EXTRA STERK!
TWEEDE BLAD.
VRIJDAG 21 SEPTEMBER 1934
No. 76
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
WIERINGEN EN OMSTREKEN
■WIERINGER COURANT
BUITENLANDSCH NIEUWS.
DE KINDERVERLAMMING IN
DENEMARKEN.
Het aantal gevallen van kinderverlamming
neemt in Denemarken nog steeds toe. Op
vele plaatsen in het land zijn in verband met
deze epidemie scholen gesloten en worden
soldaten ondergebracht in barakken. Te
Middelfart aan de Kleine Belt, hebben de
autoriteiten bevolen, dat alle kinderen moe
ten worden ingeënt met entstof uit het bloed
van hun ouders.
IN DE BESCHAAFDE WERELD
TERUGGEKEERD.
Tien jaar bij de kanibalen in het oerwoud.
Uit Quito in Ecuador wordt gemeld, dat na
bijna tien jaren te hebben doorgebracht in
de oerwouden van de Amazone-vallei, dr. Her
man Ruth, de eenige overlevende van een uit
24 personen bestaande expeditie, in de be
schaafde wereld is teruggekeerd.
De overige leden van de expeditie, waar
onder de leider, dr. Otto Schulz, zijn deels
vermoord door de Jibaro kannibalen, deels
gestorven ten gevolge van malaria en de
doorgestane ontberingen.
De expeditie, die bestond uit Duitsche na
tuurkundigen, plantkundigen en anthropolo-
gen, uitgerust met het doel het gebied te
onderzoeken tusschen de Amazone en de Puto
majo-river. Zij vertrokken in 1924 uit Cuzco
(Peru.) Drie jaar later waren er nog slechts
elf deelnemers in leven. Bij de Pastaza-rivier
werden zij overvallen door de Jibaro-kanniba
len. Dr. Schulz was het eerste slachtoffer.
Dr. Ruth verloor bij het aanschouwen van
dit tooneel het bewustzijn. Toen hij bijkwam,
bevond hij zich in gezelschap van een Jibaro-
meisje, dat hem te verstaan gaf, dat alleen
een huwelijk met haar hem het leven kon
redden. Een korte huwelijksplechtigheid volg
de en de hoektanden van de bruid werden
uitgetrokken als teeken, dat zij getrouwde
vrouw was geworden. Gedurende vijf jaar
woonde dr. Ruth onder de Jibaro's als „medi
cijnman."
Hij wekte echter de jaloerschheid op van
inlandsche medicijnmannen en beseffend dat
zijn leven gevaar liep, maakte hij gebruik van
een plundertocht der kanibalen, om met zijn
bruid te vluchten. Drie maanden lang dool
den zij door het ongebaande oerwoud, totdat
zij tenslotte den missiepost Morgan bereikten.
BINNENLANDSCH NIEUWS.
NEDERLANDSCHE SMOKKELAARS OP DE
BELGISCHE KUST?
Het schip ontkomen.
In den nacht van Zondag op Maandag
kwamen te Ostende twee gendarmes en twee
ambtenaren der douane plotseling aan boord
van de daar liggende sleepboot „Zeeleeuw."
Zij gaven den opvarenden bevel onmiddellijk
uit te varen en binnen de territoriale wate
ren te blijven ter hoogte van Raversyde. De
politie was gewapend met karabijnen en re
volvers. Met gedoofde lichten voer de sleep
boot uit en kwam spoedig op de aangeduide
plaats aan, waar het anker werd uitgewor
pen. Na verscheidene uren zag men een sloep
naderen, die eveneens met gedoofde lichten
voer. Naam en nummers van de sloep waren
afgedekt. De geheimzinnige sloep bleek de
sleepboot niet te hebben opgemerkt. De gen
darmes stonden gereed te vuren en wachtten
op bevel van de douane-ambtenaren, doch
de laatsten gaven er de voorkeur aan de smok
keiaars op heeterdaad te betrappen. Op een
gegeven oogenblik zag men echter aan boord
van de sloep, dat men waargenomen werd,
waarop onmiddellijk rechtsomkeert werd ge
maakt en gevlucht werd.
