De Straf der Zonde
J. R. KEOSS TABAK
20e Jaargang
Vrijdag 13 December 1929.
No. 93.
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
WIERINGEN EN OMSTREKEN
Tabaksfabriek
De Wakende Leeuw"
J. R. KEUSS
Laat 125 - ALKMAAR1.
WIERINGER COURANT
UITGEVER
CORN. J. BOEKER, WIERINGEN
VERSCHIJNT ELKEN
DINSDAG en VRIJDAG.
ABONNEMENTSPRIJS
per 3 maanden 1.
ADVERTENTIëN
Van 15 regels 0.50.
Iedere regel meer 0.10.
BUREAU
Hippolytnshoei Wieringen.
Telefoon Intercomm. No. 19.
een waarborg voor de kwaliteit.
In het nummer dat DINSDAG 31 DECEMBER
verschijnt, zal wederom gelegenheid bestaan,
tot het plaatsen van nieuwjaarswenschen a 45
cent.
DE DIRECTIE.
ONS LICHAAM EN ONZE GEZONDHEID.
Voedzame dranken.
Geef aan uw kinderen nooit alcoholhoudende
dranken, dus ook geen bier, stout of wijn. Laat
u niet wijsmaken dat daar voedsel in zit. In een
gulden stout zitten nog niet zooveel voedende
bestanddeelen als in een brood van een dubbel
tje.
Gewen de kinderen niet te vroeg aan thee en
koffie zij hebben aan dergelijke genotmiddelen
in het geheel geen behoefte. Wees ook zuinig met
versnaperingen. Maak er geen „zoetekovwen"
van van ouds is bekend, dat dit geen pittige
menschen worden. Suiker, chocolade, en cacao
moeten versnaperingen blijven. Voor voeding
deugen ze niet. Als iemand met zijn maag of z'n
darm sukkelt, worden hem deze stoffen het eerst
verboden hij heeft het doorgaans reeds zelf be
merkt, dat hij er niet tegen kan. Blijkt daar niet
uit, dat diezelfde stoffen ook door menschen,
die gezond zijn en dat blijven willen, zeer matig
moeten genuttigd worden Omtrent de voedings
waarde van chocolade en cacao bestaan over
dreven voorstellingen cacaoboonen bevatten
niet meer voedende bestanddeelen dan bruine
boonen, welnu 1 kilo beste cacao is 10 maal duur
der dan 1 kilo beste bruine boonen en als het
bruine boonen betretf, laat gij u niet wijsmaken,
dat 2 suikerlepels met warm water aangemengd
een „voedzaam" kopje geven.
WIJ BREIEN en repareeren alle soorten Wollen
Kleeding, Kousen en Sokken, ook de aller fijnste.
JAAP SNOR, ZUIDSTRAAT 15, DEN HELDER.
Let op den Gelen Winkel.
Depots voor Wieringen Hippolytushoef Wed.
J. de Beurs Den OeverJb. Kaleveld.
FEUILLETON.
I
(16.
Lieve Héléne, hernam hij, als gij naar mij
hadt willen luisteren, zou, wat er thans is ge
beurd, vermeden zijn. Maar ge hebt niet willen
luisteren. Gij hebt volstrekt uw dochter willen
meenemen. Ik heb alles gedaan wat ik kon om
u van dat plan af te brengen, toen gij tot mij zei-
det, ik wil weg, ik kan niet langer in de nabijheid
van graaf De Lasserre leven, heb ik mij onmid
dellijk naar uw wensch geschikt. Slecht ten
opzichte van het kind waren wij het oneens. Ik
was er zeker van, dat de graaf hemel en aarde
bewegen zou om zijn kind terug te krijgen. Zoo
als gij ziet heeft mijn voorgevoel mij niet bedro
gen. De graaf, die er zeker niet aan gedacht zou
hebben, u op te sporen, als gij hem zijn dochter
gelaten had, is u onverwijld achterna gegaan.
Hoe hij nu, in weerwil van alle voorzorgsmaat
regelen, die wij genomen hebben, te weten is ge
komen dat wij hier waren, begrijp ik niet.
Maar hoe het zij, hij heeft ons huis ontdekt en
is naar Mentone gekomen, met geen ander plan,
dan om zijn dochter te ontvoeren. Dit bewijst,
dat ik groot gelijk had, toen ik zeide Laat uw
kind thuis.
De gravin had het hoofd op de borst laten zin
ken.
