Heeren-Costuum
22E JAARGANG
DINSDAG 31 MAART 1931.
NO. 26
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ^1
WIERINGEN EN OMSTREKEN
DE VONDELING.
BIJENKORF
WIERINGER COURARTji
V E K S C II IJ N T ELKËN
DINBDAO en VRIJDAG.
ABONNEMENTSPRIJS
per S maanden 1.
UITBETE®
CORN. J. BOSKER, W I
ERINBEM
BUREAU:
Hlppolytushoel Wielingen.
Te'eioon Intercomm. No. 18.
ADVERTENTIëN
Van 15 regels 0.50.
Iedere regel meer 0.10
DE TENTOONSTELLING
„MOEDER EN KIND."
In 1932 zal te Amsterdam een tentoonstel
ling „Moeder en Kind" worden georganiseerd.
F. van der Zande, een der secretarissen van
het comité van voorbereiding, vertelt in het
Handelsblad het volgende
„Bij het organiseeren van de zuigelingen
afdeeling staat voorop het principe, den be
zoekers van de tentoonstelling te laten zien,
wat er gedaan kan en moet worden, opdat
de gezond geboren zuigeling gezond kan blij
ven. Een goed steunpunt in dit opzicht vor
men de consultatie-bureaux, zooals die in
de meeste steden van gemeentewege zijn in
gericht, en zooals ze werken. Jammer genoeg,
is het platteland hiervan vrijwel geheel ver
stoken. Reeds enkele jaren geleden heb ik
een plan ontworpen om in deze leemte te
voorzien, en op de tentoonstelling zal ik mijn
denkbeeld opnieuw propageeren. Ik zou na
melijk willen, dat van overheidswege groote
auto's als consultatiebureaux werden inge
richt. Een spreekkamertje voor den medicus,
dat een derde van de ruimte zou beslaan, en
de rest bestemd voor wacht- en ontkleedka-
mer, waar moeders, geassisteerd en indien
noodig voorgelicht door een verpleegster, de
babies uit- en aankleeden.
„Zoo'n verplaatsbaar bureau zou van plaats
tot plaats kunnen rijden, telkens halt hou
dend op een gemakkelijk te bereiken purix
binnen de kom van een gemeente. Op die ma
nier zouden de moeders de voorlichting als
het ware in huis worden gebracht, de eenige
methode om in dezen iets te bereiken. Het is,
mijn inziens, een practisch èn een goedkoop
middel. Veel uitrusting behoeft zoo'n auto
niet, omdat de consultatiebureaux uitsluitend
bestemd zijn voor den gezonden zuigeling.
Constateert de medicus eenige afwijking,
dan verwijst hij het patiëntje naar den huis
dokter.
„Controle op den zuigeling is immers voort
durend noodig. Als het kind ziek is, laat men
den medicus komen, maar nog altijd wordt
niet ten volle beseft, dat het jonge kind bloot
staat aan gevaren, die alleen de arts kan on
derkennen.
„Hoe vaak worden wij, specialisten, geroe
pen bij een kindje van een maand of negen,
dat voor het eerst pogingen doet om zich op
te richten en te staan, bij welke gelegenheid
ae moeder ontdekt, dat het kromme beentjes
heeft. En dadelijk vermoedt ze dan dat is
Engelsche ziekte. Inderdaad Het i s Engel-
sche ziekte. Nü ziet de leek het, maar de me
dicus had het euvel waarschijnlijk al veel
eerder kunnen onderkennen, en het is voor
de lichamelijke ontwikkeling van het kind
zoo dringend noodig, dat het kwaad in de
kiem wordt verstikt.
„De Engelsche ziekte loopt als een roode
draad door den kinderleeftijd Zij doet haar
nadeeligen invloed op den langen duur gel
den, b.v. op de borstkas, die erdoor wordt
vernauwd, Bloedarmoede, overgevoeligheid
voor verschillende ziekten, als bronchitis,
longontsteking, kunnen er het gevolg van
zijn. De volwassene kan onder de gevolgen
van deze jeugdziekte zijn leven lang blijven
lijden hij is vatbaarder dan de normale
mensch, en wat de vrouwen betreft, kan het
euvel, dat heeft geleid tot vernauwing van
het bekken, verlossingen ten zeerste bemoei
lijken.
