EERLOOS.
20e j&argang-
Dinsdag 26 Maart 1929.
No. 24.
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
WIERINGEN EN OMSTREKEN
■WIERINGER COURANT
UITGEVER
CORN. J. BOSKER, WIERINGEN
VERSCHIJNT ELKEN
DINSDAG en VRIJDAG.
ABONNEMENTSPRIJS
per 3 maanden 1.
AD VERTENTleN
Van 15 regels 0.50.
Iedere regel meer 0.10.
BUREAU:
Hippolytnshoef Wlerlngen.
Telefoon Intercomm. No. 19.
BINNENL. NIEUWS.
EEN ANGSTIGE DROOM.
Woensdagnacht om 4 uur werd hotel „Ame
rika" te Hoek van Holland in opschudding ge
bracht door een logé, die met de Harwichboot
was aangekomen en in bedoeld hotel over
nachtte.
Onder uiten van noodkreten, die zelfs omwo
nenden uit hun slaap wekten, sloeg hij enkele
ruiten in, waardoor hij zoodanig werd gewond,
dat geneeskundige hulp moest worden ingeroe
pen. Na tot bedaren te zijn gekomen verklaarde
hij zich in zijn slaap te hebben verbeeld, door
kolendamp te zullen stikken.
Na te zijn verbonden heeh hij de geleden scha
de ruimschoots vergoed en heeft zijn reis naar
Weenen vervolgd.
ZUIDERZEEFONDS.
Blijkens het Voorl. Verslag over de begroeting
van het Zuiderzeefonds voor 1929 (o.b. 12 Febr.
j.1.) brachten verscheidene leden den min. van
Waterstaat en de directie van de Zuiderzeewer
ken hulde, wijl de afsluitdijk, naar zich liet aan
zien, een jaar eerder voltooid zal zijn, dan aan
vankelijk verwacht werd, en wijl de indijking
van de Wieringerméer dit jaar groottendeels
zal zijn voltooid. Zij spraken er echter hun te
leurstelling over uit, dat de kosten zooveel hoo-
ger zullen worden dan aanvankelijk was ge
raamd. Het geheele tekort op de uitvoering van
de Zuiderzeewerken is in 1925 geraamd op 33
millioen, zonder berekening van rente over de
aanlegkosten van den afsluitdijk. Het tekort zal
ionder die rente naar de laatst ramingen onge
veer 60 millioen meer, derhalve 90 millioen
bedragen, waar als baten slechts tegenover
staan de indirecte voordeelen van den afsluit
dijk. De kosten van de defensie, voor de Zuider-
zeesteunwet en die, welke in 1926 zijn gemaakt
voor de verbinding met Wieringen met de kust
van Noord-Holland, zijn daarbij buiten beschou
wing gelaten. Houdt men daarmede rekenintr.
dan zal het geheel der werken, behoudens de
Indirecte voordeelen, wel een verlies van 100
millioen opleveren.
Sommige leden wenschten nadere inlichtin
gen over de oorzaken van de overschrijd ine: var»
de raming. Zij vroegen ook, hoe hoog ten gevol
ge van een en ander de kostprijs per ha voor Ge
overige inpolderingen nu moet. worden gesteld.
Eenige leden, die de versnelde uitvoering van
de werken, waardoor de beschikbaarstelling van
nieuwen cultuurgrond wordt bespoedigd, toe
juichten, stelden niettemin de vraag, of deze
grond aldus niet te duur gekocht wordt. Enkele
hunner meenden zelfs, dat het voordeeliger zou
zijn geweest, indien het geld, dat de inpoldering
van de Wieringermeer zal kosten, ware besteed
om het stadsvuil te brengen naar ontginnings
velden.
Sommige leden drongen er op aan. nadat de
afsluitdijk gereed zal zijn, ten spoedigste eeo
aanvang te maken met het droogleggen van den
FEUILLETON.
noordoostpolder, ten einde de belanghebbenden
in den noordwesthoek van Overijsel aan werk en
grond te helpen ter vervanging van de ten ge
volge van de indijking en droogmaking van de
Zuiderzee tennietgegane bedrijven.
