KEG®
en
Loden
WAND
KOFFIE
MOLEN
KOFFIE
23e JAARGANG
No. SS
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
WIERINGEN EN OMSTREKEN
BIJ SC O L T O F
KANAALWEG DEN HELDER.
GERECHTIGHEID.
EEN PRIMA
DINSDAGS NOVEMBER 1932
WIERINGER COIIRAKT
VERSCHIJNT ELKEN
DINSDAG en VRIJDAG.
ABONNEMENTSPRIJS
per 3 maanden 1.
Humor uit de nooit-meer-oorlog
beweging.
In het tijdschrift „Het Kind" zegt de
(soc. dem. schrijver G. van Veen in een
artikel over de jeugdbeweging, waar
hij een groot voorstander van is, na
er op te hebben gewezen, dat de plaat
van de A.J.C.V.V. „Nie wieder Krieg"
duidelijk Rache vertoont
De Nie-Wieder-Krieg-enthousiasten
dragen den vrede in den mond en den
burgeroorlog in het hart. Een stelletje
onder hen heeft laatst mijn vredelie-
venden vriend ds. Van der Heide, in
de bijeenkomst van het Rel. Soc. Ver
bond op hardhandige wijze van het
spreekgestoelte verdreven en ik hoor
de net. dat deze spreker niet meer
vvenscht te spreken, als hem geen per
soonlijke vrijheid van de zijde der paci
fisten wordt gewaarborgd. Er is ont
zaggelijk veel humor in de wereld --
alleen je moet ze weten te vinden.
Dat deze jeugdige verdwaasden al
lerlei oorloghetzers zien, waar ze niet
zijn, spreekt van zelf, maar dat één
onze pacifeerende volksdeugden is
nuchterheid in zakelijke en psychologi
sche verhoudingen en dat geen burger
in dit kleine land gek genoeg is, om
te meenen, dat wij in het oorlogsspel
mee zouden kunnen doen zonder ons
aan zelfvernietiging prijs te geven,
dat weten ze niet en willen ze niet we
ten Hoe zouden ze anders den harts
tocht van hun romantiek overeind
houden, die hun zoo dierbaar is Co-
lijn is geen militarist en generaal Snij
ders ook niet. Als er soms ergens een
bravournummer tusschen loopt, dan
wordt die in militaire kringen zeif
niet ernstig genomen. Het verschil van
meening ligt hier is het profijtelijk
een veiligheidswacht op onze grenzen
te hebben om den oorlogsbrand bui
ten te houden en zoo ja hoeveel moe
ten wij daar financieel voor over heb
ben
Dit zijn zuivere opportuniteitsvra
gen en natuurlijk is de jeugd niet de
eerst aangewezene om over die oppor
tuniteitsvragen mee te praten. De
A.J.C. niet en het N.V.V. ook niet. Ver
der zegt de schrijver, dat hij een fana
tiek verdediger van het gezin is en
dat laatste ook hierom, omdat een
verlies van onze nationale zelfstandig
heid ons onvatbaar zou maken voor
allen verderen cultureelen en techni-
schen vooruitgang. We zouden be-
lieerscht worden door één dwangidee:
hoe komen we weer vrij En de paci
fisten van nu zouden het hartstochte-
lijkst aan de zelfbevrijding der natie
meewerken, als die eenmaal onder
vreemden druk moest leven. Alweer
humorhet bloed kruipt, waar het
niet gaan kan.
Zooals ik dus 's avonds mijn woon
huis afsluit, om mijn gezin te beveili
gen, zoo is dus een slot noodig vooi
onze nationale veiligheid. Maar zoo
min als ik mij ruineer om een slot te
koopen op mijn huisdeur, zoo min geef
ik meer uit voor mijn nationale vei
ligheid dan ik noodig acht.
Tot zoover zijn we het allemaal eens
UITGEVER
CORN. J. BOSKER,
WIERINGEN.
BUREAU
Hippolytnshoef Wieringen.
Telefoon Intercomm. No. 19.
ADVERTENTIiN:
Van 1—5 regetf f 0.50,
Iedere regel meer 0.10.
