23e JAARGANG
DINSDAG 3o AUGUSTUS 1932
No. 60
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
WIERINGEN EN OMSTREKEN
S. COLTOF KANAALWEG 145-154-155
DEN HELDER.
NIET MET EEN NAADJE
ADELDOM OF LIEFDE
WIERINGER COURANT
VERSCHIJNT ELKEN
DINSDAG EN VRIJDAG.
ABONNEMENTSPRIJS
per 3 maanden f 1.—.
UITGEVER
CORN. J. BOSKER, WIERINGEN.
BUREAU
Hippolytushoef Wierlngen.
Telefoon Intercomm. No. 19.
ADVERTENTIëN
Van 1—5 regelj
Iedere regel meer
0.5a
o.ia
EEN 40-URIGE WERK
WEEK.
Verkorting van arbeidsduur tot ver
mindering der werkloosheid wordt
van verschillehde kanten aanbevolen
als middel om het grootste euvel van
dezen crisistijd te helpen bestrijden.
Verdeeling van de totale hoeveelheid
arbeid over meer arbeiders, zoodat ie
der zijn deel krijgt van het geheel en
niet sommigen alles en anderen niets.
De gedachte is in dien algemeenen en
principieelen vorm aantrekkelijk en
het verbaast het „Handesblad" niet,
dat zij weerklank vindt, overal waar
voor edelmoedige ideën ontvankelijk
heid bestaat, of waar men naar dit mid
del grijpt, omdat men er niets anders
op weet. Evenwel
Korte werktijden met behoud van
het volle dagloon beteekent verhoogde
productie-kosten voor de landen, die de
ze methode zouden toepassen. Het is
de vraag of deze extra last geheel zou
worden geneutraliseerd door de ver
mindering van werkloozensteun, die
op de gemeenschap rust. In elk afzon
derlijk geval zou moeten worden uit
gerekend of de verspreiding van het
totale kwantum arbeidsuren over
meer arbeiders, voor allen een vol
doend loon zou toelaten. De vraag is
dan ook al gerezen of deze methode, in
liet belang van de levensvatbaarheid
van het bedrijf, niet gepaard moet
gaan met een vermindering van het
loon per arbeider, teneinde van het to
tale loonkwantum meer arbeiders te
laten profitceren. De meeste plannen,
tot dusver hier en elders door sommi
ge kringen aan de orde gesteld, voor
zien in den een of anderen toeslag op
het bestaande totale loonkwantum,
wanneer dat over meer arbeiders wordt
verdeeld.
De vraag is of de nationale gemeen
schap, nu beschouwd als concurree-
rende eenheid in het internationale be
drijfsleven, daarmede is gediend dan
wel haar eigen economische grondves
ten er door zou ondergraven.
Een nationale, ge-isoleerde invoe
ring van de 40-urige arbeidsweek lijkt
ons economisch harakiri voor Neder
land, dat het immers van zijn interna
tionaal verkeer moet hebbea. Een in
ternationale regeling lijkt 't „Handels
blad" vooralsnog practisch niet uit
voerbaar, gezien de ervaring met den
8-urendag. Het is niet voldoende, dat
een sociaal-economische maatregel
logisch en doeltreffend lijkt om hem in
de internationale practijk ingang te
doen vinden. Het fiasco van den vrijen
handel, die in 1927 door de Internatio
nale economische conferentie te Genè-
ve algemeen werd erkend als opbou
wend en onmisbaar voor de natuurlij
ke ontwikkeling van het economische
leven, geeft te denken. In weerwil van
de eenstejnmige goedkeuring in begin
sel, gingen achtereenvolgens alle lan
den er toe over het beginsel met voe
ten te treden, teneinde hun onmiddel
lijk eigen belang zoog. te beschermen.
Ware de vrije handel eerlijk en alom
toegepast, men zou vandaag waar
schijnlijk geen behoefte hebben aan
een kunstmatige verkorting van den
arbeidstijd, tot bestrijding van werk
loosheid. Het productie-apparaat zou
zich niet achter protectionistische mu
ren kunstmatig en buiten elke verhou
ding hebben vergroot. En wij zouden
het evenwicht van vraag en aanbod
veel eerder hebben teruggevonden.
De historie van de laatste jaren leert
opnieuw dat de schoonste theorie zel
den door de practijk gedekt wordt.
