J. R. KEUSS 22e Jaargang. Vrijdag 20 Februari 1931 No. 15. NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WIERINGEN EN OMSTREKEN BLANKE KRUL. PRUIMTABAK. DE VONDELING. HEERENBAAÏ WIERINGER COURANT VERSCHIJNT ELKEN DINSDAG en VRIJDAG. ABONNEMENTSPRIJS per 3 maanden 1. COMN. J. BOSKER, WIEKINGEN UITGEVEN i BUREAU: Hlppolytushoel Wlerinflen. Telefoon Intercomm. No. 19. ADVERTENTIëN: Van 1—5 regels 0.50. Iedere regel meer 0.10 HEERENBAAI P0RT0RIC0. TABAKSFABRIEK „DE WAKENDE LEEUW" LAAT A, 125 ALKMAAR. Prima kwaliteit in alle prijzen. Spaart onze rebussen. hebben ook als punten groote waarde. 70 80 100 120 140 150 160 180 200 225 250 300 350 400 450 en 500 cent per pond. PAR1JSCHE M0DEBR1EF. VOORBODEN VAN DE LENTE. HET VEST VERVANGT DE SWEATER. Sportiviteit en grijze lokken. Tenminste onder degenen die in de gelegen heid zijn in de eerste maanden van het jaar ergens anders dan thuis door te brengen zijn de meeningen zeer verdeeld. Sommigen ver langen naar de heerlijke zoete lucht en de vroege lente van de Riviera. Anderen trekken liever de bergen in om eens naar hartelust van de wintersport te genieten en dit zijn niet alleen de jongere menschen zooals men wel eens veronderstelt. De middelbare „jeugd" is tegenwoordig heel sportief en tal loos zijn zelfs de ouderen, grijsgelokte da mes en heeren, die in hun kwiek sportcos- tuum en met hun vlugge, levendige bewegin gen heusch niet voor de jeugd behoeven on der te doen. Een grijze dame in een lange ski-broek niemand vindt het meer vreemd. Wel een teeken hoe de tijden veranderd zijn! Het mannelijk vest. Groot is het verschil in kleeding, of men naar de bergen of naar het Zuiden van Fran krijk gaat. Over de sportkleeding spraken wij reeds een vorige maal. Dit keer zullen we eens zien wat of de Rivière-reiziger in haar koffers pakt. Dat geeft ons dan reeds een kleine aan wijzing voor hetgeen we later als het ook in ons land lente is, zullen dragen. In de eerste plaats behoort een aardig vlug mantelpak tot de voorjaarsuitzet, van ge streepte wol of van Schotsche stof die op het oogenblik in sterke kleuren genomen wordt, in rood en blauw, b.v. met een witte blouse. Over het algemeen zijn de manteltjes kort, soms hzelfs zeer kort en recht Men worden gedragen o- ver een wit vestje. Bij een zwart costuum is het vestje van wit satijn met gouden knoopjes, wat zeer gekleed staat. Die vestjes draagt men in plaats van 'n swea ter en soms hebben een uitgesproken man nelijk karakter. Men ziet ze ook bij voor j aars ja ponnen 'n rok van beige tussor, een blouse van fijne witte linon, waarover een vest van tussor dat van voren ver open is en met vijf knoopen gesloten wordt. Daarbij 'n mutsje en handschoenen van bei ge tussor. k SANTETOILETJES. De eerste lente-toiletjes zien we voorname FEUILLETON. 1. Kleine oorzaken hebben dikwijls groote gevolgen. Sommige menschen zijn zóó aan gelegd, dat het onbeduidenste voorvalletje een onuitwischbaren indruk op hen maakt en dat ze het nooit uit hun geheugen kunnen verliezen. Den tweeden September 1833, op den voor middag trad baron De Saligneux, met de handen in de zakken van zijn appelgrauwe kamerjapon, zijn studeervertrek uit, om zijn tuin eens rond te wandelen. Tot op tien mij len in den omtrek was hij algemeen bekend onder den naam van baron Adhémar en hij bezat in het kanton De Saligneux, tusschen Bugey en La Bresse, een mooi voorvaderlijk slot met akkers, wijnbergen, bosschen, wei den meer dan twee honderd hectaren bij elkaar. Hij beheerde zelf zijn goederen, liet ovéral zijn oog