27e JAARGANG DINSDAG 81 APRIL 1936 No. 33 NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WIERINGEN EN OMSTREKEN ONDER HYPNOSE. N.V. „WA CO"-HOORN WIERINGER COURANT VERSCHIJNT ELKEN DINSDAG en VRIJDAG ABONNEMENTSPRIJS per 3 maanden f 1. "T UITGEVER: CORN. J. BObKER WIERINGEN BUREAU Hippolytushoef Wieringen Telef. Intercomm. No. 19. ADVERTENTIëN Van 1 5 regels f 0.50 Iedere regel meer 1 0.10 LIJST VAN BOELHUIZEN EN VERKOOPINGEN. Belangrijk Boelhuis op Dinsdag 21 April a.s„ des v.m. 9 uur, ten huize van den heer J. Biersteker, te Koegras, van 48 stuks Hoornvee en boerenge reedschap. Boelhuis op Dinsdag 21 April 1936, des namiddags 1 uur ten huize van Mej. de Wed. A. Broers aan den Win- kelderweg, onder Nieuwe Niedorp, 20 Broeiramen en tuinbouwgereedsehap Belangrijk Boelhuis te Winkel, op Vrijdag r24 April 1936, ten huize van den heer C. Stammes Mz. aan den Ka- naalweg 13 te Bergen van 22 stuks Hoornvee en boerengereedschap. Openbare Verkooping op Vrijdag 22 April 1936, des middags om 2 uur, in het Koffiehuis van den heer H. Veul aan den Langevliet no. 66 te Koegras, van een Woon- en Winkelhuis met schuur en erf. Boelhuis te Eenigenburg (Gem. Sint Maarten),op Vrijdag: 124 April 1936 voor middags half tien, ten huize van den heer Jb. Schoorl Gz. van 10 Koeien, 2 Hokkelingen 3 Kalveren. Openbare Verkooping op Donderdag 23 April bij inzet en op Donderdag 30 April bij afslag, beide dagen des na middags om 1 uur, in het N.H. Koffie huis te Schagen, van een kapitale Boer derij, met diverse weilanden. Openbare Verkooping op Zaterdag 2 Mei 1936, nam. 8 uur in Hotel S. Kaan te Hippolytushoef van een Woon- en Winkelhuis en banketbak kerij, erf en aanbehooren. slachtoffer geworden van vier flesschen trekkers, die voor Paschen groote in- koopen hebben gedaan en naar thans is gebleken, zonder betalen zijn ver trokken. Het betreft hier de gebroe- W. en K. K. en. hun vrouwen, allen Duitschers, van wie de eerste kapper te Zwolle is geweest en de laatste taxi-ondernemer te Hattem. Beide za ken zijn echter verloopen. Het is geble ken, dat speciaal mode-artikelen voor dames en heeren van hun gading zijn geweest. In totaal hebben zij de gedu peerde winkeliers voor ongeveer zevei. honderd gulden opgelicht. Met een vracht-auto is het gezelschap naar de Duitsche' grens vertrokken. Hier wer den de echtparen eenigen tijd vastge houden, doch de telefonische informa tie te Zwolle leverde niet voldoende bezwarend materiaal op om het vier tal vast te houden. Pas toen men hen had laten vertrekken, naar Krefeld, kwam bericht uit Zwolle, dat er klach ten waren ingekomen en dat men de Duitschers moest vasthouden. De in al lerijl genomen maatregelen om de goe deren te achterhalen, zijn zonder resul taat gebleven BINNENLANDSCH NIEUWS. SPIERIN G VISSCHERIJ. Het Tweede Kamerlid Drop heeft aan den Minister van Waterstaat ge vraagd, of het hem bekend is, dat de vischers aan de monden van den I.ls- sel, op het Zwarte Water en het Zwol- sche Diep, die sedert 24 November 1935 als belanghebbenden in de Zuiderzee- steunwet zijn erkend, in tegensteling zelfs nog met vorige jaren, geen inkom sten uit de visscherij hebben, doordat er geen spiering kan gevangen worden, welke spiering andere jaren tusschen Februari en Mei de grootste inkomsten opleverde, en zoo ja, of de Minister dan wil bevorderen, dat de sedert 24 Nov. toegekende tegemoetkomingen ook na 18 April 1936 - den datum tot welken deze tegemoetkomingen zijn toege zegd -- worden doorbetaald. Flesschentrekkers werken te Zwolle. Naar Duitschland ontkomen. Tien Zwolsche winkeliers zijn hei dezen handel, die voordat de nazi's aan het bewind kwamen, voor 90 pCt. in handen was van Joodsche handela