„Een ander onderdeel van de, aan den
zuigeling gewijde groep, is het vraagstuk van
de kleeding. Ik zei u reeds, dat wij het toilet
van den zuigeling en al wat daarmede ver
band houdt, in een speciale omgeving zullen
demonstreeren. Natuurlijk wordt daarbij ook
een plaats ingeruimd aan de ouderwetsche
kleeding, die het kind als een harnas omgaf.
Het inbakeren, dat tot op den huidigen dag
FEUILLETON.
1 (12.
Ik blijf er bij, wat ik gezgd heb, mijn
heer Crépin, uw brieven en kennisgevingen
waren te kort
Kan ik het helpen, vroeg de ander aan-
matigend, dat u niet gesteld bent op lange
verslagen
Mijnheer Crépin als ik enkel maar noo
dig had een man, die deed, wat mij aange
naam was, dan had ik die hier alriep de
heer Saligneux, terwijl hij zich op de borst
sloeg. Maar ik moet juist een flinken raads
man naast mij hebben, die mij soms dringt,
iets te doen waar ik geen plezier in heb. U
is niet zoo'n man en dus zal ik mij tot mijn
spijt genoodzaakt zien mij uw overigens zeer
gewaardeerd gezelschap verder te ontzeggen.
De heer Crépin vatte die gelegenheid gretig
aan. Gedurende de tien jaren, dat hij nu al
te Saligneux was, had hij menig zoet winstje
gemaakt, zoodat alles bij elkaar een mooie
ronde som was geworden, waar de heer Tête-
rol misschien nog het zijne bij had gevoegd.
Nu vond hü het juist den geschikten tijd om
bij den baron weg en naar Bourg te gaan,
waar hij zijn talent dan nog meer tot ontwik
keling zou brengen door er zich als zaak
waarnemer te vestigen. Waarom zou
hij ook langer in Saligneux blijven De kip
was te zeer geplukt en de heer Crépin hield
niet van die vogels, die zoo schraal in de
veeren zaten. Hij richtte zich op en ant
woordde met valschen lach
Zooals u wilt, mijnheer de baron. Is u
mijn trouwe, eerlijke diensten moe, dan *zal
niet alleen op het eiland Marken, maar op
onderscheiden plaatsen, speciaal ten platte-
lande, nog in zwang is en dat de bedoeling
had, het kind in gestrekten vorm, dus recht
van lijf en leden te houden, belemmert in
werkelijkheid den groei, omdat de spieren
zich niet kunnen ontwikkelen. En juist dit
laatste vinden wij tegenwoordig van zóó
groot belang, dat wij zuigelingengymnastiek
propageeren.
„Men begrijpe mij goed en versta het be
grip gymnastiek in dezen niet verkeerd
„Wat wij wenschen, is, dat men op gezette
tijden den baby bewegingen laat maken met
armen en beentjes, die het kind zóó aange
naam schijnt te vinden, dat het na verloop
van eenigen tijd, als de leider binnenkomt
fwant deze oefeningen kunnen alleen door
deskundigen gemaakt worden) de eenvoudi
ge oefeningen reeds zelf begint. Zoowel in
werkelijkheid als door middel van de film
zal deze zuigelingengymnastiek worden ge
demonstreerd.
„Bij de kleeding releveeren wij de wieg.
Och, dat schommelen, dat touwtrekken,
waar de ouderwetsche bakers en de dito
moeders, alle drie uren, als het kind na de
voeding te slapen werd gelegd, zich mee be
zig hielden, wat heeft het een verwende
menschjes gamaakt. Het was totaal overbodig
en het was ook verkeerd. Net zoo verkeerd
als het plaatsen van wieg, wagen of ledikan-
tje onder of naast den loudspeaker. Een ba
by moet gaan slapen zonder geschommeld of
gesust te worden, zonder door muziek tot
rust te worden gebracht.
„Er valt op het gebied van zuigelingen ver
zorging zooveel en velerlei te demonstreeren.
