25e JAARGANG DINSDAG 3o JANUARI 1934 No. 9 NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WIERINGEN EN OMSTREKEN OM HET GOUD WIERINGER COURANT VERSCHIJNT ELKEN DINSDAG en VRIJDAG UITGEVER ABONNEMENTSPRIJS CORN. J. BOSKER WIERINGEN. per 3 maanden 1. BUREAU: Hippolytushoef Wieringen Telef. Intercomm. No. 19. ADVERTENTIëN Van 1 5 regels f 0.50. Iedere regel meer f 0.10. BOEKENSTEUN EN STADSPRIJZEN. Door de nogal verwende bewoners der steden, waar ze soms meer steun aan de werkloozen geven dan de land arbeiders in normale tijden verdien den, word meermalen gemopperd op de steun, die de boeren genieten Men leest in de bladen de abnormaal lage prijzen en als ze die vergelijken met wat zij betalen moeten, gaat men conclusies trekken en zegt men zoo veel steun krijgen die boeren en dat moeten wij opbrengen. Men weet niet, dat de boer ook met de „steun", als men het zoo noemen wil, nog zoo goed als niets verdient in zijn bedrijf en in vele gevallen er nog egld op toe moet leggen. In elk ge val zijn de steuntrekkers in de groote steden kapitalisten, vergeleken bij de boeren. Onze regeering is nu begonnen met de landbouw zooveel mogelijk aan te laten passen bij het gewijzigd handels verkeer, dus bij al de moeilijkheden, welke de export naar het buitenland ondervindt. De grondgedachte, waarvan het hui dig ministerie uitgaat om de land bouw weer iets rendabel te maken is, dat het prijspeil van vóór den oorlog weer bereikt moet worden. Allerlei maatregelen zijn daartoe genomen en het gevolg ervan is, dat we er ;met de akkerbouwproducten op ongeveer 10 percent na zijn. Maar de veeteeltpro ducten zijn er nog wel een percent of 25 beneden. Alles gemiddeld genomen natuurlijk. En wat blijkt nu verder Dat de kosten van het stadsleven nog altijd 40 percent boven die van vóór 1914 staan. De oorzaak van de duurte in de stad moet dus heelemaal niet aan de „steun", welke de landbouw krijgt, geweten worden. Een groote mond opzetten tegen de landbouwers past den stedeling heele maal niet. Hillegersberg. B. J. Sociaal-Democraten en het Wilhelmus In de Vrijdag gehouden besprekin gen bij de voortzetting der begrooting der gemeente Leiden, heeft mr D. A, van Eek, sociaal-democraat, bij de be handeling van den post uitgaven voor volksfeesten ertegen geprotesteerd, dat bij officieele gemeentelijke plech tigheden zooals onlangs de feesten der lichtfabrieken, waartoe ook de so ciaal-democratische Raadsfractie was uitgenoodigd, het Wilhelmus werd ge zongen. Spr. zei, dat de sociaal-demo craten zich daarover gegriefd achtten. De wellevendheid had geëischt dit na te laten en wilde men dit niet dan had men hen tevoren van alles in ken nis moeten stellen. Dan had men kun nen wegblijven. De heer Wilbrink, chr. hist., weer legde deze opmerkingen. In den Raad gingen vele protesten tegen de socia listische zienswijze op. De Burgemeester antwoordde uitvoe rig en deed uitkomen dat de sociaal democraten zich op het standpunt stel len dat zij met de overige Nederlan ders een nationale eenheid vormen. Het Nederlandsche volkslied is nu FEUILLETON. 