Tfiomas Bigg's
Groot Bal
Petrolen - kooktoestel.
Voor de Kermi
„Do Koomschoof
GEVONDEN.
„HET GROENE KRUIS,"
MET DE KERMIS
CONSUMPTIE - IJS
VAN GEBR. VROONE,
VEERDIG:
JAN SMIT
HOLLANDSCHE NIEUWE.
HUIS TE HUUR
j. c. KLEIN,
WAAROM
Jnjje
OMDAT
GEEN BETERE.
KERMIS 1934.
FIRMA H. K. v. KALSBEEK EN ZONEN
G. M. RUSTENBURG
UW ADRES:
ONS DIERENHOEKJE, '-
GESTOORDE MïDDAGRLST.
in bussen 14Vè ct. p. schaap,
in pakken 8 ct. per schaap.
Alleen bij
CENTRAAL DROGIST
J. H. VRIELINK
Hoogzijde Schagen.
wil men gerust zijn, dat al wat
men gebruikt goede kwaliteit is.
Welnu,, koopt dan voor uw
kinderen en U zelf
dan zijt gij verzekerd dat ge eer
st» kwaliteit krijgt.
Gebruikt steeds SCHEPIJS, da
gelijks versch gekookt.
Ook verkrijgbaar in bekers van
1/4, Vt of 1/1 Liter.
Aanbevelend GEBR. VROONE,
Hoofdstraat 5, Hippolytushoef,
Eerste en oudste Electr. bereiding.
KERMIS 1934.
RIJWIEL- EN
MOTORSTALLING.
J. KLEIN, 't Hoekje,
MET DE KERMIS BIJ
Populaire dansmuziek van
ZWANENBURG en KOS.
PRIMA ORKESTEN.
Schitterend versierde zaal.
VRIJ ENTRÉE.
Aanbevelend
S. VEERDIG.
WIERINGER KERMIS.
Als van ouds staat op de hoek
bij N. Kaan
MET ZIJN HEERLIJKE
AAN DE KLIEFTSTRAAT
H.-HOEF.
Te bevragen bij
Koningstraat H.-hoef
gebruikt de huisvrouw voor
haar KLEEREN en GORDIJ
NEN alleen
warm of koudwaterverf
(in poedervorm)
IN GE VERF geen lijm of bind
middelen bevat.
INGEVERF veel grootere
verfkracht heeft.
INGEVERF zelfs de fijnste
stoffen niet aan
tast.
INGEVERF daarom het goed
koopst is.
ER IS
Gedurende de KERMIS
BAL
in de zaal.
GROOT ORCHEST.
VRIJ ENTRÉE.
Aanbevelend
C. SCHELTUS,
Het beste adres voor een goed
pit
Wij verkoopen het allom bekende merk; zonder katoenen
zonder voorverwarming en geen oppompen,
GEBRUIKT SLECHTS 1 CT. PER UUR.
VRAAGT PRIJS EN DEMONSTRATIE BIJ DE
Wieringen, Den Oever Den Helder
Tel. 3 Binnenhaven 2, Tel. 584.
Elftstraat 7 H.-HOEF Telef. 41
houdt zich voor de KERMIS beleefd aanbevolen
voor de levering van
EERSTE KWALITEIT VLEESCHWAREN.
Alle dagen verkrijgbaar
HAM, PEKELVLEESCH, Gebr. VLEESCH.
VERDER een UITGEBREIDE KEUZE van SOORTEN.
Voor allerhande KOEKSOORTEN, TAAR1
JES, GEBAK, ENZ.
HIPPOLYTUSHOEF.
Fijne waar.
Eerste kwalite
ïeld, dat hij een afzonderlijke inrichting
zou bezitten om het water, dat hij in groote
boeveelheden drinkt, als hij daartoe in de
gelegenheid is, te bewaren. De groote cel
len in de beide eerste afdeelingen der maag
aanwezig, werden als een water-bewaar
plaats beschouwd, waartoe zelfs de reiziger
in den uitersten nood zijn toevlucht zou
kunnen nemen, om den dorst te lesschen.
Zoowel het een als het ander is een fabel.
Alleen als een kameel groen voeder ge
bruikt, kan hg het langen tijd zonder wa
ter stellen. Bij droog voer en groote hitte
vergaat hij reeds na drie dagen van dorst.
Er is heel wat dressuur noodig, voor men
een kameel zoover heeft gebracht, dat hij
alle diensten bewijst, die men van hem
trekken kan.
