24e JAARGANG VRIJDAG 22 SEPTEMBER 1933. No. NttUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR EN OMSTREKEN ONDER DEN VUURTOREN. OM HET GOUD. JAAP SNOR BREIT ALLES BEST!! WIERINGER COURANT VERSCHIJNT ELKEN BUREAU AD VERTENTIëN. DINSDAG en VRIJDAG. UITGEVER: Hlppolytnshoef Wlerlngren. Van 1—5 regels 0.50. ABONNEMENT8PRIJB CORN. J. BOSKER, WIERINGEN Telefoon Intercomm. No. 19. Iedere regel meer f O.IO per S maanden 1. I V 1 Leeft het zeegrasbedrijf weer op Een goedertierend burgervader, die ook al ondervindt, dat ondank 's werelds loon is. Oorlogje-spelen in De Koog. Leeft het zeegrasbedrijf weer op Een be langrijke vraag voor de velen, die bij dit be drijf betrokken zijn en er geheel of gedeelte lijk hun broodwinning in vinden. Wat thans uit Texel wordt gemeld, zal hen zeker interes seeren. Naar men van, terzijde verneemt, zijn dezer dagen door den heer F. Duinker, zee grasbedrijf te Nieuweschild, weer enkele hon derden kilo's zeegras opgevischt en is door verschillende palingvisschers den laatsten tijd weer meer groeiend zeegras aangetroffen. Ontegenzeggelijk zijn'dit verblijdende teeke nen en als ze niet bedriegen is de voorspelling niet gewaagd, dat het zeegrasbedrijf na kor ter of langer tijd inderdaad weer zal opleven. Of deze opleving van langen duur zal zijn en of vroegere resultaten ooit weer zullen wor den bereikt, ligt uiteraard nog geheel in het onzekere, maar enfin, na dergelijke berichten behoeft niemand den moed geheel te laten zinken. Een tweede bericht uit deze omgeving is wel in het bizonder moedgevend voor.de spullebazen, die ieder najaar onze dorpen bereizen. Elk seizoen genieten vele plaatsen in Noordholland boven het IJ de weelde van het kermisvermaak. Voor Westfriesland wordt wel het hoogtepunt bereikt, als alle inrich tingen des vermaaks zich tezamen trekken in Hoorn's veste. Maar in de andere weken heeft zoo dorp na dorp zijn eigen kleine nakermis, waarin de groote pret nog eens dunnetjes overgedaan kan worden. Met de crisis schijnt echter alle geld te zijn verspeeld binnen Hoorn's wallen. Dat moet althans de ervaring van de spullebazen zijrï. Die bezetten de dorpen in die omgeving dunner dan gewoon lijk met hunne onderscheidene etablissemen ten. Zoo ook in Westwoud. Ook daar waren de van ouds beschikbare standplaatsen voor vermaaksinrichtingen dun bezet. Zeer tot ergernis naar het schijnt van Westwoud's burgervader. Bezorgdheid voor de berooide gemeentekas, denkt ge, omdat er nu geen geld uit die stand plaatsen kon worden geslagen. Mis hoor. Hoogere, betere gevoelens bezielden dezen burgervader, die zich eraan ergerde, dat de kinderen bij gebrek aan een draaimolen niet eens volop konden draaien en zwieren. Maar Westwoud's magistraat vond er wat op. Hij trok er op uit, om de houders van het kermis- spul toch maar te bewegen, naar Westwoud te komen. En zoo is het geschied, dat een eerbare burgervader er op uit is gegaan om een draai en zweefmolen en een bioscoop op de gemeen telijke erve te verkrijgen. De kermismenschen hapten niet gauw. Ze wilden geen staangeld geven. Zelfs zonder huur wilden ze hun ten ten niet in Westwoud opslaan. Toen heeft naar men zegt, deze zorgzame burgervader zijn fondsen overzien en de kermislui een aanbod gedaan om met een draaimolen en een zweefmolen te Westwoud te komen, waar voor zij elk 25.