Bijgeloof en kwakzalverij spelen hierbij vaak
nog een rol. Ik zal hier thans niet verder op
ingaan, maar wel wil ik nog even stilstaan
bij de wijd verspreide meening, dat het tan
den krijgen ziekte veroorzaakt. Ook dit is
nog een overblijfsel uit vroegere tijden, toen
men nog niet op de hoogte was van de ziek
teleer van den zuigeling. Men beschouwde
het tanden krijgen als een zóó belangrijk
feit, dat alle mogelijke ziekten hierdoor ont
staan zouden. Er zijn ook nog heel wat moe
ders, die de nagels van de zuigelingen niet
durven te knippen uit angst het kind te be-
zeeren In sommige deelen van het land
heerscht nog het bijgeloof dat dit niet mag
gebeuren
„Wat de verdere reiniging van het kinder
lichaampje betreft, wil ik, in tegenstelling
met het zooeven gereleveerde, wijzen op een
uiting van overdreven en misplaatste zinde
lijkheid. Vele moeders achten het noodig om
het dagelijksch bad ook te handhaven voor
het kind boven het jaar.
„In vele gevallen is dit verkeerd. Er zijn
kinderen, die door te veel baden vermageren,
aan slapeloosheid lijden, of door overver
moeidheid prikkelbaar worden. Ook hier is
het advies van den dokter zéér gewenscht.
„Als gezegd, zullen wij op de tentoonstel
ling veel aanschouwelijk onderwijs geven. Ik
hoop er een model van een modern zieken
huis voor zuigelingen te brengen, waar de
kinderen als 't ware in een glazen box wor
den verpleegd. Op de Gesolei in Dusseldorf
heeft men ze kunnen zien. En verder hoop ik
naar Weenen te kunnen gaan om er kennis
te nemen van een nieuwe soort couveuse,
waarbij het hoofd van het kind buiten de
„broedmachine" blijft. Couveuse-kinderen
zijn over het algemeen teere poppetjes
warm gestoofd getrokken in een broeikas.
Het wil mij voorkomen, dat de levenskansen
van de couveuse-kinderen zullen stijgen door
deze nieuwe vinding, die ik gaarne Amster
dam zou willen toonen."
Onmiddellijk op de groep der zuigelingen
zal die van de kleuters volgen.
Dat op de categorie kinderen tusschen één
ik hedenavond nog uw huis verlaten hebben.
Of u het nog lang behouden zult, dat blijft
te bezien De heer Têterol is op het oogen-
blik eigenaar van de helft van uw goed
hij zal niet rusten, eer hij ook de andere
helft bezit.
Er wordt wel beweerd, dat hij gezworen
heeft, hoe ééns het kasteel van uw vader
voor hem zou zijn. Bedenk dat u met een
sterke tegenpartij te doen heeft.
U neemt mijn belangen te zeer ter har
te, mijnheer Crépin. Stel u gerst, de heer Tê
terol zal er zich wel in moeten schikken, dat
ik verlang te sterven op het slot van mijn
vaderen.
Den avond van dienzelfden dag, vóór den
eten, liep de heer Saligneux zijn goed eens
rond. Langs de oevers van de Limourde zette
hij zich in het gras, om, al genietend van het
stroomende water, zijn gedachten nog eens
te laten gaan over de politiek van Henri IV
en de nuttige wenken die men ook dikwijls
zelfs man min-gewenschte zijde ont
vangen kan.
Hier op deze plek vormde de rivier juist de
grens tusschen het nieuw verrezen rijk en
hetgeen hem nog overgebleven was van zijn
vaderlijk erfgoed.
Niet lang duurde het, of zijn blikken dwaal
den van het riet langs den oever naar de
weelderige velden en de in kavelingen ver
deelde bosschen, die ten prooi gevallen wa
ren aan een wijsgeer, terwijl hijzelf de we
reld doortrok.
En, terwijl hij aldus in beschouwingen ver
diept zat, liet hij ook de dwaasheden van
zijn jeugd eens de revue passeeren. Menige
bekoorlijke herinnering was daar bij, zoodat
een glimlach af en toe zijn gelaat verhelder
de.