Als een kameel drie jaar is, wordt hij
afgericht tot rij- of lastdier. Hem wordt
geleerd te knielen, opdat, men hem
gemakkelijker kan beklimmen of belasten.
De last wordt langzamerhand vermeerderd
en wanneer dit geleidelijk geschiedt, kan
men het zoover brengen, dat de kameel in
staat is een last te torsen van 400 tot 500
K.G. De wijze waarop ze beladen worden
is zeer eenvoudig. Een soort van houten
schraag, inwendig met vier kussens he
kleed, vormt een zadel, dat op het lichaam
past en waaraan de voorwerpen met koor
den worden opgehangen. Een beladen ka
meel ziet er somtijds wonderlijk uit.
OOM KEES.
DE LAATSTE TOCHT VAN DE
„JANSJE CORNELIA".
„Vieren, laat den schoot vieren, jongen!"
Door de plotselinge stormvlaag begon het
zeil te klapperen, en de schipper liet een
kreet van pgn hooren; hij was geraakt
door een zwiepend touw,
„Hebt U zich bezeerd?" vroeg een der
kleine passagiertjes angstig, toen hg den
schipper zag, wankelen en de hand naar de
oogen zag brengen.
„Nee, vent; het is al over, een schram
metje. Wees maar niet bang; maar ga met
de anderen rustig onder in de boot zitten.
Er gebeurt niets; direct zijn we in de ha
ven".
De meisjes en jongens lachten om den
storm, die hen zoo plotseling was komen
"Jvenvallen op hun pleziertochtje.
De scheepsjongen, die hoewel pas 14
jaar oud, een echte zeeman was, wist wel,
dat hun toestand verre van grappig was.
Maar met groote verwondering hoorde hij
den schipper even later zachtjes zeggen:
„Klaas, waar ben je?"
„Hier vlak voor IJ, schipper", antwoordde
de jongen verbaasd.
„Kom dan eens bij me; anders kun je me
niet verstaan door den wind!"
De passagiertjes letten in het geheel
niet op den schipper en den scheeps
jongen. De eerste had ondertusschen zijn
hand laten glijden over den arm van den
jongen, langs zijn hals tot hij zijn kin had
gevonden en tilde zijn gezicht op en fluis
terde hem iets in het oor. Wat hij zei, moest
wel heel erg zijn, want Klaas werd bleek
en zijn bruine oogen keken verschrikt naar
het gezicht van den schipper, waar een
paars-roode striem over voorhoofd en wang
liep.
„Goed schipper", zei hij toen plechtig.
Met een zucht verhief de schipper zich
weer; greep het stuur en dreef de boot in de
goede richting. Klaas had ondertusschen de
touwen aangehaald, ging toen aan de
voeten van den schipper zitten en, alsof hij
in zichzelf sprak, begon lüj: „De wind is
west; we gaan de kust tegemoet; ik zie het
strand al in de verte."
„Aan stuur- of bakboord?"
„Recht vooruit!"
„De zeilen klapperen nog te veel. Ruimer
de touwen."
Klaas deed wat hem gezegd werd.
„De pieren zijn nu recht voor ons".
„Als je er ongeveer 8 10 Meter voor
bent, moet je door den wind gaan. Maar wees
voorzichtig, Klaas; want anders
De kleine scheepsjongen stond wijdbeens
voor zich uit naar de pieren te kijken, die
naderbij kwamen.
Toen hij er vlak voor was, klonk het tra-
ditioneele: „Alles ree? Overstag!" en de
boot keerde zich om en zeilde er vlak langs.
De kinderen waren vol bewondering voor
de handige manoeuvre.
ZOEKPLAATJE.
„Hè, waar zijn mijn autolampen? Ik meen toch
zeker te weten, dat ik ze meegenomen had."
l3lOUdiiU.ll }3U
uva sü ap ut apaamj ap ua jr.- uuooa otp 'ouivp op
uoa aCpoon WH do jfz dwvi ouao atj .Guissoido
HET „BCH1P
ffle hg in Sat land aan de menschen bewijst,
zijn buitengewoon. Zijn bouw stelt hem in
staat de onherbergzaamste streken te door
trekken en dasrom is hij het cenige dier,
dat geschikt is voor den transporthandel ia
de woestijn. Het „schip der woestijn" maakt
het den menseh mogelijk te leven en te reizen
te midden van deze dorre zandige vlakten.