Ook bij de studie van de 40-urige ar
beidsweek moge men dat bedenken.
Wij hebben tegen een ernstige studie
geen enkel bezwaar, mits zij, die daar
aan deelnemen, sterker zijn dan de
verlokkende leuzen, waarmede zij nu
reeds worden omringd, door de talrij
ken, die meenen, dat banieren heffen
en een gemeenschap regeeren het
zelfde is.
FEUILLETON.
Hout op metaal en metaal op hout.
Reeds een aantal jaren maakt de in
dustrie gebruik van triplexhout, aan
één of aan beide kanten beplakt met
dun metaal, zooals zink, aluminium,
etc. Veelal heet dit „gepantserd" hout
of „plymax" en dient daar, waar de
houten oppervlakte van triplex ge
weerd moet worden, terwijl men toch
dergelijk licht en sterk materiaal wil
gebruiken.
Tegenwoordig maakt men dergelijk
materiaal speciaal voor het gebruik
op plaatsen, waar men niet het metaal
maar het hout aan den buitenkant
verlangt. Men maakt b.v. in Amerika
gebruik van fineer van een
dikte van ongeveer een vierde rnili-
meter, dat onder grooten druk wordt
geplakt op gegalvaniseerde platen.
Ook wel bedekt men beide kanten met
zulk fineer en gebruikt men, inplaats
van gegalvaniseerd ijzer, andere meta
len, zooals aluminium, roestvrij staal
enz. Het eenzijdig beplakte past men
b.v toe voor het afwerken van spoor
wegrijtuigen, liftkooien, meubelma-
kerswerk van allerlei aard, betimme
ringen enz. Men heeft dan het groote
voordeel van de stevigheid en ondoor
dringbaarheid van» het metaal, ge
paard aan het mooie uiterlijk van een
of ander soort edel hout, dat niet trekt.
De platen zijn mechanisch op norma
lc wijze te behandelen alleen scherp
buigen gaat niet, zonder 't hout te bre
ken een gewone kromming wordt
echter goed verdragen. Volgen? de be
richten is de fabrikage niet gemakke
lijk en moeten de metalen platen met
zorg vlakgemaakt en sterk geperst
worden, nadat het plakmiddel en het
hout erop zijn aangebracht.
AFD. MANTELS.
COSTUUMS.
BLOUSES.
ROKKEN.
Groote maten. Aparte modellen.
AFD. COMPLETE MEUBILEERING
Reclame eiken slaapkamer f 75.
Zeer mooie slaapkamer f 89.
Hyper modern.
Aupings Deventer matrassen 2 p. f 10.50
AFD. STOFFEERING, LINOLEUM.
Vloerzeilen, karpetten, vitrages,
divan- tafelkleeden, loopers, enz.
ZONDAGS TOT 2 UUR GEOPEND.
BINNENLANDSCH NIEUWS.
MAAR STEEKJE VOOR STEEKJE EN
DRAADJE VOOR DRAADJE, breien wij de
fijnste wollen kousen voor U aan. Ook alle
andere soorten breiwerk. JAAP SNOR.
Depót voor Wieringen C. Duijnker H.-hoef.
Jb. Kaleveld, Den Oever.
Tarwe- organisatie voor Noord-
Holland en voor Zuid-Holland.
De Tarw^-Organisatie voor Noord-
Holland hebben besloten op de prijzen
der tarwe van oogst 1932 zooals die
reeds zijn bekend gemaakt, een voor-
loopige inhouding toe te passen van
f 0.50 per 100 K.G.
Deze inhouding is een gevolg van
het feit, dat momenteel op voorloopige
monsters wordt geleverd. Zoodra de
definitieve monsters zijn vastgesteld,
worden deze met de voorloopige verge
leken, en volgt verrekening der 50 ct.
met de telers. De officieele vaststel
ling der monsters zal vermoedelijk in
October plaats vinden.
DE ONBEWAAKTE OVERWEGEN.
Paard en wagen door trein gegrepen
Vrijdag is op een onbewaakten
spoorwegovergang bij Dorkum een
paard en wagen, beladen met gras,
gegrepen door een trein. Het voertuig
werd over een afstand meegesleurd.
