3 maal per week GEEN Abineientsgeld 27e JAARGANG DONDERDAG 1 OCTOBER 1936 No. NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WtBRtNQ EN EN OMSTREKEN en MET INGANG VAN 1 OCTOBER WIERINGER COURANT VERSCHIJNT ELKEN DINSDAG, DONDERDAG EN ZATERDAG. ABONNEMENTSPRIJS per 3 maanden f 1.—. zullen wq dit blad 3 maal per week volledig doen verschijnen en wel op DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG. Aan onze Lezers Tot heden hebben we steeds al liet mogelijke gedaan, om ons plaatselijk blad zoo volledig mogelijk te doen zijn. En we weten, dat dit gewaardeerd werd, want onze oplaag mochten we ge regeld zien stijgen. Gelukkig, want het onkostenbudget aan een uitgeversbe drijf verbonden is van dien aard, dat alle zeilen bij moeten worden gezet om het schip in goeden koers te houden Ondanks de ongunstige tijden meen den wij toch, dat het moment gekomen is, dat ons blad driemaal per week vol ledig moet verschijnen. De onverwach te devaluatie van de gulden maakt de ze meerdere verschijning wel riscant» waar we geen verhooging van het abon nementsgeld op het oog, hadden. Doch ons plan stond reeds geruimen tijd vast en we willen het probeeren. De dagen van verschijning worden nu met het oog op gelijke verdeeling der week, gewijzigd. Ons blad komt nu uit Dinsdag, Donderdag en Zaterdag telkens des voormiddags 10 uur H.H. Adverteerders en corresponden ten gelieve daar rekening mee te hou den. We zeggen nogmaals, het is een proef en we moeten ook zien of de tijdsom standigheden het toelaten, dat we er mee door kunnen gaan Vanzelfsprekend hopen we van wel Waar het hoofddoel is onze nieuws tijdingen zoo spoedig mogelijk onder de oogen van de lezers te brengen, ho pen we tevens, dat de samenlezers daar aandacht aan schenken en ieder een a- bonnement neemt Drie maal de cou rant voor 8 cent per week is toch zeer weinig en we mogen verwachten, dat ieder voor zich nu de verplichting ge voelt een abonnement op het plaatse lijk blad te nemen, om een en ander goed te doen slagen DE UITGEVER HET DOODELIJK SCHOT. Twee kinderen speelden op een bergweide. Het waren een jongen en een meisje uit het eenvoudige huis van den herder op de berg helling. Plotseling kroop uit een boschje een gewel dige slang. Blazend naderde het beest de twee onschuldige kinderen, die zich van geen gevaar bewust waren. Rustig bekeken zij de bloem, die het jongetje had geplukt. Nog een meter was het reptiel van de kinderen ver wijderd.... Daar richtte het den kop reeds opsissend. Dan klinkt een schot en wentelt de slang zich om, nog een paar stuiptrekkingen en het dier is dood. Het publiek juicht den dapperen schutter toe, die juist op tijd het welgemikte schot uit zijn geweer heeft gelost. Dat was net op tijd zeggen de toe schouwers, die in ademlooze spanning het tooneel hebben gevolgd. Hij had geen tien tellen later moeten komen. Het reizende tooneelgezelschap heeft suc ces met het stuk. Avond aan avond is de tent gevuld en de directeur-regisseur wrijft zich de handen, als hij de kas opneemt. We moeten dit nummer maar lang op het repertoire houden, meent de man, die de rol. van slang vervult en hij strijkt liefkoo- zend over het bordpapier met de felle kleu ren, waar hij eiken avond in kruipt om dood geschoten tw worden. UITGEVER: CORN. J. BObKER WIE RINGEN BUREAU Hippolytushoel WIeringen Telef. Intercomm. No. 19. TWEEDE KAMER. TEGEN PRIJSOPDRIJVING. UITGEBREIDE BEVOEGDHEID AAN BURGEMEESTERS. Controle op prijzen van eerste levensbe hoeften en op vergoeding van diensten en huren. Burgemeesters mogen goederen in beslag doen nemen en verkoopen tegen nor male prijzen< Prijsopdrijving wordt gestraft met hoogstens zes maanden of f 6000 boete. Door de Tweede Kamer is aangeno men een wetsontwerp, houdende tijde lijke maatregelen tot het tegengaan van prijsopdrijving. Wij ontleenen daar aan het volgende In verband met het door de regeering ge nomen besluit,den uitvoer van goud te ver bieden, zal zijn rekening te houden met een beweging in de wisselkoersen, die