Sommige leden hadden er bezwaar tegen, dat
de verhooging van de zeedijken in Friesland en
later wellicht ook de verhooging van de zeedij
ken in Groningen, waarvoor 1.000.000 is uitge
trokken, op de uitgaven van het Zuiderzeefonds
drukken.
Gevraagd werd, of de voltooide werken bestand
blijken te zijn tegen stormvloeden en hoe 't
staat met de uitkomsten van het landbouwbe
drijf in den proefpolder, met name wat betreft
de waarde van het geoogste graan.
Verscheidene leden waren niet tevreden over
de wijze, waarop de Zuiderzeesteunwet wordt
uitgevoerd.
WIE HEfT IJS VOORDEEL BRACHtT.
De hardrijders verdienden veel geld.
Nu de winter voorbij is, kan de balans opge
maakt worden van wat met schaatsenrijden is
verdiend.
De bekende 17-jarige Geeske Woudstra, te
Doniaga, in Doniawerstal, staat aan de spits met
omstreeks 2000.-, benevens eenige medailles,
gouden collier enz. J. Slof te Joure wist onge
veer 1760 en 3 medailles binnen te halen.
Johannes Jetten te Sint Johannesga eveneens
tegen de 1800 en Jolle de Jong te Snikzwaag
bijna 1000, met een tiental medailles.
No. 14.
Roger Laroque zweeg een oogenblik. Het was,
alsof hij in zijn gedachten de woorden van mijn
heer Liétard nog eens langzaam naging.
Beurtelings zag hij den commissaris en Ricor-
dot met een vreemden, ietwat spottenden blik
aan. Eensklaps begon hij luidkeels te lachen, zoo
.zenuwachtig te lachen, dat zijn heele lichaam er
van schudde.
Hij viel nu op den met rood leer bekleeden
stoel neer, die aan zijn schrijftafel stond. Hij
lachte, als iemand, die niet tot bedaren kón ko
men.
Neen, zei hij, altijd door lachend, die is ee-
nig, die is kolossaalOp mijn woord, daar zou
ik uit mijzelf nooit op gekomen zijn
Mijnheer, zei de commissaris op afgemeten
toon, ge doet zeer verkeerd met de beschuldi
ging niet als ernst op te nemen. Ik verklaar 'u,
dat de beste wijze, om de zaak te beëindigen en
een arrestatie te voorkomen, zou zijn onomwon
den de vraag te beantwoorden, die ik u daare
ven heb gedaan.
't Is dus ernstig gemeend
Zie ik er op het oogenblik uit als iemand
die maar wat dwaasheid verkoopt
Neen, dat moet ik zeggen, ge zet een vree-
selijk plechtig gezicht en, neem mij niet kwalijk,
dat was het juist, waarom ik op een gegeven oo
genblik zoo vreeselijk moest lachen. Maar be
denk dan toch voor de aardigheid eens, hoe be
spottelijk uw vermoeden mij in de ooren moest
klinken. Ik bid u, wie zou het ooit gelooven in
heel Parijs, dat Roger Laroque een moordenaar
geworden was Die mij niet kennen misschien,
maar ge begrijpt wel, dat ik mij aan de meenirig
van dergelijke lur al bijzonder weinig laat gele
gen liggen.
Ik ben hier niet gekomen, om het meer ot
minder waarschijnlijke van een dergelijke be
schuldiging tegen uw persoon te bepraten, mijn
heer Laroque, maar om u kort en bondig eenige
vragen te stellen van het gerechtshof te Ver-
sailles, voor het geval mij uw antwoorden niet
alleszins voldoende voorkomen.
Roger Laroque lachtte niet meer. Zijn gelaat
VROUWELIJKE PREDIKANTEN.
„Au Paradis des Dames".
Nu mej. M. Tij. Gerritsma te Delft het beroep
naar de Doopsgezinde Gemeente te St. Anna Pa
rochie heeft aangomen, zal Friesland weldra 6
vrouwelijke predikanten bezitten, nl. mej. F. W.
