29e JAARGANG DINSDAG )8 JANUARI 1938 No. 7 NIEUWS- EN AOVERTENT1ËBLÊS VOOR WIERINGEN EN OMSTREKEN TANDARTS ELKEN DONDERDAG VAN 9 -1 UUR. HET IJS GEBROKEN. „TARZAN'S VLUCHT. REIST PER W.A. C. O. TARZAN'S VLUCHT. WIERINGER COURANT VERSCHIJNT ELKEN DINSDAG. DONDERDAG EN ZATERDAG ABONNEMENTSPRIJS per 3 maanden f 1.25. UITGEVER CORN. J. BOSKER WIERINGEN. 'ar BUREAU: Hippolytushoef Wieringen Telef. Intercomm. No. 19. ADVERTENTIëN Van 1 5 regels Iedere regel meer f 0.50 f 0.10 CAFÉ R00B0L Markt SCHAGEN blijft spreekuur houden DE MINISTER VAN FINANCIëN SPREEKT IN DE EERSTE KAMER. „Een volk dat voor zijn onaf hankelijkheid geen offers wil brengen, is niet waard een volk te zijn." De Minister van Financiën, de heer De Wilde, constateerde, dat over den linancieelen toestand weinig is gezegd in deze Kamer. Die toestand is niet ho peloos, doch vercisclit wel de uiterste zorg. De raming der middelen is eer optimistisch dan pessimistisch. De be lastingen ztjn vooi 1938 ruim 60 miii. hooger geraamd dan voor 1937, maar het is de vraag, rf we-dit wel zullen lia len. De economische toestand blijft iioogst onzeker. Zeker is het dat we met ons natio naal vermogen meer dan 1' 700 milli- oen zijn achteruit gegaan. Bezorgd heid voor de toekomst is er dus bij den Minister van Financiën en de andere Ministers. Ze moet er zijn ook bij de Slaten-Generaal en zoovele gemeenten. Waar moet het naar toe 'l Onze belas tingdruk is al zeer zwaar. ilet is de vraag of we niet aan het begin slaan van een periode, waarin 'n drastische versobering van den staats dienst noodzakelijk is. Alle energie van ieder moet er op gericht zijn, te voor komen dat we op een gegeven oogen- blik niet meer verder kunnen. Het zwaarst zou een dergelijke toestand hen treffen die direct of indirect inkom sten trekken van den staat ambte naren, gepensionneerden en ook de werkloozen, aangewezen op den steun van derden of zelfs van den staat. Kan deze niet meer aan zijn verplichtingen voldoen, dan zullen zij er in de eerste plaats de dupe van worden. Doch ook allen die van de rente van staatsfond sen e.d. moeten leven. Spr. weet niet, hoe de gang van za ken precies zal zijn. Maar onze ver plichtingen zullen in 1940 zeker met eenige honderden millioenen geste gen zijti. Verzwaring van belasting. Wij zullen niet kunnen ontkomen aan verzwaring van belasting. Spr. ziet er zwaar tegen op„ maar het is noodzakelijk. Als de dienstplichtwet er is en in andere eischen voorzien moet worden, moet in de middelen tot dekking worden voorzien door- of afsnijding van stukken van den staats- FEUILLETON. 20.) Eéne ontdekking, die de Graaf deed. was dat de weduwe van zijn zoon geen werkeloos leven leidde. Het duurde niet lang of hij be gon te merken, dat de armen haar zeer goed kenden. Was er armoede, ziekte of smart in de eene of andere woning, dan kon men daar het welbekende rijtuigje gedurig voor de deur zien staan. „Weet gij wel," zei Cedric eens, „dat ieder een, die haar tegenkomt, God zegen u zegt en de kinderen houden zooveel van haar. Er zijn meisjes, die naar haar toegaan om naai en te leeren. Zij zegt, dat zij zoo graag de ar men helpen wil, nu zij zoo rijk is." Het was den Graaf eene aangename ver rassing geweest, dat de moeder van zijn erf genaam een mooi, jong gezichtje had en daarbij iets zoo „ladylike's" alsof zij eene geboren hertogin was, en in zekeren zin was het hem ook niet ongevallig, dat zij zich bij de dorpsbewoners bemind wist te maken. En toch voelde hij menigmaal eene opwelling van bittere jaloezie, als hij merkte hoe zij het geheele hart van haar kind vervulde, hoe hij aan haar hing en niemand