27e JAARGANG
DONDERDAG 26 NOVEMBER 1936
No. 103
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
WIERINGEN EN OMSTREKEN
J
DE VALSCHE
AANKLACHT.
N.V. W. A. C. O. HOORN
WIERiüGER COURANT
VERSCHIJNT ELKEN
DINSDAG, DONDERDAG EN ZATERDAG.
ABONNEMENTSPRIJS
per 3 maanden t 1.
UITGEVER
CORN. J. BOSKER
WIERINGEN N
BUREAU:
Bippolytushoef Wieringei
Telef. Intercomm. No. 19.
ADVERTENTIiN
Van 1 5 regels f 0.50
Iedere regel meer f 0.19
HET DRAMA TE
BROEK OP LANGENDIJK.
DOODELIJK SCHOT UIT ZELF
VERDEDIGING.
Na de kermis te Zuid-Scharwoude.
Zaak voor Alkmaarsche rechtbank.
In September was het op een kermisavond
te Zuid-Scharwoude zeer rumoerig. Veel jon
gelui, gewend om den avond met de dorps-
schoonen in de tot dancings ingerichte café's
door te brengen waarbij op het sluitings
uur gewoonlijk niet zoo nauw gelet werd
ergerden zich aan het optreden van den nieu
wen rijksveldwachter van den Bosch, die zeer
nauwlettend zijn dienstvoorschriften uitvoer
de en gelastte, dat de café's precies op het
vastgestelde tijdstip gesloten moesten wor
den. Eenige jongelui zijn later op den avond
per fiets naar Broek op Langendijk gegaan,
waar de nieuwe rijksveldwachter woonde en
hebben daar in den nacht luid misbaar ge
maakt, geroepen en gescholden met het doel
den rijksveldwachter uit zijn woning te lok
ken. De brigadier-rijksveldwachter is daarna
met een klewang en een revolver gewapend
naar buiten gekomen en heeft eenige druk
temakers voor zich uitgedreven.
Toen zij terugkeerden heeft hij zijn dienst
revolver getrokken en in hun richting ge
schoten.
In het gezelschap dezer jongens bevond zich
de ongeveer 20-jarige M. Kool, een oppassen
de jongeman uit Noordscharwoude.
Hij had zich tijdens het tumult voor de
rijksveldwachterswoning in een schuurtje ter
zijde van het huis opgehouden en kwam met
de handen omhoog naar het huis loopen, uit
vrees getroffen te zullen worden.
De rijksveldwachter die in het nachtelijk
duister een nieuwen aanvaller op zich af zag
komen schoot in zijn richting en trof den
jongen zoo ongelukkig, dat deze onmiddellijk
dood was.
Het gebeurde heeft de gemoederen in Noord
en Zuidscharwoude zeer beroerd.
De familie van den jeugdigen Kool heeft
toen een klacht wegens ongeoorloofd optreden
tegen den rijksveldwachter ingediend.
Tegen de bovengenoemde jongelui is even
wel van justitiewege een aanklacht ingediend
wegens geweldpleging.
Dinsdag is deze zaak voor de Arrondisse
mentsrechtbank te Alkmaar behandeld. Er
zijn elf getuigen a charge door den officier
van justitie gedagvaard. Als verdediger van
de jongelui treedt mr. Lange veld uit Alkmaar
op.
Dinsdagmorgen om elf uur werden de ver
dachten binnengeleid. Er was zeer veel be
langstelling ook op de publieke tribune, die
stampvol was.
De president verhoorde allereerst een der
verdachten, die toegaf, dat hij twintig glazen
bier had gedronken. Hij ontkende, dat Kool
zich had. uitgelaten, dat hij den veldwachter
wilde spreken. Deze had bij den veldwachter
aangebeld, die uit de steeg bij zijn woning
kwam. De veldwachter had hen gesommeerd
naar huis te gaan, waar men op Kool wilde
wachten. Toen hij later hoorde schieten, was
verdachte nieuwsgierig naderbij gekomen.
PresidentDus je bent toch teruggekomen.
Verdachte had Kool exr den veldwachter
voor de woning gezien en het slachtoffer zien
FEUILLETON.
ROMAN VAN DE
BEKENDE SCHRIJFSTER
VIOLETTE CARR.
13.)
„Hoe heet de vrouw?"
„Dat weet ik niet, alleen de pas is uitge
schreven ten name van Loisl Kernbacker."
„Hier met de pas."
„Ik heb hem hier, inspecteur."