- toe zouden krijgen. De burgemeester was nog niet tevreden. Hij had gezorgd, dat de kermis er kwam, nu zou hij ook zorgen dat het er lustig toeging. Westwoud's schrandere burgemeester wist daar raad op. Hij wou zijn lieve schooljeugd gedenken. Klas na klas mocht tweemaal draaien en tweemaal zwevenop rekening van den burgervader?.... hm, hmdat nu niet, maar op rekening van een der ge meentelijke fondsen. Kosten vergoed aan het gemeentehuis. Gefeliciteerd, kermisgasten, van Westwoud begint jullie victorie. „Kan dat nu in arm Westfriesland klaagt „men te Westwoud. De tuinders in bitteren „nood. Werkloozen bij honderden, ook in onze „gemeente. En dan dit Weer wat anders vernemen we uit De Koog op Texel. Toen daar eenige weken geleden de vrachtauto's met matrozen, die hier eenige dagen als kustwacht dienst hebben gedaan, dat dorp binnenreden, hebben vele bewoners van De Koog onwillekeurig even teruggedacht aan de eerst mobilisatiedagen toen plotseling matrozen, verschenen en inkwartiering vor derden. Ditmaal was de situatie niet zoo ern stig, nu het slechts oefeningen gold inkwar tiering bij de burgerij werd ook niet verlangd, daar de manschappen in een kampschuur wer den ondergebracht en eventueele sombere gedachten aan de sombere mobilisatiedagen zullen door het vroolijk gezang der kustver- dedigers aanstonds verdreven zijn. Het Kaap duin heeft als sein- en observatiepost gedu rende deze week een tijdelijke verandering endergaan een telefoonkantoor en legertent aan de duinvoet en boven op de duintop de seininstallatie, bestaande uit een hooge mast, door touwwerk omgeven en daarnaast op de grond een openluchtmagazijn van seinvlaggen in allerlei kleur en vorm. Er is dezer dagen druk geseind met de op zee manoeuvreerende oorlogschepen. Het was een voortdurend hij - schen en strijken van vlaggen langs het touw werk. Een en ander gaf het Kaapduin een ongewoon kleurrijk aanzien, vooral, toen wa tervliegtuigen op geringe hoogte boven de seinmast cirkelden. Toch kwam den Kogena- ren de verzuchting van het hartmogen deze oefeningen toch nooit in werkelijk oorlogsbe drijf behoeven te worden omgezet. OBSERVATOR. BUITENLANDSCH NIEUWS. FEUILLETON (38. Lees eens, wat hier in dien brief staat riep hij uit, maar wat spoedig, als ik u verzoe ken mag Als gij daarbij weten zult, dat ik Gabrielle bemin, zal u alles duidelijk zijn. Maar Murad was er de man niet naar, zich ongestraft te laten hoonen. Met een sprong was hij uit zijn gemakkelijke houding opge rezen en had van het wapenrek een onder zijn bereik hangenden Egyptischen dolk ge grepen. Doodsbleek stond hij daar. Maar hij had nog de kracht zichzelf te bedwingen. Hij greep het hem toegeworpen papier en door liep met zijn oogen haastig den inhoud. Het duurde slechts een paar seconden en zijn toorn was ontwapend. Die jongeman bemin de evenals hij het schoone meisje. Hij wierp zijn dolk op den divan en be schouwde Valentin opmerkzaam. Daarop be gon hij ongeveer aldus Gij verkeert in een dwaling, jongeman Het is waar, dat juffrouw Gabrielle zich hier bevindt, maar in plaats van haar wederrech telijk te hebben ontvoerd, zooals gij schijnt te meenen, heb ik haar gered van de gevaren, die haar eer, wellicht haar leven bedreigden. Gij weet waarschijnlijk niet, dat mejuffrouw Bertara vijanden heeft, wien het om haar for tuin te doen is, want de jongedame is rijk, zeer rijk. Zij, rijk riep Valentin, haar rijkdom bestaat in haar tien vingers, want zij moet van haar handenarbeid leven. Nu vergist gij u weer, antwoordde Murad, want juffrouw Bertara bezit millioenen. Dit was eenige dagen geleden nog een geheim, thans hindert het niet meer, dat men weet, hoe zij opeens door een erfenis tot rijkdom is gekomen, daar zij