NAAMKAARTJES WETEN EN KUNNEN Belangrijk! ZIEKENFONDSLEDEN fa. JOH. LAUWERS, Payglop 3 Alkmaar. ZIJN VERDIENDE LOON. Wij hebben voor OOK Z. en O. FONDS BRILLEN. Op gereedmaken en reparaties kan gewacht worden. Gegarandeerd goedblijvende DOUBLé BRIL met donkere of lichte randen f 3. BUIKBANDEN EN ELAST. KOUSEN. Paskamer en vrouwelijke hulp (verpleegster) aanwezig. Voortsbreukbanden, enkelstukken, platvoetzolen, enz. Hoe Kees afleerde vogels te vangen DE PLAAG VAN HET BOSCH. Kees ter Briel werd de plaag van het bosch genoemd en dat was geen wonder: geen vogeltje was veilig voor hem. Als Kees een uurtje vrij was, dan kon je er zeker van zijn, hem in het bosch te vinden met een lijmstoic. Vogels vangen is nooit een erg mooie bezigheid; maar de manier, waarop Kees het deed, was heelemaal leelijk. Aan Oen stokje plakte hij graankorrels, stukjes brood, enz. en het heele stokje smeerde hij inet een kleverige lijmsoort in. Deze stok zette hij tusschen de bladeren en als dan de vogels de korreltjes, enz. er af wilden pik ken, en weg vliegen, bleven hun pootjes in de lijm kleven en ze kouden niet meer weg. Hoe banger het vogeltje nu was en hoe meer liet spartelde, des te meer kwam het togen de lijm aan, tot tenslotte vleugels, kopje en alles vast geplakt zat. Het gebeurde vaak, dat de arme vogeltjes dan een of beide pootjes gebroken hadden; die sloeg Kees dood. de andere haalde hij er af en zette ze m een kooi. Lang pleizier had hij daar nooit van; want na een paar dagen stierven de vogeltjes toch. Wilde vogeltjes houden het In een kooi niet uit. Bovendien vergat hg het voedsel en drinken te geven Hoeveel straf Kees er al voor gehad had, hoeveel verdriet hij er andere menschen mee deed... zijn leelijke ondeugd raakte htj niet kwijttot hij eens een lesje kreeg, dat hij niet licht meer zou vergeten. Het was op een vrije Zaterdagmiddag. Kees had zgn lijmstok in orde gemaakt en was naar het bosch gegaan om zijn wreed vermaak weer uit te gaan oefenen. De breede straatweg van het dorp waar Kees woonde, naar de groote stad, die langs het bosch ging, werd gerepareerd. Groote teer- plassen lagen nog op de weg. De vele auto's die over de weg stoven, moesten nu eens links, dan weer rechts uitwijken. Kees, die gauw brj het bosch wilde zijn, om zoo vlug mogelijk arme vogeltjes te kunnen mishan delen, was achter een vrachtauto gaan han gen. Bij een plotselinge zwenking van den wager,, verloor Kees zijn houvast en met een f linken smak yiel hg op den weg midden in een teerplas, Hij had nog geluk; want be halve een paar flinke schaafwonden, had hij niets gebroken. Maar toen hg wilde op staanging dat niet. Met duizend handen hield het teer hem vast. Hij plakte op de straat, zooalsmet schrik kwam Kees tot die ontdekking, een vogel aan de lijm stok. Er was geen mensch te zien; de wegwer kers waren naar huis, (het was Zaterdag middag) en zouden niet voor Maandag terug komen. De duisternis viel. Als er nu een auto zou komen die een beetje te veel links hield, zouden de wielen precies over zijn hoofd gaan Het angstzweet brak den jongen uit. Hij trok en trok uit alle macht en met de grootste moeite kreeg hg tenslotte een hand vrij... op een paar stukken vel na, die in het teer bleven plakken. Hij rukte zijn pet van het hoofd, om op die manier een houvast te hebben. Telkens trok en trok hij... de andere hand... de elleboog, de schouders kwamen vrij. Zijn jas en broek bleven kleven in het teer. Daar... in de verte hoorde hij een auto aankomen. Met de kracht der wanhoop rukte Kees zich los van den grond en rolde, eindelijk vrij, in de sloot. Vlak langs de plek, waar hij gelegen had, ging de auto voorbij. Hoe Kees thuis kwam, wist hij zich later niet meer goed te herin neren; wel, dat zijn moeder zoo schrok, toen ze hem zag, dat ze een gil gaf. Maar de heele nare geschiedenis heeft toch een goed resultaat gehad: Kees heeft nooit meer vogels gelijmd en nooit meer dieren geplaagd of gekweld. Hg wist nu uit ondervinding "hoe erg het was. weerloos te zijn overgeleverd aan Iets of iemand, dat of die sterker is, dan jezelf. DINA VAN Z. PAaDOE, de schaapherder. 