27e JAARGANG DONDERDAG 26 NOVEMBER 1936 No. 103 NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WIERINGEN EN OMSTREKEN J DE VALSCHE AANKLACHT. N.V. W. A. C. O. HOORN WIERiüGER COURANT VERSCHIJNT ELKEN DINSDAG, DONDERDAG EN ZATERDAG. ABONNEMENTSPRIJS per 3 maanden t 1. UITGEVER CORN. J. BOSKER WIERINGEN N BUREAU: Bippolytushoef Wieringei Telef. Intercomm. No. 19. ADVERTENTIiN Van 1 5 regels f 0.50 Iedere regel meer f 0.19 HET DRAMA TE BROEK OP LANGENDIJK. DOODELIJK SCHOT UIT ZELF VERDEDIGING. Na de kermis te Zuid-Scharwoude. Zaak voor Alkmaarsche rechtbank. In September was het op een kermisavond te Zuid-Scharwoude zeer rumoerig. Veel jon gelui, gewend om den avond met de dorps- schoonen in de tot dancings ingerichte café's door te brengen waarbij op het sluitings uur gewoonlijk niet zoo nauw gelet werd ergerden zich aan het optreden van den nieu wen rijksveldwachter van den Bosch, die zeer nauwlettend zijn dienstvoorschriften uitvoer de en gelastte, dat de café's precies op het vastgestelde tijdstip gesloten moesten wor den. Eenige jongelui zijn later op den avond per fiets naar Broek op Langendijk gegaan, waar de nieuwe rijksveldwachter woonde en hebben daar in den nacht luid misbaar ge maakt, geroepen en gescholden met het doel den rijksveldwachter uit zijn woning te lok ken. De brigadier-rijksveldwachter is daarna met een klewang en een revolver gewapend naar buiten gekomen en heeft eenige druk temakers voor zich uitgedreven. Toen zij terugkeerden heeft hij zijn dienst revolver getrokken en in hun richting ge schoten. In het gezelschap dezer jongens bevond zich de ongeveer 20-jarige M. Kool, een oppassen de jongeman uit Noordscharwoude. Hij had zich tijdens het tumult voor de rijksveldwachterswoning in een schuurtje ter zijde van het huis opgehouden en kwam met de handen omhoog naar het huis loopen, uit vrees getroffen te zullen worden. De rijksveldwachter die in het nachtelijk duister een nieuwen aanvaller op zich af zag komen schoot in zijn richting en trof den jongen zoo ongelukkig, dat deze onmiddellijk dood was. Het gebeurde heeft de gemoederen in Noord en Zuidscharwoude zeer beroerd. De familie van den jeugdigen Kool heeft toen een klacht wegens ongeoorloofd optreden tegen den rijksveldwachter ingediend. Tegen de bovengenoemde jongelui is even wel van justitiewege een aanklacht ingediend wegens geweldpleging. Dinsdag is deze zaak voor de Arrondisse mentsrechtbank te Alkmaar behandeld. Er zijn elf getuigen a charge door den officier van justitie gedagvaard. Als verdediger van de jongelui treedt mr. Lange veld uit Alkmaar op. Dinsdagmorgen om elf uur werden de ver dachten binnengeleid. Er was zeer veel be langstelling ook op de publieke tribune, die stampvol was. De president verhoorde allereerst een der verdachten, die toegaf, dat hij twintig glazen bier had gedronken. Hij ontkende, dat Kool zich had. uitgelaten, dat hij den veldwachter wilde spreken. Deze had bij den veldwachter aangebeld, die uit de steeg bij zijn woning kwam. De veldwachter had hen gesommeerd naar huis te gaan, waar men op Kool wilde wachten. Toen hij later hoorde schieten, was verdachte nieuwsgierig naderbij gekomen. PresidentDus je bent toch teruggekomen. Verdachte had Kool exr den veldwachter voor de woning gezien en het slachtoffer zien FEUILLETON. ROMAN VAN DE BEKENDE SCHRIJFSTER VIOLETTE CARR. 13.) „Hoe heet de vrouw?" „Dat weet ik niet, alleen de pas is uitge schreven ten name van Loisl Kernbacker." „Hier met de pas." „Ik heb hem hier, inspecteur." „Zoo, dat is een militair bewijs. Loisl Kern backer, geboren 3 October 1848 Kernbacker Hier met de heks. De ontvluchtte boef heette ook Kernbacher." De oude