Thomas Bifs'sj schapen-wascluniddel, Belangrifk! BARON VAN MUNCHHAUSEN AAN HET WOORD. „HET GROENE KRUIS," ZIEKENFONDSLEDEN fa. JOH. LAUWERS, Payglop 3 Alkmaar. 1 WIE wil op AMSTERDAM met nieuwe AARDAPPELEN HET AVONTUUR MET DE EENDEN. Ik was eens met een groot gezelschap aan het jagen in een waterrijke steek. Eg het achtervolgen van een hert, was ik de anderen echter kwijt geraakt. Plotseling stond ik aan den oever van een meertje, waar een aantal wilde eenden zwom. Helaas bemerkte ik, dat ik geen kogels meer in mijn geweer had. Maar de eenden waren een verleidelijke buit Opeens bedacht ik, dat ik nog een stuk spek in mgn proviandtasch had; dit be vestigde ik aan een lang dun touw. Toen verborg ik mij in het struikgewas langs den oever, wiep mijn lijn met spek uit en had weldra het genoegen te zien, dat de eerste •eend haastig naderbij zwom en het spek in slikte. De andere eenden waren ook nader bij gekomen en daar het spek erg glad was, gleed het door het lichaam van de eerste eend weer onverteerd naar buiten, waar ce tweede eend het inslikte. En toen het weer naar bulten kwam, de derde; zoo door tot alle eenden aan den draad waren. Om zoo te zeggen als parels aan een snoer. Ik trok ze uit het water aan land, sloeg het touw een keer of zes om mijn middelen Vumdelde naar huis. Ik moest nog een goed eind locpen en de eenden waren flink zwaar. Bijna had ik er spijt van, ze allemaal gevangen te hebben. Maar toen kwam me een voorval te hulp dat mij eerst erg in ongelegenheid bracht. De eenden waren n.1. nog alle levend, en be gonnen, toen ze van hun eersten schrik be komen waren, met de vleugels te slaan en verhieven zich in de lucht, terwijl ze mij «n hun vlucht meenamen. Vele anderen zou den zich geen raad geweten hebben; maar ik benutte deze omstandigheid zoo goed mo gelijk en roeide met de panden van mijn fas de richting van mijn kasteel uit. Toen ik er vlak boven gekomen was, vond ik het tijd om te dalen. De eene eend na de andere haalde ik aan het touw omlaag en sloeg ze bewusteloos. Heel kalmpjes daalde ik toen, precies door den schoor steen van mijn huis op het keukenfornuis. Gelukkig was er nog geen vuur aange maakt. Mijn kok schrok zoo verschrikke lijk, dat hg schreeuwend de keuken uitliep en terugkwam met een stok om „het spook" weg te jagen. Maar toen hij mij zag, veranderde zijn verbazing weldra in bewondering voor het knappe stukje, dat ik hem vertelde. De eenden hebben we dienzelfden midda;. allemaal opgegeten. Het jachtgezelschap was stom van verwondering, toen lk hun mijn avontuur had meegedeeld. Ik roeide met de panden van mijn jas de 'ichting van het kasteel uit. x klinker. x grootvader. x strijdtuig. x x x x x x x eetlust, honger. x straks. x melodie x medeklinker. Op de kruisjeslijnen komt hetzelfde woord te staan. H. x medeklinker. x op dit oogenblik. x wiel. x klein knaagdier. x muziekinstrument, xxxxxx rivier bij New York. Op de kruisjeslijnen komt hetzelfde woord te staan. Hl. Mijn eerste gedeelte is geen vrouw; mijn tweede gedeelte is een ander woord voor wild, opgewonden; mijn derde gedeelte is niet uit. Zet je ten slotte nog een klinker achter ine, dan heb je een muziekinstrument Wie ben ik? IV. De volgende lettergrepen, goed gerang schikt, geven een paar bekende vulkanen, Bo, èt, ka, kra, li. na, strom, su, tau, us, ve vi. V. Mijn geheel: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 7. 1. is een groote haven stad in Engeland. 