1 Voor de menschen van het dorp was en bleef Pardoe, de oude schaapherder, altgd een raadsel. Nooit sprak hij iets meer, dan strikt noodzakelijk was, als hij eens in de twee weken in het dorp kwam, om inkoopen te doen. Wanneer hg in het dorp gekomen was, wisten de meeste menschen niet goed meer; het was al heel lang geleden. Toen was Pardoe nog wel jong geweest, maar zijn haren waren al grijs. Men had elkaar toen in het dorp verteld, dat de schaap herder, zooals hg dadelijk genoemd werd, op één dag vrouw en kind bij een ongeluk ver loren Lad. Het verdriet hier over was zoo groot, dat Pardoe zich afgekeerd had van de menschen en de eenzaamheid van de heide gezocht had. In het begin hadden de dorpe lingen wel geprobeerd iets te weten te komen van dezen stillen vreemden man; maar toen deze geen blijken gaf, dat hy iets wilde zeggen, gaven ze het maar op en lieten Pardoe aan zyn lot over. Zoo was dat nu al dertig jaar. lederen dag trok hg er met zgn schapen en Flip, de hond op uit. Als iemand hem ontmoette en groette, kreeg hij altgd een groet terug van Pardoe; maar als hy pro beerde een praatje aan te knoopen, dan zweeg. Pardoe hardnekkig. De bewoners van het dorp probeerden het dan ook niet meer en als er een vreemdeling in het dorp kwam, werd hy van te voren al ingelicht, zoodat Pardoe bgna niet lastig gevallen werd. Pardoe werd, oud; als hy zoo met zijn schapen over de helde dwaalde en uitkeek in de verten, dacht hy toch wel eens verdrietig, dat er niemand was, die zich om hem be kommerde, als hg ziek werd en niet meer werken kon. Hoe lang had hg al geen vrien delijke menschenstem gehoord? Pardoe zuchtte dan. Als zgn dochtertje er was... als ze had blijven leven... ja, dan zou het leven er anders uitgezien hebben voor den ouden schaapherder. Maar wat hielp het om I. [bijeenkomt, x x x x x plaats, waar de volkenbond x voorwerp waar water in ge- x ontkenning. [haalö wordt, x niet geen. x afkorting v. vriendelijk (onder x klinker. [brieven.) Op de kruisjeslgn komt hetzelfde woord. n. Mijn geheel is een staat in de Balkan: 1, 2, 3, 4, 2, 5, 6, 7, 8, 9, 2. 8, 3, 6. huid. 6, 2, 5. niet vast. 4, 3, 3. 6 kleur. 7, 7. 6. slangachtige visch. 1. 7. bevestiging. 8, 3, 3, koeien, paarden, schapen, enz. 4. 9, 6. schreeuw. in. De volgende lettergrepen geven, goed ge rangschikt, de namen van eenige mooie sier heesters: a, bal, bes, den, gen, gou, Jas, len, li, lijs, mag, mgn, no, re, ter, sneeuw. IV. x medeklinker. x - X xxxxxxxx X X X f. plaatsje in het Gooi. oude munt ter waarde [van ongeveer 1.50. x plaatsje aan de kust [van Friesland, verkleinwoord van laan. waar we mee zien. niet geen. medeklinker x product van de koe. x leder. x korf, ben. x als niet. x getal. De kruisjeslijn, van boven naar beneden gelezen, geeft een jaargetijde. OPLOSSINGEN. Joego-Slavië; vel, los, geel, aal, ja, vee, gil. Lijsterbes, gouden regen, jasmijn, mag nolia, sneeuwballen. H aar Laren daalder Harlingen laantje o og e n een melk leer mand mits t i en HOEVEEL SIGARETTEN? Oplossing. Van negen sigarettenpeukjes kon de knecht drie sigaretten draaien. Daar hielt" hg weer drie peukjes van over, waarvan hij