Het paard dat losraakte, bleef onge
deerd. De voerman werd van den wa
gen geslingerd en met zware verwon
dingen opgenomen. Hij is naar het zie
kenhuis te Sneek vervoerd. De wagen
had slechts weinig vertraging.
Commitiiistische bijeenkomst
te Haarlem.
Door de politie uiteengejaagd.
Zaterdagavond ongeveer acht uur
had op het Prinsen Bolwerk te Haar
lem het communistisch Anti-Wielter-
Cojmité een openluchtvergadering be
legd, waar drie sprekers het woord zou
den voeren.
Het juist uit Rusland teruggekeerde
•raadslid Oversteegen was de eerste
spreker. Hij begon onmiddellijk met
scheldwoorden tegen de regeëring en
op het gemeentebestuur, waarna de
aanwezige inspecteur van politie hem
waarschuwde er aan te denken, dat
het comité alleen vergunning had ge
kregen voor deze bijeenkomst als de
sprekers zich onthielden van grievende
en kwetsende uitdrukkingen ten op
zichte van andersdenkenden. Over
steegen stak toen opnieuw van wal met
scheldwoorden, waarna de inspecteur,
die over eenige politie-agenten te be
schikken had, onmiddellijk het comité
en den aanhangers gelastte het terrein
te verlaten. Men verzette zich daar
eerst tegen en trachtte de politie in te
sluiten, maar toen de sabel getrokken
werd, vlogen de vergaderden uit el
kaar.
Er werd met steenen naar de poli
tie gegooid, maar niemand is gewond
Zoodra er versterking voor de politie
No. 21.
„Maak niet zoo'n omhaal Wat is er ge
beurd, ik begrijp immers geen jota
„Kort en bondig, de politie laat de Grauen-
steins ook nagaan en wel door een stumper,
die het zoo dom aanlegde, dat zij het bemerk
ten
„Bliksem Hempel fronste zijn voor
hoofd en keek naar den agent. „Maar wat
bezielt die menschen Heb ik de zaak niet
op mij genomen Hoe komen ze bij de politie
eigenlijk aan de Grauensteins
„Ik geloof, dat het is om den moord hier in
Grunau en om de verdwijning van den graaf.
De gravin moet
„Ha de gravin Hempel's oogen gingen
open. Natuurlijk, zij had bij hem niets be
reikt met haar toespelingen, nu richtte zij
zich aan een ander adres.
En Bolzman geloofde haar natuurlijk da
delijk Op die manier maakten zij den eeni-
gen persoon schuw, van wien hij misschien
met list en slimheid iets had kunnen verne
men over de verhouding van mevrouw Wal
ker tegenover het kasteel Grauenegg. Hem
pel was overtuigd, dat de majoor iets wist.
Die brief uit Graz, dien hij in mevrouw Wal-
ker's schort had gevonden, was namelijk van
niemand anders als van den majoor en luid
de aldus
„Mevrouw Al wilt u mij ook niet meer ken
nen en al weigert u mij te ontvangen ik
zelf heb u zeer goed herkend en moet om
familiezaken onvoorwaardelijk een gesprek
met u hebben. Als u mij binnen 24 uur zelf
geen uur opgeeft, zal ik dit gewichtig onder
houd eenvoudig afdwingen. Dat de ophel
dering, die ik in elk geval van u ontvangen
moet, gewichtig genoeg is, weet u zelf het
beste. Ik moest geen Grauenstein zijn, als ik
zulke ongehoorde dingen al zijn er jaren
kwam, adviseerden de leiders van hel
comité om naar huis te gaan. Onder
het uitstooten van den kreet „Rood
Front", werd de terugtocht aanvaard.
Eenzaam en verlaten gestorven.
Een landlooper had aan een loge
menthouder te Oud-Beijerland ver
zocht hem des ochtends zoo tijdig te
wekken, dat hij ,met de eerste tram
kon vertrekken. Toen de logementhou
der des ochtends aan zijn opdracht wil
de voldoen, vond hij den man dood te
bed liggen. Het lijk werd naar de ge
meentelijke barak gebracht en vandaar
door werkloozen grafwaarts gedragen.
BUITENLANDSCH NIEUWS.
Ridderlijkheid in den oorlog.