Rappold, Remonstr. predikante, voorgangster
van de Vereenigd Chr. Gemeente te Dokkum, en
de volgende dames te Stavoren en Molkwerum
mej. J. v. d. Ban te Makkum, mej. J. M. Eel-
man te Gorredijk en Lippenhuizen, mej. C.
Boerlage te Rottevalle en Witveen mej. S. E.
Doyer en straks als zesde M. Tj. Gerritsma te St.
Anna Parochie. Deze is in Friesland geen onbe
kende. Zij heeft vroeger de Doopsgezinde gemeen
te van Baard en Nes-op Ameland gediend.
Daar de Ver. Chr. Gemeente Dokkum behoort
tot den ring Dantumawoude van Doopsgezinde
gemeenten, waaronder ook Rottevalle en St. An
na Parochie ressorteeren, zal deze ring op de
dertien predikantsplaatsen weldra drie vrouwe
lijke predikanten tellen.
KERKNIEUWS.
DE STILLE OMGANG.
Verzuchting van een Vrijz. protestant.
In den loop der jaren zijn duizenden, ja
wellicht miljoenen bedevaartgangers gegaan om
de plaats van dit mirakel te vereeren.
„En in de laatste jaren trekken in den nacht
v$n 15 Maart eenige tienduizenden roomschen,
uit geheel Nederland saamgestroomd, in stillen
omgang rond deze „heilige" plek.
„Dwaasheid zegt ge.
„Ge hebt gelijk.
„Maar ge hebt nog meer ongelijk. Vooral gij,
nuchtere, emotielooze, mystieklooze, offertr&ge,
kritische, aan geloof arme, devotie-looze vrijzin
nige, die zich wel Protestant noemt, maar dit
toch eigenlijk niet doen móógt.
„Het is geen dwaasheid van die roomschen om
hun vrije dagen te offeren voor hun geloof. Dat
noemt gij maar dwaasheid omdat gij deze hei
lige offerkracht niet hebt.
„Het is geen dwaasheid van die roomschen om
van Maastricht en Delfzijl, van den Helder en
Vlissingen te komen om hun geloof te toonen.
Dat noemt gij maar dwaasheid omdat gij te ge
makzuchtig zijt en voor een beetje wind en een
beetje regen, voor een vizietetje of een lui half
uur in bed zelfs uw kerkgang er aan geeft.
„Wij, vrijzinnige protestanten, wij hebben
niets, niets, waarmee wij in Amsterdam vijftig
duizend menschen op de been kunnen brengen,
zelfs geen 25.000 (Uit Kerk en Volk.")
verried eenige bezorgdheid en niet zonder onge
rustheid zag hij den commissaris aan. 't Was
dus werkelijk waar Hij stond onder verden
king
Mijnheer Ricordot had het vertrek verlaten
en bevond zich nu weder bij den kassier. Opeens
zag Laroque hem terugkomen met eenige bank
biljetten in zijn hand. En die bankbiljetten on
derzocht hij vlak onder het eene oog, terwijl Ro
ger met den commissaris aan het spreken was.
Hoor eens aan, mijnheer Liétard, pleitte Ro
ger, men beschuldigt iemand zooals mij niet
zonder ernstige aanwijzingen. Mijn leven heeft,
zoover ik weet, nooit aanleiding gegeven tot
kwaadsprekerij en het is mij werkelijk een raad
sel, hoe nu juist op mij het vermoeden kon val
len. Ik zou het bijna als een vernedering kunnen
beschouwen, om mijzelf tegen een dergelijke
aantijging te verdedigen. In elk geval wil ik
eerst weten op welke gronden de verdenking
steunt.