De „Zeeleeuw" achtervolgde de sloep niet,
doch bleef ter plaatse liggen. Een net werd in
zee gevonden, blijkbaar door de sloep uitge
worpen, en vol bussen alcohol, waarvan de
AANSPRAKELIJKHEID IN DE
CHIRURGIE
(uit een artikel van Jean Fiolle, in „La Presse
Médicale", Parijs, 30 Mei 1934)
\/OORZOOVER mij bekend, heeft nog
nooit iemand gewezen op de niet te
overbruggen tegenstelling tusschen de
wettelijke en de moreele aansprakelijkheid
van den chirurg.
Slechts weinigen zouden zich, naar ik ver
onderstel, aan het mes van den chirurg toe
vertrouwen, wanneer in de overeenkomst tus
schen chirurg en geopereerde ook maar even
gewag werd gemaakt van wettelijke aanspra
kelijkheid. De belanghebbende voelt zeer wel,
dat het gerechtelijk apparaat hem allerminst
beschermt, tenzij in uiterste of zeer bijzon
dere gevallen. Daarbuiten heeft men te doen
met een vrije zone, waar men de ergste din
gen zou kunnen vreezen, wanneer in die zone
de orde niet zou worden bewaard door een
nauwgezet wachter, die zijn macht volstrekt
niet ontleent aan het zwaard der gerechtig
heid, maar die eenvoudig het geweten van
den chirurg heet.
Derhalve zijn er op zijn minst twee chirur
gische aansprakelijkhedendie welke de
rechter nagaat en afweegt en de moreele ver
antwoordelijkheid, die subtieler en machtiger
is, waarover niet wordt gerept en die deson
danks de overeenkomst bezielt.
Bij het meerendeel der uitingen van men-
schelijke activiteit gaan de twee beschermings
elementen, die van persoonlijken en die van
gerechtelijken aard, ongeveer hand in hand.
Zoodoende kan men bij een handelszaak
eventueel in den loop der besprekingen uiting
geven aan een zekere mate van vertrouwen.
Blijkt dat niet voldoende te zijn, dan staat
een beroep op den rechter open het ene vult
het andere op doeltreffende wijze aan.
Ieder chirurg zal alras ^)t de erkenning ko
men, dat het in zijn beroep anders gesteld is.
Deze uitzondering op een algemeenen regel
verdient, dat wij er ons mee bezig houden, in
de eerste plaats omdat zij een helder licht
moet werpen op onze geheele studie en voorts
omdat zij op tragische wijze drukt op het be
staan van tal van chirurgen.
totale inhoud geschat werd op 7000 L. Om
streeks drie uur des nachts naderde een Ne-
derlandsche boot dezelfde plaats en voer naar
de kust Ook dit schip voer met gedoofde lich
ten. Aan boord van de sleepboot „Zeeleeuw"
merkte de bemanning op, dat op dit schip, in
zuiver Nederlandsch, bevelen werden gegeven.
Tevens zag men, dat van de kust af signalen
werden gegeven, gevolgd door het roode sein,
dat gevaar beteekent. Hierop stoomde het
Nederlandsche schip weg met volle kracht.
Men vermoedt thans, dat men hier te doen
heeft met eenzelfde smokkelaffaire, als die
welke indertijd te Middelkerke werd ontdekt
en waarbij toen tal van arrestaties werden
verricht.
GEMEENTE WIERINGEN.
TOEWIJZING AAN KORPSEN.
De onderstaande dienstplichtigen allen van
de lichting 1935 zijn bij de achter ieders naam
gestelde korpsen voor het daarbij genoemden
tijdvak ingedeeld. J. Bontkes en C. Lont, 21e
Regt. Inf. te Amersfoort, tijdvak van inlijving
1—10 October 1935 R. Jorna en P. Ottens,
21e Reg. Inf. Amersfoort, tijdvak van inlij
ving 16—25 Febr. 1935 J. Hekman, 21e Reg.