3, 4, 5. niet dichtbij. 3, 7, 1. niet leeg. 1, 7, 5. prul, vod. 6, 2, 1. geneesmiddel. Oplossing. I. a opa wapen appet Ij t later w ij 9 Etna, Krakatau, Stromboli, Vesuvius. H nu rad muls plano Hudson OULF, DE ROODE WOLF. Oulf, de roode wolf, rekte zich uit; toen gaapte hjj en Het twee rijen reusachtige tanden zien. Een vrouw uit de menigte gaf een gil van schrik. Daarna, zonder zich te verwaardigen naar de menschen te kijken, Jia hem door de tralies aanstaarden, draaide hij zich op zijn andere zij. „Siberische wolf", spelde de schelle stem van een kleinen jongen, die het bordje las, dat aan zijn kooi bevestigd was. „Ga mee naar de apen kijken," klonk een ndere stem. „Die wolf is niks leuk. Hij slaapt aldcor!" Maar Oulf sliep niet: hij droomde. Zonder zich te verroeren, liet hij zich be kijken door de nieuwsgierigen, die aldoor voor zijn hok stonden. Het interesseerde hem weinig of de menschen voor zijn kooi stilstonden of niet; hg was niet als de andere beesten van den dierentuin, voor wie bezoekers lekkers en snoeperijen beteeken- den. Hij wist wel, dat niemand hem dat ééne. waar hij naar verlangde, dat éene, dat hij noodig had: de vrijheid, kon be zorgen. Om de uren wat minder lang en zijn ge vangenschap wat draaglijker te maken, droomde bij van den tijd, dat hij nog geen bewoner was van „Artis". Toen was hij nog vrij, een gevreesde be woner van de Siberische toendra's met een naam, die klonk: Oulf, de roode wolf! In dien tijd bezat hij nog de prachtige pels, langharig en rossig rood, die hem onder- Liverpool; ver, vol, lor, pil. IV. V. VOOR MEISJES. De poppenuitzet. Als we naar buiten gaan, nemen we natuurlijk de pop mee. Maar heeft ze wel een goede zomergarderobeNee? Dan gaan we er een maken! Onze poppekinderen moeten toch ook behoorlijk voor den dag kunnen komen. Wat zeggen jullie van een strandpyama? Dat is leuk, hèl? Nee, heusch; het is niet moeilijk te maken en trouwens Moeder zal je wel hel pen, als je heelemaal geen raad meer weet. De pyama bestaat uit een donkerblauwe broek en een witte blouse. De broek Is ver sierd met drie rijen witte kettingsteken en de blouse met drie rijen blauwe. Op een vel wit papier teeken je nu eerst het patroon, zooals dat op de teekening is afgebeeld. Je moet eerst de maat van de pop nemen natuurlijk; dan kun je het oatroontje precies op maat teekenen. De deelen zijn: voor en achterkant van de bies op de broek; de broek zelf, het lijfje, de kraag en het mouwtje. De broek, het lijfje, de kraag en het mouwtje moeten twee' maal (op elkaar) geknipt worden. De stippellijnen, beteekenen, dat daar de 9tof dubbelgelegd ls. De lange broek heeft opzij twee splitten, die netjes omgezoomd moeten worden. Heb je alles in elkaar genaaid, dan zet je aan lederen kant van de broek een knoop en maakt er een knoopsgat bij. In het blousje komt een split van voren, dat ook netjes afgewerkt moet worden. Dan maak je de rijen kettingsteken. Het spreekt vanzelf, dat de naadjes van binnen ook netjes afgewerkt worden. Is ddt allemaal gebeurd, dan vraag je, of Moeder de pyama voor je strijken wil. En je zult eens zien, hoe lief pop er in haar nieuwe pyama uit zal zien!! Als een echte dame... MARIAN B. scheidde van de andere wolven. Nu was hij glansloos en flets... Zijn roode pels, die zoo prachtig uitkwam op het wit van de sneeuwvelden. Oh, die jachten door de bosschen en over de ver laten vlakten, wat deed Oulf er altijd graag aan mee. In den zomer was er overvloedig