72. Hij liet zich voor zijn vrouw op de knieën vallen. Ik aanbid je, Gabrielle, riep hij harts tochtelijk uitik aanbid de hand, die mij in het verderf stort, die het vonnis van mijn dood onderteekent, die mijn naam aan een altoosdurende schande prijsgeeft. Hoe komt dit papier in je handen vroeg de markiezin. Rouquin heeft overal zijn vrienden, ant woordde Norbert schouderophalend. Hij werd gewaarschuwd, zooals je merkt. Op mij kon hij geen verdenking hebben, hij wierp de aanklacht achterloos op zijn schrijftafel. Ik nam ze mee, want ik had dadelijk je schrift herkend, maar stel je gerust, je doel werd niettemin bereikt. Je brief heeft een, zij het ook nog onbestemde, verdenking doen ontstaan, een gevoel van twijfel opgewekt bij enkele ambtenaren der politie. Die ambtena ren zullen een waakzaam oog houden op sommige gebeurtenissen, die onverklaarbaar schijnen en hun twijfel zal zekerheid wor den, als zij tot de .ontdekking komen, dat de man, wiens lijk naar de „Morgue" werd over gebracht, Senechal heette. Voltooi derhalve het eenmaal aangevangen werk, Gabrielle. Ik wil, dat je het gelooven zult, als ik je zeg, dat ik je liefheb, dat ik het zal beschouwen als een geluk, om door je toedoen te lijden, dat ik de hand zal zegenen, die mij doodelijk treftVoltooi je werk, wend je tot den pro cureur der Republiek en zoo je een openbaar schandaal durft, schrijf dan nogmaals een ongeteekenden brief, ik zal je zelf opgeven, hoe hij luiden moet. Schrijf eenvoudig dit „De man dien gij in verhoor hebt en die voor geeft Gasparin te heeten, is in waarheid een eenmaal 't Wilhelmus. Mr. v. Eck's op merkingen waren dus niet op hun plaats. VAN ALLES WAT. DE WALVISCHORDE. In 1931 zijn niet piinder dan 40.000 walvisschen gedood en dit heeft de Australische regeering genoopt om strenge voorschriften uit te vaardigen, opdat door beperking de walvisschen niet geheel worden uitgeroeid. Daar nu de tijd van records van walvisch- vangst voorbij is, hebben de walvisch- jagers een orde gevormd, de „Wal- vischorde". Lid of „walvischbroeder", zooals de leden zich noemen, kan al leen iemand worden, die bewijzen kan een zeker behoorlijk groot aantal wal visschen om zeep te hebben gebracht. Bij het jaarlijksche congres van de orde wordt een processie gehouden, waarin een reuzenwalvisch van pa pier piaché wordt rondgereden. Moederliefde van een patrijs. Te Wolframschenbach kwam dezen zomer bij het maaien een op vliegende patrijs, die de boer niet had gezien, tegen de zeis terecht en werd zwaar gewond. Het dier vluchtte in het korenveld en de boer zag het niet jmeer. Maar voor zijn voeten - lag het nest met acht jongen. De piedelijden- de boer raakte het nest niet aan, maar maaide er om heen en dekte de dier tjes met gras toe. Den volgenden dag vond hij het echter leeg. Bij het afzoe ken van het veld zag hij op eenigen af stand de jonge patrijsjes in een nieuw nest, zorgvuldig toegedekt door de doode, patrijzenhen. Deze had met haar laatste krachten de jongen in vei ligheid gebracht en met haar sterven de moederlijf toegedekt. De maan zou uiteenspatten. Wat er ons zooal boven het hoofd hangt, gaat de stoutste verbeelding te boven Daar heeft nu in de Doyal Institution te Londen, sir James Jeans een les in sterrenkunde gegeven, waar in hij heeft beweerd dat de maan maar gedurig nader tot de aarde komt en op een zeker oogenblik daardoor haar bol vorm zal opgeven, eivormig worden en in atomen zal uiteenspatten, die om de aarde zullen draaien zooals de ring van Saturnus. Vijf millioen biggen in Amerika afgemaakt. Electrisch gedood. Ten einde verdere daling der var- kensprijzen te voorkomen, moesten in den laatsten tijd in de Vereenigde Sta ten vijf millioen biggen worden afge maakt. Ondanks de geheel gemechaniseerde installaties der groote slachthuizen te Chicago, waren deze bedrijven niet op dergelijke hoeveelheden berekend, zoo- dat duizenden biggen electrisch ge dood moesten worden. Een moeilijk probleem was het, wat men met de af gemaakte biggen zou