ren. Men heeft ook gemaakt dat de Jo den verdwenen zijn uit den handel in gevogelte. ËUITENLANDSCH NIEUWS. Groote schade door sneeuwval. Vertraging in treinverkeer. Ook in het Rijnland heeft de met 'n hevigen storm gepaard gaande zware sneeuwval groote schade aangericht en een ongekend ernstige vertraging in het verkeer veroorzaakt. In de stad Remscheid, die in de eerste ochtend uren van alle verkeer afgesloten was, lag de sneeuw op sommige plaatsen 1 M. hoog. Het tramverkeer moest er heel worden stopgezet. Overai ln de om geving van de stad zag men omgeval len hoornen en telegraafpalen. De Eifel is met een zoo dikke sneeuw laag bedekt als men er in den winter nauwelijks ziet. Het verkeer was schier geheel gestremd. In Sauerland lag de sneeuw hier en daar ruim 1 M. hoog. De D-trein uit Berlijn, die te 4.56 te Hagen moest aankomen, was om 9.30 nog niet gearriveerd. De wegen zijn ge heel onder de sneeuw bedolven. In alle plaatsen in Sauerland moest het tram- en autoverkeer worden stopgezet. In het Zuidwesten van Westfalen is le sneeuwval opgehouden. De telefoon verbindingen tusschen Mannheim, Kaiserslautern en Zweibrucken zijn verbroken. Joden uit eierhandel verdreven. De Duitsche eierhandel heeft de wet ten van Neurenberg op zijn bedrijf toe gepast en er is nu geen jood meer in „Gaat u met Violet trouwen riep profes sor Lehr verbaasd uit. „En waarom niet was de wedervraag van Francis Serval. „Neem mij niet kwalijk, Serval, maar ik dacht, dat Violet haar woord reeds aan ie mand anders had gegeven en daarom kwam dit als een groote verrassing." „O, u bedoelt Charlton Dat was niet meer dan kalverliefde en Violet was in dien tijd nog niet zeker van zichzelf, zoodat wij hem wel kunnen uitschakelen." Weder bleef de professor eenigen tijd zwij gen. Serval stak een sigaret op en vroeg, ter wijl zijn donkere oogen eigenaardig glansden: „En hoe zal het vonnis luiden „Er is geen sprake van een veroordeeling," antwoordde de professor. „Ik wilde alleen voorstellen, de beslissing nog een paar dagen uit te stellen." „Dank u," mompelde Serval. Eenigen tijd zwegen de beide mannen. Het was prachtig weer en door de geopende ramen van de eetkamer drongen zeer vaag enkele geluiden uit den in de nabijheid gelegen dierentuin; tot hen door. „Dat doet mij denken aan de wildernis," merkte Serval op, toen het gebrul van een leeuw hun oor bereikte. „Ik houd van de wildernis." „Is het uw plan, Violet mee daarheen te nemen „Neen, voor een man vind ik de tropen met hun oerwouden goed, maar voor een vrouw niet." Volkomen gerustgesteld door dit besliste antwoord, bracht de professor het gesprek op een ander onderwerp over en vroeg „Hebt u Peters niet ontmoet in Assem „Ja, ik was destijds op een theeplantage. Peters was een flinke kerel en een eerste ja ger op groot wild. Éénmaal echter heb ik hem half gek zien worden van angst." „Hoe kwam dat „Ik verzamelde in die dagen slangen. Na tuurlijk weet u ook wel, dat zeldzame exem plaren zelfs in Indië weinig voorkomen. Hebt u ooit gehoord van de koningscobra Er bestaat geen geslacht van koningscobra's, doch van tijd tot tijd komt er een voor, als «mi speling rtatijVh'. dat was ook het ge val in Assam en Peters had mij beloofd, het bewuste exemplaar te helpen vangen. Onge lukkiger wijze dacht ik er niet aan, dat Pe ters nogal gevoelig is. Toen hij kwam, had ik in een kooi juist een buitengewoon woest exemplaar van de gewone cobrasoort, met een bruingevlekte, grijsachtige huid. Het ee nige bijzondere aan dit dier was een eigen aardige teekening op den kop. In plaats van den gewonen bril had dit reptiel daar twee bruine kringen, waarin zich ovale witte plek ken bevonden met een zwarte punt in het