Inf. opleiding onderofficier Amersfoort, tijd
vak van inlijving 1—10 Nov. 1934 Aan de
1ste Schoolcompagnie van Het Reg. Kust Ar
tillerie te Den Helder zijn voor het inlijvings
tijdvak 16—25 October 1933 toegewezen de
dienstplichtigen P. Dekker, M. W. Koorn, J.
Scheltus en H. Woortman en voor het inlij
vingstijdvak 1—10 Mei 1935 de dienstpL S. de
Jong, C. Koorn en J. H. v. d. Schans.
Aan de Zeemacht te Den Helder zijn toege
wezen L. Drenth en S. Halfweeg, resp. aan de
1ste en 2de ploeg inlijving 22 Febr. 3 Maart
1935 en 23 Aug. tot 1 September 1935 Aan de
3de ploeg van de Luchtvaartafdeeling te Soes-
terberg, L. Kuit, inlijvingstijdvak 1—10 Octo
ber 1935. Aan het 1ste Bat. Reg. Genietroepen
te Utrecht, J. J. Landolt,, 1ste ploeg 16—25
FeFbr. 1935 A. Meijer, Reg. Wielrijders te
's-Hertogenbosch, 1ste ploeg 1625 Maart
1935 A. Verkerk, Schoolcompagnie van het
Korps Pontonniers, te Dordrecht, 1ste ploeg,
16—25 Febr. 1935.
PROVINCIAAL NIEUWS.
MODESHOW S. HERSCHEL.
Zooals wij reeds in het kort hebben mede
gedeeld, zal door de firma Herschel, Koning
straat Den Helder een modeshow worden
gegeven, waarop le klas mannequins de laat
ste nouveauté's van de groote buitenlandsche
modehuizen zullen demonstreeren. Deze show
zal worden gehouden op Donderdag 27 Sep
tember, des namiddags van 3 tot 5 uur, in
„Casino". Voor iedere beurs zal er een mo
dern snufje zijn.
Naar wij verder uit goede bron vernemen,
is aan deze show een bizondere attractie ver
bonden door het optreden van eerste klas ar-
tisten. Het is nog niet bekend van welk
genre deze zullen zijn wij komen daar na
der op terug. Tevens zal dien middag een
uitgebreide thé complet worden geserveerd.
Zoowel dames als heeren kunnen verzekerd
zijn van een Interessanten middag, zoodat het
te verwachten is, dat hiervan een druk ge
bruik zal worden gemaakt. De toegang is vrij.
Ons Lichaam en onze Gezondheid.
Blootvoets loopen.
In den zojner staan wij allen iets
dichter bij de natuur. De warmte, de
zon en het water lokken ons aan en
hoe meer kleedingstukken wij kunnen
laten vervallen, hoe liever het ons is.
Veel volwassenen gaan ook weer op
bloote voeten loopen, wat gelukkige
herinneringen aan de kinderjaren op
wekt. Daar is ook niets tegen, mits men
blijft denken aan gezondheid en hygi
ëne. Het gaat er met om, zijn pleizier
daardoor te laten bederven, doch inte
gendeel hierom, dat het genoegen, zich
in zon en buitenlucht te bewegen, niet
ontijdig wordt afgebroken als gevolg
van zorgeloosheid en onwetendheid.
Om op blootvoets terug te komen
men zal ondervinden dat men dit niet
meer zoo gemakkelijk doet, als toen
men een kind was. Spitse steenen,
boomwortels, zelfs scherpe grashalmen
veroorzaken wondjes die licht gevaar
lijk kunnen worden.
Na een mooien Zondag hadden in 'n
groote zaak een stuk of vijf employé's
last van hun voeten. De eigenaardige
verschijnselen waren dezelfde. En de
oorzaak was in alle gevallen een lich
te infectie als gevolg van blootvoets
loopen. Verwaarloost men zulk een in-,
fectie, dan kan dat zeer onaangename
gevolgen hebben. Juist de kleinste
wondjes, die niet bloeden, kunnen
vooral wanneer zij door dorens of roes
tig ijzer worden veroorzaakt leiden
tot een gevaarlijke bloedvergiftiging.