De „Vossische Zeitung" bevat een
bericht uit New-York
Bij het departement van financiën
te Washington is een pakje besteld,
waarin een ketting zat van oude Duit-
sche munten. Het pakje was afkomstig
van een Duitscher die in den wereld
oorlog aan het Westfront had gevoch
ten en die er het volgende bij schreef
„Voordat ik overlijd aan een ernstige
ziekte, die ik in den oorlog opliep, wil
ik voldoen aan een belofte die ik een
onbekenden Amerikaanschen soldaat
deed, die mij in 1918 aan het front het
leven redde. Ik verzoek u, dezen ket
ting te willen aannemen als een blijk
van hoogachting voor het land, waar
van de soldaten zelfs in den oorlog
'n vijand met ridderlijkheid behandel
den".
De Amerikaansche minister van Fi
nanciën, Mils, heeft geantwoord dat
de ketting in het museum van de aca
demie te West Point bewaard zal wor
den als symbool van ridderlijkheid van
twee edele menschen.
over heen gegaan maar stil liet rusten,
Hiermee heb ik de eer mij te noemen, hoog
achtend,
Majoor van Grauenstein."
Dezen brief had de weduwe ontvangen op
den ochtend van haar sterfdag. Of zij erop
geantwoord had, wist Hempel niet. In elk ge
val was de schrijver gedeeltelijk in het ge
heim doorgedrongen en kon hij gewichtige
opheldering geven. Den majoor voor den
moordenaar te houden, vond Hempel onzin
nig.
Hij stond op.
„Wat heb je zelf ontdekt, Kockstein
De majoor is sedert het verdwijnen van
zijn broer buitengewoon ónrustig. Zijn zoon
ook. Deze schijnt echter toch een meisje te
hebben. Ik bespiedde hem voor twee dagen,
toen hij op en buitengewoon mooie jonge
dame wachtte en later een half uur lang. in
een teeder gesprek met haar op en neer liep."
„Waar was dat
„Op den slotberg bij de zoogenaamde dui
velsbrug."
„Kende je die jonge dame
„Neen. Zij zag er zeer deftig uit. Die twee
schenen echter niet gelukkig. De jonge dame
schreide zelfs en op het laatst scheen het wel
een afscheid voor goed te zijn."
„Weet je, of de majoor in den nacht tus-
schen 13 en 14 Augustus in zijn woning was
„Beslist, ja."
„En de zoon
„Die maakte op dien dag 's namiddags een
uitstapje en kwam pas tegen middernacht
thuis."
„Hm weet de politie dit misschien
„Neen ik geloof het tenminste niet. An
ders hadden ze hem zeker al gevangen geno
men. Mijn collega Berner, die het zoo slim
aanlegt, vertelde mij namelijk, dat die twee
vast en zeker de moordenaars van mevrouw
Walker waren en dat de politie alleen nog
de noodige bewijzen trachtte te verkrijgen,
om hen gevangen te kunnen nemen. Hij ver
telde mij dit alles, zonder eenig vermoeden
te hebben, dat ik in dezelfde zaak werkzaam
PROVINCIAAL NIEUWS.
NOORDSCHARWOUDE.
Goede verstandhouding.
De Alkmaarsche Crt. schrijft
Naar wij uit goeden bron vernemen,
is de wethouder van Zuidscharvvoude
Du B. door den burgemeester uit diens
woning verwijderd op dusdanige
„zachtzinnige" wijze, dat eerstgenoem
de languit op het grintpad terecht
kwam.
Wel een bewijs van een goede ver
standhouding
Het avontuur met de „Astrid"
De „Texelsche Courant" schrijft
Van Kopenhagen naar de Texelsche
kust -- Wat er van overbleef.
Er is weinig fraais meer over van
het sierlijke scheepje, de „Astrid", dat
met bestemming naar Teneriffe voor
eenige weken Kopenhagen de Deensche
hoofdstad verliet. Na een onfortuinli}-
ke reis van negen dagen -- van Cuxha-
fen af liep het schip in het Pinkegat
op de Engelschmanplaat. Het kwam
weer vlot, doch het scheen wel of de
opvarenden -- de Deensche advocaat
Behring de chef van de equipage) met
zijn ega en eenige Duitsche manschap
pen door het noodlot werden achter
volgd. Met volle zeilen koerste het
onder de Texelsche kust langs, doch
onweerstaanbaar lokten de zandban
ken het vreemde schip aan, met het
gevolg, dat het tusschen paal 8 en 9 on
der den Hoorn op het strand belandde.