DAMES en HEEREN koopt uw
De Katholiek wil een goedkooper slot
dan de Calvinist en de socialist weer
wat goedkooper dan de Katholiek. Dai
hangt wat met hun „croyances,, samen
maar aan volstrekte weerloosheid
denkt niemand, die er op gesteld is
realist te heeten.
Onze jeugdigen drinken de vredege-
voelens als nectar en worden er zoo
dronken van, dat ze soms (zie 't geval
ds. Van der Heide) met genoegen den
heelen boel kort en klein zouden slaan
Psychologisch mag men zeggen, dat
ze niet zelden den vrede beleven „in de
instinctieve sfeer", die niet de vrede-
lievendste is. De politici doen hun best
de gunst dezer jongeren te winnen en
prikkelen hun fantasie buiten zake
lijke en geestelijke proporties. Zoo
worden uitdrukkingen geboren als
„dappere ongehoorzaamheid", wat on
ze jongeren tot geestdrift brengt. Be
doeld is alleen dappère ongehoor
zaamheid, als men ons tot een aan
valsoorlog oproept, wat voor zoover
mij bekend, in Nederland in 't verleden
nog nooit gebeurde en wat in de toe
komst nooit gebeuren zal. Een kinder
hand is gauw gevuld - en de realist
hoeft zich over deze dappere ongehoor
zaamheid niet druk te maken. Zij
heeft betrekking op een hypothetisch
geval, dat buiten de Nedcrlandsche
werkelijkheid valt.
Maar actie wekt reactie. De politiek
leeft van concurrentie en de burgerlij
ke partijen zijn niet van plan zich
door wat zij noemen „vredeszwendel"
in de luren te laten leggen.
Het heeft geen zin, om in Nederland
„Rood Front" te roepen. Wij zijn te
teer gebouwd voor een dictatuur in
Russischen stijl. Het heeft geen zin
„Freiheit" te roepen wij hebben vol
ledige vrijheid groote misdaden te
doen. die in 't raam der practijk pas
sen. Het heeft geen zin Mussolini of
Hitier na te apen met wapengekletter;
in Nederland krijgt men de democra
tie toch niet kapot.
Het eenige wat wij doen kunnen is
in Nederlandschen geest op te voeden
tot lustig verantwoordelijkheidsbesef,
op dat ons cultureel en staatkundig
leven Europa tot voorbeeld kan wor
den, Europa heeft wel eenige behoefte
aan 'goede voorbeelden.
BINNENLANDSCH NIEUWS.
FEUILLETON.
No. 1.
HOOFDSTUK I.
Doodstil was het in de groote rechtszaal,
toen het vonnis van veroordeeling tot vijftien
jaar dwangarbeid was voorgelezen.
Onverschillig en toonloos klonk toen in de
suizende stilte de steriotiepe vraag van den
president der rechtbank, of de beklaagde nog
iets te zeggen had.
Deze stond op het was een slanke jonge
man van ongeveer dertig jaar, met schitte
rende, donkere oogen en een fijn, smal ge
zicht, waarvan het grootste deel door een
dichten zwarten baard bedekt werd.
Ik heb zeer veel te zeggen, sprak hij
nadrukkelijk met een diepe klankvolle stem,
waarin nu toorn trilde, als het verwijderde,
dreigend gerommel van den donder.
Ik heb te zeggen, dat ik onschuldig ben.
Lichtzinnig ben ik geweest, maar niet misda
dig
De president viel hem in de rede
Het is nu niet de tijd
De beklaagde hief de hand op met gebie
dend gebaar, een fijne, tengere hand, met
lange, slanke vingers en welverzorgde nagels,
een hand, zeer zuiver van vorm, die boekdee-
len sprak. Het had een vrouwenhand kunnen
zijn en toch lag er, in de beweging, waarmee
hij ze nu ophief, een uitdrukking van groote,
ingehouden kracht in.