wild, dan jaagde men voor genoegen; maar in den winter, dan was de jacht eerst iets...!!! Door zijn kracht on zijn verstand was Oulf de aanvoerder van de bende; terwijl de andere wolven jaagden op konijnen, hazen en vossen, zocht Oulf de sporen van een waardiger buit. Dan liep hij met zijn neus op den grond over de sneeuw en snoof de talrijke geuren op van dieren en aarde. Van tijd tot tijd wierp hy zijn kop in de hoogte om den wind op te halen. En naarmate de geuren sterk of minder sterk waren, ver snelde of verlangzaamde hg dan zijn pas. En dan, al3 hg precies wist, waar zijn buit de eland, zich bevond, dacht hg aan de troep. Dan ging hij op zijn achterpootcn zitten, hief zyn kop op naar den hemel en stootte den versclirikkelgken wolvenroep uit. Op mg'en afstand hoorden de wolven dezen roep door de stilte van de vlakten en. bun eigen Jacht ln de steek latend, kwamen ze af op de rauwe tonen van zijn gehuil. Oulf de roode wolf wachtte hen op; eerst hoorde bij hen, om dan hun donkere vormen aan den horizon te zien verschij nen. Als de troep voltallig was, stond hy op. om met een korten blaf aan hst hoofd te gaan. Een opwindende jacht begon; de wolven renden door bosschen en over vlak ten, renden zonder ophouden. Inplaats van moe te worden, scheen het, of het telkens sneller ging, sneller... tot eindelijk voor hen den omtrek van den achtervolgden eland zich afteekende, die wanhopig over de vlakte vloog. Met een nooit falende tactiek wist Oull hem naar de vlakte dryven. In een bosch zou de kans, dat de prooi ontsnapte heel groot zgn; maar op de toendra zouden ze hem vroeger of later toch vangen. De eland wist het. Met wanhopige zgsprongen pro beerde by den zoom van het woud te be reiken; daar zou hij voorloopig veilig zgn; VOOR DE KNAPPERTS. De vlugste manier. Klaas moet een stapel papier voorzie» van een indeeling. Het zgn er heel waiv» Zuchtend bekijkt Klaas den stapel, dan be« gint hij het eerste vel met ztjn liniaal te verdeelen. Toevallig komt zgn oudere broer binnen. „Maar Klaas, dat doe je verkeerd. Dat moet je zoo doen, dan gaat het toch veel en veel vlugger!" Hoe moet Klaas het dan wel doen? Oplossing staat rechts onder aan het« blad. TANTE TINE. stevige houten kist en werd hij bewonderd door de jagers van het kamp, waar ook de twee mannen, die hem gevonden hadden, bil hoorden. Oulf bleef gevangen; alleen dt muren van zgn gevangenis wisselden: de bouten wanden van een spoorwagon en daarna de ijzeren traliehek ken van den dierentuin. Maar Oulfs leed bleef hets zelfde: hij was gevangen. D(\ trotsche heerscher der Si berische toendra's had nu een hok van enkele meters om zich te bewegen. Met een zacht gejank ging de reusachtige wolf op zijn andere zij liggen en deed zijn oogen dicht om niet de men schen te zien, die voor zijir kcoi stonden. E. W. Oulf. de roode wolf. maar de wolven, dde een halve cirkel had den gevormd, versperden hem den weg. Er was slechts een uitweg: doorvliegen, als een schaduw zoo hard, over de toenara! Net zoo lang tot hij uitgeput van vermoeid heid! neerviel. Maar soms, als het een oude, sterke eland was, boog hij z(jn kop naar de achter volgers, om hen op zyn horens op te van gen. Dat was het moment, waarop Oulf ge wacht had. Omdat hij de aanvoerder was, opende hy den aanval. Met een zywaart- schen sprong ontweek hij de gevaarlgke horens; dan kon het gebeuren, dat cie achter hem loopende wolf erin liep en doodelgk gewond opzg werd geslingerd. Maar