-Zit 24e JAARGANG DINSDAG 25 JULI 1933 NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WIERINGEN EN OMSTREKEN No. ONDER DEN VUURTOREN. OM HET GOUD. WIERINGER COURANT VERSCHIJNT ELKEN DINSDAG en VRIJDAG. ABONNEMENTSPRIJS per S maanden f 1. UITGEVER CORN. J. BOSKER, WIERINGEN BUREAU: {SIpnolyfTJi^oef Wlertnyen. Telefoon Intercomm. No. 19. ADVERTENTIëN. Van 15 regels Iedere regel meer 0.50. f 0.10 Straperlo und kein Ende. In Ne derland Nederlandsch. Burgemeester Kolfschoten van Edam is een magistraat die met zijn tijd meegaat en heeft als feestredenaar ook een zekere ver maardheid verworven. Hij kan zijn talenten steeds meer ontplooien, want er zijn weer diverse officieele openingen in het zicht. Plannen tot stichting van een modem Casino zijn in een vergevorderd stadium van voor bereiding. Kunsttentoonstellingen, muziek en zang zullen er hoogtij vieren. Gedacht wordt bovendien aan bridge-, schaak- en biljart wedstrijden, terwijl voorts het Straperlo er zijn intrede zal doen. Wat het laatste be treft in navolging van hetgeen den laatsten tijd o.m. Scheveningen, Zandvoort en Laren deden. De goklust zit er bij ons Nederlanders nog diep in en de kans op een grooter of klei ner fortuintje aan de speeltafel brengt me nigeen er toe om een kansje te wagen, om üldijjS als het kan de door de crisis zoo sterk gedaalde inkomsten weer wat op peil te ••brengen. Volgens een bericht uit Westfriesland wor den in deze landstreek pogingen aangewend om de studie en de beoefening van het West- friesche dialect meer leven in te blazen en daarbij aanraking te zoeken met de Friesche taalbewegingen. In dit streven schuilt onge twijfeld iets sympathieks. Gehechtheid aan- en liefde tot de taal en spraak is niemand kwalijk te nemen en moet men eerder waar- ■deeren. Stellig is het van belang, dat aan •het typische Westfriesche taaleigen aandacht wordt geschonken en dat het b.v. voor het tooneel en de dichtkunst zoowel als voor an dere uitingen van het geestelijk leven der streek wordt bewaard. Intusschen krijgt de zaak een zeer bedenkelijken kant door de toevoeging omtrent samenwerking en aan sluiting bij de Friesche beweging. Bedenke lijk om twee redenen. In de eerste plaats om dat het ons oppervlakkig voorkomt, dat beide dialecten ongeveer in niets op elkaar gelij ken dan in naam en dat, mocht er in een ver verleden al eenige stamverwantschap aan wijsbaar zijn geweest, de Friesche letterkunde den Westfriesch van heden Latijn zal toe schijnen, in elk geval iets waar hij vreemd tegenover zal staan. In de tweede plaats zien wij, welke afmetingen het taalrumoer Friesland begint aan te nemen. Niet tevreden met de natuurlijke rol, die de Friesche taal sedert eeuwen vervulde, n.1. die van omgangs taal op het platteland en op de planken, trachten enkele heethoofden met geweld het Friesch tot de officieele taal te maken en kerk, school en gerechtsgebouw, iets wat het nooit geweest is. Dit onnatuurlijk drijven kon leiden tot -excessen als het voorval in de Leeuwarder rechtszaal, waarbij een jeugdig student brutaal weigerde om de taal van zijn •vaderland, d.w.z. Nederlandsch, te bezigen. Laat men nu toch oppassen om iets derge lijks hier niet te ontketenen. Beter dan kunst matige taalgrenzen te scheppen is het, de oude dialecten op de plaats te laten waar ze staan en geen onnoodige splitsing en ver brokkeling in de spreektaal in de kaart te spelen. Door al te veel aandacht aan de ei gen taal te schenken zooals in