zich onder mijn bescher ming bevindt en niet bevreesd behoeft te zijn, Een liefhebster van de zee. Een Zwitserschc vrouw was na een korte reis op den Atlantischen Oceaan zoo opgetogen over het leven op zee, dat zij heeft besloten, de rest van haar leven op het water door te brengen. Toen haar reis ten einde was en alle passagiers het schip verlieten, bleef zij in haar hut en verklaarde aan boord te zullen blijven waar het schip ook heen zou gaan. „Het is bovendien goed kooper aan boord te blijven, dan een Ie KLAS reparatie-inrichting voor alle soor ten WOLLEN kleeding, Kousen en Sokken, (ook de allerfijnste.) Voor nieuw werk zijn wij No. 1. P.S. vracht voor onze rekening. dat haar eenig leed zal worden aangedaan. Valentin vertrouwde zijn eigen ooren niet. Met bevende lippen en gesloten oogen, her haalde hij halfluid voor zich zelf Zij is rijk geworden, schatrijk Daarom sprak ook Laguyane van de kleine met de millioenen Daarom zal zij ook mij niet meer liefhebben, het is uit, zij is voor mij verlo ren, zij bemint reeds een ander, dat is zeker, anders had zij mij wel laten weten, wat er van haar geworden is en waar zij een toe vluchtsoord gevonden had Plotseling balde hij weer zijn vuisten. En zij is hier, riep hij uit, zij is in dit huis, nietwaar Ja, antwoordde Murad. En gij zweert mij, dat deze brief, die mij herwaarts voerde, het schrijven, dat ik u naar het hoofd heb geslingerd, geen letter waarheid bevat, waar het vermeldt dat Ga brielle u bemint Ik heb mejuffrouw Gabrielle lief gekre gen, dat is waar, van het oogenblik af waar op ik haar halfdood van vermoeienis, angst en honger onder mijn dak bracht. Gij hebt haar lief Dat is het juist, waar voor ik het meest beducht was mompelde Valentin. En gij hebt haar dat bekend en zij heeft van haar kant ook voor u liefde opge vat, hoe kon het ook anders zijn Murad antwoordde niet. Hij drukte op den knop van een electrischc bel en Azep verscheen op den drempel. Murad voegde hem een paar woorden toe in een taal, die Valentin en de anderen niet begrepen en de bediende verwijderde zich. Weinige minuten later keerde Azep zeer ontdaan terug. Er had een korte, blijkbaar opgewonden woordenwisseling plaats tusschen den mees ter en zijn dienaar. Murad vooral scheen vreeselijk ontsteld. Gisteravond, vannacht was Gabrielle nog hier, sprak hij met ontroerde stem, tever geefs pogend zijn innige smart te onderdruk ken, en nu komt men mij berichten dat zij vanmorgen reeds voor zonsopgang het paleis verlaten heeft Neen, dat is niet waar, dat is gelogen huis met personeel aan den wal ie hebben, aldus de reislustige vrouw en het is ook veel aangenamer". Sinds dien heeft de vrouw reeds viermaal de reis van Havre naar New-York ge maakt. Berouw komt altijd te laat. Te Parijs kreeg een 49-jarige café houder twist met zijn 21-jarige zoon. De zoon trok een revolver en schoot zijn vader dood in hét bijzijn van zijn moeder. Onmiddellijk na zijn misdaad kreeg de zoon berouw en bracht zijn vader in een taxi naar een dokter. Ge neeskundige hulp was echter te laat. De oudste boom van de wereid. Dit is de Bo-Gaha, of heilige' boom te Anuradliadpura, oude hoofd stad van Ceylon. liet is een vijgeboom- ficus religiosa, geplant in 287 vóór Christus in het achttiende jaar der rc- geering van Devempiatissa. Ilij is dus meer dan 2i2 eeuwen oud. Weliswaar is hij nog slechts een ruïne. Pijlers steunen zijn takken én metselwerk schraagt zijn stam. Zijn bladeren wor den zorgvuldig bewaard als kostbare reliquiën. De hoorn, aan welks voet