vrouw trad binnen. Haar kleeren waren gescheurd, ze zag er groezelig uit, maar zij had een harden trek op haar ge zicht. „Goedendag, mijnheer de Inspecteur." Deze beantwoordde den groet niet. „Wie bent U „Wie zou ik zijn Ik ben Barbara Kernbac ker uit Berdinahuizen bij Pontresina." „Wat doet U hier in Chur?" „Ik heb hier wat zaken te doen gehad. Is het niet geoorloofd dat een oude vrouw in Chur komt „Vooruit er mee U bent de moeder van Xaver Kernbacker, die vannacht ontvlucht is." De inspecteur vond het noodig tegen de vrouw los te bulderen en haar daardoor angst aan te jagen, maar zij antwoordde heel rus tig „Zeker, mijnheer de Inspecteur." „Bent U Uw zoon nagereisd „Ja, mijnheer de inspecteur." „Vooruit met de waarheid Hebt U Uw vallen. Op een vraag van den verdediger, zeide ver dachte gezien te hebben, dat Kool op het moment dat het schot viel, met de handen omhoog tegenover den veldwachter had ge staan. Een schippersknecht, die vervolgens voor moest komen, wist ook niet waarom Kool bij den veldwachter gebeld had. Hij schijnt slechts twee glazen bier gedronken. Aanvankelijk was hij met den vorigen verdachte de Zuid ingeloopen, maar later weer uit nieuwsgierig heid teruggekeerd. Hij had gezien, dat de veldwachter de klewang gebruikte. Hij noch de andere verdachten zouden een dreigende houding tegenover hem hebben aangenomen. Hij had ook gezien, dat Kool met de handen omhoog naar den agent was toegeloopen. Verdachte geeft toe een spijker aan een touw in zijn zak te hebben gehad, maar niet met de bedoeling om daar misbruik van te maken. De derde verdachte verklaarde in het café Kramer te zijn geweest, waar oneenigheid met den veldwachter was geweest. Er was niet van tevoren afgesproken dat men naar de woning van den veldwachter zou gaan. Toen Kool daar belde, had hij op 25 m afstand blijven wachten. Hij had niet gehoord dat Kool gescholden of den veldwachter uit gedaagd zou hebben. Laatstgenoemde was op hem afgekomen met een getrokken kle wang. Hfij had daarop gebukt, waardoor de slagen op zijn fiets waren neergekomen. Kool liep met z'n handen omhoog toen het schot viel en zeide voordien tot den veldwachter, toen deze hem tot doorloopen aanmaande „Mijnheer, ik loop toch door." Hij had tegen Kool geroepen „Kom terug President„Was je, toen Kool viel, niet vlak bij de woning van den veldwachter Verd. „Neen, op een bruggetje op eenigen afstand." Alle drie verdachten ontkennen grijpbewe gingen naar den veldwachter te hebben ge maakt. Toen Kool den brigadier na het schie ten in de lucht te spreken had gevraagd, zei de deze „Zorg dat je weg komt, anders schiet ik je dood Tegen elk der drie verdachten wegens geweld pleging tegenover ,een rijksveldwachter een gevangenisstraf van twee jaren geëischt. OFFICIER OVER OPTREDEN DER POLITIE. Voor de rechtbank te Alkmaar is Dinsdag voortgezet de behandeling van de strafzaak tegen drie jongelui, verdacht van geweldple ging tegenover een veldwachter te Broek op Langendijk. De brigadier, als getuige verhoord, ver klaarde, dat de verslagene Kool na sluitings tijd van het café te Zuid-Scharwoude dit niet had willen verlaten en er tenslotte uitgezet was. Getuige was toen naar huis gegaan en werd eenigen tijd later wakker door luid ge- bel, geschreeuw en scheldwoorden. Toen was hij naar buiten gegaan om de rust te herstel len. Hij heeft een klewang gebruikt, doch toen hij missloeg had een der verdachten smalend geroepen „Lekker mis." Toen Kool met de handen omhoog op getuige was toegeloopen, waren de anderen van achteren komen aan stormen. Nadat Kool getroffen was, had getuige me dische hulp ingeroepen en assistentie ge vraagd bij de gemeente-politie. zoon helpen