gaan, ging slechts met zijn eigen wil te rade en zijn ondergeschikten koes terden dan ook meer ontzag dan wel liefde of genegenheid voor hun baron. Want hij was streng en had zoo op het eerste gezicht iets stugs en onvriendelijks toch was er wel een manier om den baron voor zich te winnen, als men hem maar beleefd en onderdanig toe sprak. Maar niet ieder is het gegeven zich zoo nederig te betoonen en zoo had de baron een tuinmansjongen Jean Têterol, die zich maar niet in zijn gunst mocht verheugen. Hij was aan den kant van den weg gevonden, men noemde hem Têterol, omdat men dien naam lijk van zachte wollen jersey en ook van wol len etamine, meer of minder grof geweven. Deze stoffen zijn warm en licht en dus juist geschikt voor de eerste lentedagen. We zagen dergelijke toiletjes in bordeauxrood, met zwart band afgezet. Maar ze vonden ook heel veel in het bruin en mosgroen genomen en dan met stiksels gegarneerd. Een bruine ja pon met sierstiksels van bruine zijde en goud maakt een alleraardigst en indruk. Het maak sel vertoont meestal een rond liggend kraag je van wil piqué of linon, met een smal dasje van lint of fluweel gesloten. VOOR DEN NAMIDDAG. Ook in het voorjaar blijven de ensembles hun vogue behouden. Men neemt ze heel veel van zwart marocain, met driekwart langen mantel. Als men den mantel aflegt, komt on der het effen zwarte costuum een fleurige lichte tuniek kijken, in turkooisblauw, in groen, in roze of levendig rood, afgezet met franjes of plissees in dezelfde kleur. Over het algemeen heerscht er op 't oogenblik meer liefde voor zachte kleuren dan voor wit. BLOEMEN WEER IN DE MODE. Groote, belangrijke veranderingen wachten ons dus niet. Maar wel variaties in kleinighe den. Zoo komen b.v. op het oogenblik bloe men weer zeer in de mode voor avondjapon nen. We zagen enorme bloemen en bouquet- ten aan de taile, bloemen guirlandes langs de geheele uitsnijding aangebracht, bloemen om een draperie, een plooit of een volant te bevestigen. Een zwart satijnen japon heeft soms schouderbanden van witte-, een wit satijnen japon van zwarte bloemen. Dit geeft wel weer eens iets nieuws en vreemds aan een toilet. HET BABYMANDJE Op ons tweede plaatje is 'n aardig baby mandje afgebeeld dat een jong moedertje misschien te pas kan komen en gemakkelijk zelf te maken is. Het mandje is door tus- schenschotjes in verschillende vakjes ver deeld De buitenkant is bekleed met smalle roze strookjes, het hengsel is met roze lint omwikkeld en aan beide zijden met een vlug ge strik afgewerkt. WILHELMINA. ste teekenon, welke door de moeder moeten worden verstaan. Zet men deze kinderen te vroeg op, of worden ze te veel op den arjn gedra gen, dan ontstaat er zeer licht, ook al, omdat behalve het beenderstelsel, ook het spierstelsel verzwakt is, een zitbo- ehel, die tot een blijvende verbuiging van den wervelkolom in het lendenge deelte kan leiden. Wordt tijdig ingegre pen, dan kan deze laatste met zeker heid worden voorkomen; doch ook zon der bijzondere hulpmiddelen ziet men, wanneer althans de Engelsche ziekte na korten tijd geneest, en het kind niet ;meer aan schadelijke invloeden wordt blootgesteld, dat de zitbochel van zelf weer verdwijnt. Veel erger is echter een andere afwij king van de wervelkolom, waarbij deze, behalve 'een zijdelingsche verbuiging, ook reeds vroeg een draaiing gaat ver- toonen. Dit is de skoliore. Er kan niet genoeg op worden gewezen, dat deze misvorming, die als 'n nauwelijks zicht bare ongelijkheid begint, in vele geval len voortdurend toeneemt, en in het la tere