„Zoo, dat is een militair bewijs. Loisl Kern
backer, geboren 3 October 1848 Kernbacker
Hier met de heks. De ontvluchtte boef heette
ook Kernbacher."
De oude vrouw trad binnen. Haar kleeren
waren gescheurd, ze zag er groezelig uit,
maar zij had een harden trek op haar ge
zicht.
„Goedendag, mijnheer de Inspecteur."
Deze beantwoordde den groet niet.
„Wie bent U
„Wie zou ik zijn Ik ben Barbara Kernbac
ker uit Berdinahuizen bij Pontresina."
„Wat doet U hier in Chur?"
„Ik heb hier wat zaken te doen gehad. Is
het niet geoorloofd dat een oude vrouw in
Chur komt
„Vooruit er mee U bent de moeder van
Xaver Kernbacker, die vannacht ontvlucht
is." De inspecteur vond het noodig tegen de
vrouw los te bulderen en haar daardoor angst
aan te jagen, maar zij antwoordde heel rus
tig
„Zeker, mijnheer de Inspecteur."
„Bent U Uw zoon nagereisd
„Ja, mijnheer de inspecteur."
„Vooruit met de waarheid Hebt U Uw
vallen.
Op een vraag van den verdediger, zeide ver
dachte gezien te hebben, dat Kool op het
moment dat het schot viel, met de handen
omhoog tegenover den veldwachter had ge
staan.
Een schippersknecht, die vervolgens voor
moest komen, wist ook niet waarom Kool bij
den veldwachter gebeld had. Hij schijnt slechts
twee glazen bier gedronken. Aanvankelijk
was hij met den vorigen verdachte de Zuid
ingeloopen, maar later weer uit nieuwsgierig
heid teruggekeerd. Hij had gezien, dat de
veldwachter de klewang gebruikte. Hij noch
de andere verdachten zouden een dreigende
houding tegenover hem hebben aangenomen.
Hij had ook gezien, dat Kool met de handen
omhoog naar den agent was toegeloopen.
Verdachte geeft toe een spijker aan een touw
in zijn zak te hebben gehad, maar niet met
de bedoeling om daar misbruik van te maken.
De derde verdachte verklaarde in het café
Kramer te zijn geweest, waar oneenigheid
met den veldwachter was geweest.
Er was niet van tevoren afgesproken dat
men naar de woning van den veldwachter zou
gaan. Toen Kool daar belde, had hij op 25 m
afstand blijven wachten. Hij had niet gehoord
dat Kool gescholden of den veldwachter uit
gedaagd zou hebben. Laatstgenoemde was
op hem afgekomen met een getrokken kle
wang. Hfij had daarop gebukt, waardoor de
slagen op zijn fiets waren neergekomen. Kool
liep met z'n handen omhoog toen het schot
viel en zeide voordien tot den veldwachter,
toen deze hem tot doorloopen aanmaande
„Mijnheer, ik loop toch door." Hij had tegen
Kool geroepen „Kom terug
President„Was je, toen Kool viel, niet
vlak bij de woning van den veldwachter
Verd. „Neen, op een bruggetje op eenigen
afstand."
Alle drie verdachten ontkennen grijpbewe
gingen naar den veldwachter te hebben ge
maakt. Toen Kool den brigadier na het schie
ten in de lucht te spreken had gevraagd, zei
de deze „Zorg dat je weg komt, anders schiet
ik je dood
Tegen elk der drie verdachten wegens geweld
pleging tegenover ,een rijksveldwachter een
gevangenisstraf van twee jaren geëischt.
OFFICIER OVER OPTREDEN DER POLITIE.
Voor de rechtbank te Alkmaar is Dinsdag
voortgezet de behandeling van de strafzaak
tegen drie jongelui, verdacht van geweldple
ging tegenover een veldwachter te Broek op
Langendijk.
De brigadier, als getuige verhoord, ver
klaarde, dat de verslagene Kool na sluitings
tijd van het café te Zuid-Scharwoude dit niet
had willen verlaten en er tenslotte uitgezet
was. Getuige was toen naar huis gegaan en
werd eenigen tijd later wakker door luid ge-
bel, geschreeuw en scheldwoorden. Toen was
hij naar buiten gegaan om de rust te herstel
len. Hij heeft een klewang gebruikt, doch toen
hij missloeg had een der verdachten smalend
geroepen „Lekker mis." Toen Kool met de
handen omhoog op getuige was toegeloopen,
waren de anderen van achteren komen aan
stormen.