O, die gronden zijn van velerlei aard, maar
ik heb mij hier met niets anders bezig te houden
dan met het geld in uw kas, dat volgens mijn mee
ning van verdachten oorsprong is. Bewijs mij do
eerlijke herkomst van dat geld en mijn taak is
afgedaan, want aangezien de misdaad van Ville
d'Avray buiten ons politie-ressort heeft plaats
gehad, handel ik hier in zekeren zin als een ge
volmachtigde, wiens zending nauwkeurig be
grensd wordt. Ge zult u overigons van Versail-
les te verantwoorden hebben. Blijf gij bij uw ver
klaring van daareven, dat de belangrijke som,
die in uw kas gevonden werd terwijl die kas
op den 28sten zoo goed als leeg was afkomstig
is, voor het kleinste gedeelte van uw winst bij
het spel in uw club on voor het overige van per
soonlijk door u geïnd geld
Ja mijnheer.
Ge dient ook te bewijzen wat ge verklaart.
Welnu dan, ik heb gisteravond van tien tot
twaalf uur in de club van den koophandel met
de kaarten in de handen gezeten en ik kan u de
namen opgeven van verschillende leden onzer
sociëteit, die tegen mij geparieerd hebben. Daar
waren onder meer de baron De Cé, de welbeken
de groothandelaar Leon Dubois, alsmede Gaston
en Adolphe Levallois van de rue Sentier.
Dit wat de winst bij het spel betreft. We ko
men daarop later wel weer terug. Maar nu de
honderdduizend francs, door u op den 29sten
Juli eigenhandig in uw kas gestort
Opnieuw werd Roger Laroque onrustig en
bleek. Hij liep koortsachtig een paar schreden
op en neer, bleef staan en zeide
VOOR DE HUISVROUW.
De zorg voor ons zeil.
Laten we beginnen met het begin. Dus met
het leggen van zeil en linoleum. Doet men dat
zelf, dan moet men bedenken, dat men daarbij
een heel kort, scherp mes moet gebruiken. Een
gewoon mes buigt om. Het zal moet niet precies
stijf tegen den wand aangelegd worden, het moet
een beetje ruimte hebben, om „uit te loopen".
Later kunt u het dan nog altijd bijsnijden. Hoe
ken en uitspringende plinten enz. moeten zorg
vuldig uitgesneden worden. Verstandig is deze
moeilijke punten eerst op een stuk krantenpa
pier precies uit te knippen, dit patroon op het
zeil te leggen en met krijt de lijnen te teekenen
en dan het zeil uit snijden. Het leggen van vilt-
papier of kranten tusschen planken vloer en
zeil is noodig, omdat anders door de wrijving het
zeil heel snel slijt. IVJenschen, die met „hygiëne"
dwepen, willen 't zeil eiken dag met water dwei
len. Dat is natuurlijk wel afdoend voor stof, maar
het zeil wordt er dof van. Gebruik voor het wrij
ven van zeil geen meubëlwas, maar linoleum-
was. Meubelwas maakt de vloer veel te glad. De
glans van de vloerwas kan men sterk verhoogen
door er een paar druppels petroleum bij te doen.
Vlekken en kringen kan men uit linoleum
verwijderen met een papje van volders aarde en
melk. Daarna goed afwasschen en laten drogen
voor men het gaat beloopen. Zijn er versleten
plekken in het zeil, snijdt die dan, langs een li
niaal zoo scherp mogelijk uit, en vervang die
door passende stukken, di£ nog goed zijn. Men
kan die stukken inplakken met een papje van
gekookte roggebloem. Linoleum, dat men gaat
bewaren, moet afgenomen worden met warm
sop en daarna gedroogd. Vervolgens maakt men
een papje van meel en kokend water en wrijft
dit goed in met een doek. Dat geeft een goede
glans aan het zeil. Wordt het vuil, dan kan men
het later schoonmaken enkel met een vochtige
doek.
Ik heb bij mijn vroeger antwoord dienaan
gaande niets meer te voegen. Die honderddui
zend francs zijn afkomstig van een terugbeta
ling een onverwachte terugbetaling van een
in privé vroeger geleende som, waarvan de boe
ken geen melding maken.
En de naam van dien debiteur
Roger Laroque zweeg.