Het is nu wèl de tijd, klonk weer de die
pe stem. De tijd èn de plaats en ik zal zeggen
wat ik te zeggen heb. Nooit heb ik de oplich
terijen en de vervalschingen gepleegd, waar
van ik beschuldigd ben, nooit heb ik mis
bruik gemaakt van vertrouwen, nooit
Hij had best zichzelf kunnen verdedigen,
mompelde de advocaat, die vergeefs had ge
tracht hem vrij te pleiten. Hij spreekt beter
dan ik.
Verkoopen op afbetaling.
De nobele klant en de goedge-
loovige winkelier.
Het „ITblcl." vertelt
In een winkel van heerenkleeding,
ergens in de binnenstad, waar men
kan koopen op afbetaling, kwam on
langs een „heer" zich een jas aanschaf
nooit, ging de gevangene voort,
heb ik de laagheden begaan, die men mij
heeft toegedicht.
De jury heeft het schuldig over u uitge
sproken, zei de president van de rechtbank
op ijskouden toon.
Ik weet het. De hand van allen is tegen
mij geweest, maar dit zweer ik en hemel
en hel mogen daarbij getuige zijn dat ik
mijn hand nu zal opheffen tegen allen, dat
ik de wetten, die men tegen mij heeft ge
keerd, hoonen zal, dat ik slag op slag zal ge
ven in het gezicht der deerne, die men ge
rechtigheid noemt
Bravo klonk het eensklaps in de zaal,
waar het publiek stond. Dat is taal, dat
De zaal wordt ontruimd, gebood de pre
sident met een zwaren slag van zijn hamer.
En zich tot twee politieagenten wendende
gebood hij
Brengt den gevangene weg.
Tusschen de twee stoere agenten ging de
man heen, die tot dusverre baron Robert le
Rénier, de groote bankier was, doch die nu in
het vervolg slechts no. zóóveel in het banjo
zou zijn. Robert deDiable, hadden zijn vrien
den hem steeds genoemd om zijn dolle waag
stukken aan de beurs, om zijne lichtzinnig
heid in zijn particuliere leven.
Hij lachte om zijn bijnaam, waagde steeds
meer, zette steeds grootere ondernemingen
op touw, tot hij, ondoordacht en lichtvaar
dig, verwikkeld raakte in een internationale
onderneming, waarin ook verscheidene poli
tici van naam betrokken waren, en waarbij
groote politieke belangen, méér nog dan fi-
nancieele, op het spel stonden. Op de politieke
had Robert slechts weinig kijk en hij volgde
met blind vertrouwen zijn vrienden. De re
sultaten beloofden zoo schitterend te zullen
worden
Plotseling, zooals het altijd met zulke din
gen gaat, kwam de krach. Er dreigde een
schandaal, grooter dan men misschien ooit
in het aan schandalen rijke Frankrijk had
bijgewoond. Te vele en te groote namen wa
ren er gecompromiteerd. Het moest gesmoord
feu. Hij vroeg de voorwaarden zij
waren f 5 dadelijk en verder eenige
termijnen van f 5. De „heer" gaf een
adres op, betaalde vijf gulden en nam
de jas mee.
Toen de winkelier den eersten ter
mijn wilde innen, bleek aan het opge
geven adres de „heer" niet te wonen.
Een schadepost dus. Maar hiermee was
het geval niet uit.
Een tijdje later komt een andere
klant vroeg ook een jas. Condities
Tien gulden dadelijk en termijnen
van f 10.
„Stop", zei de klant, „aan een ander
verkocht u tegen termijnen van f 5.
Maar die meneer was een oplichter
hij gaf een verkeerd adres op. Het wa
re adres is (volgde een straat en huis
nummer)".
De winkelier dankbaar voor deze
mededeeling verkocht nu ook den nieu
wen klant een jas tegen termijnen
van f 5 kreeg ook het adres van de
zen kooper.
„Twee vliegen in één klap", dacht
de winkelier.
Maar hij dacht verkeerd. Want de
nieuwe klant had, naar bij een poging
tot inning van de termijnen bleek,
niet één, maar twee valsche adressen
opgegeven.