millioenen pelgrims al zijn kurnwi knielen, is omheind dooi' een hek werk dat angstvallig wordt bewaakt door de priesters, die voor zijn onder houd dienen te zorgen. Dominee op den kansel gestorven. Te Anhalt kreeg; een dominee, terwijl zijn Gemeente het slotkoraal zong, op den kansel een beroerte en stierf voor de laatste tonen van het koraal ver klonken waren. Noodlottig gevolg van kwakzalverij. Een staaltje van domheid meldt men uit de Dobroesja. Er was een schaap aan miltvuur gestorven. De herder dacht slim te doen, als hij de geheele kudde kudde van eenige honderden schapen met het bloed van het doode dier inspoot. Vele boeren volgden zijn voorbeeld en prikten al hun schapen •met bloed van het doode zieke dier. Binnen 48 uur stierven nog 2000 scha pen. De herder moest voor de woeden de boeren vluchten. Steenkoollagen gevonden in Sowjet-Rusland. Door intersieve geologische onder zoekingen heeft men in Midden-Azië nieuwe voorraden steenkool aan het licht gebracht. In totaal wordt de hoeveelheid op ruim 3 milliard ton ge schat. In het district van Soeloektinsk bevat de bodem 30 millioen ton steen kolen. De mijnen strekken zich hier uit over een lengte van 20 K.M. Te Sjoerga wordt de hoeveelheid op ruim 200 millioen ton geschat de steenkool aders zijn daar tot 12 meter dik. In het district Kisylkiof zijn groote steen koolmijnen ontdekt over een opper vlakte van 150 vierkante Kilometer. Hier wordt de hoeveelheid op 1.3 mil lioen ton geschat. Voorts zijn groote steenkoollagen ontdekt aan den Zuide lijken oever van 't meer van Issyk-Ivoel welke 300 millioen ton bevatten. Vol gens de jongste berekeningen bevat het district Naryn 370 ton steenkolen. barstte Valentin los. Neen, dat schijnt niet natuurlijk voeg de Trompelet er bij. We zullen het huis dienen te doorzoe ken, bracht August in het midden. Maar Murad was zoo buiten zichzelf, dat hij zelfs geen acht op hun woorden sloeg. Zij is weg herhaalde hij telkens weer alleen weggegaan Waarom Weggevlucht, zonder mij te hebben weergezien, weggevlucht, na mij gisteren te hebben gezegd ja, ja, ik heb u lief ik heb u lief Tot morgen Waar om is zij heengegaan Waarom Murad vergat, dat er iemand bij hem stond. Plotseling trad Azep weder binnen. Heer, zei hij, ditmaal in het Fransch, de jongedame heeft in haar kamer dezen brief met uw adres voor u achtergelaten. Murad greep haastig naar den brief, dien Azep hem toereikte en las den slechts korten inhoud. Hij duizelde, streek zich met de hand langs de oogen, liet zich op een zetel neerval len en bleef een tijdlang stilzwijgend met neergeslagen oogen op den grond staren. Zijn houding, zijn droefenis, zijn geheele gedrag, alles was zoo ongekunsteld, dat Trompelet en August, die in het begin geen geloof hadden geslagen aan Gabrielle's vlucht, thans daarvan overtuigd waren. Het meisje heeft u lief sprak eindelijk Murad, zich tot Valentin wendend. Gij zijt de gelukkige Ik zou u alles wat ik bezit voor dat geluk in ruil willen geven. Dit zeggend, schoof hij over de tafel het blad papier naar Valentin toe. Valentin las geheel verwaard „Vergeef mij, ik beminde reeds, voor ik u leerde kennen en ik moet u ontvluchten, om aan mijn eerste liefde getrouw te blijven." En dit was geteekend met haar lieven naam. Dit was wel degelijk haar schrift, hier getuigde iedere letter, dat ze van Gabrielle afkomstig moest zijn. Is het waar, mompelde Valentin, heeft ze mij nog altijd lief O, riep nu Murad met doffe stem, gij hebt haar niet zoo lief als ik, want datgene, wat mij op dit