doen. Nadat het vet aan zeepfabrieken was verkocht, hoopte men de rest tot kunstmest te kunnen verwerken, maai- de prijzen van kunstmest zijn zoo laag, dat deze verwerking nauwelijks loonend is. In sommige kringen bestaat groote zekere Loussard en een handlanger van Rou quin. De op de brug van Asnières vermoorde man heet Senechal en woont te Parijs in de rue Bleue." Dat is voldoende. En wie zegt je, dat ik het niet zal doen riep Gabrielle. Doe het. Ik smeek je er om. Ben je dan je leven moede vroeg de jonge vrouw. Ja, dat ben ik en ik zou mij gelukkig achten, zoo mijn leven door jou werd vernie tigd. Maar haast je, Gabrielle. Bij de eerste ver denking van Rouquin, is hij je ontvlucht en zou je je wraak slechts ten halve bevredigd zien. De markiezin beschouwde den man wiens naam zij droeg, met kennelijke verbazing. Zij begreep niet, wat er in zijn binnenste om ging. Zij vreesde den een of anderen valstrik. Je verkeert in een dwaling, sprak ze, zoo je je verbeeldt, dat er eenig gevoel van medelijden voor je in mijn hart kan zijn ont staan Als God mij twaalf levens schonk, zou ik ze alle twaalf gebruiken, om je te ha ten Ik ga dadelijk schrijven aan den pro cureur der republiek. Ja, je haat is aangewassen tot een on- uitbluschbare vlam, mompelde Norbert, ter wijl hij het hoofd op de borst liet zinken. Gabrielle ging naar haar schrijftafel en wierp haastig eenige regels op het papier. Daarop reikte zij het geschrevene aan haar man. Is dat zoo voldoende vroeg zij. Hij las het en knikte. Dat is Rouquin's dood, zei hij, en ook mijn eigen vonnis. En terwijl zij haar hand uitstak, om het papier weer in ontvangst te nemen, greep Norbert die hand en drukte ze in vervoering tegen zijn brandend voorhoofd. In spijt van alles, zal ik je blijven be minnen tot mijn dood, zei hij met bevende lippen. Indien je thans niet beproeft mij te ver murwen, indien dat alles geen berekend ko ontstemming over het feit, dat op geen enkele wijze getracht is een gedeelte van het vleesch der afgemaakte biggen ten goede te doen komen aan de milli- oenen noodlijdende werkloozen. GEMEENTE WIERINGEN. „WAT KAN DE WERELD REDDDEN FASCISME OF SOCIALISME Voor de afd. Wieringen der „S.D.A.P. sprak Zaterdagavond in Concordia het lid der Tweede Kamer, Ir. Cramer, waaraan mede werking verleende de Arb. Zangvereen. „De stem des Volks" uit Anna Paulowna. Nadat de voorzitter, de heer R. Hulsebos de pl.m. 200 aanwezige personen een wel komstwoord heeft toegesproken, zingt het koortje onder leiding van den heer Rusting eenige socialistische liederen, waarna Ir. Cramer zijn rede aanving. Rede Ir. Cramer. Ir. Cramer vangt zijn rede aan met te zeg gen, dat de leuze „Wat kan de wereld red den, Fascisme of Socialisme" niet alleen voor Nederland geldt doch voor de geheele wereld. Het Nationaal socialisme is na den oorlog gekomen en is een zuiver crisis-verschijnsel. De algemeene verwarring op economisch gebied vindt een weerslag in de politieke verhoudingen. Het is te begrijpen, dat millioenen menschen die geen uitkomst zien, in de war raken, vooral de politiek ongeschoolden en dat on der deze catagorie het nat. soc. veld wint. Het ligt voor de hand, dat de extreme rich tingen Fascisme en Communisme groepen po litiek ongeschoolden menschen tot zich trek ken. Het is niet makkelijk om in dezen tijd so ciaal-democraat te zijn, daar is school voor noodig. Wij moeten trachten de menschen inzicht bij te brengen. Dit is de tijd van leuzen De fascisten roe pen „Hou zee" maar men heeft geen hou vast aan hen, al wat ze zeggen is