27e JAARGANG
DINSDAG 81 APRIL 1936
No. 33
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
WIERINGEN EN OMSTREKEN
ONDER HYPNOSE.
N.V. „WA CO"-HOORN
WIERINGER COURANT
VERSCHIJNT ELKEN
DINSDAG en VRIJDAG
ABONNEMENTSPRIJS
per 3 maanden f 1.
"T
UITGEVER:
CORN. J. BObKER
WIERINGEN
BUREAU
Hippolytushoef Wieringen
Telef. Intercomm. No. 19.
ADVERTENTIëN
Van 1 5 regels f 0.50
Iedere regel meer 1 0.10
LIJST VAN BOELHUIZEN EN
VERKOOPINGEN.
Belangrijk Boelhuis op Dinsdag
21 April a.s„ des v.m. 9 uur, ten huize
van den heer J. Biersteker, te Koegras,
van 48 stuks Hoornvee en boerenge
reedschap.
Boelhuis op Dinsdag 21 April 1936,
des namiddags 1 uur ten huize van
Mej. de Wed. A. Broers aan den Win-
kelderweg, onder Nieuwe Niedorp,
20 Broeiramen en tuinbouwgereedsehap
Belangrijk Boelhuis te Winkel, op
Vrijdag r24 April 1936, ten huize van
den heer C. Stammes Mz. aan den Ka-
naalweg 13 te Bergen van 22 stuks
Hoornvee en boerengereedschap.
Openbare Verkooping op Vrijdag
22 April 1936, des middags om 2 uur,
in het Koffiehuis van den heer H. Veul
aan den Langevliet no. 66 te Koegras,
van een Woon- en Winkelhuis met
schuur en erf.
Boelhuis te Eenigenburg (Gem. Sint
Maarten),op Vrijdag: 124 April 1936 voor
middags half tien, ten huize van den
heer Jb. Schoorl Gz. van 10 Koeien,
2 Hokkelingen 3 Kalveren.
Openbare Verkooping op Donderdag
23 April bij inzet en op Donderdag
30 April bij afslag, beide dagen des na
middags om 1 uur, in het N.H. Koffie
huis te Schagen, van een kapitale Boer
derij, met diverse weilanden.
Openbare Verkooping op Zaterdag
2 Mei 1936, nam. 8 uur in Hotel
S. Kaan te Hippolytushoef van een
Woon- en Winkelhuis en banketbak
kerij, erf en aanbehooren.
slachtoffer geworden van vier flesschen
trekkers, die voor Paschen groote in-
koopen hebben gedaan en naar thans
is gebleken, zonder betalen zijn ver
trokken. Het betreft hier de gebroe-
W. en K. K. en. hun vrouwen, allen
Duitschers, van wie de eerste kapper
te Zwolle is geweest en de laatste
taxi-ondernemer te Hattem. Beide za
ken zijn echter verloopen. Het is geble
ken, dat speciaal mode-artikelen voor
dames en heeren van hun gading zijn
geweest. In totaal hebben zij de gedu
peerde winkeliers voor ongeveer zevei.
honderd gulden opgelicht. Met een
vracht-auto is het gezelschap naar de
Duitsche' grens vertrokken. Hier wer
den de echtparen eenigen tijd vastge
houden, doch de telefonische informa
tie te Zwolle leverde niet voldoende
bezwarend materiaal op om het vier
tal vast te houden. Pas toen men hen
had laten vertrekken, naar Krefeld,
kwam bericht uit Zwolle, dat er klach
ten waren ingekomen en dat men de
Duitschers moest vasthouden. De in al
lerijl genomen maatregelen om de goe
deren te achterhalen, zijn zonder resul
taat gebleven
BINNENLANDSCH NIEUWS.
SPIERIN G VISSCHERIJ.
Het Tweede Kamerlid Drop heeft
aan den Minister van Waterstaat ge
vraagd, of het hem bekend is, dat de
vischers aan de monden van den I.ls-
sel, op het Zwarte Water en het Zwol-
sche Diep, die sedert 24 November 1935
als belanghebbenden in de Zuiderzee-
steunwet zijn erkend, in tegensteling
zelfs nog met vorige jaren, geen inkom
sten uit de visscherij hebben, doordat
er geen spiering kan gevangen worden,
welke spiering andere jaren tusschen
Februari en Mei de grootste inkomsten
opleverde, en zoo ja, of de Minister dan
wil bevorderen, dat de sedert 24 Nov.
toegekende tegemoetkomingen ook na
18 April 1936 - den datum tot welken
deze tegemoetkomingen zijn toege
zegd -- worden doorbetaald.