Luistert gij vroeg De Sanzac.
Ja, ik luister, antwoordde zij.
Welnu, moet ge er u nu zoo van streek over
maken, u zoo wanhopig aanstellen, omdat de
graaf De Lasserre zich wel heeft willen belasten
met de opvoeding zijner dochter Ik geloof van
niet. In elk geval is zij niet dood.
Zij is dood voor mij, sprak de ongelukkige
op hartverscheurenden toon.
Kom, ging de burggraaf voort, zoodra gij
maar wilt, zult gij haar gemakkelijk terugvin
den.
De gravin loosde een diepen zucht en schudde
het hoofd.
Hoe het zij, gedane zaken nemen geen keer,
BINNENL. NIEUWS.
AUTO IN EEN SCHUTKOLK.
Woensdagmiddag was de heer B. Roelofs, uit
Oene bij Epe, met zijn vijftienjarig knechtje per
auto voor zaken naar Hasselt gegaan, van waar
zij Donderdagmorgen terugkeerden. Bij het pas-
seeren van de bruggen aan het Katerveer zag de
bestuurder te laat, dat de brug over de kleine
schutkolk opgedraaid was en reed door den af-
sluitketting heen. Door de vrij groote snelheid
vloog de auto tegen het tegenover gelegen brug
genhoofd en verdween rechtstandig geheel on
der water. Met groote moeite gelukte het met
behulp van het sluispersoneel de beide inzitten
den in veiligheid te brengen. Zij waren er met
lichte verwondingen afgekomen.
Het duurde den geheelen middag, voor men ei
in geslaagd was, de doorvaartopening van de
schutkolk te bevrijden.
INTREKKING RIJBEWIJZEN.
De minister van waterstaat brengt ter kennis:
dat bij vonnissen van de rechtbank te Alkmaar
van 12 November 1929 de bevoegdheid om mo
torrijtuigen te besturen is ontzegd aan Jan Dirk
de Graaf, geb. 2 December 1908, landbouwer, wo
nende te Koegras (gem. Helder), voor een termijn
van éen jaar.
Deze termijn is ingegaan op 13 en 27 Nov. 1929.
UITVOERING DER ZUIDERZEE-STEUNWET.
Aan de mededeelingen der Generale Commis
sie bedoeld in art. 3 der Zuiderzeesteunwet ovei
het derde kwartaal van 1929, ontleenen wij het
volgende
Opleidingen.
Gedurende het derde kwartaal van 1929 wer
den in 99 gevallen tegemoetkomingen, vergoe
dingen en toelagen voor opleiding van belang
hebbenden in den zin der Zuiderzeesteunwet
toegekend of verlengd.
Voor deze tegemoetkomingen, vergoedingen en
toelagen werd door de Generale Commissie in
het besproken tijdvak betaald 9645.50.
De door de Generale Commissie gedane stap
pen, teneinde belanghebbenden in de gelegen
heid te kunnen stellen in den ijzeren scheeps
bouw te worden opgeleid, hebben het tot stand
komen van een regeling tengevolge gehad, vol
gens welke een aantal hunner in dit vak kunnen
worden opgeleid. Overeenkomstig deze regeling
zijn thans zes personen in opleiding.
Een aanvang werd gemaakt met de opleiding
van belanghebbenden en zoons van belangheb
benden tot steenzetter. Einde September 1929
waren zeven belanghebbenden en zoons van be
langhebbenden in opleiding.
Maatregelen ter verkrijging van werk
Door 94 personen, die allen door de organen
iler openbare arbeidsbemiddeling als werkzoe
kenden waren ingeschreven, werden in het af-
gelcopon kwartaal aanvragen om hulp ter ver
krijging van werk bij de Generale Commissie in
gediend.
Op 30 September bedroeg het aantal geplaat
ste belanghebbenden, die de hulp der Generale
Commissie ter verkrijging van werk hadden in
geroepen, tezamen met het aantal belangheb-
benden waarvan aan de Generale Commissie
bekend is geworden dat zij geplaatst zijn, in to
taal 612.
Vergoeding van kosten credieten enz.
In het afgeloopen kwartaal werd in 102 geval
len aan belanghebbenden in verband met het
aanvaarden van een werkkring bestede kosten
als reis- en verhuiskosten, kosten van aanschaf
fing van gereedschappen, kosten van aanschaf
fing van werkkleeding, vergoed, en toelagen ver
leend ter vergemakkelijking van het elders ter
hand nemen van werk. Betaald werd voor deze
vergoedingen en toelagen 4927.85.