hol en ge fraseerd. Denken moet je niet wordt er ge zegd, alleen vertrouwen. Dat zeggen wij niet, wij zeggen „denk na." Het is onze plicht de menschen inzicht te schenken, hoe de miserre is ontstaan. Straks komt er een anderen tijd, de maatschappij is bezig zich in onze richting te ontwikkelen. Groote groepen van het volk zijn overtuigd, dat het zoo niet langer kan gaan en zijn over tuigd dat het kapitalisme in zijn huidige vorm onbestaanbaar is. Overal hoort men anti kapitalistische klanken. Spr. gaat uitvoerig in op het krankzinnige productieproces, van overvloed en honger. De landbouwers hebben een afschuwelijk bestaan middenstand en industrie gaan zien deroogen achteruit, groote groepen arbeiders leven aan den rand van den ondergang. Het spreekt vanzelf dat in al die kringen een weerzin ontstaat tegen deze gang van zaken en dat men zich afvraagtwaar moet dat heen Dit gaat linia recta op een oorlog af, dat wil niet zeggen dat hij komen moet, maar er wordt reeds zoo gesproken in uiterste link- sche kringen zegt men de oorlog moet ko men het is onvermijdelijk en in uiterst rechtsche kringen wordt gezegd, de mensch is zondig, dus moet er oorlog komen. En in het verre Oosten is de toestand inderdaad dreigend. De ontwapeningsconferentie^ zijn op tijd geëindigd, alles wijst op een totale ineenstorting. Is het niet typeerend roept spr. uit, dat de veel gesmade Marx, die vol gens sommigen heeft afgedaan, deze gang van zaken voor 90 jaren reeds heeft voorspeld. Marx heeft gezegd, dat de maatschappij op een moment niet verder zou kunnen en dat de arbeidersklasse dan de leiding zou moeten overnemen. Spr. zet dan uitvoerig uiteen, dat het Nat. Soc. in Duitschland gebruik heeft gemaakt van de politieke ongeschooldheid van het volk, waar nog bij kwam de zware druk waar mediespel is, indien je geweten je inderdaad je slechte handelingen verwijt waarom ga je dan niet liever heen en geef jezelf bij de jus titie aan, waarom verlang je, dat ik het doe? Omdat de dood mij zoet toeschijnt, als hij van jou komtantwoordde hij. En met een bitter lachje voegde hij er bij Maar ik heb geen gewetenswroeging, Gabrielle Ik heb je alleen lief en wil je dat bewijzen Ik bemin je en verlang, dat je mij van jou kant ook een weinig zult liefhebben, zij het ook op het laatste oogenblik mijns levens. Ik hoop, dat je althans een schijn of schaduw van medelijden zult gevoelen voor den man, dien je doodtIk hoop, dat je blikken niet meer zoo ijskoud, maar met eenige zachtheid zul len blijven rusten op mijn lijk Dan hoop je het onmogelijke, antwoordde de markiezin wreed. Voleindig dan je werk, Gabrielle, de ver zoening kome van jouw kantIk zal niets doen, om ze te bespoedigen, dat zweer ik je Langzaam verwijderde zich de markies, zonder het hoofd ook maar één keer om te wenden. Gabrielle bleef in gedachten verdiept hem nastaren. Hij is een moordenaar zei ze daarop halfluid. Als ik hem en zijn bondgenooten aan de justitie uitlever, voorkom ik nieuwe misdaden, ik straf de reeds volbrachte Waar om zou ik medelijden hebben, kenden zij medelijden voor hun slachtoffers Waarom zou ik aarzelen Zij ging nu naar Valentin, die geen woord van dit zonderlinge gesprek had gemist. Hij stond daar met bleek gelaat en saam getrokken wenkbrauwen. Je hebt alles gehoord nietwaar vroeg Gabrielle. Zeg mij nu, of ik iets te duchten heb Neen, antwoordde Valentin, dat heb je niet. Hij heeft je waarlijk lief. Zoo zou nie mand kunnen huichelen. Hij bemint je op recht En hij lijdtGeloof je niet, dat hij lijdt riep Gabrielle met