Tweemaal was de winkelier dus op
gelicht. Aan de politie heeft hij zijn
droeve ervaringen verteld.
Smokkelaars aan de Nederlandsche
grens.
Donderdagavond hebben smokke
laars een vermetel staaltje van hun
dui f laten zien op den z.g. Berrenberg
te Herzogenrath bij de Nederlandsche
grens. Een bij de douane-beambten wel
bekende auto kwam van de Nederland
sche grens en doorbrank in razende
vaart het eerste cordon van douane-be
ambten, die met behulp van lichtko-
gels het volgende cordon waarschuw
den. Hoewel dit tweede cordon t' vuur
op de auto openden, wisten de smok
kelaars ook hier doorheen te breken,
alsmede door het derde cordon, van
waar de auto nog 25 schoten werden
nagezonden. Pas toen door op den weg
gelegde planken met spijkers alle vier
banden vernield werden, kwam de au
to tot stilstand, nadat de chauffeur
eerst nog geprobeerd had op de velgen
door te rijden. De inzittenden stoven
naar alle kanten uiteen en slechts een
22-jarige smokkelaar kon gearresteerd
worden. In de auto vond men 250 K.G.
koffie.
DE AFSLUITDIJK GESLOTEN.
In de „Leeuwarder Courant" lezen
wij over den weg op den Afsluitdijk
en de toegangswegen het volgende
GERUISCHLOOZE
bij inlevering van 30
bons uit de pakjes f
65-55-50-45-37'.-30
en 24 ct. per half pond
worden, het kostte wat het wilde, maar aan
den anderen kant was er reeds te veel uitge
lekt, de publieke opinie had er zich mee be
moeid en eischte een rechtsgeding. Dat was
niet te vermijden en voor een rechtsgeding
in behoorlijken vorm, dat de publieke opinie
zal bevredigen, is een beklaagde noodig die
veroordeeld wordt een slachtoffer.
Robert was het slachtoffer van intrige, ge
knoei, van corruptie geworden. Hij werd ver
oordeeld door een jury, die met groote zorg
was samengesteld.
Bij het hooren van het vonnis was zieden
de toorn in hem opgebruischt, zwoer hij zich
te wreken op de maatschappij, die zoo groote
onrechtvaardigheid kon dulden. Want hij be
zat nog niet de cynische gelatenheid van die
genen, die door de maatschappij voortdurend
en telkens opnieuw worden verongelijkt en
gehoond. Hij was het verwende kind der for
tuin, tot dit ongeluk over hem was losgebro
ken.
Met opgeheven hoofd volgde hij de agen
ten, de lange gang door naar de binnenplaats,
om te wachten op den gevangenwagen, die
hem naar de gevangenis zou terugbrengen,
naar het levende graf
Neen, neen nam hij zich voor, de sterke
witte tanden op elkaar klemmend, dat niet,
dat nooit, geen vijftien jaar van langzaam
sterven Hoe hij aan zijn lot wilde ontkomen
stelde hij zich niet voor. Zijne gedachten
gingen nog niet verder dan het energieke
dat nooitEn als hij iets krachtig wilde en
zioh voornam
De gevangenwagen reed voor. De gevange
nen werden ingeladen iri de celletjes aan
weerszijden van het smalle gangetje, dat als
pad midden door het logge voertuig liep. Er
was plaats voor acht Zes waren er nu al in
gestapt. De twee celletjes ter weerszijden
van het portier waren nog leeg. Robert de
Rénier maakte een beweging om in te stap
pen, toen twee agenten met een andere ge
vangene naar voren drongen en dien eerst
lieten instappen. Op het oogenblik, dat hij
den voet op de trede zette struikelde de man,
„De beer Geers (ingenieur bij de wer
ken op het Kornwerderzand) nam ons
Vrijdag in zijn auto mee den dijk langs
zoo ver het mogelijk was, dat was ter
hoogte van de het laatst gedichte sluit
gat den Vlieter. Daar waren straat-
makers bezig de klinkers te zetten in
twee nog onvoltooide vakken, een* van
25, een ander van pl.jn. 70 meter. Met
dien arbeid kan men vandaag of mor
gen gereed zijn, maar wellicht duurt
het dan nog even voor het verkeer
wordt toegelaten. Er moet hier en daar
nog iets aan de bermen afgewerkt wor
den en bovendien moet de omlegging
bij Den Oever, door welk plaatsje eeni
ge al te scherpe en nauwe bochten in
den oorspronkelijken weg zijn, wor
den voltooid. Van begroeiing der ber
men is voorloopig nog geen sprake
de zoute zeeklei moet eerst een poos
aan weer en wind zijn blootgesteld,
voor men er gras op kan zaaien. De
overvloedige regeh bevordert het, ont-
ziltingsproces natuurlijk.