ontvluchten „Ja, mijnheer de inspecteur." „Loop naar den duivel met je „Ja, mijnheer de inspecteur „Ik dacht, dat ik moest antwoorden. „Natuurlijk Woedend sloeg de inspecteur met zijn vuist op de tafel. „Ik zal je laten arresteeren „Als U daar plezier in hebt, maar U mag het niet doen." „Als U „Mijnheer de inspecteur, ik ben een oude vrouw, maar mijn man zaliger, die wist het precies. Hij was een oude, ervaren berggids en toen het niet meer ging met zijn beenen, heeft hij thuis gezeten hij was wel geen advocaat, maar hij wist er alles van hoe de wet hi elkaar zat en vele menschen, die in moeilijkheden waren heeft hij geholpen." „En nu zeker ook zijn zoon „Mijnheer de inspecteur, hij is reeds tien jaar dood, hij kan niet meer helpen, maar ik heb veel geleerd." „U schijnt een gevaarlijk persoon te zijn." „Ach kom, maar dat een moeder niet ge straft kan Worden als zij haar zoon raad geeft „Uw zoon is een moordenaar." De oogen van de oude vrouw vlamden op. Mijnheer de inspecteur, dat mag U niet zeggen. Dat mag U nietDe gems heeft hij geschoten Daar is niets tegen in te bren gen, maar hij kan het niet helpen als plotse ling Infanger te voorschijn komt en juist den kogel krijgt, die zijn geweer ontschiet, als hij door den schrik uitglijdt." „Dat liegt hij." Steeds dreigender werd dé stem van de oude vrouw, die zich hoog oprichtte en in haar gescheurde kleeren, met het verwarde witte haar en de stekende zwarte oogen wer kelijk op een heks leek. „Zoo, mijnheer de inspecteur. Nu, Xaver De verdediger vroeg, waarom getuige direct had klaar gestaan met klewang en revolver, waarop deze antwoordde, dat de aantijgingen rechtstreeks tegen hem gericht waren ge weest. Getuige Rood, rijksveldwachter te Oudkars pel, bevestigde de verklaringen van den vori gen getuige ten aanzien van de gebeurtenis sen op de kermis. Hij verklaarde vervolgens, dat hij met brigadier Van den Bosch was me- degegaan naar Broek op Langendijk, omdat hij vreesde dat de verdachten een aanval op Van den Bosch zouden doen. Op den terugweg was getuige de verdachten tegengekomen en had van een van hen een trap tegen het been gekregen. Dr. Verdonk, arts te Broek op Langendijk, als getuige a décharge gehoord, verklaarde dat Van den Bosch zich niet met het slacht offer had bemoeid, nadat deze gevallen was. Hierna werd gepauseerd. Voortzetting getuigenverhoor. Na de pauze werd in den namiddag de rijksveldwachter Rood uit Oudkarspel, die den brigadier Van den Bosch naar diens huis vergezeld had, nogmaals gehoord. Deze ver klaarde, dat hij den indruk had gekregen, dat de verdachten opzettelijk na het sluiten der café's hadden getreuzeld en blijkbaar herrie wilden maken. De majoor van de rijksveldwacht E. G. Fluy- ter had ter plaatse de situatie opgenomen en geconstateerd, dat het voor het huis van den brigadier zeer donker was, zoodat hij het on mogelijk achtte, dat de verdachten de bewe gingen van het slachtoffer hadden kunnen waarnemen. Vervolgens werd de vrouw van brigadier Van den Bosch als getuige gehoord. Zij was door het nachtelijk rumoer wakker geworden en had, toen zij uit het raam keek, gezien, dat Kool met de handen eenigszins omhoog op haar man afkwam en dat haar man met een klewang had geslagen en door de jon gens achteruit gedrongen was. Toen zij naar binnen ging om telefonisch assistentie te vra gen, was het laatste schot gevallen. Terwijl Kool naar voren kwam, had hij geroepen „Ik doe toch niets, ik heb mijn handen in de hoogte." Mevrouw A. BalderTiel, die vlak bij den brigadier woont, had dezen met een comman dostem hooren roepen„Doorloopen of ik schiet." Gemeenteveldwachter Prins van Zuid-Schar woude verklaarde, dat hij met zijn collega's