger
de spanning stijgt. Want straks, als het donker
is daarbuiten, en het gansche gezin zich in de
gezellige huiskamer heeft verecnigd, dan zal
misschien de eerbiedwaardige bisschop, zoo ge
heimzinnig in al zijn doen en in zijn gaan, in
hoogst eigen persoon een bezoek komen brengen.
Ja, er heerscht onder alle kinderen, de kleinen
onder hen natuurlijk 't meest, den naïeven waan
als dat geschonken en verrassingen, die uit de
schoorsteen zullen vallen, afkomstig van den
grijzen recht kinderlievenden bisschop zijn, die
bij z'n jaarlijksch bezoek de daken beklimt en in
de woningen voor gehoorzame kleinen in milden
overvloed geschenken brengt.
Een zoo sterke verbeelding als alleen aan kin
deren eigen is, zet aan dit feest een geheel ecni-
gen luister en bekoring bij, op later leeftijd niet
meer te vergoeden.
Nu mogen sommigen met hun voorliefde voor
den hartstocht der werkelijkheid dat verdwijnen
van die illusiën bij onze kleinen toejuichen zij
mogen zelfs ijveren voor het verbreken van dat
weefsel der kinderlijke verbeelding anderen
daarentegen mogen moeite doen om het verkeer
in die denkbeeldige wereld zoo lang mogelijk ie
bestendigen, zooveel is zeker op later leeftijd
verdwijnen al de ilhisiën ,aan het optreden van
dien gewaanden kindervriend verbonden.
Wat van dat kinderfeest geldt, en de beschou
wing van onze kleinen er over, dat heeft, maar
dan ten opzichte van gewichtiger aangelegenhe-
den.eveneens plaats bij ons, meer gevorderden
in jaren. Bij het toenemen der jaren wordt het
oordeel over allerlei meer scherp bepaald en van
alles, wat zich aan onze geest opdringt als waar
heid en overtuiging, op welk gebied ook, wordt
meer nauwgezet rekening gevraagd.
Dat is jammer, zegt menigeen terecht. Het le
ven wordt er niet aantrekkelijker op, en zelf voel
ik er mij niet gelukkiger om. Er zijn er zelfs die
wenschen, dat nog eens voor hen mochten weder
keeren de dagen, waarin zij nog aan veel geloof
den, wat thans door hen is prijsgegeven, en dat
ofschoon dat prijsgeven uit volle overtuiging ge
schiedde, en, het vasthouden er aan nu door hen
wordt verklaard voor een waan van eenvoud en
onnadenkendheid.
Illusie, het St. Nicoloosfeest Het zoo. Toch
willen wij wenschen, dat velen zich niet te pro
zaïsch, niet te verstandig, niet te groot zullen
gevoelen, om aan de onschuldige vreugde var»
dien feestdag onzer kinderjaren nog mede te
doen, al dwingt ons de ernst van het leven, naa»
mate wij ouder worden, ook ieder jaar meei' on
ze aandacht, onze tijd, onze belangstelling te ge
ven aan heel wat gewichtiger en belangwekke.u-
ker dingen wanneer het is ons hoofd en in ons
hart is, zooals het er zijn moet, dan voelen wij,
FEUILLETON.
No. 121.
De Dijonnees zette zijn weg voort, zonder zich
om te keeren.
Eensklaps hield het rijtuig stil.
Mejuffrouw Amanda, onze lezers hebben het
waarschijnlijk reeds geraden, had tot den koet
sier gezeg
Keer om en rijd stapvoets voort.
De koetsier gehoorzaamde.
Het meisje stak het hoofd door het portier
raampje en volgde met de blikken den man,
dien zij opgemerkt had.
Ikbedrieg mij niet, mompelde zij, hij is het
wel. Ik heb hem met den eersten oogopslag her
kend, ondanks zijn verkleeding, en hoewel hij
zijn knevels en bakkebaarden heeft laten afsnij
den. Het toeval dat ik sedert zoolang tevergeefs
te hulp riep, doet hem mij thans eindelijk ont
moeten. Ik zal van de gelegenheid gebruik ma
ken.
Terwij lzij aldus bij zichzelve sprak, verloor
meju/frouw Amanda den valschon baron Arnold
de reis niet uit het oog, die zonder wantrouwen
zijn weg voortzette.
Eensklaps zga zij hem niet meer.
Hij was in een herberg binnengegaan.
De jonge dame stapte uit het rijtuig.