voor den gulden in nederwaartsche richting zal gaan. In hoeverre het prijsniveau daardoor zal wor den beïnvloed is van tevoren niet vast te stellen. Echter moet men bedacht zijn op de mogelijkheid, dat dientengevolge minder scru puleuze lieden van de onwetendheid van het publiek zouden gebruik maken, en door het opzetten van de prijzen of het achterhouden van voorraden, een normaal verloop van za ken zouden bemoeilijken. In het bijzonder dient er voor te wor den gewaakt, dat niet de eerste levensbe hoef ten en noodzakelijke gebruiksartikelen aan een onevenredige prijsstijging zou den worden blootgesteld. Daarnevens is het wenschelijk ook de vergoeding, be dongen voor het verrichten van diensten en de huur van onroerend goed, waar het algemeen belang een prijsopdrijving niet gedoogt, tijdelijk onder controle te stellen. Het onderhavige wetsontwerp beoogt dit doel te bereiken door het in het leven roepen van eenige bepalingen, welke zich tegen ge dragingen als hierboven geschetst, richten. Artikel 1 geeft den minister van Handel, Nijverheid en Scheepvaart en van Landbouw en Visscherij de bevoegdheid, regelend op te treden met betrekking tot de prijzen, welke, hetzij landelijk, hetzij plaatselijk, maximaal in den handel zullen gelden. Deze bevoegdheid omvat zoowel het in concreto vaststellen van algemeen gel dende maximumprijzen als bijv. het be drag of percentage, waarmede de prijzen den in een vroeger tijdvak of op een vroeger tijdstip in rekening gebrachten ten hoogste mag overschrijden. De artikelen 2 en 3 geven overeenkomstige voorschriften ten aanzien van het verrichten van diensten en het verhuren van onroerende goederen, met dien verstande, dat in het ge val van artikel 2 aan de ministers van Han del, Nijverheid en Scheepvaart en van Sociale Zaken, in dat van artikel 3 aan den minister van Sociale Zaken de bevoegdheid wordt toe gekend. Voor die gevallen waarin voor toepassing van de artikelen 1, 2 en 3 geen aanleiding bestaat, houdt artikel 4 een algemeen verbod van prijsopdrijving in. Het artikel bedoelt uiteraard niet elke verhooging van prijzen tegen te gaan, doch wel de zoodanige, welke niet kan worden aangemerkt als een nood zakelijk uitvloeisel van den geschapen toe stand. -U_ ADVERTENTIÉN Van 1 5 regels Iedere regel meer f 0.50 f 0.10 Om het echt te maken, neem ik een volgende keer een buks met scherp geladen, dreigt de schutter Je zult eens hooren, wat een applaus je krijgt, als je dood neer ligt. Jij zult geen last hebben van overvloed van logica, antwoorde de slang. Hoe kan iemand iets hooren, als hij dood is De troep trekt verder, voorafgegaan door den roep, een uitstekend gezelschap te zijn. Vooral dat bedrijf met die schietpartij mooi, zeggen de menschen. Wat maakt dat een leven, als het geweer afgaatEiken avond maar weer een nieuwe slang. Ze moeten er een voorraad van hebben. Ben je malzegt een ingewijde. Die slang is niet echt en die vent schiet natuur lijk met los kruit Er ontstaat een felle discussie en men be sluit, zich te gaan overtuigen. Wat tot ge volg heeft, dat de zaal eiken avond vol is. vaak met toeschouwers, die het stuk al meer malen hebben gezien, omdat zij er maar niet achter kunnen komen, of de slang echt is of nagemaakt, zoo natuurlijk weet het dier over het tooneel te kruipen. Weer spelen de kinderen op het grasveld. Weer kruipt de slang uit het boschje en weer richt de jager zijn geweer op het dier, maar er weerklinkt geen schot. Het geweer is niet geladen. Hier en daar klinkt gegrinnik. Wat zal hij nu doen Woedend smijt de jager zijn geweer tegen den grond. Ik zal ze redden die onschuldige lam- Artikel 5 luidt aldus Strafmaatregelen. 1. In de gevallen, waarin bij den burgemees ter eener gemeente gegronde verdenking bet staat, dat het bepaalde krachtens artikel 1 of bij artikel 4 wordt overreden, kan hij de in zijn gemeene aanwezige, tot den voorraad der betreffende onderneming behoorende goe deren van de soort, ten aanzien waarvan de verdenking van overtreding bestaat, zonder eenige formaliteit in het bezit nemen. 