TWEEDE BLAD. VRIJDAG 7 AUGUSTUS 1936 No. 63 NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WIERINGEN EN OMSTREKEN DREIGENDE VOLKSVERWILDERING. NU DE LINDE BLOEIT.... r-7 WIERINGER COURANT Langs de Hollandsch-Belgische grens ver rijzen de café's als paddestoelen. Het bier en andere drank is in België met zijn gedevalu eerde franc voor een Hollander thans zeer goedkoop. In drommen gaan de Tilburgers 's Zaterdags on 's Zondags naar België om zich totaal te bedrinken. Vlak over de grens zijn het laatste jaar twee flinke, nieuwe ca fé's gekomen, goudmijnen, en er zijn alweer twee nieuwe café's in aanbouw. Vorig jaar stond er op deze plaats nog geen enkel café straks staan er in deze overigens huizenloo- ze buurt vier café's, die het uitsluitend moe ten hebben van de Hollanders. Op een enkelen avond werden tusschen Tilburg en de grens wel 100 processen-ver baal opgemaakt wegens opbenbare dronken schap. 's Avonds begint het lieve leven feitelijk pas. De vroolijke Brabander houdt van een biertje of wat anders en hij kan het goed koop krijgen vlak over de grens, drie kwartier fietsen van Tilburg. 's Avonds is het in die café's een bende. Dan wordt er ook wel gevochten, want er komt allerlei publiek. Ook smokkelaars, die soms hun geld makkelijk verdienen en daar om het geld ook vlot uitgeven in één of an der café aan bier en vrouwen, ook in Tilburg, waar sommige café's geheel van de smokke laars bestaan, waarbij vrouwen een belang rijke rol spelen. Om die vrouwen komt dan weer ruzie in dronkenschap en verraad. Smokkelaarsleven De smokkelaars leiden een eigenaardig duister leven. Er zijn er, die een paar weken met succes smokkelen en dan een paar we ken niets meer uitvoeren, alles verdrinken en verbrassen en nog een veertien dagen poffen om dan weer te gaan smokkelen om hun schuld te kunnen betalen. Zulke kerels, be roepssmokkelaars, hebben maling aan alles en iedereen. Hun aantal neemt toe. Er komen steeds meer beroepssmokkelaars. Er komen steeds meer jongens, wier vader van den steun moet leven en die dus afhankelijk zijn van thuis, die ook maar eens meetrekken met de smok kelaars, omdat ze wel iets willen verdienen en ook van een biertje en een sigeret houden. Daarnaast- zijn er inderdaad ook volwassen menschen, die door hun omstandigheden gaan smokkelen, omdat het zoo verleidelijk is. Dat zijn gedupeerde kleine zakenmenschen bijvoorbeeld, die niet worden beschouwd als crisisslachtoffer en daarom als armlastige slechts weinig krijgen om van te eten. Dit alles doet een groep menschen ontslaan, die geen vak kennen, waarvoor men moet vreezen, wanneer de omstandigheden veran deren en er met smokkelen niets meer te verdienen zal zijn. Men denkt onwillekeurig aan een tweede Oss. Goedkoop België. Wanneer men voorts weet, dat tal van Til burgers in België hun inkoopen gaan doen en in Turnhout bijvoorbeeld een gebit bestellen, dat daar f 25 kost, terwijl men in Holland f 60 moet betalen wanneer men weet, dat honderden Brabanders 's Zaterdags en 's Zondags uitgaan leven in het goedkoo- pe België (de Belgische douanen reiken aan de grens propaganda-boekjes uit aan het binnenkomende vreemdelingenverkeer)wan neer men weet, dat meisjes, die op haar ver- Jaardag op kantoor willen tracteeren, zelfs Alom bloeit en geurt thans de linde: doordringend is de heerlijke lucht en reeds van verre is ze voor ons waar neembaar. Duizenden nijvere bijen ver zamelen de grondstoffen, die binnen kort de lindenhoning zullen geven Schreef niet reeds onze vaderlandsche dichter Potgieter Straks komt er leven in haar kruin: Een dichte bijendrom Zweeft door dien boog van kleuren. Gonst door dat bad van geuren, Daar oorverdoovende om. De linde (Tilia Europaea) -- nog he den een van de meest verspreide hoo rnen in Europa -- stond steeds hoog aangeschreven bij onze voorvaderen. Destijds kwam zij hier te lande zóo veelvuldig voor, dat de Franschen haar, ter onderscheiding van anderen, den Hollandschen