26e JAARGANG
VRIJDAG b JULI 1935.
No. B3
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
WIERINGEN EN OMSTREKEN
UIT
HEEL HAAR
HART!
WIERINGER COURANT
VERSCHIJNT ELKEN
DINSDAG en VRIJDAG
ABONNEMENTSPRIJS
per 3 maanden 1.
UITGEVER
CORN. J. BOSKER
WIERINGEN
BUREAU
Hippolytnshoef Wie ringen
Telef. Intercomm. No. 19.
ADVERTENTIëN:
Van 1 5 regels
Iedere regel meer
f 0.50
f 0.10
1
Ont Lichaam en onze Gezondheid.
EEN ZIEKE IN HUIS.
Een zieke in huis verandert het ge-
heele huishouden. Men moet zich erop
inrichten. Wanneer hij zijn kamer met
anderen deelt, moeten dezen onmid
dellijk een andere slaapplaats zoeken,
of men moet de zieke een aparte kamer
geven, liefst een heel rustige kamer. Er
mogen niet te veel overbodiige dingen
in staan, want die zijn slechts stofnes
ten. Een ziekenkamer moet overzichte
lijk en gemakkelijk in orde te houden
zijn.
's-Morgens moet steeds de zieke het
eerst geholpen worden. Men wascht
hem en brengt zijn bed in orde, zoodat
hij er gemakkelijk in kan liggen of zit
ten. Daarna wordt de kamer gedaan.
Men moet iederen morgen luchten,
maar daarbij opletten, dat het niet
tocht. De kamer moet goed warm zijn.
Onvoldoend verwarmde kamers hebben
reeds veel ziekten verergerd.
Bijna altijd moet voor den zieke
apart worden gekookt. Dan moet men
het eten zorgvuldig bereiden en zoo
vroeg mogelijk, zoodat de bereiding
niet samenvalt met het koken voor de
andere familie-leden, want dan ont
breekt het maar al te vaak aan de noo
dige zorgvuldigheid.
Alle levensmiddelen, die de zieke
krijgt, moeten volkomen frisch zijn.
Men moet sterk ruikende spijzen ver
mijden, daar ze op de zenuwen van den
zieke kunnen werken. Door hem iets on
smakelijks voor te zetten, kan men
zijn eetlust bederven, die toch noodza
kelijk is voor het herkrijgen van zijn
gezondheid.
Men mag den zieke nooit te groote
porties brengen en het liever erop aan
laten komen, dat hij om meer vraagt.
Het zal hem het best smaken, wanneer
men de gerechten aardig opdient. De
uiterlijke indruk is voor een zieke, die
veel gevoeliger is dan een gezond
mensch, van groot belang. Afwisseling
in kleur is ook belangrijk en daarmede
moet men rekening houden bij het sa
menstellen van den maaltijd.
Dranken moet men in de ziekenkamer
steeds toedekken.
Het is zeer aan te raden, de kamer
met bloemen te versieren, doch men
moet daarvoor geen sterk geurende bloo
men kiezen. Uit voorzorg kan men ze
's-avonds wegnemen.
Met bezoek moet men voorzichtig
zijn. Als het een ernstige of besmette
lijke ziekte is, moet men bezoek van
zelfsprekend verbieden, doch ook bij
lichtere ongesteldheden moet men voor
rzichtigheid betrachten. Het is b.v. niet,
.raadzaam, ziekenbezoek lang te rekken.
De, zieke wordt daardoor alleen maai
de veel ingespannen en oververmoeid,
wat heel schadelijk kan zijn voor het
varloop van de ziekte. Ook moet men
niet te veel bezoek bij den zieke toela
ten. Dan bestaat er gevaar, dat de con
versatie te levendig wordt, wat nadee-
lige gevolgen kan hebben voor den
zieke.
De familieleden moeten af en toe
tijd voor den zieke hebben. Hoeveel
men ook te doen heeft, nooit mag men
een zieke het gevoel geven, verwaar
loosd, vergeten en te veel te zijn. Dat
zou een heel ongunstigen invloed op
zijn stemming kunnen hebben en daar
mee op zijn geheelen toestand. M'en
moet veeleer de moeite nemen, af en
toe een half uurtje bij hem te zitten,
waarbij men natuurlijk alle onderwer
pen moet vermijden, die hem zouden
kunnen opwinden.