Flesschentrekkers werken te Zwolle.
Naar Duitschland ontkomen.
Tien Zwolsche winkeliers zijn hei
dezen handel, die voordat de nazi's
aan het bewind kwamen, voor 90 pCt.
in handen was van Joodsche handela
ren. Men heeft ook gemaakt dat de Jo
den verdwenen zijn uit den handel in
gevogelte.
ËUITENLANDSCH NIEUWS.
Groote schade door sneeuwval.
Vertraging in treinverkeer.
Ook in het Rijnland heeft de met 'n
hevigen storm gepaard gaande zware
sneeuwval groote schade aangericht
en een ongekend ernstige vertraging
in het verkeer veroorzaakt. In de stad
Remscheid, die in de eerste ochtend
uren van alle verkeer afgesloten was,
lag de sneeuw op sommige plaatsen
1 M. hoog. Het tramverkeer moest er
heel worden stopgezet. Overai ln de om
geving van de stad zag men omgeval
len hoornen en telegraafpalen.
De Eifel is met een zoo dikke sneeuw
laag bedekt als men er in den winter
nauwelijks ziet. Het verkeer was
schier geheel gestremd.
In Sauerland lag de sneeuw hier en
daar ruim 1 M. hoog.
De D-trein uit Berlijn, die te 4.56 te
Hagen moest aankomen, was om 9.30
nog niet gearriveerd. De wegen zijn ge
heel onder de sneeuw bedolven. In alle
plaatsen in Sauerland moest het tram-
en autoverkeer worden stopgezet.
In het Zuidwesten van Westfalen is
le sneeuwval opgehouden. De telefoon
verbindingen tusschen Mannheim,
Kaiserslautern en Zweibrucken zijn
verbroken.
Joden uit eierhandel verdreven.
De Duitsche eierhandel heeft de wet
ten van Neurenberg op zijn bedrijf toe
gepast en er is nu geen jood meer in
„Gaat u met Violet trouwen riep profes
sor Lehr verbaasd uit.
„En waarom niet was de wedervraag van
Francis Serval.
„Neem mij niet kwalijk, Serval, maar ik
dacht, dat Violet haar woord reeds aan ie
mand anders had gegeven en daarom kwam
dit als een groote verrassing."
„O, u bedoelt Charlton Dat was niet meer
dan kalverliefde en Violet was in dien tijd
nog niet zeker van zichzelf, zoodat wij hem
wel kunnen uitschakelen."
Weder bleef de professor eenigen tijd zwij
gen. Serval stak een sigaret op en vroeg, ter
wijl zijn donkere oogen eigenaardig glansden:
„En hoe zal het vonnis luiden
„Er is geen sprake van een veroordeeling,"
antwoordde de professor. „Ik wilde alleen
voorstellen, de beslissing nog een paar dagen
uit te stellen."
„Dank u," mompelde Serval. Eenigen tijd
zwegen de beide mannen. Het was prachtig
weer en door de geopende ramen van de
eetkamer drongen zeer vaag enkele geluiden
uit den in de nabijheid gelegen dierentuin;
tot hen door.
„Dat doet mij denken aan de wildernis,"
merkte Serval op, toen het gebrul van een
leeuw hun oor bereikte. „Ik houd van de
wildernis."
„Is het uw plan, Violet mee daarheen te
nemen
„Neen, voor een man vind ik de tropen met
hun oerwouden goed, maar voor een vrouw
niet."
Volkomen gerustgesteld door dit besliste
antwoord, bracht de professor het gesprek
op een ander onderwerp over en vroeg
„Hebt u Peters niet ontmoet in Assem
„Ja, ik was destijds op een theeplantage.
Peters was een flinke kerel en een eerste ja
ger op groot wild. Éénmaal echter heb ik
hem half gek zien worden van angst."
„Hoe kwam dat
„Ik verzamelde in die dagen slangen. Na
tuurlijk weet u ook wel, dat zeldzame exem
plaren zelfs in Indië weinig voorkomen.