Friesland sluit men zich van de rest van het land af en ont aardt het eerst zoo sympathieke streven in een zucht naar afscheiding en zich blind staren op het verleden met voorbijgaan van wat de moderne rijd vraagt. Niet door het opmetselen van nieuwe taalmuren maar door afbraak van bestaande wordt de eenheid van ons volk gediend. OBSERVATOR. BINNENLANDSCH NIEUWS. HET GOUD VAN DE „LUTINE". Het bergingstoestel boven bet wrak. Vrijdag is liet kegelvormige onder stuk van het bcrgings toestel van den heer Beckers op pontons van de haven van Terschelling overgebracht naar het Lutine-terrein tusschen Vlieland en Terschelling en daar op den zeebodem geplaatst. In den namiddag, kwam men op het terrein aan, doch eerst in de avonduren toen de vloed op zijn hoogst was en er bijna geen stroo.ni meer stond, kon de toren worden neergela ten. Om 8.41 liet men den toren vie ren. Om 8.50 raakte de onderkant van den toren het spiegelgladde zee-opper vlak. Om 9.15 bereikte het toestel den zeebodem. Slechts een klein stuk van den toren, naar schatting, een vierde gedeelte, bleef boven het water uitste ken. De toren stond echter ongeveer tien graden scheef. Men zal thans trachten den toren recht te krijgen. De werkzaamheden worden zoo spoedig mogelijk voortgezet. In. een hooivork geloopen. Te Bodegraven liep de landbouwer V. ,rnet zijn oog in een hooivork, welke achter uit een voer hooi stak. Ilij is naai- het ziekenhuis te Leiden vervoerd. Waschbeer aan de Waddenkust. Een arbeider, die te Wierum buiten den zeedijk eenige werkzaamheden verrichtte op een landingshoofd, be merkte aan het eind hiervan een hem onbekend dier, ter lengte van 60 a 70 c m. Daar hij meende, dat het beest hem zou aanvallen, sloeg hij het dood .met een stuk hout. Dierenkenners herkenden het beest als een waschbeer. Hoe dit dier -- dat in Noord-Ameri- ■ka leeft -- aan de kust in het wild voorkomt, is een raadsel. Auto bij Earneveld door een trein gegrepen. Drie inzittenden, een predi kant, diens vrouw en zoon ge dood. Zaterdagmiddag kort na vier uur is op den onbewaakten overweg bij Terschuur, in den verkeersweg Barne- veld-Nijkerk, een auto door den snel trein uit Apeldoorn gegrepen en ver- morzcld. Van de drie inzittenden, ds. FEUILLETON. (21. De jongeman begreep wat de reus wilde en verdween daarom in een zijstraat, waar hij •zich achter een vooruitspringende winkelkast verborgen hield. Het werd van oogenblik tot oogenblik duis terder en de wind was nog verdubbeld in he vigheid hij liet de gasvlammen dansen, alsof ze onzinnig waren geworden. Laguyane ging verder zonder eenig kwaad vermoeden. Hij doorkruiste tal van straten, liep de groote gasfabriek voorbij, volgde den boulevard Ney en kwam tenslotte in een bui tenwijk, die om zoo te zeggen nog onbebouwd was, een woest terrein met enkele loodsen en schuren tusschen de porte d'Aubervilliers en de porte La Chapelle. Half sluipend volgde Valentin de schreden van den bandiet en liet zich bij de minste verdachte beweging zijnerzijds plat op den grond vallen. Tienmaal had hij Laguyane uit het gezicht verloren, tienmaal had hij hem weder gevonden. De wind was tot een storm aangewakkerd en belette Laguyane de hem volgende schre den te hooren. Toen nu de bandiet in de dikke duisternis van het woeste terrein verdween, sidderde Valentin bij het denkbeeld, dat hij hem thans niet meer zou kunnen volgen. Daar verdreef een windvlaag de wolken voor de maan, het was een oogenblik vrij helder. Dat