Bij de verpleging van een zieke moet
men dus in de eerste plaats veel tact
toonen.
BINNENLANDSCH NIEUWS.
Oude moord tot klaarheid
Vier arrestaties door de Ossche
politie.
De gemeente-politie te Oss heeft vier
zeer opzienbarende arrestaties ver
richt, die in verband staan met den
moord, die op St. Nicolaasavond 1925
is gepleegd en waarbij de ongeveer 18-
jarige J. Hartogs, bijgenaamd Jan van
Mast, om het ieven is gebracht. Men
vond des nachts het lijk van Hartogs
in de Kazernestraat te Oss in de sneeuw
liggen. De jongeman was met tiental
len messteken gedood en sporen wezen
erop, dat er een hevige vechtpartij was
gevoerd. Bij het onderzoek bleek, dat
't slachtoffer des avonds in gezelschap
van zekeren F. van Valkenburg, bijge
naamd „de Rem", H. van Erp, bijge
naamd „Driek van Jaatje Reinier", P.
Wijnen, bijgenaamd „de Spekbroek",
J. Boeyen en M. Ouwens in een café op
den Heuvel had doorgebracht. Een en
ander had tot gevolg, dat tijdens het
onderzoek naar den moord de lieden,
die in gezelschap van Hartogs hadden
verkeerd, op Wijnen, bijgenaamd „de
Spekbroek" na, gearresteerd werden.
Zij werden aan een langdurig verhoor
onderworpen, maar bleven hardnek
kig ontkennen. Evenwel verkreeg de
politie zooveel aanwijzingen, dat zij
Boeyen en Ouwens ter beschikking van
de justitie kon stellen. Maandenlang
bleven zij in voorloopige hechtenis, al
vorens hun zaak behandeld werd, die
eindigde met vrijspraak wegens gebrek
aan bewijs.
Nieuwe aanwijzingen.
Sedert eenigen tijd beschikte de po
litie over aanwijzingen, die de veron
derstelling deden opkomen, dat deze
zeer geruchtmakende misdaad ook tot
klaarheid zou kunnen worden gebracht
Verklaringen door reeds gearresteerde
leden van het Ossche milieu afgelegd,
wezen in een bepaalde richting en
thans heeft het opnieuw ter hand geno
men onderzoek er toe geleid, dat zijn
gearresteerd van Valkenburg, Van Erp
Wijnen en Boeyen, dus de drie ver
dachten, dje indertijd voor de recht
bank te 's-Hertogenbosch hebben te
recht gestaan, alsmede Wijnen, die op
den avond van den moord eveneens in
gezelschap van het slachtoffer ver
keerde.
FEUILLETON.
Surséance voor Fa. Schaap
Tekort van f 1.250.000.
Men verneemt dat mr. J. de Vrieze te
Amsterdam door bemiddeling van den
procureur mr. J. Deenik te Haarlem,
surséance van betaling voor de firma
J. Schaap Lzn. te Wormerveer heeft
aangevraagd bij' de arrondissements
rechtbank te Haarlem.
Het doel van deze aanvrage schijnt
te zijn de zaak van genoemde firma te
doen beheeren door de bewindvoerders,
die de Haarlemsche rechtbank eventu
eel zal benoemen, terwijl dan tevens
een nauwkeurige staat van zaken zal
worden opgemaakt.
Intusschen zal waarschijnlijk een ac-
coord aan de crediteuren worden aan
geboden, Dit accoord zal belangrijk la
ger zijn dan oorspronkelijk werd ge
dacht, daar het tekort niet f 300.000
bedraagt, maar f 1.250.000.
Voortvluchtige niet in Portugal?
Het Havas-bericht als zou de sinds
17 Juni voortvluchtige bankier L.
Schaap naar Portugal zijn uitgeweken,
mist, naar de commissaris van politie
te Wormerveer verzekerde, eiken grond.
Een bericht, dat naar de verblijfplaats
van den bankier in Engeland, Duitsch-
land, Zweden of in welk ander land
ook gezocht wordt, kan door ieder van
deze staten gegeven worden, daar het
signalement van den kassier overal ver
spreid is.