Lindeboom (Tilleul de Hollande) noemden. Niet minder bekend was zij echter ook in Duitschland. Hoog werd zij ver eerd door de Germanen, bij wie zij ver moedelijk aan de een of andere god heid was gewijd. Geen boom, die, van ouds, ook in een zoo vriendschappelij ke betrekking tot den mensch stond als juist de linde. In een Duitsche dagkroniek, dagteekenend uit het mid den der vorige eeuw, wordt bijv. over dezen boom het volgende gezegd „Der dichter traumt auf der Garten bank unter der Linde. Liebenden wahlen die Linde zum Stelldichein ist der Baum der Liebe und der Lieder" .Vert. De dichter droomt op de tuin bank onder de Linde. Minnenden kie voor tien stukjes chocolade even op de fiets stappen naar België en de middenstanders en fabrieken nog in ander opzicht nadeel ondervinden van de smokkelarij en de de valuatie van de Belgische franc, dan gaat men eenigszins begrijpen, waarom oud-mi nister Steenberghe, die te Goirle woont, tus schen Tilburg en de grens, in Brabant een groot aantal aanhangers vond voor devalu atie van den Hollandschen gulden, omdat men in Brabant moreel en financiëel het meest te lijden heeft" van de goedkoopte in België. En het smokkelen langs de grens breidt zich nog steeds uit. Daarom worden ook de straffen steeds strenger. Een fijn dorp. Omtrent het bedrijf van de smokkelaars zij eerst nog even vermeld, dat over Tilburg behalve margarine, suiker, sigarettenpapier, gloeilampen, drank en reukwater de voor naamste smokkelartikelen ook wel cocaïne wordt gesmokkeld, afkomstig van of bestemd voor Leopoldsbrug, een merkwaardig dorp, een uurtje België in, waar een soldatenkamp ligt. Leopoldsbrug is een gehucht, van bijna uitsluitend kroegen, minstens 500 huis aan huis met minstens 1500 vrouwen, die in die kroegen een bestaan vinden. Het is echter bij na onmogelijk met de cocaïne-smokkelaars in aanraking te komen. De smokkelaars, die daarmee werken, zijn gesloten als een bus. Het is trouwens in het algemeen moeilijk van de smokkelaars iets los te krijgen. Ze schelden op de kommiezen, vertellen van Het groote risico en de vele malen, dat ze moe ten vluchten, zoodat ze toch maar weinig verdienen en dikwijls moeten gaan „zitten" omdat ze de boete niet kunnen betalen. Hoe ze smokkelen, langs welke wegen en hoe hun organisatie is, vertellen ze niet gauw. Ze dis- schen liever oude smokkelaarsverhalen op, die niets met den tegenwoordigen toestand te maken hebben en één van die verhalen, in een cafétje gehoord, was toch te aardig om niet na te vertellen. Dat is kouwe thee. Ik heb vroeger gevaren en met mijn maat wilde ik een groote mandeflesch wijn van boord smokkelen, omdat je anders zeker 35 of 30 gulden invoerrechten zou moeten betalen. En je kan zoo'n mandeflesch nou eenmaal niet onder je vest verbergen. Hoe zullen we het lappen vroeg mijn maat. Ik zeg we nemen gewoon de mand tus schen ons in, we stappen er mee naar de douane en we zeggen.dat er kouwe thee in zit. Mijn maat lachte zich naar, maar hij wou in ernst een manier weten om de mand van boord te smokkelen. Maar ik zei weer We doen wat ik zeg en we doen er wer kelijk kouwe thee in. Zoo gezegd, zoo gedaan en met lak over de kurk maakten we de mandeflesch weer prach tig dicht. Met de mand tusschen ons in stapten we naar de douanen. Wat zit er in die flesch vroegen ze. Dat is kouwe thee, meester. De douanen lachten, maar ze zeiden Maak maar eens open. Moet dat nou beslist vroeg ik, want er zit heusch kouwe thee in. Eerst overtuigen Luister nou es, zei ik, we moeten naar een bruiloft en nou willen we een mop uit zen de linde tot plaats van samen komst -- zij is de boom der liefde en van het lied.) Wat inmiddels deze Duitscher voor zijn land opmerkt, geldt zeker niet in mindere mate voor ons. Let. maar eens op, in hoeveel dorpen nog linden boomen staan rond en voor de ker ken, op en om de open pleinen, markt plaatsen voor de raadhuizen. De ge woonte lindeboomen aan te planten is ongetwijfeld