2. Het bepaalde in het vorig lid vindt over eenkomstige toepassing ingeval geweigerd wordt, tot den voorraad eener onderneming behoorende goederen te verkoopen, indien naar het oordeel van den burgemeester, het zij voor de weigering geen gegronde redenen bestaan, hetzij de weigering in strijd is met het door deze wet beoogde doel. 3. De op grond van de beide voorgaande leden in het bezit genomen goederen worden door den burgemeester zonder verwijl op door hem te bepalen wijze ter beschikking gesteld ten behoeve van de bevolking of be paalde groepen der bevolking van zijn ge meente tegen prijzen, welke onderscheiden lijk de krachtens art. 1 geldende en voor zoover dit artikel geen toepassing heeft ge vonden de normale prijzen, niet te boven gaan. 4. De schadeloosstelling voor de in bezit gekomen goederen door de gemeente te beta len, wordt door een door den gemeenteraad aan te wijzen schatter geschat. Zij bedraagt in geen geval meer dan 90 van den hoog sten prijs, waarvoor de goederen ingevolge het vorig lid ter beschikking kunnen worden ge steld. 5. De burgemeester en de door hem aan te wijzen ambtenaren, zijn ten allen tijde bevoegd, de uitlevering te vorderen van de in bezit te nemen goederen. Zij, alsmede de hen, op hun laste, vergezellende personen, hebben ten allen tijde vrije toegang tot alle plaatsen waar redelijkerwijze vermoed kan worden dat zich de goederen bevinden. Wordt hun den toegang geweigerd of belemmerd, of wordt hun op aanmelding tot toegang niet geantwoord, dan verschaffen zij zich die desnoods met inroeping van den sterken arm. 6. In woningen treden de ambtenaren en de hen vergezellende personen tegen den wil van den bewoner niet binnen dan op bij zon deren of algemeenen schriftelijken laste van den burgemeester, dan wel vergezeld van de zen. Van dit binnentreden wordt door hen proces-verbaal opgemaakt, dat binnen vier- en-twintig uren aan hem, wiens woning is binnengetreden, in afschrift wordt medege deeld. 7. Tot een inbezitneming, als bedoeld in dit artikel, wordt niet overgegaan, tenzij, vol gens door ons nader vast te stellen regelen, de in lid 4 bedoelde schadeloosstelling vooraf is verzekerd. Het bepaalde in dit artikel is ten deele ont leend aan de wet van 3 Augustus 1914 („Staatsblad" no. 351), tot aanvulling der onteigeningswet ter voorkoming van vasthou ding en prijsopdrijving van waren. Bij het tweede lid kan worden opge merkt, dat naar de meening van de regee ring een ernstige poging van de zijde van het koopende publiek om goederen te hamsteren, in voorkomend geval als gegronde reden zou kunnen worden be schouwd om den verkoop dier goederen te weigeren, Art. 6 luidtHij, die goederen, ten aanzien waarvan artikel 1 toepassing heeft gevonden, metjes brult hij. Ik zal het dier dood trap pen Hij rent naar het grasveld, waar de slang, die het onverwachte intermezzo heeft begre pen, nog een oogenblik aarzelt voor zij tot den aanval overgaat. Met dreunende stappen rent de moedigé redder naderbij. Hij heft een voet met de zware laars op.Het pu bliek houdt den adem in. Als het beest zich nu eens omwendde De laars daalt, boven op den kop van het reptiel. Het karton kraakt. Dan klinkt uit het kronkelende slangenlichaam een mensche- lijke stem, die heel duidelijk zegt Stommeling, je trapt op mijn handen Nog nooit had men in de tent zulk een da verend applaus gehoord. HARTEN TROEF. Drie oude vrijgezellen liepen op den weg van het Kurhaus te Quellensee naar het sta tion. Zij hadden in de Duitsche badplaats eenige vroolijke dagen doorgebracht. De va- cantie was nu bijna afgeloopen en de trein van 1 uur 59 zou hen naar huis brengen. Voor het drietal liep een aardige jonge dame. Zij torste twee valiezen en een hand- tasch, die gevaarlijk uitpuilde. Jongens, zei een van de vrijgezellen, zul len we niet eens galant wezen Ik dacht er juist over, zei nummer twee enthousiast. Nummer drie glimlachte en handelde. Hij in het klein te koopen aanbiedt of verkoopt, is verplicht, bij die goederen op voor het publiek duidelijk zichtbare wijze den prijs dier goe deren te vermelden. Dit artikel bedoelt de noodige openbaarheid te geven aan de prijzen, welke voor de te ver koopen goederen in rekening worden ge bracht. Artikel 8 luidt .1. Hij die handelt in strijd met het bepaal de bij of krachtens de artikelen 1, 2, 3 of 4, wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste zes maanden of geldboete van ten hoogste zesduizend gulden. 