Ik heb u niet meer noodig, zeide zij tot den
koetsier, hem een vijffrancsstuk en het adres
kaartje van madame Augustine gevend gij
moet de stoffen, die in het rijtuig liggen, naar
dat adres brengen.
Zeer goed, mejuffrouw.
Zoo men u vraagt, hetgeen waarschijnlijk
is, waarom ik niet medegekomen ben, meet gij
antwoorden dat een onvoorziene zaak mij onder
weg opgehouden heeft, en dat ik zoo spoedig
mogelijk zal terugkeeren.
Zeer goed.
Geef mij uw nummer.
Hier is het.
De koetsier keerde opnieuw om en verwijder
de zich.
Amanda, den dikken sluier Van haar hoed o-
ver haar gezicht trekkend, begaf zich naar het
huis, waar Ovide was binnengegaan, en dat niet
anders was dan „De Bijeenkomst der Bakkers."
In het voorbijgaan wierp zij een blik in den
winkel., waar de toonbank stond, alsmede twee
of drie ronde tafeltjes.
In den winkel was niemand dan de waard,
acheer zijn toonbank gezeten, doch door dg open
dat liet verkeerd zijn zijn, het dichterlijk rijk van
den grootten Sint te verstoren en op hetgeen
kinderlijk is, uit de hoogte neer te zien.
Ja, laten wij met de kinderen mee jubelen
Door onze onverschilligheid zou hun jeugd van
onschuld nog korter worden, dan zij in onze da
gen reeds is, ja, zij zou daardoor veel van haar
liefelijkheid verliezen
BINNENL. NIEUWS.
ONTPLOFFING IN EEN SMEDERIJ.
De zoon van Smid Van Hoof te Vessem, die be
zig was herstellingen te verrichten aan de car-
bidverlichting, hield het carbidsreservoir te dicht
bij het smidsvuur, waardoor het met een gewel
dige knal uit elkaar sprong. De jongeman be
kwam zeer ernstige verwondingen aan het hoofd
W onder boven wonder, bleven twee andere per
sonen, die zich in de smidse bevonden, onge
deerd. De jongeman werd naar het gasthuis o-
vergebracht.
KERK INGESTORT..
Wij melden eenigen tijd geleden reeds de ge
deeltelijke instorting van de Ned. Herv. kerk te
Dongen. Thans is ook het dak van de rechter-
dwarsbeuk ingestort, terwijl, wat er van het
kleine torentje nog over was gebleven, tevens
mee naar beneden is gekomen.
WERKLOOSHEIDS- EN ONDERSTANDS-
UITOEERINGEN.
Gedurende tien maanden van 19^$ heeft de
Gemeentelijke Dienst voor Maatschappelijk
Hulpbetoon te Rotterdam 3.245.000 benevens
75.000 kolengcld uitgekeerd aan ondersteu
ning en onderstand (zelfde tijdvak vorig jaar
3.278.000 en 51.000.)
DOOR DEN BLIKSEM GEDOOD
Zaterdagmorgen «vond de landbouwer R. aan
de Kromme Aar onder Alphen in zijn weiland
een 40-tal doode meeuwen en een zestal andere
vogels, die in het begin der voriep week zeer
waarschijnlijk door den bliksem zijn getroffen.
EEN PRACHTIG AANBOD.
In de Zaterdag door het bestuur bijeengeroe
pen buitengewone vergadering van leden van
de Ver. voor den Effectenhandel te Amsterdam
is' met bijna algemeene stemmen besloten om
het bestuur te machtigen uit de kas der vereeni-
ging het bedrag (tot een maximum van 60.000)
beschikbaar te stellen, dat noodig is om aan de
Noord- en Zuid-Hollandsche Redding Maat
schappij een volledig uitgeruste motorredding
boot, zoo mogelijk in I.Tmuiden te stationneeren,
ten geschenke aan te bieden.
Het bestuur meende, dat zoodanige schenking
in de eerste plaats een bewijs van welverdiende
hulde zal zijn aan de moedige mannen, die se-
dert jaar en dag en meer in het bijzonder de
staande deur kon men in de achterzaal zien,
waar in het midden een buitengewoon lange ta
fel stond.
Rond de tafel liepen de dienstboden 'op en neer
en achteraan, bij de keuken, zat een man, dien
Amanda herkende als Ovide Sóliveau.
Zij trad vastberaden den winkel binnen en
vroeg aan den waard
Hebt gij een afzonderlijke eetkamer, mijn
heer
Ja, madame, een nette kamer hier is de
deur.