door Duitsche stammen, die zich in ons land vestigden, tot ons gekomen. Want het planten van linden is heel oud. Reeds vóór den tijd van Karei den Groote stond in elk dorp in Saksen een linde, waaronder recht werd gesproken en feest werd gevierd. In den voorchristelijken tijd gold de linde voor een gewijden of heiligen boom in de heilige wouden werden de wegen voor de bedevaart alleen door linden aangegeven, die door haar breedte en dichte schaduwen schutda ken vormden voor opgerichte afgods teekenen. Deze vereering bleef bestaan, ook na de invoering van de Christelijke leer. Tal van overleveringen betreffende de linden zijn bewaard gebleven. Zoo is het in vele streken bijv. nog gewoonte, dat de menschen een linde voor het huis planten, in het geloof, dat het dan voor het hemelvuur of andere brandgevaar zal zijn behoed. Ook hoort men vaak de meening verkondi gen, dat de bliksem nooit is ingeslagen in een lindenboom daarom zou men langs wegen dikwijls linden planten, opdat men er bij opkomend onweer on der zou kunnen schuilen. De praktijk heeft echter doen zien, dat -- afgezien nog van het gevaarlijke om onder boo men te schuilen deze meening niet halen. We worden Natuurlijk, c/net gejuich ontvangen als èe denken, da? 'een mande flesch wijn meebrengen en J£?f zal je ze hooren schelden als er kouwe thee in zit. Jullie kunnen zooveel vertellen, maar je moet de flesch toch eerst openmaken. Waarom nou We hebben er net zoo'n werk aan gehad om de flesch dicht te lak ken. Open maken Mopperend peuterden we met een mes de lak van de kurk en we maakten de flesch open. De douanen merkten tot hun verbazing dat er inderdaad kouwe thee in zat. Mooie jongens zijn jullie, mopperde ik. Jullie zien altijd eerlijke menschen voor smokkelaars aan. Maar mogen we nou nog even naar boord terug om het zaakje weer dicht te lakken Schiet maar op Met z'n tweeën sjouwden we de mand naar boord terug. Daar mikten we de kouwe thee er uit en we goten de wijn er in. De flesch lakten we weer prachtig en na een paar mi nuten liepen we met onze „kouwe thee" met een joviaal „saluutjes" langs de douanen. Ik heb kouwe thee nog nooit zoo lekker gevonden 2 uur, doch voor het wachtende pu bliek zal voor 2 uur enkele andere wedstrijden verreden worden. Dus alle sportliefhebbers zijn Zon dag aanwezig bij de spannendste en sensationeelste strijd van het heele sei zoen op de Wielerbaan „Wieringen." GEMEENTE WIERINGEN. WIELERBAAN WIERINGEN. De Wieler-wedstrijden van j.1. Zon dag worden thans in hun geheel ver reden op Zondag a.s. 9 Aug. '36. De Wielerbaan-directie die den laatsten tijd met veel tegenslag te kampen kreeg, door slechte weers-om- standigheden, zet echter flink door met goede programma's te brengen. Het Belgische koppel Hamerlinck— de Kuijscher, dat Zondag a.s. niet aan wezig kan zijn, wordt vervangen door de wereldbekende ploeg Charlier-De- neef, dit koppel wist reeds 8 zesdaag- sche op eervolle wijze te winnen. Chariier-Deneef die nog nimmer bo ven het IJ hebben gestart zullen deze gelegenheid wel waar nemen, om de Noord-Hollanders van hun fenomaal rijden te laten genieten en zich met één slag populair te maken. Voegen wij hier nog bij L. v. Schijn- del-F. v.d. Broek, de jongste en beste Nederlandsche ploeg het koppel dat onvermoeibaar is in demareeren en uitloopen. De oude bekende A. J. Bras penning met zijn neef J. Braspenning, die kampioen van Nederland is. De be kende Limburgers Willy en Matthij Vroomen de ploeg van het Oosten Jazet-Schotman en dan nog de locale favorieten Dedme Klink en Jacob Kui per, toegevoegd worden nog W. Metz Alkmaar -- R. Schippers, Rotterdam. K. de Vries, Workum en H. J. Die- terman, Zaandam deze koppels rij den een 80 Km. Koppel-wedstrijd, Sprint- en Klassementrace en 5 Km. achtervolging D. Klink-Schotman. Een 6-tal Am. en Nieuwelingen rij den een Omnium, bestaande uit Sprint, Tijdrace en Klassement-race en wel C. Smit Schagen J. Snijders, Den Hel der J. Tichelaar, Julianadorp J. Kreijger, C. Hegeman, Wieringen N. Bakker. W.