De voet doet pijn, de wreef zwelt op en
een rood streepje het ontstoken
lymphvat - zet zich onder de huid
voortdurend verder langs 't been naar
boven voort. Tenslotte - en dan is het
hoog tijd om er iets aan te doen zwel
len de lymphklieren in de lies op en
doen pijn bij eiken stap, bij elke bewe
ging. Deze verschijnselen mogen in
geen geval licht worden opgenomen.
De voet moet zoo spoedig mogelijk ab
solute rust krijgen, terwijl dadelijk me
dische hulp dient te worden ingeroe
pen. Bevindt men zich buiten op een
afgelegen plaats, dan is het goed met
het oog op zulke gevallen een fleschje
jodium-tinctuur bij zich te hebben.
Wanneer de wondjes nog denzelfden
dag worden aangestipt, zal er geen
bloedvergiftiging ontstaan.
Over de gevaren van de zon is reeds
genoeg geschreven. Elke volwassene zal
nu wel weten, dat een te krachtige
bestraling door de zon meer schade
dan nut voor de gezondheid beteekent.
Hoe weldadig een zonnebad ook is,
wanneer men zich langzamerhand
er aan heeft gewend, even gevaarlijk
zijn de plotselinge verbrandingen, die
niet alleen de huid, doch het gëheele
organisme schaden en koorts veroor
zaken.
Een ander onaangenaam verschijn
sel. dat 's-zomers veel voorkomt, zijn
de wondplekjes tusschen de teenen.
De hooge temperatuur, die in de schoen
ontstaat en de onderlinge aanraking
der huidoppervlakken, gepaard met
de vochtafscheiding vormen helaas een
idealen voedingsbodem voor bacteriën
en zwammen. Deze ontsteking tusschen
Het exeptioneele in onze aansprakelijkheden
heb ik aldus geformuleerd
In de chirurgie zijn de wettelijke en de mo
reele aansprakelijkheid niet slechts twee van
elkaar verschillende dingen zij staan zelfs
lijnrecht en onherstelbaar tegenover elkaar,
iij zijn vijandige zusters.
Elke operatie is een drama, vanwege het
instrument dat zij vereischt. Een ieder zal dit
onmiddellijk toegeven. Minder goed is men
daarentegen doordrongen van het innerlijke
drama, waarbij de chirurg, na bespreking,
besluit, al dan niet zijn mes te gaan hantee-
ren. Hoe zijn beslissing ook moge uitvallen,
hij moet afwachten, of de feiten hem in het
gelijk stellen. Pas dan zal hij misschien
weten, of hij gelijk heeft gehad, toen hij be
sloot al of niet te handelen.
Zoodoende wordt het geheele geval tot een
waarschijnlijkheidsberekening, tot een keus.
Maar deze keus wordt bepaald door tallooze
uiteenloopende factoren waarnemingen, her
inneringen, intuïties, vrees, temperament, en
wat niet al. Voor de problemen, waarvoor wij
ons geplaatst zien, bestaan nog altijd geen
wiskundig zekere oplossingen en de chirurg
is geen machine, maar een mensch en dat
mogen wij niet uit het oog verliezen een
mensch, die een gevaar onder het oog heeft
te zien.
Dit woord gevaar brengt ons tot de kern
der kwestie zelf. Het spreekt vanzelf, dat het
gevaar vooral voor den patiënt aanwezig is,
maar men zal toegeven, dat een gedeelte er
van toch ook diengene bedreigt, die de ope
ratie verricht. Want nooit is hij er zeker van,
dat zijn ingrijpen gelukkige gevolgen zal heb
ben. Heeft hij een beetje pecht, dan heeft de
eerste de beste het recht, hem te beschuldi
gen, hem aan te vallen en hij is er nooit
zeker van, dat de affaire voor hem tenslotte
niet met een veroordeeling zal eindigen. Het
bewijs zou al heel gemakkelijk te leveren zijn,
dat deze vrees tegenwoordig steeds minder
hersenschimmig wordt.