een zegevierenden onder het Duitsche volk leefde met het onwaar achtige vredesverdrag van Versaille als on dergrond. Het Duitschland wat aan de spits heeft gestaan in de wereld onderging een ont zettende vernederinggeen wonder dus dat het nationalisme een sterke prikkel was, de vrees voor het communisme heeft hier zeer veel bijgedragen. Om de massa te winnen heeft men achter nationaal, socialisme ge plaatst. Het nat. soc. van Hitier en Göbels droeg het karakter van anti-kapitalistisch, al hun propaganda was hierop gebaseerd. Ook Mussert schermt hiermede. Voor Neder land behoeven wij echter niet bevreesd te zijn het is te on-Hollandsch, het zou echter een groote fout zijn, om een tegenstander te onderschatten. Het Nat. Soc. heeft een anti-parlementair karakter. Nieuwe leuzen, een nieuw geluid, men speculeert op de verwarring en zegt dan: wat heeft de sociaal democratie de wereld gebracht Waarom zouden we het dan niet eens wat anders probeeren Dit is echter de grofste misleiding, de soc. dem. hebben nog nergens de meerderheid gehad. Het Nederlandsche volk is echter politiek geschoold en bovendien heeft het de vrijheid lief. Reeds onder Floris de Vijfde dulde het geen sterke man, het duit geen druk van bo ven. Zonder iemand te willen kwetsen zou spreker eerder willen zeggen het Ned. Volk is „tuchteloos" men erkent bij ons geen dwang. Er worden allerlei dingen aan onze partij genooten gezegd over onze partij genoo- ten in Duitschland. Zij zijn echter in '18 door de toestand overvallen. Nooit hebben zij ech ter de absoluten macht gehad. Het is spr.'s meening dat zij te weinig actief geweest zijn. Zij hebben weinig of geen verandering in het toen bestaande stelsel gebracht. Spr. vraagt zich echter af wat of er van het program van de nat. soc. terecht is geko men. De N. R. Crt., die misschien de best geo riënteerde correspondent heeft van alle Ned. couranten in Duitschland, heeft een opsom ming gegeven van de niet ingeloste beloften. De economische toestand is slechter dan ooit, de werkloosheid is niet verdwenen, het moet er een afschuwelijke toestand zijn. Een Nederlandsche Minister heeft tegen spr. gezegd ja het is natuurlijk voor mij een kleine kunst om morgen de werkloosheid op te heffen, door uit te vaardigen, dat allen naar gedwongen werkkampen gaan, maar dat verandert niets aan de toestand. Het kraakt reeds in Duitschland, achter de schermen wordt reeds een strijd gestreden; men weet dit maar al te goed. Het fascisme in Italië en in Duitschland heeft de wereld niet vooruit gebracht, het is een voortdurende bron van onrust en heeft de beschaving honderd jaar teruggebracht. De Mussert-groep heeft zoo'n on-Hollandsch karakter, dat we ons niet ongerust behoeven te maken, ons volk heeft de vrijheid te lief. Het program van de N. S. B. is een woor delijk vertaalde copie van het Duitsche. Koos Vorrink, die dit program heeft bespro ken in brochure weerlegt punt voor punt. dit program waar niets van verwezenlijkt wordt in Duitschland, noch in Italië. In Nederland heeft het fascisme aanhang in bepaalde kringen. De middenstand, die meer en meer verprolitariseert, voelt zich nog te hoog om bij ons te komen en heeft haar hoop op de N. S. B. Ook een deel van de on mondige jeugd, die van huis uit met een ze keren haat tegenover de arbeidersklasse staan, wordt gebruikt om de arbeidersklasse neer te slaan. Er is voor ons een groote taak weggelegd, aldus spr. Alleen het socialisme kan de we reld redden, dat moet ons versterken in ons geloof. Wij moeten ons echter opnieuw