was vol doende, om den koenen vervolger te laten merken, hoe Laguyane verdween in een laag huisje, dat daar in de diepste duisternis als verloren lag. Goed, dacht Valentin, daar is de kerel binnengegaan, nu ben ik zeker van mijn zaak. Uit voorzichtigheid wachtte hij eenige mi nuten, op den vochtigen bodem uit gestrekt, tot de wolken het maanlicht opnieuw geheel zouden hebben onderschept. Toen stond hij B. Tichelman Jszn., Ncd. Ilerv. predi- jkant te Scheveningen, diens echtge- noote en den 25 jarigen zoon, werden Ide beide laatstgenoemden op slag ge- jdood. Zwaar gewond werd de predi kant naar liet Ziekenhuis te Amers- jfoort overgebracht; waar hij om |streeks 7 uur in den avond is over leden. Hee fcet Giigeluk gebeurde. Omtrent dit droevig ongeval, dat in jde omgeving van Barnevehl groote ontroering heeft gebracht, nog het volgende Op de spoorlijn Apeldoorn-Barne- veld-Amersfoort zijn tal van onbe waakte overwegen, 't Is hier dus voor auto-bestuurders zaak steeds goed op te letten. De overweg, waar het onge luk gebeurde, ligt even voorbij het sta tion Barneveld, voor Terschuur, bij wachtpost 57. Op het oogenblik dat Zaterdagmid dag trein 168, welke om 15.49 uit Apel doorn vertrokken was, den overweg passeerde, naderde pnet een flinke vaart uit Barneveld-dorp in de rich ting Nijkerk een particuliere auto, waarin gezeten waren ds. Tichelman, diens vrouw en een zijner zoons. Laatstgenoemde zat aan het stuur. De auto werd door den trein gegre pen en ruim een halven kilometer mee gesleurd. Mevrouw Tichelman en haar zoon werden direct aan den kant van de weg geworpen en op slag gedood ds Tichelman vond men, toen de trein tot stilstand was gebracht, in liet wrak van de auto, zwaar gewond. Dr. A. J. van Galen uit Voorthuizen was spoedig ter plaatse en met den heer J. Sanders Ezn., tandarts te Am sterdam, die zich in den trein bevond, en dr. F. Gerritzen, arts te Lunteren, die per auto passeerde, verleende hij de eerste geneeskundige hulp. Ds. Tichelman had een zware schedelbreuk hekomen en in vrijwel hopeloozen toe stand werd hij naar het St. Elisabeths Gast- of Ziekenhuis te Amersfoort overgebracht, waar hij enkele uren later, zonder tot bewustzijn te zijn ge komen, is overleden. Dr. Van Galen wees er op, dat het uitzicht aan beide zijden van den onbc waakten overweg zeer goed is, zoo dat het niet mogelijk is, dat de be stuurder van de auto den sneltrein niet tijdig zou hebben opgemerkt. Ds. Tichelman was op weg naar Amersfoort, waar hij Zondagochtend in de stichting „Zon en Schild" een godsdienstoefening zou leiden. Het droevig ongeval heeft ook in de Residentie, meer in het bijzonder on der de bevolking van Scheveningen, groote verslagenheid gebracht. Ds. Ti- chelmans, die 57 jaar oud was en in Chr. Historische kringen een vooraan staande plaats innam, was de oudste der vijf predikanten in het visschers- dorp. INGEZONDEN STUKKEN. Door den Heer E. den Herder, voorzitter .Zuiderzeepartijte Harderwijk, is onder staand manifest aan de leden der Eerste en Tweede Kamer en aan de pers verzonden. .'ian onze Volksvertegenwoordigers HcogEdelGestr. Heeren Nogmaals neem ik de vrijheid om beleefd Uwe aandacht te vragen voor een buitenge- woon ernstige zaak. J Nu Dr. Colijn heeft verklaard dat de inpol dering van de N.