midden. Wanneer nu het dier woedend werd en zijn kop uitzette, scheen het je aan te kij ken met een paar abnormaal groote, afschu welijke oogen. Het was een meter vijftig lang en vrij dun, doch buitengewoon sterk. Terwijl Peters het stond te bekijken, brachten de inlanders mij een prachtige zwarte cobra van ongeveer een meter tachtig lengte, die reeds een ge heel gezin in hun dorp had gedood. Toevallig had ik geen enkele kooi meer beschikbaar. Gehoor gevende aan een plotselinge ingeving, liet ik de zwarte cobra in de kooi bij de klei nere gevlekte. Bliksemsnel trekt de laatste zich terug in een hoek, terwijl de zwarte zich even vlug in den tegenoverliggenden hoek ver schanste. Na enkele seconden begon de brui ne langzaam vooruit te glijden, waarbij ze den kop eenigszins scheef hield, terwijl de zwarte, als het ware gehypnotiseerd door den aanblik van die eigenaardige merkteekens, doodstil bleef zitten. Toen de bruine bijna den anderen hoek had bereikt, ging er een haast onmerkbare trilling door het lichaam van de zwarte en op hetzelfde oogenblik had den de beide monsters elkaar in den nek ge grepen. Vijf en twintig minuten later was de zwarte geheel in de bruine verdwenen." „Hebt u bij die gelegenheid Peters zijn kalmte zien verliezen vroeg de professor. „Neen," antwoordde Serval, „dat gebeurde pas den volgenden dag, toen wij de val gin gen opzetten voor de koningscobra. Hij had voortdurend den mond vol over het gevecht en de buitengewone kwaadaardigheid van d' bruine cobra en toen de negen meter lange koningscobra op ons lokaas afkwam en bruin bleek te zijn, dacht ik, dat hij krankzinnig werd. In een oogenblik had hij zijn repeteer geweer aan den schouder gebracht en begon hij in het wilde weg te vuren. Gelukkig raakte een van de kogels het dier in de rugge- Scheepje op de kust. Avontuur van zes werkloozen. Tusschen Idesbald en La Panne -is het Nederlandsche motorschip „Koop- nandel I" tengevolge van een motor panne op de kust geworpen. Het scheepje was bemand met zes Nederlandsche werkloozen, 4 mannen en twee vrouwen, die op weg warer van Rotterdam naar Java. Bij aan komst te Duinkerken bemerkte men, dat de motor een deiect vertoonde en men besloot naar Rotterdam terug te keeren. Up deze terugreis weigerde de motor geheel, zoodat het scheepje op de kust werd geworpen. Vermoedelijk zal het niet mogelijk zijn het vaartuig weer vlot te sleepen; in de eerste plaats door het sieeme weer en in de tweede plaats omdat de opvarenden niet over voldoend midde len beschikken. DONAULANDEN. Moderne Zon-aanbidders. Merk waardige godsdienstige secte in Hongarije. De „Daily Telegraph" meldt uit Boe dapest, dat dezer dagen te Orashaza ('n stadje van ongeveer 20.000 inwoners in de Ilongaarsche provincie Bekes) een harbaarsche plechtigheid heeft plaats gehad, die een herleving schijnt in te luiden van het Turaansche ge loof, een heidensche godsdienst. die zeer veel gelijkt op het Duitsche hei dendom van generaal Ludendorff. Bij het aanbreken van den dag wer den twee halvemaan-vormige lidtee- kens geteekend in de wangen van een pasgeboren kind. Dit geschiedde dooi den „sjaman", of priester, van den nieuwen godsdienst, den advocaat dr. Eels. De vader van het aldus voor zijn le ven door deze heidensche ceremonie verminkte kind is een welgesteld man, een zekere Andreas Janko. Voor het aanbreken van den dag ver zamelden eenige honderden mannen zich in hun „Zon"-dagsche pakjes op een lagen heuvel. Vele vrouwen waren Met ingang van Zondag 5 April gewijzigde dienstregeling. Volledige dienst- en tariefregelingen v krijgbaar bij de chauffeurs a 5 cent. in het wit gekleed. Toen de zon aan den horizon verscheen ontstaken de in fan