Hebt u ooit gehoord van de koningscobra
Er bestaat geen geslacht van koningscobra's,
doch van tijd tot tijd komt er een voor, als
«mi speling rtatijVh'. dat was ook het ge
val in Assam en Peters had mij beloofd, het
bewuste exemplaar te helpen vangen. Onge
lukkiger wijze dacht ik er niet aan, dat Pe
ters nogal gevoelig is. Toen hij kwam, had
ik in een kooi juist een buitengewoon woest
exemplaar van de gewone cobrasoort, met
een bruingevlekte, grijsachtige huid. Het ee
nige bijzondere aan dit dier was een eigen
aardige teekening op den kop. In plaats van
den gewonen bril had dit reptiel daar twee
bruine kringen, waarin zich ovale witte plek
ken bevonden met een zwarte punt in het
midden. Wanneer nu het dier woedend werd
en zijn kop uitzette, scheen het je aan te kij
ken met een paar abnormaal groote, afschu
welijke oogen.
Het was een meter vijftig lang en vrij
dun, doch buitengewoon sterk. Terwijl Peters
het stond te bekijken, brachten de inlanders
mij een prachtige zwarte cobra van ongeveer
een meter tachtig lengte, die reeds een ge
heel gezin in hun dorp had gedood. Toevallig
had ik geen enkele kooi meer beschikbaar.
Gehoor gevende aan een plotselinge ingeving,
liet ik de zwarte cobra in de kooi bij de klei
nere gevlekte. Bliksemsnel trekt de laatste
zich terug in een hoek, terwijl de zwarte zich
even vlug in den tegenoverliggenden hoek ver
schanste. Na enkele seconden begon de brui
ne langzaam vooruit te glijden, waarbij ze
den kop eenigszins scheef hield, terwijl de
zwarte, als het ware gehypnotiseerd door den
aanblik van die eigenaardige merkteekens,
doodstil bleef zitten. Toen de bruine bijna
den anderen hoek had bereikt, ging er een
haast onmerkbare trilling door het lichaam
van de zwarte en op hetzelfde oogenblik had
den de beide monsters elkaar in den nek ge
grepen. Vijf en twintig minuten later was de
zwarte geheel in de bruine verdwenen."
„Hebt u bij die gelegenheid Peters zijn
kalmte zien verliezen vroeg de professor.
„Neen," antwoordde Serval, „dat gebeurde
pas den volgenden dag, toen wij de val gin
gen opzetten voor de koningscobra. Hij had
voortdurend den mond vol over het gevecht
en de buitengewone kwaadaardigheid van d'
bruine cobra en toen de negen meter lange
koningscobra op ons lokaas afkwam en bruin
bleek te zijn, dacht ik, dat hij krankzinnig
werd. In een oogenblik had hij zijn repeteer
geweer aan den schouder gebracht en begon
hij in het wilde weg te vuren. Gelukkig
raakte een van de kogels het dier in de rugge-
Scheepje op de kust.
Avontuur van zes werkloozen.
Tusschen Idesbald en La Panne -is
het Nederlandsche motorschip „Koop-
nandel I" tengevolge van een motor
panne op de kust geworpen.
Het scheepje was bemand met zes
Nederlandsche werkloozen, 4 mannen
en twee vrouwen, die op weg warer
van Rotterdam naar Java. Bij aan
komst te Duinkerken bemerkte men,
dat de motor een deiect vertoonde en
men besloot naar Rotterdam terug te
keeren. Up deze terugreis weigerde de
motor geheel, zoodat het scheepje op
de kust werd geworpen.
Vermoedelijk zal het niet mogelijk
zijn het vaartuig weer vlot te sleepen;
in de eerste plaats door het sieeme
weer en in de tweede plaats omdat de
opvarenden niet over voldoend midde
len beschikken.
DONAULANDEN.
Moderne Zon-aanbidders. Merk
waardige godsdienstige secte
in Hongarije.
De „Daily Telegraph" meldt uit Boe
dapest, dat dezer dagen te Orashaza ('n
stadje van ongeveer 20.000 inwoners
in de Ilongaarsche provincie Bekes)
een harbaarsche plechtigheid heeft
plaats gehad, die een herleving schijnt
in te luiden van het Turaansche ge
loof, een heidensche godsdienst. die
zeer veel gelijkt op het Duitsche hei
dendom van generaal Ludendorff.
Bij het aanbreken van den dag wer
den twee halvemaan-vormige lidtee-
kens geteekend in de wangen van een
pasgeboren kind. Dit geschiedde dooi
den „sjaman", of priester, van den
nieuwen godsdienst, den advocaat dr.
Eels.
De vader van het aldus voor zijn le
ven door deze heidensche ceremonie
verminkte kind is een welgesteld
man, een zekere Andreas Janko.