oogenblik het diepste treft, is niet zoo zeer Gabrielle's vlucht op zichzel- DE AVONTUREN DER WIERINGER WERELDREIZIGERS. IX. Le Barp, 12-9-'33. Wij schreven in ons vorig reisverhaal, dat wij na de heidebrand de nacht doorbrachten vlak voor de stad Parthenay. Wij hadden dien dag ruim 80 Kilometer afgelegd, dus een flinke nachtrust kwam ons wel toe. Maar dit werd ons niet geschonken, want nog maar nauwelijks in slaap zijnde, werden wij opge schrikt door een hevig onweder. Dit was het eerste onweder dat wij in Frankrijk meemaak ten tusschen de bergen. Daar de stad in een diep dal ligt, kaatste de echo steeds terug, en leek het wel of men vlak voor onze tent zwa re kanonnen aan het afschieten was. Het be gon later zoo geweldig hard te waaien en te regenen, dat wij moeite hadden om onze tent overeind te houden. Eerst tegen twee uur be gon het weer op te knappen en konden wij eindelijk gaan rusten. Het was den volgenden morgen al laat toen wij ontwaakten en zijn ons direct reisvaardig gaan maken. Wij wis ten dezen dag een afstand van ruim honderd kilometer af te leggen. Maar den volgenden dag zijn wij vlak voor de stad Saintes blijven staan, daar wij eenige brieven wilden schrij ven. Ongeveer een uur bezig zijnde, werden wij door een hevig lawaai opgeschrikt. Wij gingen direct kijken wat er aan het handje was en het bleek dat er een dronken fietser door een auto aangereden was, en het ver wonderde ons niets dat het ook een jager was. Hier zit namelijk ontzettend veel wild, zoodoende wordt er een paar weken van het jaar verlof gegeven dat men mag jagen. Bij na iedereen gaat dan op jacht en als men dan niet met een vracht konijntjes thuis komt, zorgt men wel voorzien te zijn van een flin- ke lading wijndat bleek ook met deze persoon het geval te zijn. Het ongeluk liet zich nogal ernstig aanzien, wat inderdaad ook het geval was het bleek dat hij een been gebroken en ernstige hoofdkwetsuren beko men had. Er kwam al spoedig een ziekenauto aanrijden waarmee hij vervoerd werd. Toen wij des avonds wat op de harmonica zaten te studeeren, kwam de eigenaar van de water put, waar wij ons drinkwater vandaan haal den eens bij ons kijken. De put was maar eventjes 37 meter diep het water wordt er met een lier uitgehaald. De eigenaar was de Duitsche taal nogal aardig meester, daar hij vier jaar krijgsgevangene geweest was, en daar een van ons zich in die taal aardig kan redden vlotte het gesprek nogal goed. Hij noodigde ons uit bij hem thuis een glas wijn te komen drinken, en vroeg of wij de harmo nica mee brachten het werd een gezellige avond. Toen het 's avonds tijd werd om onze tent te gaan opzoeken, noodigde hij ons uit om den volgenden dag het middagmaal bij hem te komen gebruiken, en gaf ons meteen nog een flesch wijn mee om nog voor wij t» rusten gingen in de tent op te drinken. Maar schreven wij al eens eerder dat wij gastvrij werden onthaald, hier was het echter het top punt van gastvrijheid en maakten meteen kennis met de eigenaardige volksgebruiken van Zuid-Frankrijk, want toen wij den vol genden morgen nog in diepen rust lagen, werden wij al vroeg wakker gemaakt, want men had een pot sterke pikzwarte koffie voor ons klaargemaakt, wat hier de gewoonte is om 's morgens nog voor het ontbijt op te drinken. Een kwartier later kwam men nog met een pot warm drinken voor ons aandra gen, maar wij konden er niet uit opmaken waar dat uit bestond, maar het diende om bij ons brood op te drinken. Het brood wordt hier droog opgegeten met vruchten of een plak chocolade. Maar