Nadat Kool getroffen was, had getuige me
dische hulp ingeroepen en assistentie ge
vraagd bij de gemeente-politie.
zoon helpen ontvluchten
„Ja, mijnheer de inspecteur."
„Loop naar den duivel met je „Ja, mijnheer
de inspecteur
„Ik dacht, dat ik moest antwoorden.
„Natuurlijk Woedend sloeg de inspecteur
met zijn vuist op de tafel. „Ik zal je laten
arresteeren
„Als U daar plezier in hebt, maar U mag
het niet doen."
„Als U
„Mijnheer de inspecteur, ik ben een oude
vrouw, maar mijn man zaliger, die wist het
precies. Hij was een oude, ervaren berggids
en toen het niet meer ging met zijn beenen,
heeft hij thuis gezeten hij was wel geen
advocaat, maar hij wist er alles van hoe de
wet hi elkaar zat en vele menschen, die in
moeilijkheden waren heeft hij geholpen."
„En nu zeker ook zijn zoon
„Mijnheer de inspecteur, hij is reeds tien
jaar dood, hij kan niet meer helpen, maar ik
heb veel geleerd."
„U schijnt een gevaarlijk persoon te zijn."
„Ach kom, maar dat een moeder niet ge
straft kan Worden als zij haar zoon raad
geeft
„Uw zoon is een moordenaar."
De oogen van de oude vrouw vlamden op.
Mijnheer de inspecteur, dat mag U niet
zeggen. Dat mag U nietDe gems heeft hij
geschoten Daar is niets tegen in te bren
gen, maar hij kan het niet helpen als plotse
ling Infanger te voorschijn komt en juist den
kogel krijgt, die zijn geweer ontschiet, als hij
door den schrik uitglijdt."
„Dat liegt hij."
Steeds dreigender werd dé stem van de
oude vrouw, die zich hoog oprichtte en in
haar gescheurde kleeren, met het verwarde
witte haar en de stekende zwarte oogen wer
kelijk op een heks leek.
„Zoo, mijnheer de inspecteur. Nu, Xaver
De verdediger vroeg, waarom getuige direct
had klaar gestaan met klewang en revolver,
waarop deze antwoordde, dat de aantijgingen
rechtstreeks tegen hem gericht waren ge
weest.
Getuige Rood, rijksveldwachter te Oudkars
pel, bevestigde de verklaringen van den vori
gen getuige ten aanzien van de gebeurtenis
sen op de kermis. Hij verklaarde vervolgens,
dat hij met brigadier Van den Bosch was me-
degegaan naar Broek op Langendijk, omdat
hij vreesde dat de verdachten een aanval op
Van den Bosch zouden doen. Op den terugweg
was getuige de verdachten tegengekomen en
had van een van hen een trap tegen het
been gekregen.
Dr. Verdonk, arts te Broek op Langendijk,
als getuige a décharge gehoord, verklaarde
dat Van den Bosch zich niet met het slacht
offer had bemoeid, nadat deze gevallen was.
Hierna werd gepauseerd.
Voortzetting getuigenverhoor.
Na de pauze werd in den namiddag de
rijksveldwachter Rood uit Oudkarspel, die
den brigadier Van den Bosch naar diens huis
vergezeld had, nogmaals gehoord. Deze ver
klaarde, dat hij den indruk had gekregen, dat
de verdachten opzettelijk na het sluiten der
café's hadden getreuzeld en blijkbaar herrie
wilden maken.
De majoor van de rijksveldwacht E. G. Fluy-
ter had ter plaatse de situatie opgenomen en
geconstateerd, dat het voor het huis van den
brigadier zeer donker was, zoodat hij het on
mogelijk achtte, dat de verdachten de bewe
gingen van het slachtoffer hadden kunnen
waarnemen.
Vervolgens werd de vrouw van brigadier
Van den Bosch als getuige gehoord. Zij was
door het nachtelijk rumoer wakker geworden
en had, toen zij uit het raam keek, gezien,
dat Kool met de handen eenigszins omhoog
op haar man afkwam en dat haar man met
een klewang had geslagen en door de jon
gens achteruit gedrongen was. Toen zij naar
binnen ging om telefonisch assistentie te vra
gen, was het laatste schot gevallen. Terwijl
Kool naar voren kwam, had hij geroepen
„Ik doe toch niets, ik heb mijn handen in
de hoogte."