-Oostpolder zal worden door- I gezet, maar dat er voor geleend zal moeten j worden, en dat het welslagen dezer leening in liooge mate afhankelijk is van het sluitend maken der begrooting. roep ik U nogmaals j toe Bezint eer gij begint." In de eerste plaats is het verschrikkelijk dat er in 1925 een wet gemaakt is, die vis schers en nevenbearijven tot bedelaars of paupers maakte en dat nu het Nederlandsche Volk krom kan liggen, voor belastingverhoo- ging en salarisvermindering, om deze treuri ge onderneming te kunnen financieren. 't Lijkt nergens op om maar door te gaan met millioenen te storten in die bodemlooze put. In de tweede plaats zeggen zelfs de landbou wers „wat moeten we met die polders doen Naar alle menschelijke berekening komt er nooit behoefte aan meer cultuurgrond. Door de kunstmeststoffen brengt de aarde zooveel goede vruchten voort inplaats van door nen en distelen dat de mensch het niet meer op kan. De techniek heeft het zoover gebracht dat we de kas-producten laat staan de vruchten van de koude grond op de mestvaalt kunnen deponeeren. Zelfs in Duitschland, trots een invoerverbod, is het zoover. De voorsprong die de lage landen a/d zee van ouds op de hooge gronden hadden, is door de uitvindingen totaal verdwenen. 't Is het toppunt om met deze wetenschap nog meer van die dure grond aan de baren te ontworstelen En bestond de bodem der Zuiderzee heele- maal uit vette klei, zooals binnen de lijn SchoklandMarken, dan was er nog wat voor te zeggen. Maar alles wat buiten die lijn ligt is meest zar.d of schelpen, bedekt met een dun laagje modder. Tienduizenden H.A. van die grond liggen in ons land nog braak en zijn voor en kele honderden guldens per bunder te koop. Inderdaad, het lijkt de dwaasheid gekroond, om zooveel millioenen in die polders te steken Maar ook als werkverschaffing heeft deze onderneming zeer weinig te beteekenen, om dat het bijna uitsluitend de machines zijn die het werk doen. En was die Zuiderzee woest en ledig doch het tegendeel is het geval. Wijs mij een twee de waterplas aan die zoo vruchtbaar is. Zelfs nu hij afgesloten is verdienen de vis- schers met paling visschen gedurende de zo mermaanden nog rijk hun brood. De kwali teit van de Zuiderzeepaling is zooveel beter als van alle andere paling, dat de visschers 40 a 80 ct. per kilo ontvangen, terwijl andere soorten voor de helft te koop zijn. En zoo staat het precies met de puike Zuiderzeebot en alle andere visch. Het schreit ten Hemel dat zoo'n bedrijf kapot gemaakt wordt. Tenslotte bereikte de vloed tegen de af sluitdijk al een hoogte van bijna 2' M. -f- N. A. P. Aangezien de dijk op 3.75 -f N.A.P. is berekend, is er dus maar 1 M. en 25 c.M. re serve voor een vliegende storm. Dat is veel te weinig. Het zit de Harderwijkers nog in de botter., dat de stormvloedverhooging in Jan. 1916. ruim 3 M. was. Tel deze 3 M. bij de 2' 'c M. op en gij komt tot een vloedhoogte van ruim 5 M. -f- N.A.P. met een storm als in 1916. Bij deze waterstand is de heele zaak red deloos verloren. En komen er watervloeden, als in 1825 en 1570. waarvan de Gedenksteenen te Harder wijk spreken, dan komt er nog 1 a 1'/- M. bij op en sloop langzaam, bij iedere tred zorg vuldig luisterend, naar het huisje, waarin Laguyane verdwenen was. Hoe dichter hij bij dat huisje kwam, des te duidelijker drong een eigenaardig gegons als van verwijderde menschen stemmen tot hem door. Het had iets van lachen, schreien en schreeuwen tegelijk, maar zoo vreemd, alsof al die geluiden uit de ingewanden der aarde tot hem doordrongen, uit onderaardsche ge welven. Hoe vreemd Wat heeft dat te beduiden? mompelde hij. En hij legde