een vierde maakte. De knecht heeft >uis vier sigaretten gerookt en één stompje over houden, -A - T T recht op het dorp toe. Er waren niet veel menschen op straat. Flip keek om zich heen. Daar zag hij een meisje loopen. Haar lange blonde vlechten wapperden onder een grappig klein mutsje uit; haar gezichtje keek vriendeiyk. Flip holde achter haar aan, ging naast haar loopen, keek haar aan en stootte een zacht klaaglgk gehuil uit. „Hé," zei het meisje, „dat is de hond van Pardoe, Pardoe scheerde z'n schapen ook zelf, zoodat hij met niemand tets te maken had. als ik het goed zie. Wat v/cu je dan?" Flip jankte nogmaals, nam een slip van haar mantel tusschen zijn tanden en pro beerde haar den anderen kant uit te trekken. „Moet ik meegaan? Is er iets met Pardoe?" „Woef, woef", blafte Flip. Ze had her. begrepen. Terug over de heide; als dol rende de hond voor het meisje uit, tot ze bij het kleine huisje kwamen. Het meisje zag clade- lgk wat er aan de hand was. En daar handig was, begon ze direct dat le doen, wat noodig was. Toen Pardoe zijn oogen opende, wist hij niet wat hij zag: een fc'c-nd meisje van een jaar of veertien dat druk bezig was en een keurig opgeruimd huisje. „Ik ben Marietje van den bakker", zei ze VOOR DE KNAPPERTS. Hoeveel sigaretten? Een gierigaard verzamelde sigaretten- stompjes. Op een dag schreeuwde hij tegen zijn bediende: „Je hebt negen peukjes van me gestolen." De bediende bekende het en zei, dat hij uit de tabak van drie stompjes, één sigaret had gedraaid. Hoeveel sigaretten had hg dus gerookt? Oplossing staat onder de oplossingen d«<r raadsels. Eerst even goed nadenken!! TANTE TINB. te zuchten en te klagen. Lange, lange jaren geleden waren Lucie en haar moeder weg gegaan op een reis, van waar ze nooit terug zouden komen. Flip, de hond, die instinctief voelde, dat zijn meester verdrietig was, likte zgn hand. Pardoe schrok op, klopte zijn hond op den hals en glimlachte. ,,Als ik mijn dieren niet had..." De dagen gingen voorbg, werden korter; Padoe kon niet meer met zijn schapen uit. Ze stonden nu in de warme schaapskooi. Als het niet te koud was en de wind niet te fei over de kale heide gierde, maakte Pardoe zijn dagelijksohe wandeling Op een dag vatte hij kou; hij kwam doornat thuis en kroop rillend bij de warme kachel. „Morgen zal het wel over zijn", dacht hij in zichzelf. Maar het was niet over; de koorts steeg en de volgende ochtend was Pardoe niet in staat uit zgn bed te komen. Flip week geen oogenblik van zijn plaats voor het bed. Als Pardoe soms onrustig kreunde, jankte hij zachtjes en likte de hand, die uit het bed hing. Het ging niet beter met Pardoe; als hg een oogenblik minder koorts had, mompelde hij zachtjes tegen Flip: „De baas kan nu niet voor je zorgen, jongen, dat moet je zelf maar doen", om dan weer meteen in 'n onrustigen sluimer te vallen, Zoo was het twee dagen al. Flip kreeg honger; hij had al geprobeerd in d-e kasten te komen; maar dat lukte niet. Bovendien voelde hg, dat het met zgn baas niet best ging. Die lag maar te woelen en te kreunen. De herdershond, die een bijna menschelgk verstand had, moest iets doen, om in té grgpen. Toen Pardoe een ietsje minder on rustig was, liep de hond voorzichtig naar de deur en trok deze met zijn pooten open. Triest en verlaten lag de heide daar; met vlagen gierde de wind. De hond liep regel- WIE ZOEKT ER MEE? mijnheer August heeft zijn hoofH verloren. Kunnen jullie hem helpen het terug i. \~iden „Uw hond heeft me hierheen gebracht. Ilt heb een dokter gewaarschuwd om naar L' te komen kijken en als ik dan een beetje voor U zorg, bent U weer gauw heelemaa! beter." Ik behoef