toen wij om twaalf uur gehaald werden om mee te eten, kregen wij een welvoorziene tafel te zien. Hier werden echter weinig aardappelen gegeten en als men ze dan nog eet worden zij in olie gebak- ken. Alles wordt gewoon als soep bereid, en ve, als wel het gevaar, waarin zij misschien thans reeds verkeert. Valentin hief het hoofd op. Ge hebt gelijk, mijnheer, gaf hij ten ant woord, ik heb mij een oogenblik door mijn zelfzucht laten beheerschen, maar ik zweer u, dat ik bereid ben voor Gabrielle mijn leven ten offer te brengen Gij zijt nog te jong om zulk een eed te kunnen houden, wierp Murad daartegen in. Als ik u niet terzijde stond, zoudt 'gij machte loos zijn tegenover hen, die het arme meisje allerlei lagen zullen leggen. Kent gij haar vijanden dan vroeg Va lentin. Een hunner tenminste. En die heet, die heet riep de jongeman zeer ontstuimig. Noem mij zijn naam, mijn heer, en ik geef u de verzekering, dat wij met ons drieën hem wel zullen beletten haar ee nig leed of onrecht aan tè doen Gij kent hem onder den naam van Nor- bert, antwoordde Murad. Norbertriep het drietal als uit één mond. Zijn ware naam is Norbert, markies d'Argental, verklaarde Murad verder. Hij riep Valentin. Die dag aan dag bij Gabrielle kwam Dus ik heb mij toch niet vergist in mijn oordeel over dien man en is de onwillekeurige haat, dien zijn persoon mij inboezemde, vanzelf verklaard. Hij heeft nooit voor Gabrielle zijn schandelijke plan nen verborgen, hij wist, dat zij rijk was, hij wilde haar dwingen om met hem te trou wen En waar is het meisje, waar moeten wij haar zoeken besloot Valentin angstig. Misschien is zij naar de rue d'Allemagne waar zij woont, teruggekeerd, waagde Murad te veronderstellen. Het was haar eerste lief de. die haar noopte dit huis, waarin zij zoo veilig was, vaarwel te zeggen, die liefde zal haar ook verder hebben geleid. Ja, ge kunt wel gelijk hebben, stemde Valentin toe. Maar in de nabijheid van de rue d'Alle magne, waar deze samenloopt met de avenue van het Bois de Boulogne, voegde Murad er bij, daar kan Gabrielle de agenten van den crfels' Oliefabrieken N.V. Amsterdam. Kwalitcits producten: Murwe en halfz. 7-8'°/o Lijnzaadkockjes I vocht, dat is Lijnzaadschilfers I 5% vocht Lijnmeel I minder dan Soyaschilfers I gewoonlijk Soyakoekjes j in de koeken. Ratiokoekjesv.rationeelc voedering KunstkorrcI geeft meeste eieren en sterkste kuikens Vitamincnmccl beter dan vischmeel. Vraagt merk BERTELS. Let op ons ongeschonden LOODJE. dat wordt samen met droog brood gegeten, en dan wordt er bovendien nog gebruik ge maakt van overvloedig veel wijn zelfs kin deren drinken het, tot slot wordt er nog ster ke koffie toegedronken. Maar wij moesten bekennen dat het ons heerlijk gesmaakt had, hoewel het voor ons een vreemd gebruik was. Dat men hier zooveel wijn drinkt vindt zijn oorzaak dat hier uitermate goedkoop is, voor een liter betaalt men 21'» franc dat Is in Hollandsch geld maar een kwartje. Maar het werd spoedig eGhter tijd voor ons om verder te reizen, hoewel het ons speet, daar wij toch bij deze menschen zooveel gast vrijheid hadden genoten. Na nog enkele foto's van hun gekregen te hebben, voelden wij ons verplicht om hun ook een souvenir te geven. Toen wij na hartelijk afscheid genomen te hebben genomen wilden vertrekken, lieten zij ons niet eerder gaan dan na eerst ons kar retje bijna afgeladen te hebben met brood en vruchten enz., en een paar flesschen wijn, en wij moesten beloven, dat als wij weer terug naar Holland gingen, beslist bij hun aan moesten