-Waard. De wedstrijden beginnen precies om SPANJE'S ZELFVERNIETIGING. Aangrijpende relazen van oog getuigen. Fransche, Duitsche en Engelsche bladen publiceeren uitvoerige brieven en verhalen van lieden, die zoojuist uit Spanje zijn teruggekeerd en die met eigen oogen gezien hebben, hoe het land in vuur en vlam staat, letter lijk en figuurlijk. De Kathedraal van Palma. Zoo vertelde een Londenaar, die zijn vacantie op het eiland Majorca moest onderbreken, hoe de Spaansche regee- ringsvliegtuigen de prachtige stad Palma met bommen hebben bestrooid, tengevolge waarvan de gotische kathe draal, het bisschoppelijke paleis, de kazernes, het spoorwegstation en de eltctrische centrale ernstig werden be schadigd. lederen dag om 12 uur en om half 6 aldus het relaas versche nen de vliegmachines boven de stad, die zich nog in handen van de opstan delingen bevindt. Toen wij veilig en wel aan boord van het schip waren, dat ons naar Engeland zou terugbren gen, zagen wij plotseling twee vlieg tuigen boven de kathedraal duiken. Een geweldige slag weerklonk en uit de kathedraal stegen twee zware rook wolken op. Van alle kanten werd op de twee vliegtuigen geschoten, maar zij hielden niet op met het uitwerpen van bommen en in een oogwenk brand de het stadsdeel rondom de kerk. Een Engelsche dame, de weduwe van den bekenden schilder Aldin, weigerde het eiland te verlaten, omdat zij bij de lievelingshonden van haar man wilde blijven. juist is. De lindenvereering legde niet alleen den grondslag tot stichting van meni ge kerk, dorp en klooster, doch ook van meer dan een stad. De naam, dien deze plaatsen dragen, doet veronder stellen, dat, waar nu een torenspits verrijst, eertijds een lindeboom stond. Hier te lande kent men in de provincies (Groningen, Drente, Over- ijsel, Gelderland) buurtschappen die hun naam aan de linde hebben te danken. In de gemeenten Midwolde, Marum, Zuidwolde, Den Ham, Diepenveen en Voorden, kent men een buurtschap Linde. Te Heerlen Linden. In Over- ijsel en Friesland vindt men nog het riviertje de Linde, eertijds een open rivier, die bij Elsioo in Friesland ont stond en bij Slijkenburg zich met de Tjonger vereenigde. Thans is zij door een sluis van de Tjonger gescheiden de gekanaliseerde Linde mondt docr een sluis in het IJselmeer uit. Deze namen zijn waarschijnlijk af komstig van de linden, in den voor christelijken tijd, gewijd aan een vrou welijke godheid, aan Freyd of Hilda, daarna aan Maria, doch in elk geval aan een boom, die, zooals de linde, den stempel droeg van vreugde, vriend schap en liefde, waarvan men de her innering heeft willen bewaren. (In Duitschland bij. Marienlinden. Linden- berg, Zurlinden en „Unter den Linden" te Berlijn.) In vele plaatsen van ons land kwa men in de vorige eeuw nog oer-oude linden voor sporadisch treft men ze hier en daar nog wel aan. Merkwaardige bijzonderheden wor den daarover verteld in de „Gelder- sche Volksalmanak" van het jaar 1852. Over een lindeboom in het dorp Voorst. IN VOGELVLUCHT. Uit een algemeen overzicht van de posities der in Spanje tegenover elkaar staande partijen blijkt, dat de regee ring voornamelijk de industrieele ge bieden en de kust bezet houdt, terwijl haar tegenstanders meer in de uitge sproken landbouwdistricten zitten en bijna geheel van de kust zijn afgesne den, behalve op eenige plaatsen in het Zuiden en het Noord-westen. De regeering heeft het bewind in handen over Catalonië, het kustge bied van de Middellandsche Zee tot Malaga en het achterland, Madrid en omgeving, San Sebastiaan en omge ving en het gebied ten Noorden van Huelva. De opstandelingen bezetten o.a. in het Noorden Saragossa, Valladolid, Burgos, Segovia en voorts een deel van de Zuidkust, zooals Algeciras, voorts een gebied bij La Coruna en streken ten Noorden vari de Portu- geesche grens. De Spaansche koloniën zijn geheel in handen der antiregee- ringstroepen