Mevrouw A. BalderTiel, die vlak bij den
brigadier woont, had dezen met een comman
dostem hooren roepen„Doorloopen of ik
schiet."
Gemeenteveldwachter Prins van Zuid-Schar
woude verklaarde, dat hij met zijn collega's
veel last van de jongens had ondervonden.
Samen met den veldwachter Rood was hij
met Van den Bosch meegereden en onderweg
had men nog last van de verdachten onder
vonden.
Getuige Huitema, die destijds te Broek op
Langendijk tegenover Van den Bosch woon
de, was van het eerste schot wakker gewor
den en had hooren zeggen „Loop door of
ik schiet." Hij had later nog drie schoten
gehoord en was op het balcon gaan staan,
waar hij door de duisternis weinig kon zien.
Na het noodlottige schot hoorde hij den bri
gadier zeggen „Kom nu maar eens hier en
haal den dokter."
Requisitoir.
De Officier van Justitie, mr. Van der Feen
de Lille, herinnerde er aan, dat hij in den
vroegen ochtend van 22 September telefonisch
liegt niet, Mij, zijn moeder, heeft hij alles ver
teld en ik zou hem niet geholpen hebben als
hij een moordenaar was geweest. Maar U wilt
het niet gelooven U schijnt van een eerlijk,
dapper mensch beslist een moordenaar te
willen maken, en daar kan ik niets aan doen.
Ik ben alleen de moeder
„Wij weten
„U weet niets Heelemaal niets Ik kan
hem drie en twintig jaar, U kent hem heele
maal niet. Ik weet het, U wilt hem alleen in
het ongeluk storten."
„Ik laat U verwijderen."
„Goed, doe wat U niet laten kunt." Het zal
me een vreugde zijn ook eens een tijd on
schuldig in het cachot door te brengen, waar
mijn Xaver gezeten heeft.' Drie maanden
kunt U hem geven, voor het schieten van
een gems, maar tot moordenaar laat ik
hem niet stempelen. Daarom heb ik hem de
vijl gebracht. Heb beneden op hem gewacht.
Ik heb hem een melkemmer met honing en
wat boerenkleeren gegeven en hem wat geld
toegestoken, dat ik voor hem had opgespaard
en als de hemel het goed met me meent, dan
is hij nu al weg."
„Waarheen
De oude vrouw lachte. „Dat kan ik U niet
vertellen, mijnheer de inspecteur, aan U niet
„Breng de vrouw weg. In arrest, totdat de
rechter komt."
„Goedendag, mijnheer de inspecteur, lang
zal het wel niet duren, ik zal er me tenmin
ste maar niet druk over maken. Gelukkig, dat
Xaver ontvlucht is, alleen jammer, dat de
oude pas niet meer geldig was."
Een spottend lachje om den mond, liet
Barbara Kernbacker zich wegleiden.
„Oude heks had hij gezegd. Kijk maar goed
uit, bewaker Een heks heeft nu eenmaal
geen vijl noodig, die vliegt tusschen de sta
ven van het raam door, als zij daar zin in
heeft."
van het nachtelijke drama op de hoogte was
gebracht en met ontsteltenis het noodlottige
gebeuren had vernomen. Het komt gelukkig
weinig voor, dat er in sprekers arrondissement
door de politie geschoten behoeft te worden.
Van den Bosch staat bekend als een zeer goed
politieman met een veeljarige practijk. Van
hem zijn in geen geval opgewonden handelin
gen te verwachten, zooals dat bij een jeugdig
politieman het geval zou kunnen zijn. Spr.
meende, dat Van den Bosch, die herhaaldelijk
gewaarschuwd had en zich met zijn klewang
moest verdedigen, zeer lankmoedig was opge
treden. Het noodlottige schot, hoe betreurens
waardig ook, werd niet afgevuurd om iemand
te dooden, maar de brigadier had daarmede
een zijner aanvallers in de beenen willen
treffen. De brigadier, die sinds 1 Juni te Broek
op Langendijk gestationneerd was, kende de
bevolking niet, ook al omdat hij sindsdien veel
parketdienst had gedaan. Het publiek eischt
van een politieman groote soepelheid en ter
handhaving van het gezag is streng optreden
vaak noodzakelijk.