leven de meest wanstaltige, de ge zondheid bedreigende, misvorpiing wor den kan. Misschien heeft het meeren deel der gebochelden hieraan hun treu rig lot te wijten. Ook wat meer ronding (vooral aan rechterzijde van den rug in het borst- gedeelte, moet verdenking wekken, voor al wanneer ze toeneemt in zittende hou ding. Een geregeld maandelijksch onder zoek van het kind is de eenige, veilige gedragslijn. In twijfel raadplege men den arts en bij een tamelijk zichtbare afwijking, late men zich in geen geval geruststellen. De oude optimistische op vatting „dat zal wel vergroeien", dient volstrekt te worden verworpen, sinds wij weten, dat bijna alle ernstige rachi tische bochels op zeer jeugdigen leeftijd ontstaan om reeds veór den schoolplich tigen leeftijd vrijwel onbehandelbaar te worden. Ons Lichaam en onze Gezondheid. Lichamelijke gebreken. Dr. W. F. Wassing geeft in „Onze Klei nen" wenken ter voorkoming van licha melijke gebreken. De eerste maanden van den zuige ling leveren, wat misvorming aangaat, weinig gevaren, zegt hij. Toch zijn ze van het allergrootste belang voor de late re ontwikkeling. In deze periode na melijk zijn dikwijls de voedingsstoor nissen de voorbereiders voor de rachi tis (Engelsche ziekte), en 't is genoeg zaam bekend, dat deze laatste een van de hoofdbronnen is, van de heele reeks van orthopaedische gebreken. Zoolang nu de zuigeling nog bijna uitsluitend in liggende houding blijft, is er betrekkelijk weinig gevaar. Doch ook dan reeds kunnen vervorptiingen optreden, uit de abnormale weekheid der beenderen voorkomen, welke een waarschuwing moeten zijn. De afplat ting van het hoofdje aan de zijde, die op het kussen ligt, is wel een der eer had meenen te ontcijferen op het papiertje, dat aan zijn luiers genaaid was. Hij werd opgevoed door de openbare wel dadigheid, die anders niet veel voor hem deed men liet hem vrijwel aan zichzelf ver en zoo zou hij misschien den verkeerden weg zijn ingegaan, als de jeugdige geestelij ke van Saligneux, die alle deugden van een ouden geestelijke bezat, niet eenige belang stelling had getoond in het kind. Hij liet hem bij zich komen, ondervroeg hem naar het een en ander en was getroffen door Jean's schran derheid. Hij riep hem nu meer bij zich en leerde hem lezen, schrijven en rekenen. Abt Miraud was een liefheb,ber van tuinieren ook in dit geval gaf hij de eerste lessen aan Jean Têterol en een paar jaren later bezorg de hij hem een plaatsje bij baron De Salig neux, die den jongen enkel maar in dienst nam om den geestelijke een genoegen te doen. Het gezicht van Têterol beviel hem niet en zijn manier van doen evenmin. Hij was zoo stil, zoo gesloten, zoo in zichzelf gekeerd. Je kunt heelemaal niet aan den jongen zien, of hij je vriend of je vijand is of lie ver hij is nóch het een, nóch het ander hij blijft je altijd vreemd. Maar voornamelijk hinderde het hem, dat de jongen zoo weinig onderdanig was. De ba ron toch was allereerst op eerbied gesteld en Jean Têterol bleek in 't minst niet eerbie dig. Hij was op de wereld gekomen met de gedachte, dat een baron en een vondeling precies gelijk zijn dat ze toch van hetzelf de deeg gekneed werden. Baron Adhémar de Saligneux dus liep met de handen in den zakken van zijn appelgrau we kamerjapon den tuin in, toen hij Jean Tê terol gewaar werd, die bezig was een pere boom te snoeien. De antipathie, die hem de vondeling inboezemde, was nog van dag tot dag toegenomen en sinds eenigen tijd hield BINNENL. NIEUWS. POLITIEK EN FILM. „Im Westen nichts Neues" verbrand. In den