Goede raad was duurvlotbrengen
bleek niet makkelijk mogelijk waarom
het personeel ontslagen en door de
heer Behring en de schipper per rij
wiel de terugtocht naar Kopenhagen
ondernojnen werd. De vrouwelijke op
varende keerde per trein naar Dene
marken terug.
Wat er inmiddels van de „Astrid" ge
worden is, hebben we vrij uitvoerig ge
meld. Van mast en tuig en een deel
van het dek beroofd, ziet het scheepje
er weinig aantrekkelijk meer uit
vooral nu na zagen en breken de mo
tor uit het schip genomen is, rest van
het eertijds zoo keurige vaartuig wei
nig ,meer dan een wrak, dat bij sloopen
de kosten nauwelijks zal opbrengen.
Van het leven aan boord op de avon
tuurlijke reis van de Sont naar de
Texelsche kust zijn ons fantastische
verhalen opgedischt, verhalen van
wisky en smokkelarij. We hebben ze
onze lezers bespaard, daar wc voor de
juistheid niet konden instaan. Uit het
feit evenwel, dat aan boord likeur en
verscheidene flesschen sterke drank
werden aangetroffen, alsmede een
spijskaart! waarop een foto van de
„Astrid" en een uitgebreid diner, kan
worden afgeleid, dat het de schepelin
gen aan hun „nat en droogje" niet
heeft ontbroken. Waaraan het ze stel
lig wel heeft gemankeerd was Gezond
verstand en zeemanschap, want hoe
beland je anders met zoo'n volledig
uitgerust jacht en z.g. gediplomeerd
personeel tot tweemaal toe op de Neder
landsche kust Er wordt gefluisterd
dat de drank er schuld aan had, jnaar
ook dit is een kwestie, die nog onopge
lost is.
ben."
„Dat is juist iets voor hem bromde Si
las. Hij ging eenige malen in de kamer op
en neer, en greep toen naar zijn hoed.
„Kom, Kockstein. ik zal zelf eens met
Bolzman praten. Hij bederft zoodoende im
mers alles en is op het punt, een gek figuur
te slaan.
Bolzman was in zijn bureau, toen Hempel
bij hem binnenkwam.
„Het is mij aangenaam dat u komt, beste
Hempel," zei hij dadelijk na hun wederzijd-
sche begroeting, „ik heb heel veel nieuws
voor u u zult verbaasd zijn
„Zoo Dan ben ik echt nieuwsgierig," ant
woordde Silas met een ironisch lachje en nam
plaats. „Wat voor wereldschokkende ontdek
kingen hebt u gemaakt
„Ten eerste, dat al uw nasporingen in een
verkeerde richting gaan
„Zoo Dat is waarlijk interessant
„Ja. De man in 't grijs namelijk is volstrekt
niet uit Graz vandaan gegaan. Hij is hier."
„Kolossaal Heeft hij zijn visitekaartje bij
u afgegeven
„Spot maar niet, ik zal u dadelijk alles ver
tellen, wat ik ontdekt heb."
„Ik brand van nieuwsgierigheid."
„Nu dan. Dat de majoraatsheer van Grau
enegg hier een broer heeft, weet u misschien.'
„Jawel
„Deze broers leefden sedert hun kinderja
ren in bittere vijandschap. De majoor is vol
gens een persoon, die het weten kan, tot al
les in staat. De zoon zal wel niet veel beter
zijn, al heeft hij als officier een goeden naam.
Maar u weet immers wel moorden van
dien aard worden gewoonlijk door tot dan
toe onberispelijke personen bedreven.
„Ja."
c?.,Nu gelukte het mij te achterhalen, dat
Majoor van Grauenstein de vermoorde me
vrouw Walker persoonlijk gekend heeft en
met haar omging
„Pardon, het laatste is niet waar. Hier is
een brief van hem aan haar, waarin hij uit
drukkelijk vraagt om een hem tot dan toe
EEN WEERPROFEET.
Wist je, dat je een heel betrouwbare
weerprofeet hebt gevonden, wanneer
je in een dennenbosch eens een groo
ten dennenappel hebt opgeraapt Mis
schien niet, hé Toch is het zoo. Maar
je moet den dennenappel eerst een
geweigerd onderhoud."