Dientengevolge treedt een merkwaardig
verschijnsel aan den dag naast het voor
naamste oogmerk, namelijk de genezing van
den zieke, doet zich, nu eens als een beschei
den parasiet, dan weer als een reusachtige
en vergiftige uitwas de zucht tot zelfbehoud
zijn onze eigengebreide wollen kousen, Sok
ken, TRUIEN, Pullovers, onderjurken, vesten,
enz. enz.le klas reparatie enz. voor alle soor
ten wollen kleeding, kousen en sokken, (ook
de allerfijnste). JAAP SNOR, Zuidstr. 19,
Den Helder. (Let op den Geelen Winkel. Voor
Wieringer bij Jb. Kaleveld.
gelden. „Ik ben volkomen bereid," aldus re
deneert de lafhartig geworden chirurg, „dat
gene voor den zieke te doen, wat noodig is,
gezien den toestand, waarin hij verkeert, op
voorwaarde evenwel dat dit mijn vrijheid, de
toekomst van mijn gezin en de eer van mijn
naam niet te zeer op het spel zet." Met an
dere woorden, de geest van een chirurg, die
de mogelijkheid van gerechtelijke sancties
oproept en die trouwens weet, dat somwijlen
een catastrofe intreedt op een wijze, die ons
met stomheid slaat en die volstrekt niet te
voorzien was, is uit zijn evenwicht gebracht
en geneigd tot de schuldigste nalatigheden.
Zulk een geest is niet langer geconcentreerd
op den zieke, doch op den chirurg zelf.
Welnu, de omstandigheden zijn zonder tal,
dat er, om dergelijke invloeden te neutralisee
ren, hetzij een instinct zich moet doen gel
den, dat elke berekening op zij zet, hetzij een
waarlijk moedig en energiek ingrijpen ver
eischt is. Duizend voorbeelden kunnen dit
staven. Van de meest typische zal ik er twee
aanhalen.
Een chirurg ik meen, dat het Guibal uit
Béziers was brengt op zekeren dag met
zijn auto een boer naar de kliniek, om hem
wegens een halsgezwel te opereeren. De reis
begint goed, maar de afstand die moet wor
den afgelegd, is aanzienlijk. Onderweg klaagt
de man er eensklaps over, dat hij moeilijker
ademhaalt. De auto versnelt zijn vaart, maar
de verstikking van den patiënt maakt zulke
vorderingen, dat de dood op handen schijnt
te zijn en de stad is nog ver. De chirurg laat
zijn auto stoppen, legt haastig zijn passagier
op den berm van den weg neer en opent hem
met behulp van een poover zak-instrument
de luchtpijp. En werkelijk, de man kan weer
ademen en wellicht leeft hij nog.
De held van dit avontuur heeft, naar ik
veronderstel, geen oogenblik nagedacht. Dat
is juist hetgeen zijn handelwijze zoo fraai
doet zijn. Hij wist zeer wel, dat hij persoon
lijk hoog spel speelde. Met een lijk in den
greppel, een „geopereerd" lijk, zou hij alle
kans hebben geloopen op chantage, want een
greppel is nu niet de geschikte plaats voor
het verrichten van operaties. Dat hij voor
den rechter zijn zaak zou hebben gewonnen,
staat voor mij volstrekt niet vast. De moreele
de teenen is buitengewoon hinderlijk
en hardnekkig. Met name verhoogt zij
het hierboven beschreven gevaar, dat
bij het blootvoets loopen infectie op
treedt. En toch is juist tegen deze aan
doening blootvoets loopen het beste
(middel. Den laatsten tijd zijn er ook
veelbelovende proeven genomen om
deze hinderlijke aandoening te bestrij
den door aanstippen met een chloro-
formoplossing, die eenigszins zuur is
gemaakt. De genezing gelukt hierbij
in veel korter tijd, dan vroeger ook bij
de beste behandeling mogelijk was.
EERSTE LIEFDE.