In liet afgeloopen kwartaal werden verleend
in totaal 13 credieten tot een gezamenlijk bedrag
van 58.671.
In het afgeloopen kwartaal werd bij de Gene
rale Commissie ingevolge verleende credieten
beschikt over een bedrag van 28.972.12.
In het besproken tijdvak genoten 985 perso
nen gedurende korteren of langeren tijd een
geldelijke tegemoetkoming. Uitbetaald werd aan
dezen in totaal 48.110.75.
In 37 gevallen werden aanvragen om geldelij
ke tegemoetkoming van belanghebbenden van
jaar en ouder ingewilligd, terwijl in 179 ge
vallen reeds toegekende tegemoetkomingen
werden verhoogd. Aan deze personen werden
wekelijksche tegemoetkomingen uitgekeerd van
3 tot 5, terwijl in totaal voor deze categorie
werd uitbetaald 31.500.50.
HET DRAMA VAN HET KINDERLIJKJE
TE AMSTERDAM.
Misdrijf staat thans wel vast. De
opsporing der ouders gevraagd.
Nader verneemt men nog, dat de politie en
justitie op grond van de verschillende aanwij
zingen thans de stellige overtuiging hebben, dat
het knaapje, welks lijkje 17 Nov. 1.1. op den zee
dijk bij Holysloot gevonden werd, door misdrijf
om het leven gekomen is.
De kinderwagen, waarmede op 4 November
1.1. een man en een vrouw op de Oranjesluizen
zijn gezien, is door de politie bij een vodden
man in beslag genomen deze wagen was door
de gearresteerde grootmoeder, gelijk zij bekend
heeft, aan den voddenman verkocht. Zij gaf als
motief voor dezen verkoop op ,dat zij voorne
mens zou zijn haar zoon en schoondochter naar
Duitschland te volgen. Zij zelve was inmiddels
van het Tuindorp Nieuwendam naar de Van
Ostadestraat verhuisd.
Een onderzoek in Duitschland, dat ingesteld
werd door hoofdinspecteur Van Slobbe van de
centrale recherche, heeft o.a. uitgewezen, dal
de man en vróuw aan familie in Westfalen heb
ben verteld, dat hun tweejarig zoontje Sigmund
reeds eenigen tijd geleden in Berlijn overleden
en begraven was. Dit laatste is onwaar gebleken
De grootmoeder deelde aan de politie mede
niets van den dood van haar kleinkind af te we
ten, het zou door een vrouwelijk familielid van
haar woning in het Tuindorp naar de reeds vroe
ger naar Duitschland vertrokken ouders zijn ge
bracht.
Aan de Duitsche autoriteiten is de opsporing
en uitlevering der ouders van Sigmund gevraagd
Vermoedelijk zijn zij zwervende.; de man staat
in Duitschland slecht bekend.
De ouders hebben hun jongste kind van acht
maanden hier bij de grootmoeder achtergelaten
ging de burggraaf voort. Maar laat mij u zeggen,
dat ik de ontvoering van het kind door den va
der niet als een ramp beschouw. Wij zullen
nu, lieve Iléléna, alleen voor elkander leven.
Van uw kant zult gij mij geheel toebehooren.
/Tusschon ons geplaatst, wierp uw dochter een
schaduw op onze liefde. Nu is zij er niet meer.
Alle gedwongenheid, alle belemmering is ver
dwenen. Voor u is het veel onrust en een groote
verantwoordelijkheid minder. Het is een verlos
sing voor mij. Geen hinderpalen meer De vrij
heid Uw man verstoot u ik heb u genomen,
ik behoor u. Gij zijt geheel en al de mijne O,
wat zullen wij elkander liefhebben
De gravin richtte zich driftig op.
Ik ben vervloekt, sprak zij somber, en gij
zijt de oorzaak van mijn verderf. Mijn leven is
gebroken en ik heb een wonde in het hart, die
niet meer zal genezen. Vanavond vertrek ik.
Maar dat is krankzinnigenwerk.
Neen, ik heb mijn volle verstand. Ik had
het verloren, het is mij teruggegeven.
Kom, Héléne, ge spreekt niet in ernst.
Ik zeg u, dat ik vanavond wil vertrekken,
over een paar uren, dadelijk, zoo spoedig ik mij
krachtig genoeg gevoel om te loopen, hernam zij
op een toon, die geen tegenspraak duldde.