zijn oor tegen den grond, maar hij hoorde niets anders dan hij in staande houding reeds had gehoord en niet te verklaren wist. Hij ging nog eenige schreden verder, nu wa§ hij vlak bij het huis je en zorgde wel voortdurend zorgvuldig te blijven. Het huis bestond slechts uit één verdieping, die nochtans tamelijk hoog was. Vensterglas zag hij nergens, maar de luiken waren zoo zorgvuldig gesloten, dat zelfs geen scheme-j ring van eenig licht naar buiten scheen te kunnen doordringen. Het onderaardsch gemompel was thans zoo i hoorbaar voor hem geworden, dat hij nu en dan enkele kreten onderscheiden, sommige; woorden verstaan kon. De storm deed de binten en het houtwerk tusschen de muren kraken en de maan, nul eens zichtbaar dan weder onzichtbaar, naar- j mate zij al of niet door de wolken bedekt, werd, gaf aan dit nachtelijk tooneel op dien woesten grond een spookachtig, schrikaanja gend voorkomen. Ik heb, dunkt me, dit gebouwtje vroeger ook weieens gezien, dacht Valentin, maar ik heb het altijd voor een werkmansloods ge houden, die niet bewoond werd. Hij klopte behoedzaam aan de deur, ze was goed gesloten aan den binnenkant. Geen antwoord. Hij liep om het huisje heen. Het zag er aan den achterkant eveneens uit als van voren, twee ramen en een deur, die met ijzeren roeden waren afgesloten. Hij beproef de deur te openen. Het was niet doenlijk. Terwijl hij daarmede bezig was, viel het hem op, dat één der raamluiken eenigszins naar buiten week. Met een enkelen sprong was hij dat luik genaderd en trok het verder open, waarbij de stang, die er overheen lag, moest buigen of breken. Het eerste gebeurde. Wij meenen reeds te hebben gezegd, dat Valentin zeer slank en bijzonder lenig was. Hij wrong zich door een kier, dien hij had gemaakt en kwam zoodoende tot het inwen dige van het gebouw. Hier heerschte zulk een volslagen duisternis, dat hij letterlijk niets kon onderscheiden. Met vooruitgestrekte han den ging hij voetje voor voetje vooruit, ten einde niet onverhoeds tegen het een of ander meubelstuk te loopen en dat omver te wer pen. Maar het vertrek, waarin hij zich be vond, stond geheel leeg. Een deur, die hij opende, bracht hem in een andere kamer, die eveneens onbewoond en ledig scheen te zijn. Uit de diepte klonk hem nochtans hetzelfde geluid~ir4^e ooren. Het was een vreemd huis, waarin Valentin zich thans eigendunkelijk toegang had ver schaft. In zijn verlatenheid stond het daar zoo goed als een bouwval. De politie, in de meening dat het vervallen huis niet bewoond werd, zag er volstrekt niet naar om. Slechts bij de menschen, die daar in de buurt woon den of er hun bezigheden hadden, stond het bekend onder den curieusen naam van „Het Kanon van Marseille." Dat onaanzienlijke gebouwtje op een woes ten, ledigen grond, liet al zeer weinig ver moeden, wat daarin of liever wat daaronder verborgen was. Men had daar namelijk on deraardsche vertrekken, behoorlijk van stoe len en tafels voorzien en ook behoorlijk ver licht, want het zoogenaamde Kanon van Marseille was niets anders dan een geheime kroeg, een drankhuis, dat zijn bepaalde be zoekers had. Bij een smalle tapkast in een hoek van het eerste vertrek onder den grond zat een groo te, magere doch sterk gespierde vrouw met bijzonder harde gelaatstrekken, wier rechter wang een in het oog loopend rood vlekje had. Zij was het, die den bijnaam had van „Ker- sepit" en thans bekend stond als vrouw van Laguyane. De kelders waren op dit oogenblik vol be