„Intusschen zijn het niet deze „wee-
ke bermen", die de toelating van groot
doorgaand verkeer zullen verhinderen
de weg over den dijk is zoo breed, dat
niemand in de bermen behoeft tc ver
zeilen. Het gevaar schuilt in de toe
gangswegen, vooral van den Frieschen
kant. De weg over Wtieringen is niet
fraai, maar overal breed genoeg als
de omlegging bij Den Oever voltooid
zal zijn. De weg over Zurich naar
Harlingen is echter zeer smal en beeft
daarbij zulke zachte bermen, dat men
kans heeft, indien men er bij uitwijken
op verzeild raakt, weg te zakken, vast
te loopen of om te slaan. Het zou niet
verantwoord zijn over zulk een weg
(die bovendien een abominable entrée
in Harlingen heeft) reeds dezen win
ter druk verkeer met breede en zwa
re autobussen vrijelijk toe te laten.
„Vandaar dat de route Leeuwarden-
Amsterdam voor het practische ver
keer nog niet over den Afsluitdijk zal
kunnen leiden. Men zal hem nu bin
nenkort, tegen betaling- van een zeker
doch hij richtte zich dadelijk weer overeind
en verdween zonder op- of omzien in het cel
letje rechts.
Nu was het de beurt van Robert. Hij trad
naar voren. Met zijn scherpen, steeds opmerk
zamen blik ontdekte hij op den drempel van
het portier met rood krijt een paar halen,
die daar zooeven niet geweest waren. Zijn
oogen waren uitstekend, hij behoefde niet te
bukken om ze nauwkeurig te kunnen zien.
Het waren een paar stenografische teekens,
die de woorden vormden „wees gereed."
Gereed, wanneer en waarvoor
Zonder iets te laten blijken, zette hij op
zijn beurt den voet op de trede en veegde
meteen de teekens half uit, niet omdat hij
bang was, dat de politieagenten stenografie
zouden kennen, maar men kon toch nooit
weten.
Na hem stapte een agent in, die het stelle
tje gevangenen bewaken moest. Robert zag
hem snel en onderzoekend aan het was niet
dezelfde, die op den weg naar het paleis van
justitie had dienst gedaan.
De agent schoof hem in het celletje, sloot
de deur achter hem, ofvergiste hij zich
niet, was de deur werkelijk alléén maar
dichtgedrukt, zonder dat de sleutel was om
gedraaid Robert zette oogen en ooren open-
hij hield zich „gereed", al wist hij niet waar
voor.
De wagen zette zich in beweging, maar nau
welijks was hij het hek doorgerold en op de
brug over de Seine of er klonk een geweldig
gekraak en het voertuig stortte met een smak
op zij. Robert werd door den schok tegen de
deur van het celletje geworpen, die inderdaad
niet gesloten was en opensprong onder het
gewicht van zijn lichaam. De agent, die de
wacht in het gangetje hield, had het portier
geopend en was gaan zien wat er eigenlijk
gebeurde, het portier achter zich open la
tend.
Robert sprong ook uit den wagen en stond
te midden van een onbeschrijfelijke verwar
ring.
Twee wielen waren van den wagen gespron
offer aan het Crisis-Comité bij het
bereiken van den Afsluitdijk, mogen be-
1 ijden, geheel op eigen risico echter en
alleen overdag. Doch men poge vooral
niet „de eerste te zijn", vóór de open
stelling van den Afsluitdijk onder het
gemelde voorbehoud is gepubliceerd.