De rijks- en particuliere accountants
hebben hun onderzoek, dat door de af
wezigheid van het eenige lid der firma
zeer wordt bemoeilijkt, nog niet beëin
digd.
Roman door
RENé BAZIN.
Nadruk verboden.
No. 28.
Het werk werd eiken dag minder bij
Mevrouw Clémence. Op een Zaterdag
avond riep juffrouw Reine, die uit was
geweest om nieuwe inkoopen bij Mou
rieuz te doen, Henriette apart, bij het
uitgaan van het atelier en zeide
Mijnheer Mourieux vraagt, of u
morgenochend bij he,m komen wilt.
Misschien wil hij wel me u trouwen
Hij Ik heb in heel mijn leven
nog geen uur met hem gesproken
„Mijnheer Mourieux, wilt u mij tien
meter goud galon geven
Zeker, juffrouw En dat is alles,
-- O hij acht u toch zeer hoog.
Reine, die met haastige stappen
langs de huizen liep vlak bij Henriette,
had haar ovaal gezichtje met oogen als
van een heilige uit een kerkraam, haar
goudbruine oogen, naar haar opgehe
ven en er aan toegevoegd
-- Zooals iedereen trouwens.
Henriette begaf zich dus naar Mouri
eux, toen de stadsklokken tien uur sloe
gen. Hij woonde in de drukste buurt
van Nantes, waar de meeste handel
werd gedreven, een klein straatje, dat
op de Place Royale uitkwam. De win
kels waren bijna allen gesloten. De
zijne echter maar half, want de luiken
verborgen wel, de gewone uitstallingen
van passementeriën, kunstbloemen,
yeeren en hoedenvormen, maar de
PROVINCIAAL NIEUWS.
Helden-der-Zeeplein.
De raad der gemeente Den Helder
heeft, op voorstel van B. en W. beslo
ten den naam van het Westplein in die
gemeente, waar onlangs het monu
ment voor het Reddingswezen en het
borstbeeld van Prins Hendrik zijn ont
huld, te veranderen in „Helden-der-
Zeeplein".
Noordscharwoude. Aanbesteding
spoorbrug. Naar men verneemt, zal bin
nenkort door de directie der Nederland
sche Spoorwegen worden aanbesteed
het maken, leveren en stellen, benevens
verven van een enkel-sporige hefbrug,
theoretisch lang 8.75 M. met een hef-
hoogte van 2J282 M., over het Provinci
aal kanaal in de lijn Noordscharwoude-
Noordscharwoude-dorp bij K.M. 1.890
met bijkomende werken.
HOORN. Rijwieldief. Een schilders
knecht uit Ermelo, alhier werkzaam,
ging regelmatig naar huis. Tot drie
maal toe stal hij te Ermelo een fiets en
verkocht deze aan een rijwielrepera-
teur hier ter stede.
Gelukkig heeft men den dief thans
achter slot en grendel. De tuschenhan-
delaar beweert niet te weten, dat de rij
wielen van diefstal afkomstig waren.
PETROLRUM EN BENZINE.
Wij moeten meer dan 'n eeuw terug
gaan, om het ontstaan van den strijd
om petroleum te willen zien, een ge
beurtenis, die intusschen reeds lang
vergeten is.
Het was Iiassan Kouli Khan, de laat
ste prins van Bakoe, een vazal van den
sjah van Perzië, die maandelijks, zoo
als uit zijn kasboek blijkt, 2000 geile-
vellen vol petroleum exporteerde, om
het als geneesmiddel te laten verkoo-
pen. Eenigen tijd verliep deze handel
ongestoord, totdat op zekeren dag in
1805 prins Tsitiano met een handvol
soldaten voor het paleis van den heer-
scher van Bakoe verscheen en de sou-
vereiniteit van het rijk in naam van
zijn heer, den tsaar van Rusland, op-
eischte. De paleisheer lachte vriende-
llijk, noodigde prins Tsitiano uit zijn
huis te betreden en sloeg hem met zijn
kromsabel met een slag het hoofd van
den romp. Het hoofd zond hij, zonder
eenig commentaar aan den heerscher
aller Russen terug. Hij wist niet, dat
ook zijn hoofd eenige maanden latei-
een dergelijk reisje zou maken, ditmaal
naar Perzie' welks sjah ontevreden
over den prins van Bakoe was. Wij we
ten niet waarom. Spoedig daarop be
zetten Russische kozakken hef prins
dom en de tsaar zond een commissie
van wetenschappelijk onderzoek naar
Bakoe om eens te kijken wat voor
deel hij van de dikke zwarte vloeistof,
waarvan hij gehoord had, zou kunnen
hebben. Het verslag van de commissie
luidde woordelijk als volgt „Het is 'n
vloeistof, die in geen enkel opzicht van
eenig nut is. Zij is taai en ruikt slecht".