een deel der Balaeren staat nog onder het gezag van Madrid. Volgens „Berlingske Tidende" heeft de Deensche gezant te Madrid het mi nisterie van Buitenlandsche Zaken te Kopenhagen telegrafisch medegedeeld dat hij bij den Spaanschen minister van Buitenlandsche Zaken Burcia is ontboden, die verklaard heeft, dat de toestand in de stad thans pas ernstig dreigt te worden. Minister Burcia heeft voorts te ken nen gegeven, dat men moeilijk vei der de verantwoordelijkheid voor de veilig heid van de buitenlanders op zich zal kunnen nemen. Tenslotte heeft Burcia den gezant meegedeeld, dat alles in het werk wordt gesteld, opdat de vreemdelingen Spanje zullen verlaten. Zij, die in het land achterblijven, doen dat op eigen risico. In November 1838 had deze boom een „omvang van 8 Nederiandsche ellen, boven den voet genieten." Men leest verder, dat in den hollen stam van de zen boom, van boven tot beneden een spleet of opening was breed genoeg om toegang te verleenen tot zijn binnen ste. Daar hadden zich ook een paar cellen gevormd. De predikant der Herv. Gemeente te Voorst, ds. D. L. Feldmann, werd onder dezen hoorn ter ruste gelegd. Jaren te voren had hij die plek reeds aangewe zen als „de plaats zijner ruste." Op voor stel van J. A. J. baron Sloet tot Olthuis werd een eenvoudige grafsteen opge richt, waarop was gebeiteld „Uit vriendschap en hoogachting aan D. L. Feldmann, predikant te Voorst, over leden 14 Dec. 1826." Bij een zwaren storm op 29 Novem ber 1836, werd het middelste gedeelte van den stam met een groot gedeelte van de mooie en regelmatige kroon weggenomen, waardoor de oude boom veel van zijn aanzien verloor. Te Oisterwijk en te Tilburg kende men ook fraaie exemplaren. Die te Til burg stond op den Heuvel zij behoor de tot de bezienswaardigheden van de stad zij was geschoren in den vorm van een kegel en rondom gestut. In vorige eeuwen diende zij tot gerechts plaats. Volgens de overlevering zou deze Tilburgsche linde een loot zijn van de aloude linde achter het gemeente huis, midden in het naburige dorp Ois terwijk, welke boom uit de veertiende eeuw dagteekent en thans nog een doorsnee van kroon (bovenkant) van ruim 10 meter heeft. Onder deze linde zou volgens Bachiene een geheel regi ment tijdens zijn doormarsch hebben geschuild. In een plaatsbeschrijving van Oister wijk, dateerende van 1609, leest men o.a. „Agter de voors capel staat een schoonen lindeboome -- uijtgebreijt weesende in de ronten van 14 roeden en is dezer boom met drie rondellen van stellagien ondervaeren en onder steund en beneeden met zitbankies daar men de merkt oder houdt van bot ter, vlees, eijeren ende diergeleijken." Langen tijd is als de oudste linde in Europa, beschouwd de boom, die te Neustadt aan de Kocher in Wurtem- berg stond deze was meer dan dui zend jaar oud. In het jaar 1229 was zij reeds als een groote boom bekend. Haar omvang is eenigszins na te gaan, als men weet, dat haar takken door honderd steenen pilaren moesten worden ondersteund. De dorpslinde diende eertijds in vele streken met name in Duitschland, tot verzamelplaats der boerenjongens, die hun liefjes des avonds gingen bezoe ken. Onder dien boom zongen dan de verzamelden volksliederen. Die te laat kwam, of weg bleef mocht niet de uit verkorene zijns harten benaderen en wee hem, die in strijd met het oude lindenrecht handelde Hij werd door zijn makkers duchtig „afgeranseld Tot de eigenlijke woudboomen be hoort de linde niet liefst staat zij al leen en het best groeit zij nog op open pleinen. Zij wordt ook veel gebruikt voor lanen en wandelwegen. In dit verband herinneren wij b.v. aan de Maliebaan te Utrecht. Deze allee was reeds in vorige eeuwen zoo beroemd, dat zij op uitdrukkelijk bevel van Lodewijk XIV, toen deze in 1672 in de Nederlanden vertoefde, voor den bijl der veroveraars, die bijna niets onaan geroerd lieten, gespaard is gebleven.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1936 | | pagina 5