De slagboom bij de draaibrug in bet
Kornwerderzand blijft onherroepelijk
gesloten voor dergelijke pionniers".
GEMEENTE WIERINGEN.
ARBEIDSBEURS WIERINGEN.
Geplaatst van 28 Oct. tot 3 Nov. 1932
3 grondwerkers, 6 losse arbeiders.
Staan nog als werkzoekenden inge
schreven
163 grondwerkers. 2 kantoorbedienden
1 schilder, 1 vuurwerker, 1 bakkers
knecht, 1 loopjongen, 2 timmerlieden.
Buiten Wieringen kunnen nog ge
plaatst worden
Mannen: bekwa,me of aankomende i
soleerders. loon naar bekwaamheid; 1
bekwaam horlogemaker voor klein
werk; loon nader overeen te komen; 1
bekw. pianohersteller, tevens stemmer
en pneujnatieker, f 36.- p. week; 1 kleei'
maker b.m. onzichtbaar stoppen, loon
nader overeen te komen; 1 glazuurspui
ter voor kunststeenfabriek, 65 ct. p. u.
Voor N. O. Indië. 1 chef-kok tevens
goed palissier f 300 p. mnd. en kost en
inwoning, leeftijd 30 a 35 jaar; indien
gehuwd moet de vrouw bereid zijn toe
zicht te houden op de kamers en linnen
kamer.
Vrouwen
2 naaisters voor de knoopsgatenmachi
ne, tevens b.m. het opteekenen der
knoopsgaten, loon le w. f6.-, daarna f12;
1 naaister voor de vervaardiging van
broeken f 12 - 14 p. week; 2 overlock-
sters f 2.50 a 3.- per dag; 3 bekwame
schoenstiksters dadelijk pl.m. f18 per
week in stukloon; 1 dienstbode R.K.
f 20.- p. mnd. en kost en inw.
gen, de paarden waren gevallen, de koetsier
bleek verdwenen, eenige agenten liepen heen
en weer, anderen kwamen, van hoeken en
straten toeschieten, de toeschouwers ver
drongen zich rondom de gevallen „panier a
salade," binnenin schopten en trapten de
onvrijwillige passagiers, vloekten en schreeuw
den om losgelaten te worden.
Op hem scheen niemand te letten. En in
dat oogenblik, dat hij als iemand wien dit al
les niets aangaat te midden in de herrie
stond, zag hij dat de agenten, die de gelei
ders der gevangenen waren geweest, de ande
ren meer in den weg liepen dan hielpen hij
zag ook dat in den wagen alléén de celdeur
tegenover de zijne open was. Waar de man,
die hem den wenk gegeven had „gereed" te
zijn, gebleven was, wist hij niet en ook niet
waarom hij dien vriendschapsdienst had
bewezen. Hij wist nog niets van de vrijmet
selarij in de wereld der door de maatschappij
uitgestootenen.
Rondom den wagen was een vechtpartij
ontstaan. Een sippe vilten hoed rolde daarbij
over de straat tot vlak bij zijn voeten. Hij
was natuurlijk blootshoofds en begrijpend
dat dit zou opvallen, raapte hij haastig het
hoofddeksel op, drukte het vast op zijn hoofd
en trachtte weg te komen. Met uiterste koel
bloedigheid had hij tot dusverre alles wat er
gebeurde aangezien. Op het oogenblik dat hij
zich wilde verwijderen, zag hij over de brug
een geheel peleton agenten komen aanstor
men. Hij had een gevoel alsof ze regelrecht
op hem afkwamen en voelde zijn knieën
knikken. Juist op dit oogenblik schoof de
agent, die in den wagen de wacht had gehad,
tusschen hem en de nieuw aankomenden in,
hem als het ware dekkend met zijn breeden
rug. Snel keerde Robert zich om en liep den
anderen kant op, met snellen pas, maar
schijnbaar zonder overhaasting.
Wordt vervolgd,.