2. Overtreding van het bepaalde bij artikel 6 wordt gestraft met hechtenis van ten hoog ste een maand of geldboete van en hoogste duizend gulden. 3. De feiten worden beschouwd als over tredingen. De overige artikelen behoeven geen toe lichting. Het spreekt vanzelf, dat, gelijk arti kel 10 bepaalt, de wet slechts een tijdelijk karakter draagt. CRISIS - BUREAU. STEUNVERGOEDING VELDBOONEN. De Nederlandsche Akkerbouw-Centrale maakt bekend, dat de steunvergoeding voor veldboonen, welke werden gedorscht in het tijdvak 17 September 1936 tot en met 23 Sep tember 1936 f 3.25 per 100 kg zal bedragen. STEUNVERGOEDING ERWTEN. De Nederlandsche Akkerbouwcentrale maakt bekend, dat de steunvergoeding voor groene erwten van de kwaliteitsklasse C, ge denatureerd in het tijdvak van 14 September 1936 tot en met 19 September 1936, f 2.60 per 100 kg zal bedragen. Voor in datzelfde tijdvak gedenatureerde groene erwten van de laagste klasse en voor andere erwten zal die steunvergoeding f 2.10 per 100 kg. bedragen. BINNENLANDSCH NIEUWS. DE INVLOED VAN DE DEVALUATIE. OP HET BEDRIJFSLEVEN. De verlaging van de waarde van den gul den ten opzichte van de buitenlandsche va luta's heeft een ingrijpende invloed op de ontwikkeling van de rentabiliteit van het bedrijfsleven, schrijft het Amsterdamsch Ef fectenblad. In de éérste plaats zullen die exportbedrij ven van muntdepreciatie profijt trekken, die niet al te zeer op het gebruik van buitenland sche grondstoffen zijn aangewezen. De con currentie in het binnenland, wordt moeilijker voor de buitenlandsche artikelen, doch de buitenlandsche firma's zijn tot groote prijs- offers bereid om hun debiet te behouden. HUIZENBEZIT. Met hypotheek belaste huizenbezitters zou den in theorie een onmiddellijke verlichting moeten ondervinden omdat hun schuld (in goud uitgedrukt) lager wordt en hun bezit volgens de gedeprecieerde valuta in waarde zou stijgen. De ervaring heeft echter geleerd, dat dit proces zich zeer geleidelijk voltrekt. Daar naast noemt het blad het euvel van samenwonen en het overschot aan woningen. Daar het bouwen van huizen duurder zal maakte een onhandige buiging voor de klei ne jongedame en nam met edelen zwier de beide valiezen van haar over. De andere twee heeren maakten bezwaar, dat hun vriend met de heele eer ging strijken. Zij spraken af, de valiezen om beurten te dragen. Het meisje had een blos gekregen. Zij had ook nog niet zooveel gereisd van haar leven. Nog nooit was ze alleen zoo ver van huis ge weest. En nu dit nog Dank u, stamelde zij. Ik had het zelf ook wel kunnen dragen, maar het is zoo ijse- lijk warm. Dat is het, zeiden alle drie de vrijgezel len als uit één mond. Zij zwegen een poosje. De een keek den ander eens aan. De jongedame betreurde, dat ze niet wat zuiniger was geweest in de afge loopen weken. Dan had ze nu tenminste met een taxi naar het station kunnen gaan. Vrijgezel nummer 1 had toevallig dezelfde gedachte. Vervelend, dacht hij, dit aardige meisje te moeten laten loopen. Hij was ei genlijk nog nooit zoo onder den indruk van vrouwelijke aantrekkelijkheid geweest als thans. Het was toch eigenlijk dom, ongetrouwd te blijven. Maar misschienstraks, in den coupé dan zouden ze een praatje maken, het „ijs zou breken." Vrijgezel nummer 2 rekende in gedachten uit, hoeveel tijd hij zou moeten werken, om voor dit aardige meisje een mooi winterhoed je te kunnen koopen, als zeals ze eens. als ze eens zijn vrouw werd. Vrijgezel nummer 3 kon niet rekenen. Hij kon slechts de valiezen dragen en smoorlijk worden, zal er