Ik ben verhaalt de Fransche schrijver
Théodore de Banville in mijn
jeugd op de kostschool Coriolis te Parijs
geweest. Er waren bijna enkel rijke kinderen
op die school en de jongens hadden zooveel
zakgeld, dat wij ons een compleet stel tooneel
behoeften hadden aangeschaft, want in on
zen vrijen tijd speelden wij komedie. Er wa
ren roode gordijnen, die voor décor dienden,
kartonnen helmen, met goud- en zilverpapier
beplakt, kleine degens, maar van echt staal,
waarvan we ons op Zondagavonden bedien
den, om melodrama's en treurspelen op te
voeren, half uit het geheugen en half eigen
bedenksel. Het tooneel was het lokaal van de
hoogste klas, waar we de banken opzij ge
schoven hadden, om ruimte te krijgen.
De leeraren vonden dat alles uitstekend,
want op die wintersche Zondagavonden lieten
de jongens voor gezamenlijke rekening taar
ten van Rollet komen, die tot 20 francs per
stuk kostten.
Twee vrienden, die elkaar als broeders lief
hadden waren Chédomme en Pesson, zoons
van rijke reeders te Havre. Het was in 1836
mijn twee vriendjes waren evenals ik 13 jaar
oud.
Chédomme had een doorschijnend, wit
meisjesgezicht en blonde krullenPesson
kort, stoppelig haar en reeds een mannenge-
zicht.
Op een keer, toen wij naar het college gin
gen, vertelde Chédomme, die naast mij liep,
mij na lang aarzelen, dat hij Rose beminde en
dat zij hem liefhad. Rose was het dienstmeis
je van de kostschool, een klein, aardig ding
met zwart haar en vurige oogen.
Chédomme, die naar de linnenkamer was
geweest, om nieuwe dassen te halen, had een
speld laten vallen en zich gebukt, om ze op
te rapen. Toen hij zijn hoofd weer oplichtte,
werd het door de beide handen van Rose ge
vat, die hem op de wangen kuste. Een liefdes
verklaring volgde, maar toen werden zij ge
stoord door tante Bégat, de tanige huishoud
ster. Dat alles vertelde hij mij met telkens
haperende worden in die opgewondenheid
der jeugd en ik luisterde er met de groot
ste belangstelling.
Tien dagen na ons gesprek liepen wij weer
naast elkaar. Chédomme was opgewonden,
zenuwachtig, bleek, met vast opeengeklemde
lippen en zijn woede was zoo groot, dat hij
slechts met verstikte stem tot mij kon spre
ken.
Ja, hij verraadt mij, hij, mijn vriend en
broeder, Pesson.
Vergeefs trachtte ik hem tot bedaren te
brengen.
Ik zal hem dooden, riep hij.
Toen verhaalde hij mij alles er zou den
volgenden dag een duel tusschen hem en
Pesson uitgevochten worden. Onder de les
van 1 uur 's middags zouden zij allebei uit
gaan en onder aller oogen met elkaar vech
ten, de 50 leerlingen der klasse tot getuigen,
die door de ramen van het lokaal hen zouden
gadeslaan. Dien middag zouden we Duriez als
leeraar hebben, een ouden, eenigszins suffe-
rigen man, die er niets van zou bemerken,
als onder de les alle jongens naar buiten in
plaats van in hun boeken keken.
Ik putte al mijn argumenten uit, om Ché-
aansprakelijkheid had op dien dag de over
winning behaald op de wettelijke aansprake
lijkheid, hetgeen ons gilde tot eer strekte.
Een ander voorbeeld, minder vleiend, maar
genomen uit honderden voorbeelden
Men neemt een buikgezwel weg bij een
vrouw, die in hoogst zorgwekkenden toestand
verkeert. De familie is gewaarschuwd voor
het levensgevaar, dat aan de operatie verbon
den is en in dit opzicht is de chirurg dus
„gedekt", zelfs ingeval van een onmiddellijken
dood. De operatie is bijna volbrachtzij heeft
lang geduurd en heeft veel werk vereischt.
Een groot aantal pincetten en compressen is
diep in het lichaam aangebracht, temidden
van het verwarde gekronkel der organen.