De geschiedenis heeft tenslotte er een
ander oordeel over uitgesproken en
sindsdien hebben honderden menschen
in den Kaukasus het leven verloren,
marionetten van de petroleum-politiek.
Wellicht is het het best,
den strijd om olie met een besmettelijke
ziekte te vergelijken. Het is de verderf-
lijkste ziekte van de Vereen. Staten van
Noord-Amerika geweest. In Pennsyl-
vanië leven heden nog mannen, wier
vaderen het eerste opvlammen van den
petroleum-waanzin hebben medege
maakt en die gezien hebben hoe in on
bewoonde woestijnen, om zoo te zeg
gen in één nacht groote steden ontston
den, steden, waarin de revolver be.er
recht sprak dan de wet en zoo al niet
beter, dan toch sneller. Boortorens wer
den den nieuwen afgod als hoogaltaar
gebouwd en alles wat in den omtrek
leefde rook naar petroleum.
„Petroleum-Johnny" was een van de
beruchtste bandieten in deze schaar
gelukzoekers, een man, die, eenige we
ken geleden nog bedelaar, in twee
maanden anderhalf millioen dollar
„verdiende" om alles weer in een nacht
te verspelen en daarna weer zijn plaats
als bedelaar op den hoek van 'n straat
in te nemen. Dat was een zekerder be
staan. Hij was de typische vertegen
woordiging van deze avonturiers, die
tenslotte allen vastliepen, omdat het
hun aan het belangrijkste ontbrak
transportmiddelen, maar de man, die
deur bleef opensstaan en maakte een
donker gat in de straat. Van binnen
had de winkel den vorm van een bijl.
Eerst smal, langs de muren vakken
met doozen vol winkelgoed en twee
eiken toonbanken, verbreedde hij zich
aan het eind, waar een schrijftafel en
een kast stonden en twee groote carto
nen platen tusschen twee kluwen groen
bindtouw, waarop strooken papier be>
vestigd waren met het opschrift
„Aanbiedingen en aanvragen van be
trekkingen voor modisten".
Sinds lange jaren verliet Mourieux,
slechts zelden de nauwe winkel en
men kon zelfs zeggen, nuwelijks het
achtergedeelte, dat slechts heel wei
nig licht kreeg van een aangrenzende
binnenplaats, door een venster met 'n
gordijn er voor. Men zag hem er, op elk
oogenblik van den dag en altijd het
zelfde, kort en dik met borstelige wenk
brauwen, een dikke korte snor, peper
en zoutkleurig haar aan één kant ge
scheiden en netjes glad gestreken naar
het rechteroor. Hij zag er gewoon en
aliedaagsch uit. Zijn donkere levendige
oogen keken altijd recht voor zich uit
en schenen de hoofden van hen, die
met hem spraken, te willen doorgron
den. Op het eerste gezicht zou men den
ken, dat hij een verstandige boer was,
die geheel in zijn zaken opging en ner
gens anders belang instelde, dan in
het achtgeven op zijn drie bedienden
en zijn kassier. Maar de jonge modis-
tjes hadden ondervonden dat, in dit
omhulsel van bedaarden politie-agent,
het medelijdenste, grootste en nederig
ste hart klopte, dat men vinden kon.
Men lachte er om, als men hem altijd
omringd zag, door die aardige meisjes,
die met hem fluisterden achter in den
winkel, terwijl een bediende het lint
uitmeette, of een touwtje om het pak
dit groote probleem zou oplossen een
man, die boyendien als eerste in de ge
schiedenis een vermogen van onge
hoorde zijn eigendom noemde liet
niet lang meer op zich wachten. Het
was John D. Rockefeller. Hij bezat het
zevende zintuig van den modernen za
kenman -- organisatie-talent.