Opeens bestierf de glimlach op zijn lippen
en zes jaar de aandacht wordt gevestigd,
acht dr. Van der Zande van groot belang
Deze kinderen toch vallen op het oogenblik
nog buiten elke overheidsbemoeiing. Zij zijn
de zuigelingenzorg en dus de controle van
het consultatie-bureau ontwassen en nog
niet rijp voor den schoolarts.
„Ik zelf," aldus de medicus, „sta sinds ja
ren aan het hoofd van een gemeentelijk con
sultatiebureau en vaak heb ik met leedwezen
gezien, dat een zuigeling, dien ik op den leef
tijd van één jaar gezond en stevig had afge
leverd, na drie, vier jaar een bleek, zwak
kindje was worden dat slecht at, dat leed
onder de gevolgen van Engelsche ziekte. Ik
acht het dringend noodig, dat ook voor deze
kleuters consultatie-bureaux worden opge
richt, omdat deze kinderen medische zorg
allerminst kunnen missen."
BINNENL. NIEUWS.
LEVERING TEGEN ETALAGEPRIJS
VERLANGD.
Vaas voor f 2.60 inplaats van f 260
geprijsd.
Dezer dagen heeft zich in een der groote
zaken te 's-Gravenhage het geval voorge
daan, dat zich voor een in de etalage staand
artikel een kooper kwam melden, maar dat
de winkelchef het verlangde niet wilde leve
ren. Het betrof een groote bronzen vaas, waar
van de verkoopprijs op f 260 bepaald was,
maar waarbij abusievelijk een prijs van 2.60
was vermeld. De adspirant-kooper stond er
op, de vaas voor dezen prijs te koopen en
toen de firma dit weigerde, heeft hij zich tot
een advocaat gewend, die de firma schrifte
lijk sommeerde' het verlangde alsnog te le
veren. Ook deze aanmaning had geen resul
taat doch de firma voorzag zich eveneens
van een advocaat, zoodat de rechter zal moe
ten beslissen of hier inderdaad van het tot
stand komen van een koopovereenkomst kan
worden gesproken.
ONDERSCHEIDING VOOR VICE-ADMIRAAL
L. J. QUANT.
Vice-admiraal L. J. Quant is bevorderd tot
commandeur in de Orde van Oranje Nassau
met de Zwaarden.
EE/ KIEVITSEI VOOR PRINSES JULIANA.
Vrijdag is aan Prinses Juliana op het Huis
ten Bosch te 's-Gravenhage, aangeboden het
eerste kievitsei, dat gevonden is door den
BIJ AANKOOP VAN EEN
EEN OVERHEMD NAAR
KEUZE CADEAU
BEZOEKT ONZE NIEU
WE ZAAK.
êeAie/fóntp en
■tvozden met spoed ud
pevoerd.
KONINGSTR.—SPOORSTRAAT.
DEN HELDER.
en de aangename visioenen, die hij zich voor
oogen geroepen had, verdwenen eveneens.
Want daar, zag hij vóór zich de onverzette-
lijk-hooge, breede blinkend-witte muren van
het nieuwe huis. In alle deelen had dit iets
verschrikkelijk aanmatigends en in-het-oog-
vallends over zich, of het zijn best deed, toch
vooral zooveel mogelijk plaats te nemen en
anderen uit den weg te schuiven, 't Was net,
of dat huis van den heer Têterol een gezicht
had, vond de baron, en een gezicht, dat hem
de vingers deed jeuken
Terwijl De Saligneux zich aldus aan zijn
droeve overpeinzingen overgaf, streek hij on
willekeurig met de vingers door den baard
en toen hij zijn hand een oogenblik later wat
meer ter hoogte van zijn oog bracht, zag hij
er een langen, zilverachtigen draad in glin
steren.
Zoowaar, zijn eerste grijze haarOnmid
dellijk rukte hij het uit en dit „natuurver
schijnsel" was niet bepaald geschikt, hem
opgewekter te stemmen.