Vergeet het niet, mijnheer Laroque, die
naam alleen kan ons het bewijs geven, dat het
geen gij zegt, waarheid is, want gij begrijpt wel,
dat we uw inlichtingen dienen te onderzoeken.
Zoo gij integendeel niets meer zegt dan gij nu
hebt gedaan, zoudt gij door die vage verantwoor
ding de reeds op u gevallen verdenking aanmer
kelijk verzwaren. Komaan, mijnheer Laroque
geen geheimen, zeg mij wie u die honderddui
zend francs ter hand heeft gesteld
Roger Laroque sloeg zich met de beidg han
den tegen het voorhoofd en herhaalde verschei
dene malen op een driftige toon
Wat gaat het u aan
In uw belang, Laroque, in het belang van
uw eer en uw goeden naam, in het belang van
de eer van uw huis, herhaal ik u dat gij moei
spreken.
Neen, neen Het gaat u niet aan.
Laroque, als ge uw vrouw en uw kind die
gij op dit oogenblik schijnt te vergeten, waarlijk
liefhebt, dan moet gij spreken.
Bij deze woorden voer Roger Laroque een hui
vering door de leden.
Hij hield zijn mond krampachtig gesloten.
Men hoorde de fluitende ademhaling door den
neus. Zijn oogen waren strak op één punt ge
richt. Zijn breede schouders trokken meer en
meer samen. Hij bukte, bukte, alsof hem een
zware last op den rug was gelegd.
Ik ben verloren mompelde hij. Ik ben ver
loren
Mijnheer Liétard maakte een beweging van
ongeduld.
Wat den deskundige betreft, die de verschil
lende biljetten had gecontroleerd met de num
mers en letters, gevonden in den brief, die hem
door Jean Gurier was ter hand gesteld, die man
stond eensklaps op, gaf den commissaris van het
gerecht een veelbeteekenend oogwenkje en
schoof hem, zonder iets te zeggen, een stukje
papier onder den neus, waarop hij een paar
woorden had geschreven en waaraan hij met
een speld zes of zeven bankbiljetten van duizend
francs had bevestigd.
Mijnheer Liétard wendde zich tot Laroque.
Het blijft dus uitgemaakt, nietwaar, dat gij
BUITENLAND.
DE VERDWIJNENDE AAPJESKOETtSIER.
De aapjeskoettsier, die reeds meer dan een
halve eeuw het verkeerswezen in de Japansche
steden regelden, zijn een strijd op leven en dood
begonnen tegen de moderne verkeersmiddelen,
waardoor zij dreigden verdrongen te worden.
In YokQhama hebben 71 koetsiers die gewoon
lijk met hun karakteristieke rijtuigjes aan het
station of aan het zeestrand stonden, bij de des
betreffende autoriteiten voor het verkeerswezen
een verzoekschrift ingediend, waarin zij met
den meesten nadruk er op aandringen dat er
maatregelen genomen zullen worden, waardoor
zij in de mogelijkheid worden gesteld om hun
traditioneel beroep te kunnen blijven uitoefe
nen. De aapjeskoetsiers beklagen zich over de
concurrentie die zij ondervinden van de moder
ne autobussen, waarvan de straten als het ware
vergeven zijn.
Alleen in Yokohama zijn er ongeveer 1500
aapjeskoetsiers, die zich in hun strijd om het
bestaan bedreigd gevoelen door de electrische
trams die na de jongste aardbeving weer geheel
opnieuw zijn aangelegd en die hun passagiers
vervoeren naar alle deelen der stad. Daarbij
komt nog dat het taxi en autobusbedrijf zich
steeds sneller ontwikkelt.