Op 10 Januari 1870 richtte hij met een
kapitaal van 1 millioen dollar de
Standard Oil Company" op, en sinds
dien werd een verbitterde strijd tus
schen deze maatschappij en de Ameri-
kaansche presidenten gevoerd over de
vraag Zal Washington alleen regee-
ren of zullen zekere kantoren op de
Broadway te New York een hartig
woordje meespreken Toen Roose-
velt president werd, scheen de strijd ver
loren, in schijn, want de Standard Oil is
niet dood....
Het is bekend, dat Rockefeller alle
concurreerende maatschappijen opslok"
te en het daarbij met de moraal niet al
tijd even nauw nam. Toen hij geheel
Amerika veroverd had wendde hij zich
tot China, om den millioenen inwoners
te bewijzen, dat zij een nieuwe cultuur,
en wel een Westelijke cultuur noodig
hadden. Deze cultuur bestond zoo werd
aan de millioenen Chinezen verteld, in
een nieuwe, goedkoope petroleumlamp
van de Standard Oil Company. De
Chineezen geloofden het -- en Rocke
feller had de milliarden-grens van zijn
vermogen bereikt.
Dikwijls is getracht Rockefeller har
de slagen toe te brengen, maar steeds
is dat mislukt. Het proces, dat b.v. in
1905 door de regeering tegen hem aan
hangig werd gemaakt, verloor hij,
maar de som van ruim 29 millioen dol
lar, die hij volgens het vonnis aan de
Vereenigde Staten had te betalen, is
nooit in de schatkist terechtgekomen
Uit den man was een mythos gewor
den de hoogepriester van den nieu
wen afgod hij was onkwetsbaar de
Standard Oil Company leeft en neemt
een leidende positie in.
Of zij deze positie ook in de toe
komst zal blijven behouden? Velen be
twijfelen het. Twee niet te onderschat
ten tegenstanders heeft de Ameri-
kaansehe maatschappij. De eerste is
een Nederlander sir Henry Deter-
ding. De tweede is Georgiër Jozef
Vissarionovitsj Djoegasjwilli, ook on
der den kort.eren naam Stalin be
kend.
je deed. Maar zij, fijne opmerksters,
die spoedig de geheime beweegreden
van de attenties van een man onder
scheidden, wisten bij overlevering en
bij ondervinding, dat deze man haar
van dienst wilde zijn, alleen om het
genoegen, haar te kunnen helpen, ge
dreven door een soort van natuurlijke
aantrekkingskracht, die nu na dertig
jaar een gewoonte was geworden. Zij
vereerden hem. Hij hield een lijst van
haar aanvragen om een betrekking, hij
bezorgde haar een plaats, hij gaf inlich
tingen aan de meesteressen, die zich
bij hem kwamen vervoegen, en dikwijls
zonder er naar te vragen, werd hij deel
genoot van een meer of minder eervol
geheim van haar leven. Hij maakte
nooit gekheid met haar, en dit soort
van respect trok haar allen aan.
Herriette kende hem bijna niet. Zij
trad den winkel binnen en achter in
naast de open kast, waarin de rijen
boeken stonden met versleten banden,
die Mourieux aan zijn modeklanten
uitleende, ontdekte zij den winkelier
in zijn rieten stoel gezeten, en Louise
het leermeisje aan den kant van de
boekenkast staande. Met de armen om
laag, langs haar jurk hangend, haar
groot hoofd met verwarde haren naar
de rijen boeken omhoog geheven, las
de kleine titels.
Welnu, welk boek wil je hebben?
vroeg Mourieux.
Ik weet het niet, mijnheer het is
voor mijn Zondag.
Wilt gij een verhaal een reisbe
schrijving vertellingen
Zij stond op haar rechterbeen, want
het linker was nog meer opgezwollen
en pijnlijker.
Met een kinderlijk gebaar stak zij
beide handen uit en zeide
Ik weet het niet geef mij een
BUITENLANDSCH NIEUWS.