veel last van de jongens had ondervonden. Samen met den veldwachter Rood was hij met Van den Bosch meegereden en onderweg had men nog last van de verdachten onder vonden. Getuige Huitema, die destijds te Broek op Langendijk tegenover Van den Bosch woon de, was van het eerste schot wakker gewor den en had hooren zeggen „Loop door of ik schiet." Hij had later nog drie schoten gehoord en was op het balcon gaan staan, waar hij door de duisternis weinig kon zien. Na het noodlottige schot hoorde hij den bri gadier zeggen „Kom nu maar eens hier en haal den dokter." Requisitoir. De Officier van Justitie, mr. Van der Feen de Lille, herinnerde er aan, dat hij in den vroegen ochtend van 22 September telefonisch liegt niet, Mij, zijn moeder, heeft hij alles ver teld en ik zou hem niet geholpen hebben als hij een moordenaar was geweest. Maar U wilt het niet gelooven U schijnt van een eerlijk, dapper mensch beslist een moordenaar te willen maken, en daar kan ik niets aan doen. Ik ben alleen de moeder „Wij weten „U weet niets Heelemaal niets Ik kan hem drie en twintig jaar, U kent hem heele maal niet. Ik weet het, U wilt hem alleen in het ongeluk storten." „Ik laat U verwijderen." „Goed, doe wat U niet laten kunt." Het zal me een vreugde zijn ook eens een tijd on schuldig in het cachot door te brengen, waar mijn Xaver gezeten heeft.' Drie maanden kunt U hem geven, voor het schieten van een gems, maar tot moordenaar laat ik hem niet stempelen. Daarom heb ik hem de vijl gebracht. Heb beneden op hem gewacht. Ik heb hem een melkemmer met honing en wat boerenkleeren gegeven en hem wat geld toegestoken, dat ik voor hem had opgespaard en als de hemel het goed met me meent, dan is hij nu al weg." „Waarheen De oude vrouw lachte. „Dat kan ik U niet vertellen, mijnheer de inspecteur, aan U niet „Breng de vrouw weg. In arrest, totdat de rechter komt." „Goedendag, mijnheer de inspecteur, lang zal het wel niet duren, ik zal er me tenmin ste maar niet druk over maken. Gelukkig, dat Xaver ontvlucht is, alleen jammer, dat de oude pas niet meer geldig was." Een spottend lachje om den mond, liet Barbara Kernbacker zich wegleiden. „Oude heks had hij gezegd. Kijk maar goed uit, bewaker Een heks heeft nu eenmaal geen vijl noodig, die vliegt tusschen de sta ven van het raam door, als zij daar zin in heeft." van het nachtelijke drama op de hoogte was gebracht en met ontsteltenis het noodlottige gebeuren had vernomen. Het komt gelukkig weinig voor, dat er in sprekers arrondissement door de politie geschoten behoeft te worden. Van den Bosch staat bekend als een zeer goed politieman met een veeljarige practijk. Van hem zijn in geen geval opgewonden handelin gen te verwachten, zooals dat bij een jeugdig politieman het geval zou kunnen zijn. Spr. meende, dat Van den Bosch, die herhaaldelijk gewaarschuwd had en zich met zijn klewang moest verdedigen, zeer lankmoedig was opge treden. Het noodlottige schot, hoe betreurens waardig ook, werd niet afgevuurd om iemand te dooden, maar de brigadier had daarmede een zijner aanvallers in de beenen willen treffen. De brigadier, die sinds 1 Juni te Broek op Langendijk gestationneerd was, kende de bevolking niet, ook al omdat hij sindsdien veel parketdienst had gedaan. Het publiek eischt van een politieman groote soepelheid en ter handhaving van het gezag is streng optreden vaak noodzakelijk. Wanneer het publiek zelf iets onaangenaams overkomt is men er altijd vlug bij de politie te hulp te roepen en men zou eens hooren wat er gebeurde, wanneer de politie dan niet actief zou blijken. Er zijn altijd elementen, die probeeren hoever men bij een nieuwen politieman kan gaan. Men kende Van den Bosch