daar trok Oulf zich niets van aan. Met een geweldigen sprong vloog hy den eland naar de keel. En hoe deze ook sprong, niets kon hem ertoe dwingen zgn slacht offer los te laten. En als het dier elndeiyk op den grond viel, stond Oulf trots en zege vierend te kijken, hoe zya troep zich aan het vleesch te goed deed. Hg zelf ging weer op zoek naar een andere buit. Tot de dag kwam, dat dit alles een einde nam. Oulf, wlen anders geen geur, hoe ge ring ook, ontging, had niet geroken, dat er menschen op de toendra geweest waren en in plaats van om te keeren, liep hy verder. Plotseling een gekraak van takken, de grond onder hem zakte weg en Oulf de roode wolf, was in een val geloopen. Ge durende lange uren liep hy in zyn gevan genis heen en weer; maar hy kon geen enkelen uitweg vinden. Hy maakte geen ge luid; want zyn instinct zei hem, dat zyn gejank andere gevaren dichterbg zou bren gen. Maar het ongeluk kwam toch in den vorm van twee mannen en een hond, die over den rand keken. Oulf gromde wild en Het zgn tanden zien; maar de mannen daarboven deden geen poging om een ge vecht met hem te beginnen. „Wat een pracht beest," zei een van hen. „En hg heeft geen schrammetje. We moeten zorgen, dat hy er onbeschadigd uitkomt" En zy begonnen toebereidselen te maken, waarvan Oulf niets begreep. Plotseling gierde er iets door de lucht en Oulf voelde een lasso om zyn nek. Hg rukte en trok als een wanhopige; maar iedere ruk haalde het touw steviger om zijn nek. Dat duurde twee uur, drie uur. Eindelijk kon de roode wolf niet meer en hy viel bewusteloos neer. Toen deelde een van de mannen af in den val, bond zgn pooten vast en stopte hem geheel in een zak van leer, om zich te beveiligen tegen zgn nagels, bjj het vervoer. Toen Oulf ontwaakte uit zgn bewuste- loozen toestand, was hy gevangen in een DOMME KINDEREN. „Wat is wind?" vroeg de onderwijzer. „Lucht, die haast heeft!" zei een stem van de achterste bank. Peter houdt niet van tiuinboontes. Vader zegt: „Toen ik zoo oud was als jg, was ik dol op tuinboontjes". „Wat zult U dan blij zijn, dat U nu by ons mag eten, hè Paps?" zegt Petertje. Moeder wil uitgaan. „Gaat U weg, Mam?" vraagt kleins Herma. „Ja, kind". „Mammie, vertrouw je me?" „Ja kind". „Echt! „Natuurlgk Herma'tje". „Vertel me dan waar U den pudding voor morgen bewaard hebt". DE VLUGSTE MANIER. Oplossing. Hij moet een stapel add legge^ dat de rand van ieder vel *to eind «lp steekt. Als hy nu een lt)o o*w bel bayneO vel trek, trek hg deze meteen door op 'e randen der andere vellen. Ale hü 4*1 e*» alle vier de kanten gedaan Ml da indeeling op ied-er vel. Hy boefl vtu nog maar de verkregen p'.nter y rer» binden. TANTP 1 in bussen HV2 ct. p. schaap, in pakken 8 ct. p. schaap. Alleen bij CENTRAAL DROGIST J. H. VRIELINK, tOOGZIJDE SCHAGEN.' COÖPERATIEVE BOERENLEENBANK WIERINGEN. GEWIJZIGDE zituren van den Kassier TE DEN OEVER MAANDAGMIDDAG van half twee tot half vier. TE HIPPOLYTUSHOEF WOENSDAGMIDDAG van balf twee tot half vier. WIJ hebben voor OOK Z. en O. FONPS) BRILLEN. Op gereedmaken en reparaties kan gewacht worden. Gegarandeerd goedblljvende DOUBLé BRIL met donkere of lichte randen 3 BUIKBANDEN EN ELAST. KOUSEN. Paskamer en vrouwelijke hulp (verpleegster) aanwezig. Voortsbreukbanden, enkelstukken, platvoetzolen enz. samenwerken Men schrijve dan onder nummer 75 aan het bureau van dit blad, op welke conditiën.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1934 | | pagina 6