Maar ik zal u beletten die dwaasheid te be
gaan.
Met welk recht
Héléne, ge behoort mij toe.
Neen, gij behoeft mij niet te zeggen, dat ik
een nietswaardige ben, ik weet het al te eoed.
Héléne Je hebt mij lief.
Ik heb slechts één wezen op aarde lief, mijn
dochter.
En toch hadt ge mij lief
Ik weet het niet.
De Sanzac fronste de wenkbrauwen.
Dat is tenminste oprecht, sprak hij met een
valsch lachje.
Een oogenblik daarna ging hij voort
Maar ik bemin je.
De gravin richtte zich op. Haar oogen vlam
den.
Gij liegtriep zij.
Hij had moeite zijn toorn te bedwingen.
Ja, hervatte zij, gij liegt. Er is op dit oogen
blik iets in mij, dat het mij zegt. Ik droeg den
naam van een eerlijk man, een geachten naam;
Zij heeft dat kindje bij vreemden hier ter stede
uitbesteed en inderdaad is het bij die menschen
aangetroffen.
MELK MET AMANDELEN.
Een nieuw „zuivelproduct"
Het officieel orgaan van den Alg. Ned. Zuivel-
bond vermeld een octrooiaanvrage (39198).
De uitvinding heeft betrekking op een werk
wijze voor de bereiding van een duurzaam,
stroopachtig product uit melk en amandelen,
waarbij de aetherische oliën, vetten en andere
bestanddeelen van de amandelen in de melk
worden opgenomen. De amandelen, en de volle
melk worden daartoe innig met elkaar vermengd
het mengsel uitgeperst en de verkregen vloei
stof met of zonder toevoeging van suiker, gecon
denseerd en gesteriliseerd. Dit amandelmelk-pro
duet kan dan met koud of warm water in iede
re willekeurige verhouding worden vermengd
en kan dienen voor de bereiding van aangenaam
smakende dranken, van zoete spijzen, als ijs-
créme en ijssoorten en zelfs van cosmetische
middelen.
ik was moeder, ik had mijn kind lief. Als gij mij
bemind hadt, zoudt gij niet langzaam aan met
een verfoeilijke volharding, onder mijn voeten
den verschrikkelijken afgrond hebben gegraven,
waarin ik gevallen ben. Gij hebt in gravin De
Lasserre, die te goed van vertrouwen, zonder
ervaring en te veel aan zichzelve overgelaten
was, een gemakkelijk te bemachtigen prooi ge
zien en overal hebt gij mij achtervolgd. Helaas!
niets heeft mij gewaarschuwd. Ik zag het ge
vaar niet, ik zag den vijand niet Ik heb mij la
ten verlokken en gij hebt mij in uw klauwen ge
grepen En met één slag hebt gij mij alles ont
nomen mijn rust, mijn geluk, mijn leven En
?ij durft zeggen, dat gij mij bemint. Kom, spreek
Vertel mij, waarom gij mij ten verderve hebt ge
voerd.
Héléne. Ik vergeef u uw drift, sprak hij
kalm. Uw smart brengt u buiten uzelf. Ik zweer
u, dat ik n bemin.
En ik geloof u niet heraam zij heftig. Daar
enboven, wat kan het mij schelen
Na er in te hebben toegestemd, Parijs met
u te verlaten, geloof ge niet aan mijn gehecht
heid, aan mijn liefde
Ik geloof aan niets meer.
Gij verbreekt geweldadig den band, die ons
verecnigt
Ik werp de verfoeilijke kluisters af.
Uit den blik van De Sanzac straalde een som
bere gloed en een onheilspellende glimlach
plooide zijn lippen.
Welnu luister, sprak hij met een stem,
die plotseling al haar zachte buigingen had ver
loren, zooeven hebt gij mij gevraagd, „waarom
hebt ge mij ten verderve gevoerd Ik zal u ant
woorden. Ik haat graaf De Lasserre.
De jonge vrouw trilde zenuwachtig over al
haar leden.
Gij behoeft de oorzaak van mijn haat niet
te weten.
Dus, omdat gij den heer De Lasserre haat,
hebt gij mij tot slachtoffer gekozen
Hij aarzelde te antwoorden.
Maar heb dan den moed alles te zeggen
riep zij met trillende stem.