niet en nam een proef met hem. Van zoo'n proef hangt het prestige van den poli tieman voor het vervolg af. Spr. ging daarna uitvoerig de gebeurtenissen op den noodlotti- gen avond na en wees er op, dat het twintig minuten geduurd had eer in een café de zaal ontruimd was, waarbij nog met bier naar de veldwachters was gesmeten. Wat de verdach ten betreft, twee van hen stonden niet on gunstig bekend, de derde had evenwel in 1930 en 1931 drie processen-verbaal wegens mishandeling gekregen. Ten slotfe eischte de officier tegen elk der verdachten een gevangenis straf van twee jaar. Verdediging. De verdediger, mr. Langeveld uit Alkmaar, meende, dat de rechtsovertuiging van de be volking door het politieoneel optreden sterk getroffen was. De familie van den verslagen jongen, die een aanklacht tegen den brigadier indient, ziet met groote belangstelling uit naar het vonnis, dat in deze zaak zal worden gewe zen. Pleiter betoogde, dat de stemming onder de jongelui niet zoo gevaarlijk was als men ze thans afschildert, wat ook wel blijkt uit het feit, dat de politiemannen, toen zij de jongelui op weg naar huis ontmoetten, geen proces-verbaal hadden opgemaakt. Pleiter wees er vervolgens op hoezeer de jongelui zich verdienstelijk hadden gemaakt toen het doodelijke schot hun kameraad Kool had getroffen. De een had het lichaam direct in een auto gebracht en de ander had zich achter het stuur geplaatst en was er mee naar het ziekenhuis te Alkmaar gereden. De brigadier had een langen dienst gehad en was, ook door de vele conflicten, zenuwachtig geworden, al was het burengerucht dan ook niet zoo erg geweest. Pleiter herinnerde aan de woorden van getuige Huitema, die den bri gadier na het vallen van het noodlottige schot had hooren zeggenKom nu maar eens hier en haal een dokter" en concludeerde Woedend deed de bewaker de deur van de cel achter haar op slot. De dienstdoende ambtenaar, rechter van in structie, zat in de raadskamer van het ge rechtshof in Lindau aan het Bodemmeer, toen een ambtenaar bij hem binnentrad. „Mijnheer er is een man, die tegen eiken prijs toegelaten wenscht te worden. Hij zegt, dat hij een bekentenis te doen heeft." „Laat den man binnen komen." De man, die nu binnengelaten werd, wiens gezicht overdekt was met schrammen, wiens kleeren, half gedroogd nog de sporen van de zwempartij droegen, zag er weinig vertrou wen wekkend uit. „Wie bent U „Ik ben Xaver Kernbacker, geboren 6 Nov. 1906 te Garmisch" „Uitstekend, dat je me zoo'n uitvoerig ant woord geeft." „Op mijn vijfde jaar ben ik met mijn ou ders naar het Engadin in Zwitserland verhuisd en heb daar als gids op eerlijke wijze mijn brood verdiend." De rechter werd ongeduldig. „Dat interesseert mij niet." „Dat komt nog. Ik ben vannacht uit de ge vangenis te Chur ontsnapt." „Zoo, zoo „Ik ben gevlucht, omdat men mij wil ver- oordeelen als moordenaar, maar dat ben ik niet. Ik heb een gems geschoten wat ik niet had mogen doen, maar verder niets. „Ik kan er niets aan doen, dat Infanger juist getrof fen werd." De rechtèr drukte op een schel. „Ik laat twee heeren van de instructie drin gend verzoeken een oogenblik hier te komen en twee gendarmes tegelijkertijd." Deze laatste woorden had hij zacht gespro ken, maar Xaver had ze toch verstaan. daaruit, dat de jongelui dus op dat moment niet zoo dicht bij den veldwachter gestaan hebben, dat hij zich direct bedreigd had te achten. Pleiter eindigde met de rechtbank te ver soeken de drie verdachten vrij te spreken. Nadat de officier in zijn repliek ontkend had, dat de brigadier te lichtvaardig van zijn revolver gebruik had gemaakt, werd de uit spraak bepaald op 1 December a.s. BINNENLANDSCH NIEUWS. OVERREDEN EN