En hij wees het kabinet aan, dat wij kennen,
en dat door een glazendeur van de groote zaal
gescheiden was.
Wees zoo goed er mij een ontbijt te laten
brengen, hernam Amanda.
Wat belieft, madame
't Is mij onverschillig. Wat gij hebt. Een
stuk koud of warm vleesch, met een halve flesch
witten wijn of Selterwater.
Terstond, madame gelieve binnen te gaan.
Amanda trad het kabinet binnen, waarvan zij
de deur achter zich sloot.
Van hier zal ik hem niet uit het oog verlie
zen, zeide zij bij zichzelve, één der punten van
het mousselinen gordijn oplichtend dat voor de
glazen deur hing ik zal hem zien weggaan, ik
zal hem volgen, als het noodig is, tot dezen a-
vond, en ik zal wel te weten komen waar hij
woont, en wat die nieuwe kleeding beteekent.
Op dat oogenblik trof de klank van een ge
sprek, in de groote zaal gehouden, duidelijk het
oor der jongedame, door het openstaande raamp
je.
Verwonderd zoo goed de stemmen te hooren,
luisterde Amanda toe.
Kom, kom, gij moet mij zoo lang niet aan de
praat houden, zeide de meesteres van den huize;
ik heb dezen morgen werk tot over mijn ooren,
gij weet het wel. Wat wilt gij voor uw ontbijt
Zooals naar gewoonte, waardin.
Eet niet te veel, 't Is een goede raad dien ik
u geef. Anders zult gij geen trek meer hebben
voor het feestmaal van dezen middag.
Wees gerust, waardin, ik zal oppassen.
Gij hebt beloofd dat er zal gelachen worden,
zeide Marianne, terwijl zij voortging met de ta
fel in orde te brengen.
Dat heb ik beloofd, en ik zal mijn woord
houden, ge zult dat zien. Meer zeg ik u niet. Maar
dien gauw op, ik sterf van honger.
De soep is gereed, zeide de waardin.
Waar moet ik gaan zitten
Achter in de zaal. Gij ziet dat men tafels vrij
gehouden heeft voor de klanten. Ga maar zitten,
gij zult terstond bediend worden.
Ovide nam plaats aan een der tafeltjes, nabij
laatste stormweek zoovele daden van helden
moed en zelfopoffering hebben verricht en in de
tweede plaats een aansporing aan vele anderen
om de Reddings-Maatsclmppij door giften in
staat te stellen haar organisatie zoo perfect mo
gelijk te maken.
BUITENLAND.
VEREENIGDE STATEN.
EEN RECHTERLIJKE DWALING.
Twee-en-twintig jaar onschuldig in de
gevangenis.
Drie-en-dertig jaar geleden werd een zekere
mrs. Nellie Pope wegens moord op haar echtge
noot tot levenslange gevangenisstraf veroor
deeld. Zij verklaarde bij het proces en bleef na
dien hardnekkig volhouden dat zij onschuldig
was. Haar gedrag in de gevangenis was van
dien aard, dat zij in 1917, nadat zij twee-en-twin
tig jaar opgesloten had gezeten, in vrijheid werd
gesteld. Thans heeft een zekere William Bris-
seau, een vroeger beambte van mrs. Popes echt
genoot, op zijn sterfbed de bekentenis afgelegd,
dat hij Pope had vermoord. Zijn bekentenis w erd
bevestigd door de bewijzen, die hij bijbracht. De
gouverneur van Michigan heeft thans officieel
verklaard, dat mrs. Pope onschuldig is. De staat
zal haar een schadeloosstelling toekennen.
LEVENSLANG voor een SMOKKELAAR.
Een zekere Channie Tripp, een dranksmokke
laar te Flint, in Michigan, is tot levenslange ge
vangenisstraf veroordeeld. Hij was reeds vier
keeren wegens dranksmokkelarij veroordeeld.
De wetten van Michigan bepalen dat na vier ver
oordeelingen voor genoemd delict levenslang
moet volgen. Men verwacht dat de Staatsgouver-
neur Tripp gratie zal verleenen, nadat hij eeni
gen tijd in de gevangenis zal hebben gezeten.
SNEEUWVAL IN TIROL.
Lawines, storing van het verkeer.
In geheel Tirol is sterke sneeuwval. Tengevol
ge van lawines zijn groote verkeersstoringen
ontstaan. De Arlberglijn heeft den dienst moeten
staken evenals de Mittenwaldbahn.
WOLVENPLAAG IN BOSNIë.