tastische gewaden gestoken priesters vuren. Een bloedroode vlag, waarop 'n gouden zon stond afgebeeld, werd ge- heschen. Er werden gezangen aangehe ven ter eere van de zon. De godheid van dezen cultus wordt uitgebeeld door den god Hadoer, die bekend is uit de Hongaarsche mythologie. In naam van dezen Hadoer, verleent de rijksbe stuurder, admiraal Horthy, den Hon- gaarschen titel „held." Vervolgens bracht dr. Eles de twee halve maanvormige inkepingen aan op de wangen van het huilende kindje. Hij kuste het op het voorhoofd en zeide. „Ik geef je den naam Arpas." Arpas was de eerste koning van Hon garije, toen de Magyaren zich in Euro pa vestigden. De idee kinderen in het gezicht te snijden dateert uit de tijden dat men het noodig achtte vijanden te terrori- seeren, dat was de tijd van de Hunnen. De ceremonie van deze dagen was geda teerd „in het 1502-de jaar na de troonsbestijging van Atilla, koning van de Hunnen." GOUD IN TSJECHO SLOWAKIJE Volgens berichten in de Tsjocho- Slowaaksche bladen was reeds gerui- men tijd geleden geconstateerd, dal in de oude zilvermijnen van Pribram, in den St. Adalbertschacht op een diepte van 1300 M. goud voorkwam. Dit was te verrassender, daar hier van oudsher alleen maar zilver en lood was gevon den. De staatsmijn-onderneming heeft daarop een nauwkeurig onderzoek doen instellen en een jaar lang borin gen enz. doen verrichten, die één dezer dagen zijn beëindigd. Dit onderzoek heeft veelbelovende resultaten opgele verd, op grond waarvan de goudwin ning eventueel zelfs met achteruitstel ling van de winning van zilver en lood in grooteren omvang is ter hand geno men. Den laatsten tijd waren er ongeveer 1300 mijnwerkers bezig met de win ning van zilver en lood. Per jaar pro duceerde men ongeveer 26000 Kg. zil ver en 33.000 Kg. lood. In verband met de lage zilver- en loodprijzen bleven de geldelijke resul taten, die de mijnen afwierpen, echter passief. Men hoopt thans door de goud productie weer tot een winstgevend be drijf der Pribram-mijnen te kunnen komen. DE MOORD OP VEEKOOPMAN SCHELLEVIS. Robert B. legt een volledige bekentenis af De Belgische rechter van instructie Ulriskx heeft in de gevangenis te Ton graat, zoodat de huid nu is ondergebracht inin een museum. Natuurlijk maakte Peters allerlei verontschuldigingen en beweer de, dat hij zoo had gehandeld, om ons leven te redden, maar ik ben overtuigd, dat hij een voudig een oogenblik zijn verstand had ver loren." „Het is mogelijk maar van Peters kan ik mij zoo iets moeilijk voorstellen. Zullen wij de dames opzoeken Toen zij de salon binnentraden, zat Violet Lane, een levendige blondine, voor de piano. Zij glimlachte tegen Serval en bleef hem strak aanzien, zoodat zij het schoone lied van Schumann, dat zij juist speelde, plotse ling afbrak. Pas nadat Serval op zachten toon had gezegd „Speel maar door, Violetta", ver volgde zij het lied, waar zij het had afgebro ken. Tot zijn eigen groote verbazing hinderde de toon, waarop de naam Violetta werd uitge sproken, den professor meer dan hij zeggen kon. Hij kreeg den indruk, dat zijn schoon zuster tegen haar wil onder den invloed van Serval was gekomen. Ook het eigenaardige afbreken van de muziek gaf hem een vreem de gewaarwording. Hij wist echter zichzelf in bedwang te houden en trachtte het den ver deren avond zijn gast zoo aangenaam moge lijk te maken. Ongemerkt bleef hij evenwel scherp letten op het doen en laten van Ser val en Violet en daarbij kwam hij steeds meer tot de overtuiging', dat Violet zichzelf niet was en slechts handelde volgens den wil van Serval. Telkens en telkens weer kwam hem ook het verhaal van de koningscobra in do gedachten en vroeg hij zich af, hoe de altijd