nacht van Woensdag op Donderdag heeft men zich toegang verschaft tot den Al- hambra-bioscoop te Enschede. Door uitsnij ding van het slot van de cabine heeft men de complete film „lm Westen nichts Neues", welke in dezen bioscoop draait, meegenomen en op het terrein achter den bioscoop ver brand. Een goed-voorbereide aanslag. Nader wordt gemeld Reeds eenige weken draait te Enschedé de film „lm Westen nichts Neues". De belang stelling uit Duitschland is enorm alle mid dagen en avondvoorstellingen waren uitver kocht. Met treinen, autobussen en andere ver voermiddelen kwamen de bezoekers uit alle deelen van West-Duitschland naar Enschedé, om deze film te zien. Zelfs was voor a.s. Za terdag de bioscoop door de „Dortmunder Ge neral Anzeiger" afgehuurd, die extra treinen zou laten loopen. Dit voornemen kon echter geen doorgang vinden, aangezien de natio- naal-socialisten te Dordmund hadden ge dreigd een aanslag op de treinen te zullen plegen. Het schijnt, dat men den aanslag op de Remarque-film te Enschedé nauwlettend heeft voorbereid. Woensdagnacht tegen kwart voor twee zag een voorbijganger rook uit den Alhambra-bioscoop komen.. De onmid dellijk gewaarschuwde politie verschafte zich toegang tot het gebouw en vond op een bin nenplaats achter den bioscoop vijf filmspoe len en de resten van de geheel verbrandde film. Een onderzoek wees uit, dat men door een raam was binnengekomen, waarna men de deur van de cabine heeft geforceerd. Alleen de Remarque-film werd uit de cabine ge haald en verbrand. Overigens is niets ver nield. De politie stelt in Duitschland een on derzoek in. Reeds is te Enschcedé een nieuwe copie van de film 'gearriveerd, zoodat de voorstel ling weer zal kunnen doorgaan. GOEDENDAG ZEGGEN. Is het u bekend, dat de begroeting in ieder land een geheel verschillend ka rakter draagt Het meest typische zijn daarvan wel de Hollandsche, de Chi- neesche cn de Perzische. Hieronder vol gen er eenige Hollanders „Hoe vaar je V Engelschen „Hoe doet ge het Franschen „Hoe draagt ge het Duitschers „Hoe bevindt ge U Italianen „Hoe sta je Zweden „Hoe kun je het Polen „I-Ioe heb je het Russen „Hoe leef je Egyptenaren „Hoe is je toestand Chineezen „Hoe doet je maag Heeft de rijst goed gesmaakt Perzen „Moge je schaduw smaller worden De Hollanders blijven dus in stijl, zij zijn zeelieden in hart en nieren en in hun taalDe Chineezen hebben meer gastronomische formules, terwijl de Perzen erg belang stellen in het resul taat van je pogingen om de slanke lijn te verkrijgen. Zoo heeft ieder land een typeerende eigenaardigheid. DOOR EEN STIER GEDOOD. Gistermiddag is de bejaarde ianid- bouwer W. Korterink te Rauwveen, (gem. Staphorst), toen hij den stier der fokvereeniging wilde uitleiden, door 't dier in den stal tegen den grond gestoo ten, waarbij zijn borstkas werd inge drukt. De ongelukkige overleed na en kele oogenblikken. TWEE PERSONEN AANGEREDEN De chauffeur doorgereden. Te ruim zes uur kwam gisteren te Geldrop een auto langs de tricotage-fa briek, juist toen een deel van het perso neel huiswaarts keerde. Twee arbei ders werden door de auto gregrepen en ongeveer vijftien meter meegesleurd. Slechts even hield de chauffeur zijn vaart in. Zwaar gewond liet hij de bei de slachtoffers op den weg achter cn verdween in de richting Eindhoven. De aangeredenen zijn de ongeveer 45- jarige H. Kox en de 129-jarige Kox (oom en neef), Bewusteloos werden beiden op genomen. H. Kox werd naar het gast huis te Eindhoven overgebracht. De man had vier gebroken ribben en nog andere kwetsuren bekomen. De