Thans is zoo snel mogelijk opschieten gebo
den, want de geopereerde ademt moeizaam
en heeft bijna geen polsslag meer. In sommi
ge gevallen hangt het behoud van het leven
af van het uitwinnen of verloren gaan van
enkele minuten.
Maar ongelukkigerwijs is de chirurg van de
zen ochtend geen held. Onze man houdt niet
van lastige affaires en het is om die reden,
dat hij zoo druk doende is, zijn pincetten te
tellen. Heeft hij wel het juiste aantal
Ik geloof, dat het tijd is de wond te sluiten,"
brengt de narcotiseur schuchter in het mid
den. En de chirurg antwoordt, zonder den
mond te openen, enkel met een schouderop
halen, dat duidelijk, veelzeggend is en dat
beteekent„Als deze vrouw wil sterven, dan
is dat haar zaak. Ik kan er niets aan doen
en niemand zal er iets op kunnen aanmer
ken. Geneest zij daarentegen met een pincet
in haar buik, dan zal ik de ellende ervan
hebben. Ik moet mijn pincetten hebben, ik
moet mijn compressen hebbenEn hij
verliest opnieuw tijd met een nieuw onder
zoek. Des te erger voor de geopereerde. Dit
maal heeft de wettelijke aansprakelijkheid
de overwinning behaald.
J. L. Faure heeft in een schitterend artikel
de rechters bezworen, rekening te houden met
de ingewikkeldheid, de moeilijkheden van
onze taak en hij heeft zoodoende ons beroep
een grooten dienst bewezen. Wat mij betreft,
zie ik de zaak een weinig anders. Uitsluitend
met het oog op het belang van het publiek,
zou ik wenschen, dat de rechters ervan door-
domme van dat noodlottig voornemen af te
brengen.
En mijn eer dan riep de jonge held,
zijn lange haar schuddend, maar terstond
daarop snikkend
Dat is het niet, maar nu Rose mij on
trouw is, wil ik sterven.
Het schooljongensduel ging werkelijk door,
want toen ik zag, dat al mijn redeneeren
vruchteloos bleef, wilde ik toch niet voor
klikspaan spelen.
Tijdens de les vonden beiden een voor
wendsel, om naar buiten te komen en spoe
dig zagen wij hen in den tuin verschijnen in
hun overhemd.
Zij klommen op een houten gymnastiek-
paard, elk met een degen in de hand, onze
tooneeldegentjes, en dadelijk begon een ver
woed gevecht.
Wij keken door de vensters toe en Duriez,
die juist gedichten van Corneille voorlas, be
merkte er niets van, blij als hij was met de
stilte en de orde onder zijn les, die anders
nogal wat te wenschen konden overlaten.
De duellisten verstonden weinig of niets
van het schermen. Zij hakten en staken woest
op elkaar los en letten noch op de schram
men, die zij elkaar toebrachten, noch op de
bloedvlekken, welke zich op hun overhemden
vertoonden. Eindelijk viel Chédomme, door
den degen van Pesson getroffen, met een
hevig bloedende hoofdwond van het paard.
Een kreet van ontzetting ontsnapte aan
alle toeschouwers en deed tenslotte ook Du
riez opkijken. Hij en de jongens snelden naar
buiten en van andere zijden snelden mijnheer
en mevrouw Coriolis, tante Bégat, de secon
danten en het verdere personeel toe naar
den tuin, waar Pesson huilend neerknielde
naast Chédomme. die in zwijm lag en wiens
bloed hij trachtte te stelpen. De dokter werd
geroepen, die de wond verbond, en Pesson
werd door een secondant naar huis gebracht,
waar hij ter beschikking van de justitie zou
moeten blijven, voor het geval van een nood-
lottigen afloop.
Twee maanden lang moest Chédomme ver
pleegd worden en heel de kostschool leefde
dien tijd in angstige spanning. Gelukkig her
stelde Chédomme, zoodat, in overleg met de
ouders van de beide jongens, de justitie er
buiten kon gelaten worden.