Hij nam zichzelven eens onderhanden,
hield lange gesprekken met zijn geweten, die
hem menige harde waarheid zei. Maar hij
beloofde het plechtig beterschap, zou in het
vervolg zijn hartstochten bestrijden, zijn lus
ten zien te overwinnen. Vastbesloten was hij
althans Saligneux niet meer te verlaten
zich met recht „in zijn kasteel op te sluiten",
er zuinig te leven van de opbrengst van zijn
velden en in ieder geval zijn eigen rentmees
ter te zijn terwijl hij zich er met ijver op
toe zou leggen, om de rest van zijn vaderlijk
erfdeel te bewaken zelf toe te zien op het
bebouwen van zijn grond en op de afreke
ning met zijn boeren.
Zijn zuster, gravin De Juinis, was sinds
korten tijd weduwe en woonde alleen, daar
haar zoon meest altijd op zee voer. Ze had
den baron haar verwijten niet gespaard over
zijn verkwisting en zijn achteloosheid in za
ken; ze kon het niet uitstaan, dat „drukke'
heer E. Geitenbeek, jachtopzichter op het
kasteel Duivenvoorde onder Voorschoten.
DE VOORTVLUCHTIGE BETAALMEESTER.
De Haagsche recherche heeft, in samenwer
king met de Rotterdamsche, de auto opge
spoord, die de voortvluchtige betaalmeester
der veiling Zwartendijk te Monster, bij een
garagehouder te 's-Gravenhage had gehuurd
en niet had teruggebracht. De auto was bij
een garagehouder te Rotterdam gestald. De
Haagsche firma heeft de aanklacht van ver
duistering ingetrokken.
EEN ONVERWACHTE VISITE.
De heer Nauta te Hoorn heeft Donderdag
avond een nieuwen sigarenwinkel op de
Gouw geopend Vrijdagmorgen kreeg hij
een vreemde klant. Een auto reed plotseling
bij hem binnen, dwars door de etalage, zoo
dat alles vernield werd behalve de auto zelf.
De gevel is ingedrukt..
De auto werd bestuurd door een heer, die
de kunst van chauffeeren niet verstond en
een slechte proef heeft afgelegd. Er kwamen
geen persoonlukken voor.
EEN 102-JARIGE.
Een kras vrouwtje.
Heden viert de oudste inwoonster van Gro
ningen de wed. TjadensPostema, haar 102-
den verjaardag. Zij is nog kras en heeft den
i-eheele winter door haar dagelij ksche wande
ling achter haar wagentje gedaan. Op de
drukste punten steekt zij de straat over zon
der eenige vrees, zij verzorgt alleen haar
huishouding. Haar gezicht is nog uitstekend.
Doofheid is haar eenige gebrek.
DE PSEUDO-COMMIES.
Die zelf geverbaliseerd wterd.
Het gebeurde de afgeloopen week op het
Friesche platteland dat een jongeman, die
voor de Oost geteekend had en die in zijn
spiksplinternieuwe uniform zich met eenig
gezag bekleed gevoelde, een burger aanhield,
die hem op de fiets tegenkwam. Hij comman
deerde afstappen en vroeg naar het fiets-
plaatje. De man stapte af en stelde zich met
een voor alsveldwachter in burger. Deze
nam nu op zijn beurt het woord vroeg den
pseudo commies zijn naam en zette hem op
de bon.
Aldus diende de koloniaal met zijn optre
den toch de belangen van 's lands Schatkist,
al had hij het eenigszins anders bedoeld.
DE EERSTE DRUIVEN.
Aan de veiling te Westerlee werden Vrij
dag de eerste druiven aangevoerd door den
kweeker G. v. d. Lee. Besteed werd 0.80 per
pond. Verleden jaar werden de eerste geveild
op 20 April.
TWEE BOERDERIJEN TE SPANGA
VERBRAND.
Veel vee in de vlammen omgekomen.
Zaterdagnacht omstreeks halftwee werden
de bewoners van de boerderij van Johannes
IJ. Oosting aan den Lindedijk onder Spanga
(bij Wolvega) wakker door een ongewoon
lawaai. Tot hun schrik bemerkten zij, dat de
geheele boerderij, gedekt met riet, in brand
stond. Nauwelijks hadden zij den tijd uit het
huis te komen. Aan redding van vee, 22 koei
en, een stier, een paard, 5 kalveren en vijf
varkens, viel niet te denken, Bijna de geheele
veestapel grootendeels bestaande uit stam
boekvee waaronder vier bekroonde dieren,
moesten aan den vuurgloed worden prijs ge
geven. Met moeite konden de vijf kalveren
worden gered.