zoekers, die voor het meerendeel reeds min of meer beschonken waren. Van tijd tot tijd werd daar hevig gevochten en als de gasten pre sent waren, werd daar altijd gedronken, ge dobbeld, getwist en gevloekt. Dien avond wa ren reeds tweemaal de messen getrokken, zonder dat iemand er ook maar aan had ge dacht, om de vechtenden te scheiden, hoe wel het bloed reeds rijkelijk had gestroomd. Zoo ging het daar bijna avond aan avond. Verder was het hier de plek, waar allerlei misdaden werden beraamd, en plannen tot diepstal ontworpen. Hier kwamen benden boosdoeners bijeen, die zich des nachts over alle wijken van Parijs zouden verspreiden. Hier werd de buit, geld en kostbaarheden tus schen de vaak met bloed bevlekte handen verdeeld bij het walmend licht der olielam pen. I Valentin was inmiddels genaderd tot het valluik, dat geopend, toegang verschafte tot het eerste onderaardsche lokaal waarin de tapkast stond en waar de eigenares dezer zeer bijzondere inrichting ze telde. Valentin had j den ring van het luik gevonden. Hij beprocf- de het op te lichten, doch dit gelukte hem niet. Blijkbaar was het luik aan den anderen kant met een haak of grendel vastgezet. Zoo zal het zijn, dacht de jongeman, j Ze zullen hier alleen openmaken, als ze eerst .het afgesproken teeken hebben gehoord. Zware schreden weerklonken in zijn nabij heid. Valentin terecht voor een overval beducht, wendde zich ijlings van het luik af liep naar het eerst door hem betreden vertrek en maak te zich toen uit de voeten langs denzelfden weg, dien hij gekomen was. Het was buiten nu al even duister als bin- nen en de nacht nam den jongeman onder zijn beschermende vleugeLs. j Enkele mannen verlieten het Kanon van Marseille en verspreidden zich buiten in ver- schillende richtingen over den woesten grond, waarna zij in alle stilte verdwenen. Eenige minuten later een tweede, en daar op een derde en vierde groep, zonder eenig geruisch, zonder een woord te spreken. Daar op bleef alles stil. Er was geen enkele gast Er moet dus gerekend worden met water vloeden van 5 a 6' M. En dan loopen er ook ongeveer zulke hooge golven. Al mijn voorspellingen zijn ten 2e male uit gekomen. De afsluitdijk, de uitwateringsslui zen. de schutsluizen, de Friesche- en Noord Hollandsche dijken en de dijken om de ei landen zijn nog veel te laag. Natuurlijk gelooft U me niet. EK? feiten die ik noem laten bewijzen, durft U evenmin. U voert liever Struisvogel-politiek. Zelfs de af watering van het IJselmcer en de waterin- laat van Friesland en N. Holland is niet in orde, terwijl de Veluwe ontwaterd zal worden. Voorheen was liet altijd ..Hij is belang hebbende.*' Maar nu ben ik gedupeerde. Mijn kapitale fabriek staat reeds 2 jaar stop. Geen rood of wit zie ik. Ik ben koopman genoeg om tc begrijpen dat met stroop meer te be reiken is dan met azijn. Maar ik mag niet anders spreken, het zou verraad zijn aan de visscherij en mijn Vaderland. Ga dus niet voort met inpolderen, want het drama wat zich met de eerste de beste zware storm af zal spelen, is al rg genoeg en zal U doen zeggen „gelukkig dat we maar naar hem geluisterd hebben." Voorop staat, dat gij, als mannen van eer, zedelijk ver plicht zijt de wet van 1918 en de belofte, dat aan deze zaak geen smet zou kleven, na te komen. Met de meeste hoogachting, E. DEN HERDER. Voorz. Zuiderzee-Partij. Harderwijk, Juli 1933. Bewijs De Harderwijker haven. Een werk van l1'*- ton vraagt 15 a 20 menschen. De inhoud van dit stuk onderschrijven wij wat het economisch gedeelte betreft, geheel. Over het technische durven wij geen oor deel uit te spreken. Als wij echter met eigen oogen zien, dat met dikke topskoelte uit het N.