Voor het aanbreken van den dag ver
zamelden eenige honderden mannen
zich in hun „Zon"-dagsche pakjes op
een lagen heuvel. Vele vrouwen waren
Met ingang van Zondag 5 April
gewijzigde dienstregeling.
Volledige dienst- en tariefregelingen v
krijgbaar bij de chauffeurs a 5 cent.
in het wit gekleed. Toen de zon aan den
horizon verscheen ontstaken de in fan
tastische gewaden gestoken priesters
vuren. Een bloedroode vlag, waarop 'n
gouden zon stond afgebeeld, werd ge-
heschen. Er werden gezangen aangehe
ven ter eere van de zon. De godheid
van dezen cultus wordt uitgebeeld
door den god Hadoer, die bekend is uit
de Hongaarsche mythologie. In naam
van dezen Hadoer, verleent de rijksbe
stuurder, admiraal Horthy, den Hon-
gaarschen titel „held."
Vervolgens bracht dr. Eles de twee
halve maanvormige inkepingen aan op
de wangen van het huilende kindje.
Hij kuste het op het voorhoofd en zeide.
„Ik geef je den naam Arpas."
Arpas was de eerste koning van Hon
garije, toen de Magyaren zich in Euro
pa vestigden.
De idee kinderen in het gezicht te
snijden dateert uit de tijden dat men
het noodig achtte vijanden te terrori-
seeren, dat was de tijd van de Hunnen.
De ceremonie van deze dagen was geda
teerd „in het 1502-de jaar na de
troonsbestijging van Atilla, koning
van de Hunnen."
GOUD IN TSJECHO SLOWAKIJE
Volgens berichten in de Tsjocho-
Slowaaksche bladen was reeds gerui-
men tijd geleden geconstateerd, dal in
de oude zilvermijnen van Pribram, in
den St. Adalbertschacht op een diepte
van 1300 M. goud voorkwam. Dit was
te verrassender, daar hier van oudsher
alleen maar zilver en lood was gevon
den. De staatsmijn-onderneming heeft
daarop een nauwkeurig onderzoek
doen instellen en een jaar lang borin
gen enz. doen verrichten, die één dezer
dagen zijn beëindigd. Dit onderzoek
heeft veelbelovende resultaten opgele
verd, op grond waarvan de goudwin
ning eventueel zelfs met achteruitstel
ling van de winning van zilver en lood
in grooteren omvang is ter hand geno
men.
Den laatsten tijd waren er ongeveer
1300 mijnwerkers bezig met de win
ning van zilver en lood. Per jaar pro
duceerde men ongeveer 26000 Kg. zil
ver en 33.000 Kg. lood.
In verband met de lage zilver- en
loodprijzen bleven de geldelijke resul
taten, die de mijnen afwierpen, echter
passief. Men hoopt thans door de goud
productie weer tot een winstgevend be
drijf der Pribram-mijnen te kunnen
komen.
DE MOORD OP VEEKOOPMAN
SCHELLEVIS.
Robert B. legt een volledige
bekentenis af
De Belgische rechter van instructie
Ulriskx heeft in de gevangenis te Ton
graat, zoodat de huid nu is ondergebracht
inin een museum. Natuurlijk maakte
Peters allerlei verontschuldigingen en beweer
de, dat hij zoo had gehandeld, om ons leven
te redden, maar ik ben overtuigd, dat hij een
voudig een oogenblik zijn verstand had ver
loren."
„Het is mogelijk maar van Peters kan ik
mij zoo iets moeilijk voorstellen. Zullen wij
de dames opzoeken
Toen zij de salon binnentraden, zat Violet
Lane, een levendige blondine, voor de piano.
Zij glimlachte tegen Serval en bleef hem
strak aanzien, zoodat zij het schoone lied
van Schumann, dat zij juist speelde, plotse
ling afbrak. Pas nadat Serval op zachten toon
had gezegd „Speel maar door, Violetta", ver
volgde zij het lied, waar zij het had afgebro
ken.
Tot zijn eigen groote verbazing hinderde de
toon, waarop de naam Violetta werd uitge
sproken, den professor meer dan hij zeggen
kon. Hij kreeg den indruk, dat zijn schoon
zuster tegen haar wil onder den invloed van
Serval was gekomen. Ook het eigenaardige
afbreken van de muziek gaf hem een vreem
de gewaarwording. Hij wist echter zichzelf in
bedwang te houden en trachtte het den ver
deren avond zijn gast zoo aangenaam moge
lijk te maken. Ongemerkt bleef hij evenwel
scherp letten op het doen en laten van Ser
val en Violet en daarbij kwam hij steeds meer
tot de overtuiging', dat Violet zichzelf niet
was en slechts handelde volgens den wil van
Serval. Telkens en telkens weer kwam hem
ook het verhaal van de koningscobra in do
gedachten en vroeg hij zich af, hoe de altijd
zoo kalme Peters op het zien van een slang
zijn zelfbeheersching had kunnen verliezen.