oriën- teeren; de veranderde tijden brengen dit mee. Wij zijn echter een levende partij. Wij zullen alle groepen, die anti-kapitalis tische klanken laten hoor en in onze strijd moeten betrekken. Wij hebben te veel alleen de arbeiders be- lach om den mond. Ja, hij lijdt, antwoordde de jonge man aangedaan, hij lijdt en ik begrijp, dat hij met hijgend verlangen den dood tegemoet ziet, want te leven, zooals hij, moet een helsche foltering zijn Welnu, dat hij sterve riep Gabrielle den pas geschreven brief op haar schrijfta fel werpend. XXVII. Bontemps was niet werkeloos gebleven. Hij had, gelijk wij weten, een rijtuig aan geroepen en liet zich daarmede naar Rou- quin's woning in de rue Lafayette brengen, want zijn tijd was kostbaar. Terwijl hij zoo door de straten van Parijs reed, wond hij een doek om zijn voorhoofd want de wonden, die hij had gekregen bij het zich laten glijden langs de steenen brug, be gonnen te bloeden. Omtrent zijn eigen per soon vrijwel gerustgesteld, dacht hij aan Lous sard, die zich op dat oogenblik gewis in een neteligen toestand bevond. De patroon zal niet tevreden zijn mom pelde hij daarbij. Na een half uur rijden stond het rijtuig in de rue Lafayette stil. Bontemps liet zich niet tot voor het huis van Rouquin brengen, omdat bij het' minder raadzaam had geoordeeld den koetsier het adres van zijn meester op te geven, daar de politie allicht zijn spoor tot zoo ver zou kun nen nagaan. Hij verliet het rijtuig en begaf zich per voet verder. Rouquin ontving zijn vertrouwde agenten op ieder uur van den dag en van den nacht. Hij klopte op een overeengekomen wijze aan een kleine zijdeur die dan ook steeds onmid dellijk voor hem geopend werd. Bontemps trad binnen. Bij het zien van den man met zijn ge schaafd gezicht en de bebloede handen ver bleekte Rouquin. Hij vermoedde slechte tij ding. Hij liet Bontemps in een kleine spreek kamer en sloot zich aldaar met hem op. Zoo, onder vier oogen, opende zich het ge trokken in onzen strijd. Dit was vanzelf sprekend omdat wij arbeiderspartij zijn. Doch de tijd van enkelvoudige hervormingen is voorbij, de gansche maatschappij moet van structuur veranderd worden. Geen refor misme meer, maar radicale maatregelen. Alle groepen moeten wij opvangen die met ons van gedachten zijn, dat de maatschappij veranderd moet worden. In België heeft men het plan de Mann waarmede zij de gansche Belgische partij in actie heeft gebracht, van uiterst links tot rechts. Ook andere groepen hebben hun in stemming reeds betuigd. In dit plan de Mann is een planmatig pro ductie systeem uitgewerkt, waarmede het kapitalisme in het hart wordt geraakt. Ook in Nederland hebben zij de verschillen de schema's van socialisatie- en negatie pro grams klaar. In tal van landen wijst het er op, dat het gaat in onze richting. Geen reformisme meer maar radicalisme, het „socialisme nu" roept spr. uit. Laat allen hiervan doordrongen zijn, aldus spr., die eindigt met v.d. Velde te citeeren. Nadat de Stem des Volks nog eenige liede ren heeft gezongen en een vraag is gesteld, gaat men onder het zingen der internationale uiteen. Mandoline-ensemble „Oefening kweekt kunst". Dir. P. Jongkind. Zooals gewoonlijk liep „Concordia" bij de ledenuitvoering van O.K.K. Zondagavond weer stampvol. De ver wachting dat het wel eens vol kon loopen had velen reeds vroeg een plaats doen inne men in de zaal, wat het voordeel met zich bracht dat precies op tijd kon worden begon nen. Als het scherm opgaat zit de club reeds opgesteld, de dames overwegend in aantal op de voorgrond, de