Weldra bleek," dat ook het dak der aangren
zende boerderij, bewoond door J. Donker,
door de overwaaiende vonken vlam had ge
vat. Het vuur vond in deze uit riet bestaan
de dakbedekking gretig voedsel en in korten
leven van vele mannen, en ze had er zelf dan
ook erg genoeg voor gebloed het grootste
deel van haar eigen fortuin had ze moeten
gebruiken om er de schuldeischers van haar
man mee te voldoen, want De Saligneux sche
nen nu eenmaal bestemd, of om het geld er
zelf door te brengen, of om door anderen
geplukt te worden.
De baron was nu niet zoozeer op haar ge
zelschap gesteld, want ze had een norsch, on
vriendelijk karakter.
Maar haar bescheiden inkomsten zou ze
immers ook op Saligneux kunnen meebren
gen en tevens zou ze tot gouvernante kun
nen dienen voor mademoiselle Claire, die nu
eindelijk wel eens van de kloosterschool
moest terugkomen. Haar tante zou haar dan
verder opleiden tot alle deugden, die nood
zakelijk zijn voor een meisje zonder geld.
Hijzelf zou voortaan het brave, geregelde
leven leiden van een landedelman. Hij zwoer
bij zijn schuldeischers, bij de allerliefste voet
jes en de goudbonde haren, die hem het
hoofd op hol gebracht hadden bij zijn wijn
gaard, zijn akker, zijn eikenbosch, maar
vooral bij de hooge muren van het Witte
Huis en de roode steenen van de stallen en
schuren, die daarbij behoorden.
Dat moet gezegd worden waarschijnlijk
was er nog nooit een eed gedaan, waarbij
zóóveel getuigen werden aangeroepen.
Terwijl de heer De Saligneux dus zijn ge
weten op de proef stelde, ging de heer Tête
rol zijn geluk nog eens na. Het was zijn da
gelij ksche gewoonte, om een onderzoekings
tocht te maken door heel zijn bezit. Met zijn
stok in de hand, het hoofd flink rechtop, nu
eens naar rechts dan- weer naar links kij
kend, wijdde hij overal zijn aandacht aan
aan zijn greppels, zijn bemeste akkers, zijn
karren en zijn ploegen. Hij overtuigde zich
of zijn vruchtboomen wel goed droegen, of
zijn wijnstokken behoorlijk geleid werden.
Zijn pachters vroeg hij naar hun laatste
tijd was ook dit heele gebouw een vlammen
zee. Dank zij het kordate optreden van den
knecht D. de Boer kon hier al het vee worden
gered.
Den geheelen avond was in eerstgenoem
de boerderij geen vuur, zelfs geen brandende
kachel geweest.
Verzekering dekt de schade.
KOLENDAMPVERGIFTIGING.
Gezin van vier personen bedwelmd.
Zaterdagmorgen kwam het 15-jarig knecht
je van den wagenmaker te Purmerend aan
de werkplaats van zijn patroon, doch vond
deze gesloten. Hij dacht dat de wagenmaker
nog sliep en ging een straatje om. De buren
bemerkten eveneens dat de wagenmakerij
gesloten bleef. Een onderzoek werd ingesteld,
waaruit bleek, dat het geheele huisgezin, be
staande uit man, vrouw en twee kinderen,
bewusteloos op bed lag. De slaapkamer van de
ouders stond vol kolendamp, terwijl in de
slaapkamer van de kinderen, die door een
deur gescheiden was van het vertrek, waarin
zich de kolendampverspreidende haard be
vond, minder kolendamp was binnengedron
gen. De kinderen, die vergiftigingsverschijn
selen vertoonen, waren spoedig tot het be
wustzijn teruggekeerd, de ouders waren eerst
Zaterdagmiddag tegen vier uur weer bij ken
nis.
ONDER EEN MAAIMACHINE.
Het slachtoffer overleden.
Door het schichtig wprden van het paard
is de 20-jarige landarbeider H. P. van Zetten
uit Zegwaart van een maaimachine gevallen
en onder dit werktuig terechtgekomen. In
het Acad. Ziekenhuis te Leiden is hij aan de
gevolgen overleden.