Lehr twijfelde er hoe langer hoe meer aan,
of Violet werkelijk van Serval hield. Ware zij
een luchthartig wezentje geweest, van wie
men kon verwachten, dat zij zich door geld
en een goede positie zou laten verleiden tot
een huwelijk zonder liefde, dan zou hij de
zaak spoedig uit zijn hoofd hebben gezet. Zoo
was Violet's karakter echter in het geheel
niet. Even dacht hij er over, een telegram
aan Charlton te zenden doch wat zou Charl
ton kunnen doen
Plotseling dacht hij aan Peters. Zou hij
Peters telegrafisch vragen, of deze hem een
middel aan de hand kon doen om te verhin
deren dat Violet met Serval zou trouwen
geren den gearresteerden Robert B.,
die er van werd verdacht, met behulp
van twee Polen den veekoopman Schel
levis uit Maastricht te hebben beroofd,
een verhoor afgenomen. Robert B.
heeft thans een volledige bekentenis
afgelegd.
- Ik bevond mij met twee Polen,
aldus verklaard B., in een café te Klein
Lanaeken, toen twee mannen en een
I vrouw uit Maastricht binnenkwamen.
Zij arriveerden per taxi en waren reeds
lichtelijk beschonken. Een hunner, de
veekoopman Schellevis, die in het be
zit van Nederlandsch geld was, bestel
de drank.
Om elf uur zeiden de man en de
vrouw, dat het tijd werd, naar Maas
tricht terug te keeren en drongen er bij
Schellevis op aan, dat hij mét hen mee
zou gaan. De veekoopman weigerde,
waarna de vrouw en de man in de au
to stapten en wegreden. Kort na mid
dernacht vertrok Schellevis ook.
Ik ging toen met de twee Polen naar
buiten en wij zagen Schellevis langs
het kanaal loopen. Ik zei tegen mijn
kameraden, dat het gemakkelijk zou
zijn, den beschonken man van zijn
geld te berooven. Zonder het antwoord
van mijn kameraden af te wachten,
sprong ik op den veekoopman toe en
greep hem bij de keel.
De man viel op den grond, vervolg
de Robert B. zijn verklaring.
Ik sloeg hem in het gelaat. De vee
koopman verdedigde zich, doch ik trap
te hem met den voet, op het hoofd. Toen
hij zich niet meer verroerde, nam ik
hem zijn geld af. Wij hebben Schellevis
daarna in het kanaal geworpen.
De vader van de twee Polen heeft te
Lanaeken een garage. Met mijn kame
raden ben ik daar toen heengegaan.
Wij vertelden hem, dat wij een vee
koopman hadden beroofd en in het
water hadden geworpen, zonder te we
ten of hij dood was.
-- Als men u ontdekt, dan zult ge het
met den dood moeten boeten, zeide de
vader van de Polen.
Wij deelden het geld, vervolgde
B., en ook de garagehouder kreeg f 20,
Ik zei toen tot een van mijn kamera
den De pet van den Nederlander ligt
nog ginds. Ga ze halen.
Een van de Polen haalde de pet en wij
verbrandden het hoofddeksel in de ka
chel in de garage. Toen zijn we met
ons drieën naar Luik gegaan en hebben
we aan de Quaai de la Batte het Neder
landsche geld gewisseld.
Nog twee arrestaties.
De twee Polen hebben de verklarin
gen van B. bevestigd. Ook hun vader,
de garagehouder te Lanaeken, is ge
arresteerd. Voorts heeft de politie een
zuster van B. in de gevangenis te Ton
geren opgesloten.
Hij besloot, onmiddellijk dit plan ten uit
voer te brengen en opende een lade van zijn
schrijftafel, ten einde het adres van Peters
op te zoeken. Met een kreet van verbazing
trok hij zijn uitgestoken hand terug, want
boven op zijn papieren glinsterde een bruin-
omrande, ovale, zwarte steen met een wit
puntje in het midden. Lang geleden had hij
dezen zoogenaamden slangensteen eens ten
geschenke gekregen van een Indisch officier,
die hem had verteld welke magische, hypno*
tische kracht de inboorlingen aan dergelijke
steenen toeschreven. De professor had er on-
geloovig de schouders over opgehaald en den
steen in zijn schrijftafel geborgen in een kar
tonnen doosje. Blijkbaar was tengevolge van
het dreunen van het huis het doosje omge
vallen en de steen er uit gerold.