jullie natuurlijk niet meer te vertellen, dat Pardoe onder de goede zorgen van Marietje gauw beter was en dat ze goede maatjes werden. Vaak zei Pardoe ."ogen haar: „Ik heb mgn eigen dochtertje VOOR KLEINE KNUTSELAARS verloren: maar ik heb er weer een terug ge kregen ook". En dat was Marietjes grootste belooning! R. v. B. GRAPJES. Jaapj e gaat voor het eerst naar een par, tijtje. Voor hij weggaat, geeft zijn moeder hem verschillende wenken. ..En denk er aan niet begeerig te zyn. Als mevrouw vraagt, of je 'n appel of 'n peer wilt hebben, antwoord je, dat je een halve wilt hebben, hoor!" Jaapje is op het par tijtje en gedraagt zich heel netjes. Ze gaan aan La/el en als de pudding komt, vraagt de me* vrouw: „En wil Jaapje ook een stukje?" „Ik alstublieft een halve, mevrouw", ant woordt Jru.fje gehoorzaam. Een andere keer wordt Jaapje van tafel gestuurd, omdat hij ondeugend is. Als de pudding komt, krijgt zijn moeder rnedelgden 1 en zegt: „Als je nu beloof; lief te /.fn, mag je binnenkomen om een stukje puldlng te eten". Jaapje heft een betraand gezien tje op eir zegt: „Vertel me eerst, mammie, wat voor pudding het is!" EEN LEUK SPEL. Het spel, dat we nu gaan maken, is een verkleinde uitgave van een werptent, zooals die op de kermis nog wel voorkomt. De af metingen zijn natuurlijk sterk verkleind en het geheel is zeer gemakkelijk te vervaardi gen. We hebben er slechts weinig voor noodig: triplex of bg gebrek daaraan, ander hout, eenige vierkante houten blokjes, 20 schroefjes, een gordynroede en een cartonnen does, waarvan een der zijden verknipt zaï worden, om er de tent van te maken. Dan beginnen we met de figuren eerst te teekenen en dan uit te zagen van triplex. Is dat een beetje lastig, dan knippen we de fi guurtjes eerst uit een of ander tijdschrift, plekken ze op het triplex en zagen ze dan m.-t behulp van een figuurzaag uit. Daarna spijkeren we deze figuurtjes tegen de blok je:-! hout, waar we het zooeven over gehad hebben en draaien er aan de onderkant i schroefjes in. Nu zagen we een andci stuk hout, dat zoo lang is, dat.alle blokjes ei' c-en plaats op kunnen vinden en dr«.ai«it er, zoo dat de oogen op dezelfde hoogte kom«n. als die van de bovenste schroeven, een rfl schroefjes in. Nu moet je de gordijnroede door de rin* getjes halen. Met ballen gooi je naar de poppen; zoo dra Je er een raakte, zal deze omkiepen naar achteren. Ieder van de figiu'en heeft een nummer. Het spel heeft de volgende regels: o in een bepaald aantal beurten het rookt aantal punten gehaald heeft, is winnaar. Het geheel wordt opgesteld in de „tent", de cartonnen doos, die we becciiilccrd hebben met felle kleuren en dan kan de preS een aanvang nemen. Vooral in de lange wm.> teravonden zal het een welkome afleiding zijn, eerst bij het vervaardigen en dan b.j het spelen. En nu, veel plezier, jongelui. vA OOM KEES. No. 70. Hoe maak ik m'n eigen Radio-Ontvangstation 32 ill. No. 157. Batikken op Stoffen, Pa pier, Hout, Leer en andere Mate rialen. 33 afb. Natuurkennis. No. 96. Het Terrarium. 104 ill. No. 120. Planten in de vrije na tuur. 13 ill. No. 154. Het Aquarium. 104 ill. No. 59 De particuliere Tuinbou wer. 29 illustraties en 5 platen. ENZ. ENZ. ENZ. BIJ BESTELLING IS OPGAVE VAN DE VERLANGDE NUMMERS VOLDOENDE. Prijs per stuk 75 cent. Verkrijgbaar in Bosker's Boekhandel H.-HOEF MIDDENMEKR. Denk er aan om vroegtijdig uw te bestellen. Keuze uit meer dan 80 soorten. ENKHUIZER ALMANAKKEN SCHEURKALENDERS BRIEFBLOC MET KALENDER VOOR 1935, SLECHTS 35 CENT, PRIMA PAPIER. Boekhandel Drukkerij BOSKER's BOEKHANDEL H.