Door graaf De Lasserre te treffen in het
kostbaarste en dierbaarste wat hij bezat, zijn
eer, heb ik mij gewroken.
De gravin steunde, terwijl zij haar gelaat in de
BUITENLAND.
OP 97-JARIGEN LEEFTIJD VRIJ.
Een 80-jarige Zweedsche dominee had in 1912
een proost doodgeschoten, daar deze zijn ont
slag had veroorzaakt en was dientengevolge tot
levenslange gevangenisstraf veroordeeld. De
thans 97-jarige grijsaard is nu uit de gevangenis
te Stockholm ontslagen, opdat hij als vrij man
kan sterven.
1
VEREENIGDE STATEN.
NIEUWE OPSTAND IN EEN GEVANGENIS.
Directeur zou als gijzelaar worden
vastgehouden.
Auburn, (Staat New York), 11 Dec. Er is een
opstand uitgebroken in de Staatsgevangenis
alhier. De gevangenen zouden den toestand vol
komen meester zijn en de directeur zou door
hen als gijzelaar worden vastgehouden.
Politie, brandweerlieden en troepen zijn er
heen gezonden.
Volgens een N.T.A.-bericht staan de gevange
nissen en de werkplaatsen in brand. De muiterij
is in haar omvang even ernstig als het oproer
in de gevangenis van Clinton in Juli van dit
jaar.
Troepen belegeren de gevangenis*
V. D. meldt uit New York dat de gevangenen
plotseling de bewaarders overrompelden, die zij
grootendeels opsloten. Daar spoedig daarop
hulp van buitenaf werd geboden, besloten de
gevangenen zich te barricadeeren. Zij schenen
vastbesloten tot het uiterst weerstand te bieden.
Er zouden reeds eenige bewaarders gedood of
gewond zijn.
De directeur is geheel alleen in een cel opge
sloten.
Naar verder gemeld wordt, was de gevangenis
gistermiddag reeds door de troepen omsingeld.
Men maakte de medegebrachte mitrailleuses
schietvaardig en deelde den muitenden gevan
genen mede, dat een ieder, die het waagde te
ontvluchten, onverwijld zou worden neergescho-
handen verborg.
Zij bleef een oogenblik zwijgen. Daarna mom
pelde zij
Wat een schande, wat een schande Hoe af
schuwelijk
Ge hebt lang weerstand geboden. De strijd
heeft lang geduurd. Misschien zou ik hem opge
geven hebben, als niet mijn dorst naar wraak
mij had aangevuurd en mijn haat. Aan den an
deren kant was ik niet ongevoelig voor uw be
koorlijkheden. Eindelijk was de zege mij. Mijn
haat tegen graaf De Lasserre was voldaan.
Afschuwelijk, afschuwelijk, jammerde de
jonge vrouw.
Ja, ging de burggraaf voort, mijn haat was
voldaan, maar ik voelde spoedig dat ik voor u
een vurige en oprechte liefde koesterde.
Zij richtte het hoofd op en nog trillend, vestig
de zij op hem een blik, waaruit evenveel verach
ting als verontwaardiging sprak.
Burggraaf De Sanzac, riep zij uit, uw gedrag
is dat van een ellendeling, een lafaard.
Een d eipe rimpel plooide het voorhoofd van
den burggraaf, zijn lippen persten zich samen en
zijn gelaat werd vaalbleek.
Ja, riep zij andermaal, gij zijt een laaghar
tige en een lafaard.
Plotseling van toon veranderend, voegde zij er
met onuitsprekelijke droefheid bij
En voor dien man heb ik mijn plichten
vergeten, voor dien ellendeling heb ik den edel-
moedigen man, die mij tot zich heeft opgeheven,
verraden. Maar ik was krankzinnig, krankzin
nig
En op hem toetredend, riep zij uit
Burggraaf De Sanzac, ik veracht u en ik
haat u.
En zonder hem den tijd te gunnen iets te ant
woorden snelde zij in het naburige vertrek en
sloot zich daar op.
De burggraaf bleef een oogenblik als door den
donder getroffen staan. Eindelijk mompelde hij
tusschcn de tanden
De roman is uit. Maar wat doet het er toe
Ik heb mijn doel bereikt.
En een sigaar uit zijn koker nemend, stak hij
die aan. Daarna verliet hij de kamer en ging naar
beneden om achter in den tuin de frissche avond
lucht in te ademen.
(Wordt vervolgd.)