Hempel nam den brief van den majoor uit
zijn zak en gaf dien aan Bolzman, die hem
vlug doorlas en toen vergenoegd in zijn han
den wreef.
„Bravo dat is immers een prachtig bewijs.
Ziet u wel, dat ik gelijk had Met geweld
wilde hij het onderhoud afdwingenZeer
goed Zij heeft hem natuurlijk andermaal
afgewezen hij ging toen toch naar haar
toe, zij kregen twist en het einde was de
moord. Sindsdien zijn alle twee, vader en
zoon, eenigszins zenuwachtigacht u dit
genoeg
„O ja. Slechts nog een kleinigheid het
motief
„Dat is heel duidelijk. Luister maar De
majoor leeft in zeer bekrompen omstandig
heden. Hij wist blijkbaar dat zij rijk was,
kende haar eenzamen toestand, wist dat zij
geen familie meer had, en wilde geld van
haar hebben. Misschien wilde hij het eerst
maar leenen misschien was zij van vroe
ger hem zelfs geld schuldig en wilde zij niet
betalen de regels over de „ongehoorde
dingen, die hij niet wil laten rusten," wijzen
zelfs daarop. Toen zij niets wilde geven, werd
hij driftig en versloeg haar."
„De vader of de zoon
„Beiden. Dat wil zeggen, de eene zal voor
wachter gespeeld hebben."
„Aha En waarom lieten zij het geld lig
gen
„Omdat zij bepaald opgeschrikt werden. Ik
stel mij de zaak zoo voor de graaf wilde
dien avond van het kasteel naar het station.
Om een ons nog niet bekende reden, koos hij
het voetpad tusschen de velden en kwam
zoo voorbij het huis van mevrouw Walker.
Toen verraste hij de moordenaars. Zij gingen
op de vlucht, nog vóór zij het geld hadden
gevonden. De graaf vervolgde hen. Zij wisten
dat zij verloren waren, als hij hen inhaalde,
keerden dus om en vielen hem aan. Het is
bewezen, dat de majoor een revolver bezit...."
„Dat is zeker een ernstige omstandigheid
„Niet waar Hij heeft ook een grijs pak,
is groot en forsch en draagt geen baard
„Zeer verdacht
„Ik laat die twee sedert eenige dagen na
gaan. Zoodra het mij gelukt te bewijzen, dat
zij zich in dien nacht buiten de stad hebben
bevonden, is het net klaar. Dan laat ik hen
alle twee gevangen nemen."
Hempel stond op.
„Dat zult u wel laten, mijnheer de com
missaris
„Waarom
„Omdat alles wat u saamgeraapt hebt, on
zin is van A tot Z."
„Mijnheer Hempel, ik moet u verzoeken,
niet te vergeten met wien u spreekt
„O, dat weet ik zeer goed Maar ik herin
ner u aan onze overeenkomst, waarin u het
geval Walker alleen aan mij hebt opgedra
gen Het was al tegen onze afspraak, dat u
den majoor zonder voorkennis liet nagaan.
Deze man acht ik ook zeer gewichtig, maar in
een heel anderen zin als u. U dwarsboomt
mijn plannen, als u op den ingeslagen weg
voortgaat. Over deze beide sterfgevallen hangt
een geheim, dat ik eerst moet doorgronden,
eer ik den moordenaar kan noemen. De ma
joor kent dit geheim of vermoedt het ten
minste. Als hij wilde spreken, dan had hij het
al lang gedaan. Met geweld kan men hem
niets afdwingen, alleen door list kan ik er
achter komen, of doordat ik zijn vertrouwen
win. De moordenaar is hij zeker niet."
„Dat is uw meening. De mijne is daarmee
lijnrecht in strijd."
„Het gaat hier niet over meeningen, maar
over feiten."
„Deze pleiten voor mijn theorie
„Slechts in schijn."
„Ja wie is dan de moordenaar Noem hem
dan
„Dat kan ik nog niet."
„AhaBolzman glimlachte spottend.
„Dan moet u mij als uw overheid in zekeren
zin toestaan, om te doen wat ik mijn plicht
acht. Ik leg u niets in den weg, maar ik laat-
mij ook niet tegehouden."
(Wordt vervolgd.)