Wanneer het publiek zelf iets onaangenaams
overkomt is men er altijd vlug bij de politie
te hulp te roepen en men zou eens hooren
wat er gebeurde, wanneer de politie dan niet
actief zou blijken. Er zijn altijd elementen,
die probeeren hoever men bij een nieuwen
politieman kan gaan. Men kende Van den
Bosch niet en nam een proef met hem. Van
zoo'n proef hangt het prestige van den poli
tieman voor het vervolg af. Spr. ging daarna
uitvoerig de gebeurtenissen op den noodlotti-
gen avond na en wees er op, dat het twintig
minuten geduurd had eer in een café de zaal
ontruimd was, waarbij nog met bier naar de
veldwachters was gesmeten. Wat de verdach
ten betreft, twee van hen stonden niet on
gunstig bekend, de derde had evenwel in
1930 en 1931 drie processen-verbaal wegens
mishandeling gekregen.
Ten slotfe eischte de officier tegen
elk der verdachten een gevangenis
straf van twee jaar.
Verdediging.
De verdediger, mr. Langeveld uit Alkmaar,
meende, dat de rechtsovertuiging van de be
volking door het politieoneel optreden sterk
getroffen was. De familie van den verslagen
jongen, die een aanklacht tegen den brigadier
indient, ziet met groote belangstelling uit naar
het vonnis, dat in deze zaak zal worden gewe
zen. Pleiter betoogde, dat de stemming onder
de jongelui niet zoo gevaarlijk was als men
ze thans afschildert, wat ook wel blijkt uit
het feit, dat de politiemannen, toen zij de
jongelui op weg naar huis ontmoetten, geen
proces-verbaal hadden opgemaakt.
Pleiter wees er vervolgens op hoezeer de
jongelui zich verdienstelijk hadden gemaakt
toen het doodelijke schot hun kameraad Kool
had getroffen. De een had het lichaam direct
in een auto gebracht en de ander had zich
achter het stuur geplaatst en was er mee
naar het ziekenhuis te Alkmaar gereden. De
brigadier had een langen dienst gehad en
was, ook door de vele conflicten, zenuwachtig
geworden, al was het burengerucht dan ook
niet zoo erg geweest. Pleiter herinnerde aan
de woorden van getuige Huitema, die den bri
gadier na het vallen van het noodlottige
schot had hooren zeggenKom nu maar eens
hier en haal een dokter" en concludeerde
Woedend deed de bewaker de deur van de
cel achter haar op slot.
De dienstdoende ambtenaar, rechter van in
structie, zat in de raadskamer van het ge
rechtshof in Lindau aan het Bodemmeer, toen
een ambtenaar bij hem binnentrad.
„Mijnheer er is een man, die tegen eiken prijs
toegelaten wenscht te worden. Hij zegt, dat
hij een bekentenis te doen heeft."
„Laat den man binnen komen."
De man, die nu binnengelaten werd, wiens
gezicht overdekt was met schrammen, wiens
kleeren, half gedroogd nog de sporen van de
zwempartij droegen, zag er weinig vertrou
wen wekkend uit.
„Wie bent U
„Ik ben Xaver Kernbacker, geboren 6 Nov.
1906 te Garmisch"
„Uitstekend, dat je me zoo'n uitvoerig ant
woord geeft."
„Op mijn vijfde jaar ben ik met mijn ou
ders naar het Engadin in Zwitserland verhuisd
en heb daar als gids op eerlijke wijze mijn
brood verdiend."
De rechter werd ongeduldig.
„Dat interesseert mij niet."
„Dat komt nog. Ik ben vannacht uit de ge
vangenis te Chur ontsnapt."
„Zoo, zoo
„Ik ben gevlucht, omdat men mij wil ver-
oordeelen als moordenaar, maar dat ben ik
niet. Ik heb een gems geschoten wat ik niet
had mogen doen, maar verder niets. „Ik kan
er niets aan doen, dat Infanger juist getrof
fen werd."
De rechtèr drukte op een schel.
„Ik laat twee heeren van de instructie drin
gend verzoeken een oogenblik hier te komen
en twee gendarmes tegelijkertijd."
Deze laatste woorden had hij zacht gespro
ken, maar Xaver had ze toch verstaan.
daaruit, dat de jongelui dus op dat moment
niet zoo dicht bij den veldwachter gestaan
hebben, dat hij zich direct bedreigd had te
achten.
Pleiter eindigde met de rechtbank te ver
soeken de drie verdachten vrij te spreken.
Nadat de officier in zijn repliek ontkend
had, dat de brigadier te lichtvaardig van zijn
revolver gebruik had gemaakt, werd de uit
spraak bepaald op 1 December a.s.
BINNENLANDSCH NIEUWS.