GEDOOD. Te Steenderen is een ongeluk met doodelijken afloop gebeurd. De 56-jarige landarbeider G. J. te S. uit Hengelo Geld.) sprong aan het Bronkhorsterveer op den aanhangwa gen van den tractor, welke zich juist in beweging zette. De man sprong mis, hij viel en kwam onder de wielen van den aanhangwagen, welke hem over het hoofd gingen. Het slachtoffer, dat op slag dood was was gehuwd en vader van acht kinde ren. 11.000 boekjes sigarettenpapier in beslag genomen. Een onfortuinlijke Dotterdammer In de inspectie Tilburg wordt de laatste dagen een zeer groote toename van smokkelarij: van sigarettenpapier geconstateerd. Tevoren was het in deze inspectie hoofdzakelijk boter en sui ker, die in beslag werden genomen, nu papier. Nu, vooral de laatste dagen, schijnt de smokkelarij van sigaretten papier engros toe te nemen. Zoo werd een paar dagen geleden te Rotterdam mer K, die met een bestel wagentje van België de grens overkwam, door de dienstdoende kommiezen aangehouden K. werd niet geloofd op zijn verklaring dat hij niets had aan te geven. Aanvan kelijk vond de ambtenaar bij zijn onder zoek niets van zijn gading, maar het kwam hem voor dat de bodem van den laadbak, die achter het bestelwagentje aanhing, wat abnormaal dik was. Toen de chauffeur merkte dat de kommies dezen bodem wilde onderzoeken, trachtte hij plots achteruit weer op Belgisch grondgebied te rijden. De ambtenaar voorkwam dit echter door op de treeplank te springen en het stuur zoo te draaien, dat de wagen te gen een boom tot stilstand kwam. K. werd gedwongen zijn wagen te verla ten. Het bleek al ras, dat de laadbak een dubbelen bodem had, waaruit 11.000 boekjes sigarettenpapier te voor schijn kwamen. Wagen en sigarettenpapier werden -Wielingen - Wieringermeer - Meclemblik - Hoorn - Amsterdam. Vanaf 3 October uitbreiding der dienst Helder- Weekse dagen 5x, Zaterdag 6x, Zondag 4x, in beide richtingen. Vraagt gratis dienstwijziging bij onze chauffeurs. „Dat is niet noodig. Ik ben niet als een misdadiger gevlucht en over de zee gezwom men om hierheen te komen, als ik weer van plan was de beenen te nemen." De rechters van instructie, evenals de bei de gendarmes kwamen het vertrek binnen. „Zoo en nu nog eens van voren af aan. Wat is er aan de hand Xaver begon heel rustig en zakelijk met volkomen beheerschte stem te vertellen. Van den gemsbok, van zijn val, van het dubbele schot dat hij gehoord had en van het spocr- looze verdwijnen van den gendarme. „Ik zeg U, den gems heb ik geschoten en daarom moet ik natuurlijk gestraft worden, maar als ik werkelijk Infanger getroffen heb, wat ik niet weet,, dan was dat een. onge luk en ben ik geen moordenaar." Maar vertel eens Je ontsnapt uit de ge vangenis te Chur en ofschoon je weet, dat je buiten deze strooperij niets gedaan hebt, meld je je hier vrijwillig aan. Wat heeft dat te beteekenen „Dat is niet moeilijk te zien. Ik ben een Beier. Mijn moeder heeft me gezegd, dat ik geen Zwitser ben en ik geloof, dat als men daar is, waar men thuishoort, bij zijn eigen menschen, men eerder een willig oor en ge loof kan vinden.Ik heb altijd gedacht, de Zwitsers zijn vreemden en dragen de Beier- sche menschen geen goed hart toe." Het gesprek werd gestoord. „Een diensttelegram, mijnheer." Deze opende het telegram, keek Xaver on derzoekend aan en las toen het toen opnieuw. „Xaver Kernbacher, hier is bericht uit Chur om je in hechtenis te nemen. De politie hier wordt verzocht, den ontvluch ten, van moord .verdachten Xaver Kernbac ker, als hij de Beiersche grens overkomt, in arrest te stellen en aan de Zwitsersche auto riteiten uit te leveren." (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1936 | | pagina 1