verwon dingen van zijn neef zijn minder zwaar SCHOKKER GESTRAND Opvarenden gered. Toen de Urker schokker U.K. 53 Woensdagmiddag om ongeveer half twee de Scheveningsche haven wilde aandoen, is hij bij het draaien tegen 't zuidelijk hoofd van het Ververschings- J^manjy kykt sikkeneurig Door de tyds-omstandigheid; Jou slaat op 't gezicht te lezen, Dat jy aan „malaise" lijdt. Weet je,waarom, ondanks alles, zoo vrooiijk,glunder kijk? Door mijn pypje D0UWE E0BERTS Ben ik Rothschildt nog te ryk. 20-50 et. per ons verschaft U vuoiken. van, ^enot hij hem voortdurend in het oog, in de hoop hem eens op een fout te betrappen maar dit zou niet gemakkelijk lukken bij Jean Tête rol Die stille in den lande, die op 't laatst van zijn loopbaan bijna een veelprater werd, was onvermoeid in den arbeid sliep weinig, stond vroeg op, ên was altijd even ijverig en nauwgezet bij zijn werd. Jean deed, wat hij deed, goedniet uit lust om het dengene, bij wien hij in dienst was, naar den zin te ma ken, of om door hem geprezen te worden, maar om zich zelf ter wille te zijn, want hij was niet licht tevreden De baron trad nog een eindje naderbij en stond naar het werk van Jean te kijken met gefronst voorhoofd sprak hij toen Je vernield mijn pereboom zoo op die manier. Houd onmiddellijk op met dat snoei mes en haal liever een schaar, ik zal je je vak wel eens leeren Jean antwoordde hem kalm, dat hij zijn vak verstond en dat in sommige gevaillen een snoeimes beter is dan een schaar. En mis schien had hij gelijk maar als m.en baron is en men heeft ongelijk, dan maakt men zich licht boos. Zoo ging het althians baron Adhémar, hij verweet den jongen, dat de hoog moed al zeer misplaatst is in een vondeling dat hij niet anders dan een onbeschaamde vlegel was. Jean hoorde hem eerst zwijgend aan maar eindelijk verloor hij het geduld er bij en begon zacht het liedje van Marlbo- rough te neuriën. Dat was dan ook het eenige, dlat hij ken de maar bij ongeluk zong hij v alsch, flink valsch ook Toch was het minder het onzuivere dan wel het onbeschaamde van den toon, dat den baron hindeirde Kokend van woede hief hij de hand op n aar het jong mensch, maar doordat die een z ij sprong deed ontging hij de oorvijg die voor hem bestemd washij kon echter niet verhir ideren dat de kanaal gevaren. De logger sloeg lek en is gezonken. De drie opvarenden wisten zich aan de mast vast te houden, waar na zij door de motorreddingboot ,met veel moeite konden worden gered. Geheel verkleumd zijn zij door de zorgen der Reddingmaatpij naar het Ziekenhuis aan den Zuidwal te Den Haag overgebracht. ONTSLAG aan TECHNICI bij WERK SPOOR. Men meldt van de zijde van den Bond van Technici te Amsterdam Dc directie van Werkspoor te Amster dam heeft zich wegens gebrek aan or ders genoodzaakt gezien, per 1 Maart a,s. aan circa 30 technici ontslag aan te zeggen. Onder de ontslagenen bevinden zich enkele beambten met meer dan 20- en vele met 10 20 jaren dienst. Door de afdeelingsbesturen van de vakorganisaties van technici is naai' aanleiding hiervan een vergadering ge houden cn besloten zich piet de directie in verbinding te stellen, teneinde te trachten voor de betrokkenen een wacht geldregeling te verkrijgen, eventueel 'n billijke tegemoetkoming, verband hou dende met het aantal dienstjaren aan Werkspoor doorgebracht. Men deelt verder mede, dat men thans ook in de kringen der technische werk nemers dc gevolgen van den slechten toestand in onze industrie ernstig be gint te gevoelen. BUITENLANDSCH NIEUWS. VLIEGTUIG BOVEN LONDEN NEER GESTORT. Woensdag