zoo kalme Peters op het zien van een slang zijn zelfbeheersching had kunnen verliezen. Lehr twijfelde er hoe langer hoe meer aan, of Violet werkelijk van Serval hield. Ware zij een luchthartig wezentje geweest, van wie men kon verwachten, dat zij zich door geld en een goede positie zou laten verleiden tot een huwelijk zonder liefde, dan zou hij de zaak spoedig uit zijn hoofd hebben gezet. Zoo was Violet's karakter echter in het geheel niet. Even dacht hij er over, een telegram aan Charlton te zenden doch wat zou Charl ton kunnen doen Plotseling dacht hij aan Peters. Zou hij Peters telegrafisch vragen, of deze hem een middel aan de hand kon doen om te verhin deren dat Violet met Serval zou trouwen geren den gearresteerden Robert B., die er van werd verdacht, met behulp van twee Polen den veekoopman Schel levis uit Maastricht te hebben beroofd, een verhoor afgenomen. Robert B. heeft thans een volledige bekentenis afgelegd. - Ik bevond mij met twee Polen, aldus verklaard B., in een café te Klein Lanaeken, toen twee mannen en een I vrouw uit Maastricht binnenkwamen. Zij arriveerden per taxi en waren reeds lichtelijk beschonken. Een hunner, de veekoopman Schellevis, die in het be zit van Nederlandsch geld was, bestel de drank. Om elf uur zeiden de man en de vrouw, dat het tijd werd, naar Maas tricht terug te keeren en drongen er bij Schellevis op aan, dat hij mét hen mee zou gaan. De veekoopman weigerde, waarna de vrouw en de man in de au to stapten en wegreden. Kort na mid dernacht vertrok Schellevis ook. Ik ging toen met de twee Polen naar buiten en wij zagen Schellevis langs het kanaal loopen. Ik zei tegen mijn kameraden, dat het gemakkelijk zou zijn, den beschonken man van zijn geld te berooven. Zonder het antwoord van mijn kameraden af te wachten, sprong ik op den veekoopman toe en greep hem bij de keel. De man viel op den grond, vervolg de Robert B. zijn verklaring. Ik sloeg hem in het gelaat. De vee koopman verdedigde zich, doch ik trap te hem met den voet, op het hoofd. Toen hij zich niet meer verroerde, nam ik hem zijn geld af. Wij hebben Schellevis daarna in het kanaal geworpen. De vader van de twee Polen heeft te Lanaeken een garage. Met mijn kame raden ben ik daar toen heengegaan. Wij vertelden hem, dat wij een vee koopman hadden beroofd en in het water hadden geworpen, zonder te we ten of hij dood was. -- Als men u ontdekt, dan zult ge het met den dood moeten boeten, zeide de vader van de Polen. Wij deelden het geld, vervolgde B., en ook de garagehouder kreeg f 20, Ik zei toen tot een van mijn kamera den De pet van den Nederlander ligt nog ginds. Ga ze halen. Een van de Polen haalde de pet en wij verbrandden het hoofddeksel in de ka chel in de garage. Toen zijn we met ons drieën naar Luik gegaan en hebben we aan de Quaai de la Batte het Neder landsche geld gewisseld. Nog twee arrestaties. De twee Polen hebben de verklarin gen van B. bevestigd. Ook hun vader, de garagehouder te Lanaeken, is ge arresteerd. Voorts heeft de politie een zuster van B. in de gevangenis te Ton geren opgesloten. Hij besloot, onmiddellijk dit plan ten uit voer te brengen en opende een lade van zijn schrijftafel, ten einde het adres van Peters op te zoeken. Met een kreet van verbazing trok hij zijn uitgestoken hand terug, want boven op zijn papieren glinsterde een bruin- omrande, ovale, zwarte steen met een wit puntje in het midden. Lang geleden had hij dezen zoogenaamden slangensteen eens ten geschenke gekregen van een Indisch officier, die hem had verteld welke magische, hypno* tische kracht de inboorlingen aan dergelijke steenen toeschreven. De professor had er on- geloovig de schouders over opgehaald en den steen in zijn