komen. Vandaar zijn wij vertrokken naar Bordeaux, waar wij tegen zes uur 's avonds aankwamen. Bordeaux is een mooie, grootsche en drukke havenstad, met vele machtige standbeelden en monumenten uit de wereldoorlog, en ook uit vroeger jaren. Wij troffen er ook groote museums aan. Toen wij den volgenden dag de stad verlieten, kwamen wij langs een au togarage waar maar liefst twaalf benzine pompen voor stonden, en die 4 verdiepingen had, een onder en drie boven den grond de auto's werden met groote liften naar boven getransporteerd. Buiten de stad waren wij meteen uit de bergen, en kwamen in een land streek, die ons terug aan Holland deed den ken, daar alles vlak grasland was, en er veel koeien geweid werden. Maar het eigenaardige is, dat hier alle koeien een belletje om hun nek dragen, wat, als zij loopen te grazen een typisch geklingel veroorzaakt. Wat de wegen aangaat, deze deden ons sterk terugdenken aan België, daar wij nu 60 Kilometer voorbij Bordeaux zitten en totnutoe aldoor nog van die zoogenaamde kinderhoofdjes gehad heb ben. Wij konden uit iemand begrijpen dat wij tot Spanje zoo'n weg zouden houden. Doch daar geen zwaar hoofd over. Wij zullen dan ook maar zingen en spelen, geen zorgen voor morgen; geen smart, zoo is ons zigeunerhart. WILLEM HOLLANDER JAN POLET. Crisis-Varkenswet 1932. Do Gewestelijke Varkenscenirale Noord-Holland vestigt er hierbij de aandacht op, dat het met ingang van 15 October 1933 aan niet-ledon der ge noemde Centrale verboden zal zijn varkens te houden. Varkenshouders, die nog geen lid zijn, worden dus in hun eigen belang dringend aanbevolen zich ten spoe digste als lid bij den Seere.aris hun ner Plaatselijke Commissie aan ie melden. markies in het gezicht zijn geloopen en weer in hun handen gevallen zijn en dat is iets, wat ik het meeste vrees. Neen, neen, dit is niet mogelijk, riep Va lentin, dat is onmogelijk Neen, zoo onrecht vaardig kan God niet zijn Alle drie wendden zich naar de deur, van hetzelfde denkbeeld bezield, namelijk Ga brielle te hulp snellen. Valentin evenwel keerde zich nogmaals tot den Oosterling. Mijnheer, ik heb u beleedigd, zei hij. Gij bezit een edel hartIk betreur mijn op welling van drift. Wilt ge mij vergiffenis schenken Murad reikte hem de hand. Valentin greep die en drukte ze hartelijk. Gij zijt zonder behoorlijke hulpmiddelen, sprak Murad. Vergeet niet, dat ik rijk ben. Mijn vermogen staat tot uw beschikking, want het voornaamste van alles is Gabrielle te redden. Verzuim niets, wat u belangrijk toeschijnt voor uw doel, beschouw mij als uw broeder en bondgenoot. Valentin en zijn vrienden verwijderden zich. Murad zonk op zijn zetel terug. Zij bemint mij niet, mompelde hij innig bedroefd, het gelaat in de beide handen be gravend. Lang zat hij zoo in somber gepeins verzon ken. Plotseling doemde in zijn brein met een ze kere hardnekkigheid de herinnering op aan het lied, door de vrouwelijke bedienden zijner zusters gezongen, het lied, dat hij, op Ga brielle's verzoek, voor haar vertolkt had „De jeugd ontvangt een schat van bloe men, die Haar schoonheid tooien en haar het hart verrukken. Ze vlieden heen. De jong'ling, die ze tracht. Te vatten, ziet zich in zijn hoop bedrogen Want vreugde en bloemen, alles gaat voorbij!" En hij zag Gabrielle, met haar hart, met zichzelf in tweestrijd. Waarom ontvlood zij mij, omdat ze mij niet liefhad Zou zij mij eens met onverdeel de liefde kunnen beminnen God is groot (Wordt vervolgd.) j

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1933 | | pagina 1