De groote verdiensten genieten de aapjeskoet
siers van de vreemdelingen, die voor het eerst
Japan bereizen. Want de meeste vreemdelingen
kunnen maar moeilijk de bekoring weerstaan
om eens een tochtje te maken met die eigenaar
dige rijtuigjes die door een man in snellen draf
iworden voortgetrokken. Sommige toeristen doen
het alleen maar om zich zoo te laten fotografee
ren. Het is alleen de nieuwsgierigheid der vreem
delingen, die de aapjeskoetsiers nog in het le
ven houtmen ziet ze dan ook alleen nog aan
de havens en aan het station, maar ook daar zul
len ze binnen enkele jaren wel verdwenen zijn,
want de inwoners der stad maken alleen nog
gebruik van meer moderne en snellere verkeers
voertuigen.
HUIS INGESTORT DOOR HET SMELTEN
VAN DE SNEEUW.
In Balaton Boglar is een klein huisje inge
stort, waarbij 4 personen werden gedood en 2
ernstig gewond. De oorzaak schijnt te zijn, dat
'de grond geheel doorweekt was ten gevolge van
het vele smeltwater van de sneeuw, waardoor de
fundamenten begaven.
GEMALEN GLAS IN HET VOEDSEL.
Een dokter het slachtoffer.
Einde Februari werden twee inwonende dok
toren van een der Praagsche Ziekcnhuischen on
der geheimzinnige verschijnselen ziek.
Na een ziekbed van twee dagen overleed een
der artsen, terwijl de ander tenslotte hersteld is.
Al spoedig kwamen geruchten in omloop, dat
een hier te doen had met een moord. Een ge
rechtelijk onderzoek leverde geen positief resul-
weigert, mij te antwoorden vroeg hij.
Ja, ik. weigerzei Roger met een dof en
diep stemgeluid.
Uw kassier heeft ons daareven een serie
nummers gegeven van bankbiljetten die hij'als
een betaling uit de provincie had ontvangen.
Volgens de verklaring van denzelfden kassier
hebben eenige van diezelfde bankbiljetten ge
diend om op den 28sten Juli Larouette te beta
len. Uw kassier zegt, dat na die uitbetaling er
alleen goudgeld in kas is overgebleven. Dit al
les aannemend, kom ik tot de vraag Hoe is
het mogelijk, mijnheer Laroque, dat we nu we
der het grootste gedeelte van de bedoelde bank
biljetten in uw kas terugvinden
Maar dat is letterlijk onmogelijkant
woordde Roger, opstuivend.
Zie dan zelf maarHier hebt gij de missi
ve uit de provincie met de opgaven van de num
mers en de letters, zooals men dat in den regel
doet bij een verzending van geldswaardig pa
pier, en hier hebt gij de bankbiljetten, voorzien
van diezelfde letters en diezelfde nummers.
O, mijn hemelmompelde Roger.
Die bankbiljetten uw boeken maken er
melding van en uw kassier heeft het uit eigen
beweging verklaard zijn op den 28 Juli uit
uw kas gegaan. Larouette heeft ze in zijn bezit
'gehad. Men heeft ze hem weer ontstolen. En nu
liggen ze opnieuw in uw kas.
Roger Laroque dacht, dat hij krankzinnig
was of op het punt te worden. Werktuigelijk
keek hij naar de cijfers, die men hem voorhield
en even werktuiglijk vergeleek hij ze, half bin-
nenmonds sprekend, zooals men dat bij een der
gelijke gelegenheid onder gewone omstandig
heden zou doen
„K502.409, K 502.409 M 692.702, M 692.702.
En in zichzelf, zeer zacht, met het onbestem
de voorgevoel van een gevaar, dat des te dreigen
der scheen, omdat het zoo geheel onbegrijpelijk
zoo geheel onbekend was
En het is waar t Het bewijs is er
Als ik een oogenblik uw redeneering zal
volgen, hernam mijnheer Liétard. dan kom ik
tot deze slotsom de bankbiljetten, die uw kas
sier aan Larouette beeft uitbetaald, kunnen al
leen in uw bezit "zijn gekomen door het geld,
waarvan gij ons geweigerd hebt de herkomst op
te geven of door het geld, dat gij gewonnen hebt
aan de speeltafel.
Maar dat is onfmogelijk.
(Wordt vervolgcL)' jij,