Pas 38 jaren latér heb ik Chédomme te
Nice toevallig weer ontmoet. Hij was getrouwd,
natuurlijk niet met Rose, en rentenierde daar
nu op een mooie villa, terwijl zijn zoons hem
hadden opgevolgd in het bestuur der reedery
te Havre, die hij ook van zijn vader had over
genomen. Zijn voorhoofd vertoonde nog het
litteeken van de wond, die Pesson hem had
toegebracht en wij spraken nog over zijn
eerste liefde.
Ja, zie je, toch was zij een eerlijk meisje.
De haarlok, die Pesson van haar had, had zij
hem niet gegeven. Hij had die uit een la ge
stolen. Dat heeft hij mij bekend, toen ik hem
nu 55 jaren geleden te Rio de Janeiro ont
moette.
RECHTSZAKEN.
Arrondissementsrechtbank te Alkmaar
(Zitting van Dinsdag 18 Sept.)
Do dokter van Wieringen beleedigd.
De 32-jarige heer Julius Adriaims
S., van beroep boekhouder en ama
teur-journalist te Wieringen, had in
laatstgemelde kwaliteit op 17 April
in een nummer van de Schager Cou
rant omtrent een auto-ongeval onder
den titel „ergerlijk gedrag van een ge
neesheer" een en ander gelanceerd om
trent den plaatselijken geneesheer dr.
Beeker, dat dezen esculaap niet aange
naam aandeed en hem aanleiding gaf
een klacht in te dienen ter zake belee-
diging, met het gevolg dat de corre
spondent thans te dier zake terecht
stond.
De verdachte, die zich mocht beroe
men op een verdediger, bestaande in
drongen zouden zijn, dat de vrees voor de
wet het gevaar schept van onzichtbare mis
daden, misdaden, die niet onder de wet val
len. Ik zou willen, dat zij de chirurgen, die
somtijds maar zwakke menschen zijn, niet
zouden plaatsen voor het tragische alterna
tief ofwel een misdaad te begaan, ofwel ken
nis te maken met de beklaagdenbank. Ik zou
willen, dat zij in hun verbeelding de dichte
menigte rampzalige menschen konden zien,
die met hun leven hebben betaald voor de
vrees voor represailles tegen iemand, die per
slot van rekening slechts pech heeft gehad.
Er is geen sprake van, alle chirurgen te
onttrekken aan de gestrengheid der wet. Hen
bedreigen is de eenige wijze, om de knevela
rijen te beperken van de enkele vrijbuiters,
die zich onder ons bevinden en die er trou
wens terdege voor zorgen, dat zij de wet net
niet overtreden en die men dan ook slechts
zelden kan bestraffen, omdat zij hun roof
tochten verrichten zonder den gendarme en
den tekst der wet uit het oog te verliezen,
maar die ongetwijfeld met de grootste vreug
de hun slag zouden slaan, wanneer zij niets
meer hadden te vreezen.
Wat de anderen, alle anderen, betreft, voor
hen is het een volstrekte plicht, in tal van
omstandigheden van hun beroepsleven, te
vergeten, dat zij zich, door te handelen naar
hun geweten, aan straffen kunnen bloot stel
len. Zich door vrees te laten verlammen, is
onwaardig. Evenals alle beroepen brengt ook
het onze voor hen, die het beoefenen, teleur
stellingen en risico's mee. Men dient ze te
aanvaarden, zonder spijt en zonder dat men
een slag om den arm houdt. Degeen die niet
zichzelf vergeet in die oogenblikken, welke
beslissen over goed en kwaad en die zoo vol
zijn van een onbekende toekomst, zoo iemand
verraadt zijn bestemming en de eer van zijn
beroep. Beslissen en doen in de meest objec
tieve gemoedsrust, den altijd mogelijken en
soms zelfs waarschijnlijken tegenspoed trot-
seeren, iedere ingeving van eigenbelang en
vrees verre van zich wijzen als doodelijke ver
giften, dat alles is volstrekt geen bewijs van
zielegrootheid, maar wil slechts zeggen, dat
men gehoorzaamt aan de meest elementaire
eischen der beroepseer. Het is eenvoudig een
der vormen van burgermoed.