schrijftafel geborgen in een kar tonnen doosje. Blijkbaar was tengevolge van het dreunen van het huis het doosje omge vallen en de steen er uit gerold. Terwijl hij den steen beschouwde, drong het tot Lehr door, dat deze precies het tegen beeld moest vormen van de op den kop van de cobra voorkomende teekening. Lang bleef hij er in gedachten verzonken op staren. Het gevolg van zijn overpeinzingen was, dat Violet Lane enkele dagen later werd ver rast met een gouden broche, waarjn een zeer eigenaardige steen was gezet. Serval zou dien zelfden avond komen dineeren. „Wil je, om mij een genoegen te doen, deze broche vanavond dragen en onder geen voor waarde afdoen, voor je naar bed gaat vroeg de professor. „Ja zeker, Rodo," antwoordde Violet eenigs zins verbaasd. „Is het een amulet Brengt de steen geluk of ongeluk aan „Geluk aan wie hem draagtmaar dan mag je hem in geen geval afdoen, voor je naar bed gaat." Zoo Lehr had verwacht, dat Serval eenige verwondering zou laten blijken over den steen werd hij in die verwachting niet teleurge steld, toen Violet dien avond de eetkamer binnentrad. Serval riep uit „Wat een eigenaardigen steen heb je daar Van wien heb je dien gekregen „Dat is een groot geheim," antwoordde het meisje lachend. „Het is vreemd, maar die steen doet mij denken aan eeneen slangengeschiedenis." „Vertel mij die eens." „Neen, nu nieteen volgenden keer." Op dat oogenblik verscheen mevrouw Lehr, waarop men aan tafel ging. Serval was on gewoon stil. Op een gegeven oogenblik zeide hij „Violet, ik wilde wel, dat je dien steen af- deedt. Hij hindert mij." „Tot mijn spijt kan ik niet aan je verzoek voldoen," antwoordde Violet luchtig. Een half uur verliep, zonder dat Serval we der op den steen terug kwam, hoewel hij eenigszins bleek zag en onrustig werd. Lehr hield hem nauwlettend in het oog en meen de steeds meer teekenen van onrust bij hem op te merken. Plotseling boog Serval zich voorover en zeide op zachten, doch dringen den toon „Violet, als je dat afschuwelijke ding blijft dragen, zal ik mij genoodzaakt zien, het met geweld van je hals te doen, al zou ik je daar- oij moeten wurgen." „Hoe durf je het wagen om zoo tegen mij te spreken riep het meisje, ten hoogste ver ontwaardigd. Lehr en Serval sprongen tegelijkertijd over eind, doch de professor, die er eenigszins o?> was voorbereid, was iets vlugger dan de an der. Met behulp van den verschrikten bedien de sleurde hij Serval naar de gang, waar diens aanval van woede onmiddellijk bedaarde. Hij verzocht den professor kalm, zijn veront schuldigingen aan de dames over te brengen voor zijn uiterst onbehoorlijk optreden en eindigde met de woorden „Ik wensch u geluk met het slagen van uw list. Die geschiedenis van de cobra's had ik u nooit moeten vertellen. Goeden avond Eenige maanden later ontmoette professor Lehr in zijn club Peters, die kort tevoren uit uit de tropen was teruggekeerd. „Of ik mij Serval nog herinner ant woordde deze op een desbetreffende vraag van den professor. „Heel goed zelfs. Ik geloof niet, dat hij erg wel bij zijn hoofd was, wan neer hij met slangen in aanraking kwam. Dien dag, toen dat monster op het geitje kwam toeschieten, werd hij volslagen krank zinnig. Als ik het beest niet had neergelegd, zou hij het met zijn blooüe handen te lijf zijn gegaan. Als ik de slang had gemist, zou men kort daarop mij hebben gemist, dat is zeker." „Waar is die slang gebleven „Serval heeft het monster laten opzetten in een glazen kast. Als hij in Londen is, heeft hij het natuurlijk op zijn kamer. Waar woont hij eigenlijk „Waar hij tegenwoordig zit weet ik niet," antwoordde Lehr droog.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1936 | | pagina 1