is boven Londen wederom een vliegtuig omlaaggestort. Een bombardement vliegtuig, dat aan den rand van het villa-, dorp Hampstead een noodlanding had ge daan was opnieuw opgestegen. De machine baron even vlug met de voeten als met de handen was en dit bezorgde1 hem een schop in de lendenen, waardoor hij tegen den pe reboom te land kwam. Toen Jean zijn even^ wicht weer hersteld had, keerde hij zich om, raapte zijn pet op, keek den baron aan met een paar verschrikkelijke oogen, waarin tra nen van woede blonken en ging er toen van door, zoo vlug als zijn beenen hem dragen konden. Jean Têterol wist niet meer, hoe hij het hadde wereld scheen hem geheel veran derd de zon, de velden, de bosschen, de kerk toren van Saligneux, die alle hadden immers den smaad gezien, hem aangedaan, en ieder dacht er het zijne van Hij ging zijn schande verbergen in een dicht kreupelbosch, waar hij twee uur lang op zijn vingers bleef bijten. Allerlei gedachten vielen hem in, de een nog overdrevener dan de ander. De eerste was wel dat hij het kasteel in brand zou steken de tweede, dat hij baron De Saligneux aan een kromming van den weg zou afwachten en dat hij hem den nek zou breken. Hij sneed zich een stok van een hulsttak en beschouwde dien aandachtig maar langzamerhand kwam hij toch wel wat tot kalmte. Hij ge loofde maar aan weinig dingen, maar hij ge loofde aan het gerecht, en aan de gendarmes, en hij had zich voorgenomen dat hij daar nooit mee te maken zou hebben. Tot den stok sprak hij dus Neen, zóó niet, ik zal wel een andere ma nier bedenken. En hij stelde vast dat de stok, die zoo mak kelijk in de hand was, hem niet tot verdedi gingswapen zou dienen, maar dat hij zich dien te vriend zou maken. Toen vestigde hij ren blik op een ouden eik, die hém ook aankeek en tegenover dien verklaarde hij plechtstatig, dat Jean Têterol op een goeden dag baron De Saligneux mo res zou leeren Hij legde de getuigenis af met trillende stem en de eik scheen èr ook door getroffen. Alle krachtige mannen zijn begonnen met een eed te zweren, op de manier van Hanni- bal. Tersluiks keerde hij nog even naar het kas teel terug, om er zijn weinige lijfgoed en zijn papieren te halen, waar hij een bundeltje van maakte. Vervolgens brak hij zijn spaar pot open en toen hij het bedrag, daarin op gespaard, bij elkaar geteld had, was hij er zeer tevreden over Maar nu ging hij dan toch heen om niet weer terug te komen. Toen hij even buiten het hek stond, trok hij zijn met ijzer beslagen schoenen uit en klopte die krachtig tegen elkaar om er al het stof van de heerlijkheid. Saligneux uit te ver wijderen. Den rest van den dag gebruikte hij, om informaties in te winnen om 2ich een knapzak aan te schaffen waar hij zijn plunje in bergen kon en ook nog een leeren beurs die de eenige bijeengegaard^ stuivers bevat ten zou. Dien nacht bracht hij onder den blooten hemel door met het hoofd onder een struik. Hij sliep heerlijk, ontwaakte frisch en flink en voelde zich bestand om koude, honger en dorst te lijden, kortom alle beproevingen die hem immers te wachten stonden. Abt Miraud kwam net uit zijn kerk waar hij de mis bediend had, toen hij Jean Têterol zag aankomen met den knapzak op den rug en den hulsttak in de hand. Wel, wat is dat nu riep hij hem toe. Wat beduidt die uitrusting Waarop Jean niets antwoordde. Abt Mi raud schudde hem bij den arm. Jean, zei hij, dat gaat niet goed. Ik weet, dat je scène hebt gehad met baron De Saligneux. (Wordt vervolgdJ

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1931 | | pagina 1