-West, de golven al bijna tot de kruin van den afsluitdijk loopen getuige het drift dan zeggen wij, met een Noorder-verloop als in 1916, zullen ze er Meters hoog over heen gaan. In ons hart zijn we het dan ook geheel met onzen Voorzitter eens, dat we vroeg of laat de zee terug krijgen. Om echter het ge vaar te ontgaan, dat onze schoone Binnenzee verpest zal worden door hechten en wrakken, zooals dc Waddenzee, waar visschen met het gaande want bijna onmogelijk is. moeten we geen keien, rijshout enz. meer hebben, we hebben aan de overblijfselen van den afsluit dijk meer dan genoeg. Het bestuur van de Zuiderzee-Partij, A. KLAASSEN, Secr. Vischhandelaar. B. PETERSEN, Penningm. G. PETERSEN. H K 44. J. JANSEN, H K 74. J. FOPPEN. H K 13. J. TROMP Jz. Vischhandelaar. Ieder Nederlander die voor is, gelieve naamkaartje, briefkaart met handteekening of ander bewijs voor 1 Sept. a.s. te zenden aan onzen Voorzitter. Het stuk is verzonden aan de Kamerleden, Ministers en het Ko ninklijk Huis, benevens aan tal van Dag- en Weekbladen. Vóór hei zonnebad eerst de huid inwrijven met-><=- „2ij"-crême of „Zij"-olie. Dat voorkomt zonnebrand en Uw huid wordt tevens prachtig gebruind. >J "CRÈME of..7'j"OLIE In prijzen von 20-75 cl. meer in de geheimzinnige lokalen. Valentin kwam weer naderbij en luisterde. Geen klank drong meer tot hem door. Wat nu te doen dacht de jongeman. Dit is ongetwijfeld de schuilhoek van Laguyane, waarvan Simeon gesproken heeft. Voor het oogenblik meende Valentin niets beters te kunnen doen dan huiswaarts te kee- xen en te gaan slapen. Met hetgeen hij ont dekt had, zou hij Trompelet en August zoo spoedig mogelijk in kennis stellen en die zou den den volgenden avond of later den bandiet hier wel weer vinden. Hij verwijderde zich langzaam en had nau welijks eenige schreden gedaan, toen hij plot seling stilstond, als door een boven natuur lijke verschijning getroffen. Voor zijn voeten zag hij iets glinsterends, een flikkering als die van een ster aan het uitspansel. Half werktuiglijk zette hij zijn voet op die glinste ring, meenende dat het een plasje was, dat een der sterren weerkaatste. Maar er stond geen enkele ster aan den zwaar bewolkten hemel, het regende, de wind was gaan lig gen. Valentin trok zijn voet terug en zag waar lijk wederom dezelfde flikkering. Hij bukte. Het licht kwam uit de diepte, naar het hem voorkwam uit een lange smalle gang of ko ker, die diende om lucht te brengen in de onderaardsche gewelven. De ingang was met planken bedekt, waarover men aarde en kie zel had gelegd. De aarde was misschien ge deeltelijk weggeregend en op die wijze was er tusschen twee naast elkander liggende planken een kleine opening ontstaan. Het kostte Valentin al zeer weinig moeite de kiezelsteenen en de los geworden aarde met zijn handen te verwijderen en vervolgens trok hij ook de tot dekking dienende planken weg.Het waren er drie. Door de nu vrij ge raakte opening drong een flauw licht, dat zeker op minder duistere nachten ternauwer nood zou zijn opgemerkt. Valentin voelde zijn hart kloppen. Wat hij nu wilde ondernemen was een gevaarlijk spel, waarmede zelfs zijn leven kon gemoeid zijn. Dat wist hij maar al te goed. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1933 | | pagina 1