De voeten van het dier zijn zoo ingericht,
dat de kameel over zand kan loopen zonder
diep daarin te zakken. De twee teanen zijn
onderling verbonden en de heele voet is met
een breede ecltzool bedekt. Verder hebben
DHR WOESTIJN".
ontzien. De huizen der inboorlingen in Oost-
Soedan. die uit palen zgn opgebouwd en,
met steppengras bekleed, moeten omgeven
worden door een haag van doornige takken,
om de kameelen er af te houden. Het is
meermalen gebeurd, dat de kameelen zoo'n
woning tot aan den grond hebben opgege
ten. Dikwijls is de doornenhaag niets eens
•en goede beschutting, aangezien de scherpe
doornen met het grootste gemak door hem
worden opgegeten en fijngeknauwd zonder
hun bek te kwetsen.
Er wordt wel eens van den kameel ver-
Mjin geheel:
1. '2, 3, 4, 5, 5, 3, 6, 5, 7. is iets dat
alle kinderen een groot feest is.
4, 5. bevestiging.
6, 5, 5, 8. niet hier.
1, 2, 3. niet dichtbij.
7, 5, 5, 3. gekookt.
1, 5, 5, 7. onduidelijk.
Mijn geheel:
1, 2, 3, 4, 5, 1, 6, 7, 8. 6. 9. is een stad in
Japan, het eindpunt van den Trans-Siberi-
sehen spoorweg.
7, 8 5, 2. rustig.
4, 5. 9. tegenovergestelde van dun.
9. 5, 2. koud, koel.
7, 3. 2, 2. plaats van de koelen in deD
wint*.
1, 4 g. product van schapen.
Wladiwostok;
stil, dik, kil, stal. wol.
m.
medeklinker.
x bedekt den bodem
van het bosch.
f x meubel om op te
zitten.
f x f plaatsje in het Gooi
xxxxxxxxx Europeesch land.
x iets bleek maken.
x niet dik.
x plechtige gelofte.
x medeklinker.
Op de kruisjeslijnen komt hetzelfde woord
staan
Anemoon, waterlelie, iris, dotter, viooltje.
REKENKUNSTJE.
Oplossing.
Stel je voor, dat het gekozen getal 3 was;
3 met 9 vermenigvuldigd geeft 27,
Het groote getal vermenigvuldigd met 27
geeft de volgende uitkomst:
12345679
27
86419753
246913580
333333333
De uitkomst bestaat dus uit het gekozen
cijfer. Met welk ander getal je het ook pro
beert, dit zal altijd zoo zijn. Het is dus heel
gauw en gemakkelijk te zien, welk getal
er in de gedachten genomen was.
TANTE TINE.
„De hemel is zwart, schipper," zei de
scheepsjongen zacht.
„Zie je het in de verte al regenen?" vroeg
de schipper angstig.
„Nee nog niet!"
„Dan kunnen we, als we geluk hebben,
nog voor de bui binnen zijn. Want als de
zeilen doornat zijn, leun je ze niet meer han-
teeren."
„Wat gebeurt er op het strand, schipper?"
„Oh," zei de scheepsjongen. „Menschen,
die naar ons kijken."
„Wat is er dan? Is onze toestand mis
schien gevaarlijk?" vroeg een der jongens.
„Welnee, de Jansje Cornelia is zoo veilig
als iets," zei de scheepsjongen. „Binnen een
kwartier zijn wg aan den wal."
Toen zich naar den schipper keerend:
„Voor den vuurtoren moet ik draaien, is het
niet?"
„Ja, jongen!"
„Draai dan nu het stuur om." De handen
van den schipper klemden zich om het stuur,
de boot kreeg een schok en terwijl de kinde
ren lachten en schertsten, fluisterde Klaas:
„Een beetje meer afhouden, schipper, nog iets.
We zijn er bijna; we zgn bij de aanlegplaats.
Hoort U de menschen, die roepen... Iets
terug... oh... we stooten... we stooten..."
Een groote golf wierp de kleine boot als
een notedop tegen de pier: het geschreeuw
der menschen overstemde het gekraak van
het hout. In minder dan geen tijd liep het
water in de boot, die omsloeg en alle op
varenden vielen in het water.
Gelukkig werden er hulpvaardige handen
genoeg uitgestoken. Alleen de schipper
scheen de hulp niet te bemerken; maar
plotseling schreeuwde Klaas:
„Pak hem; hij kan niet zien!"