SERAJEWO, 3 Dec. In Bosnië zwerven groote
kudden uitgehongerde wolven rond, die onder
de schapen en runderen hevige slachtingen aan
richten. De boeren hebben de autoriteiten ver
zocht vuurwapens ter bestrijding van de wolven
plaag ter beschikking te stellen.
NOG STEEDS VLUGGER.
De eerste in Amerika ondernomen poging, om
van een vliegtuig uit postzakken op te pikken
van een in volle vaart rijdenden posttrein, is
mislukt. Het experiment werd genomen door
den postvlieger Eddie Bullougli, met den Illio-
nois Central train, die een snelheid had van 96
km per uur. Het vliegtuig werd gegrepen door
de glazen deur, die de groote zaal van het kabi-
Had Amanda een oogenblik getwijfeld of de
man dien zij gevolgd had, wel de valsche baron
De Reiss was, de klank zijner stem zou haar al
len twijfel ontnomen hebben.
Voor haar was het onbetwistbaar Ovide.
Ovide geheel vervuld met hetgeen hij te doen
had, dacht er zelfs niet aan, dat er iemand in het
kabinet kon zijn.
Marianne kwam hem bedienen en zette een
vol bord soep voor hem neer.
Dat is altijd het begin, zeide zij. Ik zal u
brood, kaas en wijn brengen.
Ja, en haast u, meisje, ik zal u iets laten
zien.
Wat dan
Ovide haalde uit zijn zak twee marokijnen
doosjes, het eene rood en het andere zwart. Hij
opende dat van rood marokijn.
Op een blauw fluweelen voering glinsterde een
paar oorringen.
Welnu, wat zegt gij daarvan vroeg hij.
Wel, ik zeg dat het mooi is en dat dit geld
moet gekost hebben Is dat misschien een ge
schenk, dat gij aan moeder Lize wilt geven
Juist geraden.
Welnu, dat is lief van u, en de arme brave
vrouw zal zeer tevreden zijn.
En het andere doosje, wat is daarin
Nog een paar oorringen. Die zijn voor u,
Marianne.
Het meisje werd rood tot achter haar ooren.
Maar, dat is prachtitg riep zij uit. Gij wilt
zeker met mij spotten door te zeggen, dat dit
voor mij is.
Ik spot er volstrekt niet mee, en ik ben ver
heugd u een genoegen te kunnen doen.
O dank, mijnheer dank Gij zijt te goed
Ik zal ze aandoen, wanneer ik mij zal gaan klee-
den om aan tafel te bedienen.
Goed zoo, meisje.
De meid sloot het doosje, stak het in haar zak,
en hernam
Mijnheer, ik heb wel gaarne, dat men zingt.
Gij zult eenige liedjes voor ons zingen, nietwaar?
Iedereen zal zingen. Zelfs moeder Lize
Dat zal aardig zijn, maar ik geloof echter,
dat gij er niet in zult slagenZij is altijd zoo
droefgeestig. Onmogelijk om haar vroolijk te
maken.
Als gij wilt, Marianne, zal dat gemakkelijk
gaan.
Hoe dan
Er zullen likeuren gedronken worden, niet
waar, na de koffie
Met de koffie, en zelfs er voor. 't Zal een
feestmaal zijn, waarop niets zal ontbreken
Dan kunnen wij ons met elkander verstaan.
een wervelwind, veroorzaakt door den trein, en
kwam, na opzij te zijn geworpen, terecht naast
den spoorweg, De vlieger bleef ongedeerd.
HET ZACHTSTE VOLK
Uit wraak.
Het vier-jarig dochtertje van Laloan werd te
Menado door een bëhfly aangereden en bekwam
zware hoofdwonden. Een uur later is het meisje
aan de gevolgen overleden.
De koetsier verklaarde dat hij het meisje op
zettelijk heeft aangereden, om wraak te nemen
op den vader, die hem vijandig gezind was.
STORM BIJ NEW FOUNDLAND.
Scheepsongevallen.
NEW YORK, 3 Dec. Naar uit St. Johns gemeld
wordt, woedt ter hoogte van New Foundland een
hevige storm. Het Zweedsche stoomschip „Ki-
runa" is lek geworden en wordt door een ander
stoomschip naar de kust gesleept. Het Noorsche
stoomschip „Gyde Ycre" drijft met gebroken
roer in de richting van Zuid-New Foundland.
METEOORSTEEN GEVALLEN IN SIBERIë.