heeren voor de aanvullende partijen achteraan, waar ons opviel een nieuw gezicht en geluid, n.m de heer J. Bruul als saxophonist. Nadat de heer Jongkind een hartelijk wel kom tot den aanwezigen heeft gesproken, in het bijzonder tot den Eere-Voorzitter Burge meester L. C. Kolff, vangt het programma aan met een viertal muzieknummers van O.K.K.waarvan over de uitvoering hiervan met lof kan worden gewaagd. De heer Jongkind had zich voor geen mak kelijke opgave geplaatst, waarvoor natuurlijk alle reden is, de club gaat zich binnenkort weer op wedstrijd laten hooren en komt dan in een hooge afdeeling uit waar de eischen weer zwaarder voor zijn geworden, zoodat de nummers die op een uitvoering worden ge speeld een waardemeter kunnen zijn voor een uit te zoeken vrij nummer voor een wedstrijd. Geopend werd met de zeer mooi gespeelde fantasie, Robin des Boisno. 2 Was Blumen Traumen werd eveneens goed uitgevoerd, contrabas moet wat bescheidener zijnde bekende wals Donauwellen, werd beloond met een daverend applaus en besloten werd met de zware marsch Unter den Sternenban- ner die een waardig slot vormde van het eerste gedeelte der avond. Voor het tweede gedeelte had men beslag weten te leggen op het zeer gunstig bekend staande gezelschap van Louis Noiret, die ook op Wieringen reeds meerdere malen lauweren heeft geoogst. Wij willen echter geenszins volstaan met het bekende volzinnetje „Goede wijn behoeft geen krans." Louis Noiret heeft de goede reputatie welke hij als Cabaretier heeft, niet alleen bevestigd doch ook versterkt, de gansche avond was zijn optreden, ook voor de anderen van het gezelschap een stijgend succes. Om alle nummers op te noemen zou te veel plaatsruimte vergen, en we moeten ons dus bepalen tot het opnoemen van een enkele. Direct had Noiret het contact met de zaal, met een paar zeer eenvoudige liedjes met zijn vrouw. „Ik zoek een schat voor mij alleen", was weer een groot succes, de „Zeemansliedjes" met Sieg. Sontran als accordeonist evenzoo. sprek kort en bondig. Wat is er gebeurd Ja, patroon, het had maar zus of zoo gescheeld Senechal Dood. Maar het lfjk is in handen der politie. Loussard Gearresteerd door de gendarmes van Clichy. En jij Ik ben over de leuning van de brug van Asnières in de Seine gesprongen, om niet eveneens te worden ingerekend. Ik ben den dans nog bijtijds ontsprongen, maar ik heb mij zoo geschaafd aan de brug, dat ik een gevoel heb, alsof zij mij levend hebben ge vild. Rouquin wischte zich het angstzweet van het voorhoofd. Verloren, mompelde hij, we zijn verlo ren We kunnen niets meer doen. Verloren En dat met zulk een goed overdacht plan Opeens hervond hij zijn gewone koelbloedig heid. Vertel wat mij gebeurd is, ik moet alles weten zei hij tegen Bontemps. Deze bleef niet in gebreke om een trouw relaas van het gebeurde te geven. Hij vertel de, dat zij reeds konden gelooven dat alles uitnemend gelukt was, zonder dat iemand eenig kwaad vermoeden kon hebben, toen het ongeluk op de brug plaats had, het breken van de wagenas, waardoor zij voor- noch achterwaarts meer konden, gevolgd door de tusschenkomst der politie en de ontdekking van den moord. Rouquin hoorde het geheele verslag met een zich meer en meer rimpelend voorhoofd aan. Ik zie niet in, besloot hij, nadat Bon temps had uitgesproken, dat er ergens een fout werd begaan, noch van jou noch van mijn kant. Tegen het toeval is men machte loos en het is hier juist het toeval dat ons in het verderf heeft gestort. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1934 | | pagina 1