waarschijnlijk minder worden gebouwd en zal er in die richting een cor rectief ontstaan. DE BANKEN. Onze handels- en dépositobanken zouden van muntdépreciatie geen rechtstreeksche profijten kunnen trekken, aangezien tegen over verplichtingen in guldens over het al gemeen een even groot guldensbezit staat. Al leen wanneer de depreciatie of een interna tionale stabilisatie een blijvend grootere economische bedrijvigheid tot gevolg zou hebben, dan komt dit aan de banken ten goede. Instellingen als de Nederlandsch Indische Handelsbank trekken ook rechtstreeks pro fijt van depreciatie en wel met hun cultuur- belangen. HEFFINGS VERLAGING GRAAN Het bestuur van den Bond van Ned. Graan- en Zaadimporteurs te Rotter dam wijst in een telegram aan den voor zitter van den ministerraad op de ster ke prijs verbooging van buitenlandsche tarwe en voedergranen, tengevolge van de nu blijkende lagere waardeering van den gulden op de Londensche en New- Yorksche wisselmarkt. De buitenlansclie tarwe is daardoor ongeveer f 1,25, rogge f 1.20, gerst f 1..- en mais f 1.- per 100 Kg. gestegen, ter wijl onafhankelijk daarvan de graan prijzen tevoren reeds aanmerkelijk ge stegen waren. Derhalve gelooft de Bond dat een overeenkomstige verlaging der monopolie-rechten op deze artikelen in het algemeen landsbelang urgent en noodzakelijk is. MONOPOLIEHEFFING BLIJFT Van de zijde der Ro.tterdamsche graan handel is te Den Haag ter officieele plaatse gevraagd of er reden bestaat oim verlaging van monopolieheffingen op buitenlandsche granen te verwach ten is. Ter betrokken plaatse toonde men zich over dien vraag zeer verbaasd en er is ten antwoord gegeven, dat men zich daarop niet behoeft voor te berei den. HAMSTERAARS NIET LEVEREN Affiche van de drie Middenstands org. De drie Middenstandsorganisaties hebben ter beschikking van hun leden winkeliers een affiche gesteld, waarop met kapitale letters het koopend pu bliek wordt aangeraden in verband met de monetaire maatregelen zich niet noo deloos ongerust te maken over prijsstij: ging. „Koopt, wordt verder aangeraden in normale hoeveelheden en op het ge bruikelijke tijdstip, hetgeen u noodig heeft; aan hamsteraars wordtt niet ge leverd." GRAANHANDEL IN NIEUWEN TOESTAND De graanhandel beleefde den laatsten tijd een periode van sterk opgaande prij, zen. Op de binnenlaridsche graanmarkt worden binnenlandsche producten zoo wel als buitenlandsche verhandeld. Levendig was den laatsten tijd de handel in Nederlandsche rogge en gerst die worden uitgevoerd. De steun, die bij uitvoer werd gerestitueerd, was zoo hoog, dat deze voergranen goedkoop wa ren voor de buitenlandsche markten verliefd zijn. Ook hij dacht aan de vreugde van dezen dag, aan het geluk van deze reis. Straksstraks in den trein De vrijgezellen hinderden elkander door hun aanwezigheid. Het meisje sprak afgeme ten. Ieder dacht: Straks, straks, straks De stationsklok wees 1 uur 50, toen het vier tal het station van Quellensee binnentrad. Ongelukkiger wijze hadden de vrijgezellen te weinig geld bij zich, om de reis voor het lie ve dametje te kunnen betalen. Zij hoorden, dat ze derde klasse nam. Dat was alweer een geluk, want zij konden ook niet meer betalen. Lekker frisch op zoo'n station zei vrij gezel no. 1. Zalig frisch, zei het meisje. Hèhè, zei nummer 2, moe van het sjou wen. Het meisje grinnikte flauwtjes, verlegen, ook moe. Toen reed de trein binnen, dien ze alle vier moesten hebben. Wij zullen u wel vergezellen, zei num mer 3, we reizen toch met u mee. Als u het even wilt aangegeven, dan graag, zei de jongedame, maar ik moet eerst even uitkijken, in welken coupé mijn; verloof de zit. De drie vrijgezellen keken elkander verbluft aan en vergaten, het meisje te groeten, toen ze naar het portier holde, waarachter haar beminde stond te wuiven. Nummer l, nummer 2 en nummer 3' kropen zwijgend in hun derde klasse-coupé en gin gen onder het rijden een spelletje kaarten. Harten was troef.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1936 | | pagina 1