OVERREDEN EN GEDOOD.
Te Steenderen is een ongeluk met
doodelijken afloop gebeurd.
De 56-jarige landarbeider G. J. te S.
uit Hengelo Geld.) sprong aan het
Bronkhorsterveer op den aanhangwa
gen van den tractor, welke zich juist
in beweging zette. De man sprong mis,
hij viel en kwam onder de wielen van
den aanhangwagen, welke hem over
het hoofd gingen.
Het slachtoffer, dat op slag dood was
was gehuwd en vader van acht kinde
ren.
11.000 boekjes sigarettenpapier
in beslag genomen.
Een onfortuinlijke Dotterdammer
In de inspectie Tilburg wordt de
laatste dagen een zeer groote toename
van smokkelarij: van sigarettenpapier
geconstateerd. Tevoren was het in deze
inspectie hoofdzakelijk boter en sui
ker, die in beslag werden genomen,
nu papier. Nu, vooral de laatste dagen,
schijnt de smokkelarij van sigaretten
papier engros toe te nemen. Zoo werd
een paar dagen geleden te Rotterdam
mer K, die met een bestel wagentje van
België de grens overkwam, door de
dienstdoende kommiezen aangehouden
K. werd niet geloofd op zijn verklaring
dat hij niets had aan te geven. Aanvan
kelijk vond de ambtenaar bij zijn onder
zoek niets van zijn gading, maar het
kwam hem voor dat de bodem van den
laadbak, die achter het bestelwagentje
aanhing, wat abnormaal dik was. Toen
de chauffeur merkte dat de kommies
dezen bodem wilde onderzoeken,
trachtte hij plots achteruit weer op
Belgisch grondgebied te rijden. De
ambtenaar voorkwam dit echter door
op de treeplank te springen en het
stuur zoo te draaien, dat de wagen te
gen een boom tot stilstand kwam. K.
werd gedwongen zijn wagen te verla
ten. Het bleek al ras, dat de laadbak
een dubbelen bodem had, waaruit
11.000 boekjes sigarettenpapier te voor
schijn kwamen.
Wagen en sigarettenpapier werden
-Wielingen - Wieringermeer - Meclemblik -
Hoorn - Amsterdam.
Vanaf 3 October uitbreiding der dienst Helder-
Weekse dagen 5x, Zaterdag 6x, Zondag 4x, in
beide richtingen.
Vraagt gratis dienstwijziging bij onze
chauffeurs.
„Dat is niet noodig. Ik ben niet als een
misdadiger gevlucht en over de zee gezwom
men om hierheen te komen, als ik weer van
plan was de beenen te nemen."
De rechters van instructie, evenals de bei
de gendarmes kwamen het vertrek binnen.
„Zoo en nu nog eens van voren af aan.
Wat is er aan de hand
Xaver begon heel rustig en zakelijk met
volkomen beheerschte stem te vertellen. Van
den gemsbok, van zijn val, van het dubbele
schot dat hij gehoord had en van het spocr-
looze verdwijnen van den gendarme.
„Ik zeg U, den gems heb ik geschoten en
daarom moet ik natuurlijk gestraft worden,
maar als ik werkelijk Infanger getroffen
heb, wat ik niet weet,, dan was dat een. onge
luk en ben ik geen moordenaar."
Maar vertel eens Je ontsnapt uit de ge
vangenis te Chur en ofschoon je weet, dat je
buiten deze strooperij niets gedaan hebt,
meld je je hier vrijwillig aan. Wat heeft dat
te beteekenen
„Dat is niet moeilijk te zien. Ik ben een
Beier. Mijn moeder heeft me gezegd, dat ik
geen Zwitser ben en ik geloof, dat als men
daar is, waar men thuishoort, bij zijn eigen
menschen, men eerder een willig oor en ge
loof kan vinden.Ik heb altijd gedacht, de
Zwitsers zijn vreemden en dragen de Beier-
sche menschen geen goed hart toe."
Het gesprek werd gestoord.
„Een diensttelegram, mijnheer."
Deze opende het telegram, keek Xaver on
derzoekend aan en las toen het toen opnieuw.
„Xaver Kernbacher, hier is bericht uit Chur
om je in hechtenis te nemen.
De politie hier wordt verzocht, den ontvluch
ten, van moord .verdachten Xaver Kernbac
ker, als hij de Beiersche grens overkomt, in
arrest te stellen en aan de Zwitsersche auto
riteiten uit te leveren."
(Wordt vervolgd.)