Terwijl hij den steen beschouwde, drong
het tot Lehr door, dat deze precies het tegen
beeld moest vormen van de op den kop van
de cobra voorkomende teekening. Lang bleef
hij er in gedachten verzonken op staren.
Het gevolg van zijn overpeinzingen was,
dat Violet Lane enkele dagen later werd ver
rast met een gouden broche, waarjn een zeer
eigenaardige steen was gezet. Serval zou dien
zelfden avond komen dineeren.
„Wil je, om mij een genoegen te doen, deze
broche vanavond dragen en onder geen voor
waarde afdoen, voor je naar bed gaat vroeg
de professor.
„Ja zeker, Rodo," antwoordde Violet eenigs
zins verbaasd. „Is het een amulet Brengt
de steen geluk of ongeluk aan
„Geluk aan wie hem draagtmaar dan
mag je hem in geen geval afdoen, voor je
naar bed gaat."
Zoo Lehr had verwacht, dat Serval eenige
verwondering zou laten blijken over den steen
werd hij in die verwachting niet teleurge
steld, toen Violet dien avond de eetkamer
binnentrad. Serval riep uit
„Wat een eigenaardigen steen heb je daar
Van wien heb je dien gekregen
„Dat is een groot geheim," antwoordde het
meisje lachend.
„Het is vreemd, maar die steen doet mij
denken aan eeneen slangengeschiedenis."
„Vertel mij die eens."
„Neen, nu nieteen volgenden keer."
Op dat oogenblik verscheen mevrouw Lehr,
waarop men aan tafel ging. Serval was on
gewoon stil. Op een gegeven oogenblik zeide
hij
„Violet, ik wilde wel, dat je dien steen af-
deedt. Hij hindert mij."
„Tot mijn spijt kan ik niet aan je verzoek
voldoen," antwoordde Violet luchtig.
Een half uur verliep, zonder dat Serval we
der op den steen terug kwam, hoewel hij
eenigszins bleek zag en onrustig werd. Lehr
hield hem nauwlettend in het oog en meen
de steeds meer teekenen van onrust bij hem
op te merken. Plotseling boog Serval zich
voorover en zeide op zachten, doch dringen
den toon
„Violet, als je dat afschuwelijke ding blijft
dragen, zal ik mij genoodzaakt zien, het met
geweld van je hals te doen, al zou ik je daar-
oij moeten wurgen."
„Hoe durf je het wagen om zoo tegen mij
te spreken riep het meisje, ten hoogste ver
ontwaardigd.
Lehr en Serval sprongen tegelijkertijd over
eind, doch de professor, die er eenigszins o?>
was voorbereid, was iets vlugger dan de an
der. Met behulp van den verschrikten bedien
de sleurde hij Serval naar de gang, waar diens
aanval van woede onmiddellijk bedaarde.
Hij verzocht den professor kalm, zijn veront
schuldigingen aan de dames over te brengen
voor zijn uiterst onbehoorlijk optreden en
eindigde met de woorden
„Ik wensch u geluk met het slagen van uw
list. Die geschiedenis van de cobra's had ik
u nooit moeten vertellen. Goeden avond
Eenige maanden later ontmoette professor
Lehr in zijn club Peters, die kort tevoren uit
uit de tropen was teruggekeerd.
„Of ik mij Serval nog herinner ant
woordde deze op een desbetreffende vraag
van den professor. „Heel goed zelfs. Ik geloof
niet, dat hij erg wel bij zijn hoofd was, wan
neer hij met slangen in aanraking kwam.
Dien dag, toen dat monster op het geitje
kwam toeschieten, werd hij volslagen krank
zinnig. Als ik het beest niet had neergelegd,
zou hij het met zijn blooüe handen te lijf zijn
gegaan. Als ik de slang had gemist, zou men
kort daarop mij hebben gemist, dat is zeker."
„Waar is die slang gebleven
„Serval heeft het monster laten opzetten in
een glazen kast. Als hij in Londen is, heeft
hij het natuurlijk op zijn kamer. Waar woont
hij eigenlijk
„Waar hij tegenwoordig zit weet ik niet,"
antwoordde Lehr droog.