-hoef Middenmeer. COÖPERATIEVE BOERENLEENBANK WIERINGEN. ZITUREN VAN DEN KASSIER TE DEN OEVER MAANDAGMIDDAG van half twee tot half vier. TE HIPPOLYTUSHOEF WOENSDAGMIDDAG van bali twee tot half vier. No. 152. Het Kweeken onder glas en het bleeken van Groenten door Amateurskweekers. 14 ill. Een serie practische hand-studie- boekjes, door volkomen bevoegde auteurs geschreven, rijk en men dern geïllustreerd, vormende een bibliotheek, welke ons tegenwoor dig „Weten en Kunnen" in het bereik brengt van iedereen. Elk deeltje is op zichzelf compleet, vormt een afgerond geheel, is met duidelijke letter op goed il- lusstratiepapier gedrukt en voor zien van een in kleuren gedrukt en toepasselijk versierd omslag. Auto en Motor. No. 93. De algemeene Samenstel ling van het Motorrijwiel. 30 ill. No. 95. Carburatoren voor Motor rijwielen. 30 ill. No. 107. Nuttige kennis van Ban den en Wegen voor den Automo bilist en Motorrijder, met een af- No. 165. Hoe maak ik zelf een Motorrijwiel 52 ill. No. 133. Gebruik en onderhoud van de electrische uitrusting van het Motorrijwiel. 52 ill. No. 162.0nze Auto 66 ill. No. 163, De leetrische uitrusting van den Automobiel. 53 ill. No. 164. De Ford. Samenstelling, werking en gebruik van Ford- Automobielen. 47 ill. Machinebedrijf en Metaal bewerking. No. 24. De Locomotief. 35 ill. No. 28. Het Autogeen-lasschen vol gens de Acetyleen-zuurstofme- thode. 27 ill. No. 31. Het Freezen. 46 ill. No. 34. Het soldeeren en Vertin nen. 24 ill. No. 39. Smeermiddelen. 10 ill. No. 48. Persluchtwerktuigen. 30 il.1 No. 49 en 50. Het Vervaardigen van Gietmodellen en hun gebruik. 22 iU. f 1.50. Warenkennis. No. 32. Warenkennis Textielwa- ren, Bleekmiddelen, Verfstoffen. 9 ill. No. 37. Warenkennis Metalen en Legeeringen, Bouwmaterialen. 10 ill. No. 41. Warenkennis Vetten en Oliën, Brandstoffen, Harsen, Ka- oetsjoek, Looistoffen. 7 ill. Stijlleer, Meulen, Teekenen. No. 67 en 68. Meubellijsten. 153 iU. f 1.50. No. 69. Het Penteekenen. 56 ill. Burgerlijke Bouwkunde Gewapend Beton, Handlei dingen voor Bouwvakarbei ders. No. 10. Kennis der Schildermate rialen. 6 ill. No. 14. Het beitsen, Politoeren, Wassen en Vernissen van Hout. 6 ill. Bouwkundigen. 90 ill. f 1.50. No. 56. De Aanleg van Gasleidin gen in Gebouwen. 39 ill. No. 58. Materialenkennis voor den Timmerman 41 ill. No. 66. Gewapend Beton. 44 ill. No. 83. Kennis van Werktuigen in Gebruik in de Burgerlijke Bouw kunde 36 ill. No. 112. Materialenkennis voor den Metselaar. 21 ill. No. 36. Het Berekenen, Teekenen, Uitslaan en Bouwen van Kano's en Booten door Amateurs. 14 ill. Experimenten. No. 16. Natuurkundige Proeven Thuis. 29 ill. No. 19. Natuurkundige Proeven Thuis 2e serie. 31 ill. No. 20 Eiectr. Proeven Thuis. 34 ill. No. 21. Scheikundige Proeven Thuis. 24 ill.: Huisvlijt-knutselen. No. 2. Hoe maak ik zelf een tele graaftoestel 22 ill. No. 3. Hoe maak ik zelf een tele foontoestel met Eiectr. Schelver- binding voor Huiselijk gebruik en hoe werken zij 24 ill. No. 4. Hoe maak ik zelf Elemen ten, Batterijen, Accumulatoren en een Volt-Ampèremeter 25 ill. No. 7. Galvanoplastiek en Galva- nostegie. 21 ill. No. 8. Hoe maak ik zelf een Elec- triseermacliine 43 ill. No. 11. Hoe maak ik zelf een Elec- tromotor en een Dynamo 50 ill. No. 23. Hoe maak ik zelf een Fa milie-Bioscoop en hoe is de wer king er van 40 ill. No. 25. Hoe maak ik een Stoom boot 43 ill. No. 27. Hoe maak ik zelf een Pho- tografie-toestel en hoe moet ik ed Opnamen behandelen 14 ill. No. 36. Het Berekenen, Teekenen, Uitslaan en Bouwen van Kano's en Booten door Amateurs. 14 ill. No, 57. Hoe maak ik zelf een elec trische klok 20 ill.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1934 | | pagina 8