Sowjet-vliegtuig zoek.
Met acht passagiers en drie
koppige bemanning.
Telegrammen van Reuter en D. N. B.
uit Moskou en Chabarousk maken mei
ding van groote ongerustheid omtrent
het lot van het Sowjet-watervliegtuig
L 840, dat reeds op 28 Juni van Alexan-
drowsk op het eiland Sachalin vertrpk
ken is met bestemming naar Chaba
rousk aan de Amoer.
Van het vliegtuig werd n.1. niets
meer vernomen nadat het een uur na
boek, waar ik om huilen kan.
Mourieux stond op en steunend op
een plank der kast nam hij een deel,
dat hij aan Louise gaf, die in het half
duister een weinig hinkende wegliep,
terwijl zij in het voorbijgaan, Henriette
met een vroolijk knipoogje groette.
Goeden dag, juffrouw Henriette
zeide Mourieux. Neem mij niet kwa
lijk, dat ik u hier heb laten komen.
Zondags kan ik moeilijk uitgaan, zoo
als gij ziet.
- Uw eigen schuld, zeide Henriette
en zij ging zitten naast de boekenkast,
tegenover Mourieux, die zich zwaar
liet neervallen in zijn armstoel Gij zijt
bilbliothecaris geworden, uit liefde
voor uw klanten. Dat is louter over
daad.
Mourieux, die in de witte deurope
ning het laatste puntje van de jurk en
pelerine verdwijnen zag, antwoordde:
Uw leermeisje is een goed kind.
En dat, ondanks dat zij zoo vaak wordt
afgerost. Hoe zou ik nu uit kunnen
gaan Als ik er nu toch niet was, om
boeken voor haar uit te kiezen, zou zij
naar de stadsbibliotheken gaan, waar
men haar van alles geven zouJuf
frouw Henriette, ik moet u spreken in
opdracht van mevrouw Lemarié.
De naam Lemarié veranderde in
eens de goede stemming van Hen
riette. Hij wischte den eersten indruk
uit.
Alweer zeide zij. Toch niet voor
een tweeden hoed
Neen.
Hij was achterover in zijn stoel gaan
leunen, zijn hoofd als altijd gebogen,
c-n hij keek, al voortsprekende, met
zijn doordringende oogen, hoe zijn
woorden werden opgenomen.
Juffrouw Henriette, het komt mij
voor, dat gij haar niet rechtvaardig be
oordeelt. Ik ken haar, sinds haar hu
welijk. Het verdriet heeft haar voor
egoisme bewaard zij is edelmoedig
zij is bewonderenswaardig en nu is zij
geheel vrij, om goed te kunnen doen.
Zij heeft aan u gedacht om
- Dank u wel. Wij zijn niet rijk,
maar wij kunnen toch leven en vooral
nu met het pensioen van mijn oom
- Gij laat mij niet uitspreken. Zij
heeft aan u gedacht, om haar te helpen
met haar aalmoezen. Zij weet, juffrouw
Henriette, dat gij talrijke vrienden
hebt onder de armen van onze buurt
dat men voor u niet bang is, dat gij de
ellende kent. O wees maar niet zoo
bescheiden, ik weet, wie gij zijt. Zoudt
gij haar nu niet op de hoogte willen
brengen van de ongelukkigen, de echte
armen, die geholpen kunnen worden
in uw omgeving. Men zal u niets wei
geren.
-- Maar mijnheer, dat is een op
dracht
-- Geheel strookend met uw eerge
voel, juffrouw, en, merk het wel op,
een, die u in staat stelt, zieke of werk-
looze vriendinnen met liefde en in
stilte te helpen. Er wordt ook onder de
modisten gebrek geleden in stille
tijden.
- Ja, zeide Henriette, maar waar
om juist ik
-- Ik zal u verklappen, wie u aan
mevrouw Lemarié heeft aangewezen;
gij hoeft niet ver te zoeken ik was
het. En het is verre van mij, dat ik
iemand als u, zou willen kwetsen,
maar gij zijt zoo goed, zoo barmhar
tig.Henriette lachte zenuwachtig.
-- Ik Verbeeld u Verklaar mij
dat eens mijnheer Mourieux, laat eens
hooren
Wordt vervolgd.