En dat was waar: het touw, dat den
schipper geraakt had, had hem verblind;
en om de kinderen niet aan het schrik
ken te maken, had hij niets gezegd; alleen
IETS OVER KAMEELEN.
EEN HONDENGESCIIIEDENJS.
de scheepsjongen wist het, en die had voor
hem gekeken.
De blessure was gelukkig niet ongenees
lijk; eenige weken in het ziekenhuis en de
schipper kon weer zien. Maar de Jansje
Cornelia zou hij niet meer kunnen zeilen,
die had haar laatste tocht gemaakt onder
bevel van den kleinen scheepsjongen, die
zich zoo dapper erdoor had geslagen.
Kameelen kunnen er zich niet op beroe
men uiterlijk een mooi dier te zijn. Het
plompe lichaam met een of twee vetbulten
op den rug en hier en daar met wollige
haren bedekt, wordt gedragen door vier
wanstaltige pooten. De hals is veel te zwaar
voor het kleine hoofd, dat met zijn korte
recht opstaande ooren en uitdrukkinglooze
oogen verre van mooi is.
Toch is de kameel een zeer nuttig dier.
Wat zou b.v. een Arabier zijn zonder ka
meel S -
Kameelen vindt men nergens in wilden
staat. Hoewel de kameelen eigenlijk één
soort uitmaken, onderscheidt men ze in één-
of tweebultige. De eerste, meer algemeen
bekend onder den naam van dromedaris,
Wordt aangetroffen in Afrika. De diensten,
kameelen zeer'weinig behoeften, zij kunnen,
als het noodig is, wel negen dager, buiten
water en er zgn kameelen, die 35 a 40 mijlen
per dag afleggen en dit 8 tot 10 dagen vol
houden, zonder een noemenswaardige hoe
veelheid voedsel te gebruiken. De kameel is
niet kieskeurig, wat zijn voedsel betreft. Hij
eet alles, wat hem wordt voorgezet, of liever
wat hij vinden kan, mits het plantaardig
is. Want dit dier is een echte herbivoor
(planteneter).
Met met ruwste en scherpste gras waar
voor zelfs een ezel zijn neus zou optrekken,
kan hij het weken lang uithouden en wan
neer het noodig is, stelt hij zich tevreden
met een rietmat of met een oude mand.
Zijn gebit is zoo sterk en zijn bek is zoo
hard, dat niets door hem behoeft te worden
IV.
De volgende lettergrepen goed gerang
schikt, geven de namen van een vijftal bloe-
aan:
a, dot, i. Ie, lie, moon, ne, ooi, ris,
ter, ter, tje, vi, wa.
OPLOSSINGEN.
L
Verjaardag:
ja, daar, ver, gaar, vaag.
maar als hij denkt, dat hij mij daarmee ergert
vergist h\j zich.
a
Daar gaat het mormel; ik kan hem. hier vandaan
precies zien loopen.
Ziezoo nu kan ik mijn middagje weer voorf.
zetten; dat was heelemaal in, de war gebracht
door dat lastige bezoek."
REKENKUNSTJE.
Je zegt tegen een van je vrienden, dat hjj
de getallen van 1 tot en met 9, met uitzon-
dering van 8, op moet schrijven.
Het getal wordt dus 12345679.
Nu zeg je hem een van deze cijfers uit te
kiezen en dit met 9 te vermenigvuldigen.
Met het nu verkregen getal, moet het eerste
nog eens vermenigvuldigd worden.
Het spreekt vanzelf, dat jij het getal niet
weet.
Is dit alles gebeurd, dan vraag je hem de
uitkomst te mógen zien en na er één blik
op geworden te hebben, zeg je hem welk het
cijfer was, dat hij uitgekozen had.
Hoe kan dat? De oplossing staat onder de
oplossingen der raadsels.
TANTE TINE.
„Nu zit ik net lekkerop den divan om een mid
dagdutje te doen, of daar wordt gebeld. Zeker
bezoek
Nu komt hij zoo liefjes aanloop en; wacht
als je dicht bij me durft te komen
1 6
nee. maar dat is het tappunt; met mijn ba: n
hij aan het spelen.
»ie j* wel, ik dacht
erg mee in haar schik
hond er eigenlijk bij
het al. Vrouwtje schijnt er
te zijn. Wat moet die malle
VOOR DE KNAPPERTS.
Moet je dat mormel zien. Die wil bij
vrouwtje in een goed blaadje komen
7
Eindelijk wordt hij geroepen; zijn vrouwtje om:
weg. Gelukkig!