Volgens de „Izwestija", heeft de Russische
Academie van Wetenschappen te Leningrad be
richt uit Siberië ontvangen, dat in de nabijhei 1
van het dorp Soentar, niet ver van Wiljoesk, een
groote meteoorsteen is neergekomen. Deze had
tijdens den val den vorm van een ^eer met een
langen steel, waarvan het voornaamste gedeelte
een roode en het achterste gedeelte een groene
kleur vertoonde. De richting van den steen was
van Oost naar West en bij het neerkomen op
den grond richtte de brokstukken van den mete
oor groote verwoestingen aan, terwijl een ge
luid werd gehoord als van de ontploffing van
een granaat. In verband met de dikke laag
sneeuw, die den grond bedekt, is besloten, het
onderzoek naar de brokstukken van den meteoor
steen tot de lente uit te stellen.
BELGIë'S AARDAPPELOOGST.
In 1928 zijn in België bijna 166.000 ha met'
aardappelen gebouwd, voornamelijk in de beide
Vlaanderen en de provincies Antwerpen, Bra
bant en Limburg. Was verleden jaar de oogst
19.600 kg per ha, in 1928 mag men op 21.000 Kilo
rekenen. De totale opbrengst wordt op ruim 3V£
millioen ton geschat.
De binnenlandsche bevoorrading is ruim
schoots gedekt en men mag zelfs op eene belang
rijke voor uitvoer beschikbare hoeveelheid reke
nen. Momenteel is de export kalm. Men voelt
thans het ontbreken van aardappelmeel-fabrie-
ken als een gemis.
SNEEUW IN LUXEMBURG.
In het groothertogdom Luxemburg en de daar
aan grenzende gebieden heeft Vrijdag geduiende
bijna den geheelen dag een hevige sneeuwstorm
gewoed.
Na de koffie zal ik zeggen dat ik mijn welkom
betaal. Ik zal mijn geschenk geven aan Moedei
Liize, en men zal er een glaasje echte chartreuse
op drinken. Welnu, er valt niets anders te doen,
üan in een der kruikjes, welke gij terzij zult zet
ten, een lepel te gieten van zekere likeur, die ik
meegebracht heb.
Maar het moest die arme vrouw eens slecht
bekomen riep Marianne uit.
Slecht bekomen Nooit van mijn leven
hernam So-liveau dat zal haar enkel vroolijk
maken, en wij zullen haar dan alles doen zingen
wat wij willen, zelfs kluchten.
Gij verzekert mij, dat het haar niet ziek kan
maken drong Marianne aan.
Ik geef er u mijn woord van eerlijk man op.
Welnu dan, hoe moeten wij de zaak regelen?
Wanneer ik zal opstaan om een speech af
te steken, zult gij u gereed houden. Ik zal char
treuse vragen om op mijn geschenk te drinken,
en gij zult het glaasje van Moeder Lize inschen
ken.
Maar zoo ik aan de anderen ook inschonk
vroeg Marianne.
Neen, geen grappen Iedereen zou een stuk
in zijn kraag hebben.
Dat zou vermakelijk zijn.
Neen, want men zou elkander niee meer
verstaan, elk zou om het hardst praten en zingen
't Is waar ook. Ik zal twee kruikjes hebben,
een in elke hand, en zonder iets te laten mer,
ken, zal ik Moeder Lize alleen schenken uit het
bijzondere fleschje.
Waar is uw likeur
Gij zult mij een fleschje met chartreuse moe
ten geven ik zal het er zelf ingieten, want gij
zoudt er te veel in kunnen doen. Dan zou de iit-
werking kunnen missen! In plaats van vroolijk-
heid, zou er dan slaap uit voortkomen.
Ik zal halen wat gij moet hebben.
Marianne naderde een tafel, waarop de keidei
knecht bezig was met verschillende likeuren te
gieten in genummerde fleschjes. Elk nummer
duidde het getal glaasjes aan, wélke het fleschje
kon bevatten.
Het meisje nam er een en keerde terug haar
Ovide.
Deze laatste had het fleschje reeds uit zijn zak
gehaald, hetwelk hij te New-York had gekocht,
en waarin, zooals wij weten, nog driekwart van
de Canadeesche likeur overbleef.
Hij hafelde uit het fleschje chartreuse den in
houd van een glaasje, dat hij schudde om de
twee likeuren te mengen, en gaf het fleschje aan
Marianne, terwijl hij tot haar zeide
En zorg vooral, het niet te verwarren met
de andere.
(Wordt vervolgd.).