BIJ HET BALSPEL VERDRONKN.
Zeven-jarig jongetje het slachtoffer.
Het 7-jarig zoontje Hendrik van den land
bouwer H. Koekoek te Hollandscheveld is in
een wijk bij het huis te water geraakt en ver
dronken. Men vond den bal van het knaapje
in het water drijven, zoodat men aanneemt,
dat de jongen bij het spelen in het water is
geraakt.
TEGEN EEN VRACHTWAGEN GEREDEN.
IJzeren pen in het hoofd gedrongen.
Donderdagmiddag werd op den Bredaschen
weg nabij Roosendaal de 59-jarige wielrijder
F. Willemen uit het dorp Zegge achterop ge
reden door de vrachtauto van de brouwerij
der firma Buys te Etten. Deze passeerde
zwenkte toen naar rechts van den weg en
stopte een weinig verder. De wielrijder is
hierop tegen de vrachtauto aangereden. Hij
kwam met het hoofd terecht tegen een ij
zeren pen aan den achterkant van den wa
gen. Deze drong hem nabij een der oogen in
de slaap. In levensgevaarlijken toestand werd
de gewonde naar het R.K. ziekenhuis „Cha-
ritas" te Roosendaal vervoerd, waar hij des
nachts is overleden. De man laat een groot
gezin achter.
PROVINCIAAL NIEUWS.
INBRAKEN TE OUD-KARSPEL.
Vrijdagnacht is te Oud-Karspel in drie vel
schillende huizen ingebroken. Overal werd
de boel overhoop gehaald. De inbrekers zijn
op de vlucht gejaagd door het blaffen van
een hond.
N.-HOLL. BOND VAN RUNDVEEFOKVER-
NIGINGEN.
De Prov. Bond van Rundveefokvereenigin-
gen hield te Hoorn zijn 55e algemeene verga
dering onder leiding van den heer Jn. Blaau-
boer van Schagen, die in zijn openingswoord
kalf, of hij deed hun een middel aan de hand
tegen brand in het koren en andere ziekten
in het gewas op spottenden toon deelde hij
vermaningen uit aan de boeren ,die een on
bebouwd stuk land aan het ontginnen wa-
ren.Van tijd tot tijd neuriede hij eens een
liedje wat hij altijd deed als hij erg in zijn
schik was. Alles om hem heen was immers
van hem Zelfs de zon, wie hij het alleen
maar kwalijk nam, dat ze des avonds al zoo
vroeg onderging. Of wel hij bukte even om
een groote kluit aarde op te rapen, die hij
vervolgens geheel murw kneedde, er steeds
met het oog en neus van genietend, ja, het
had zelfs weinig gescheeld, of zijn smaak
had hij ook eens mee laten oordeelen Die
aarde toch was zijn geliefde, die hij aanbad,
maar die hem wel degelijk zou gehoorzamen.
Er is in deze wereld echter geen volmaakt
geluk. De heer Têterol had zijn wandelingen
uitgestrekt tot aan de oevers van de Limour
de, waar hij den loop van volgde, tot hij op
eens in zijn voortgang gestuit werd door een
traliewerk, dat diende ter afsluiting van een
zandgroeve. Dat traliewerk hinderde hem al
verbazend, maar die zandgroeve, die niet
van hem was, kon hij heelemaal niet uit
staan Al bezat hij nu ook een groot goed
den linkeroever van de beek, hij kon toch de
gedachte niet verdragen, dat de heer De
Saligneux op den rechteroever nog grond
over had.
Die zandgroeve liep door in een van zijn
velden en hij achtte ze daar een grove ont
siering. Maar te eeniger tijd zou ze hem wel
in handen vallen want het kwam hem voor,
dat de heer De Saligneux geen recht had op
die groeve dat die tot zijn gebied behoorde,
dat kon niet anders.
Hij liep het hek om met een norsch ge
zicht, terwijl hij vrij luidruchtig zijn stok te
gen de tralies aansloeg en zachtjes in zich
zeiven bromde, net als een hond die knort.
(Wordt vervolgd.)