zoo liefhad als haar. De oude man zou zoo graag de eerste zijn geweest en de genegenheid van zijn klein zoon onverdeeld hebben bezeten. Op een middag kwam Cedric, na een be zoek bij zijne moeder, met een betrokken, bezorgd gezichtje in de bibliotheek. Hij ging op den hoogen stoel zitten, waarop hij den avond van zijne aankomst gezeten had, en keek in het vuur. De Graaf sloeg hem scil- zwijgend gade, nieuwsgierig wachtend wat hij zeggen zou. Het was duidelijk merkbaar, dat Cedric iets op het hart had. Eindelijk sloeg hij de oogen op. „Weet Newick alles van de menschen?" vroeg hij. dienst, of verzwaring der belastingen. Het eerste wil de Regeering zooveel mogelijk vermijden, doch te ontgaan is het niet. Onze onafhankelijkheid moet op den voorgrond staan. Een volk, dat daar voor niet alle offers wil brengen, is niet meer waard een volk te zijn. Ons volk zal bereid zijn deze offers te brengen. De ellende in vele huisgezinnen is groot. Er zijn jaren, waarin f 300 miili- oea voor ondersteuning wordt uitgege ven. Er is veel ellende, doch er zijn ook nog vele gelukkigen. Er is nog geld en de staat is credietwaardig. De ellende van andere landen kennen we hier nog niet, de ellende bijv. van den oorlog. Onder biddend opzien tot God moeten we alles doen om ons volk huiten den oorlog te houden. De heer Kranenburg heeft betreurd, dat de heer Oud zijn financieele poli tiek niet meer kan voortzetten. In hel vorige kabinet stonden echter juist de lieer Oud en spr. het dichtst hij elkaar. Spr. heeft allen eerbied voor het werk van den heer Oud als Minister en daarbij sluit dat van spr. zich aan. Ook wat betreft de persspectief-bezuinigin- gen. Het is onjuist, dat er maatregelen worden voorgesteld, waarvoor geen dek king tevens is overwogen. Trouwens de heer Oud heeft in de Tweede Kamer zijn zegen gegeven met het inzicht en beleid op financieel gebied van deze Règeering. Haar standpunt is duidelijk en klaar. Het is ons aller belang, dat de Nedcrlandsche staat beschikt over normale financiën, opdat hij zijn roe ping jegens God en het volk kan ver vullen. Na eenige replieken werden de alge- meene beschouwingen gesloten en de Kamer tot nadere bijeenroeping ver daagd. De boekhouder, die sedert kort ge huwd is, genoot tot voor eenigen tijd het volste vertrouwen van liet bestuur [en den kassier en is op geraffineerde wijze te werk gegaan. Het geld is ge bruikt om den ievenstaat te voeren, die geheel boven de financieele krachten van den gearresteerde ging. Dit werd [evenwel eerst na zijn huwelijk in Don gen bekend. Bovendien zocht hij buiten Dongen voorna mol ij n zijn genoegens, 'waardoor minder de aandacht op de verkwistingen werden gevestigd. De man zal woeden voorgeleid voor den Officier van Justitie te Breda. CINEMA DE HAAN WIERINGEN WIJ VERWACHTEN EEN TEKORT VAN f 15.000 BIJ BOERENBOND. Fraude te Dongen. - Valsche boekingen. Reeds eenigen tijd had het bestuur van den R. K. Boerenbond te Dongen verdenkingen tegen zijn tweeden bofck houder, die er een zeer luxueuze levens wijze op nahield. De gewone controle bracht evenwel geen bijzonderheden aan het licht, waarna een consciëntieus onderzoek werd bevolen. Dit bracht ernstige vervalschingen en tekorten aan het licht, waarna de burgemeester der gemeete Dongen, hiervan in kennis w erd gesteld, onmiddellijk tot aanhou ding en voorgeleiding van den betrok kene overging. Terstond heeft deze be kend door valsche boekingen geduren de ongeveer 8 a 9 jaar kleinere bedra gen te hebben ontvreemd, waardoor thans een tekort van ruim f 15.000 zou zijn ontstaan, welk tekort evenwel ver moedelijk tot f 20.000 zal opioopen „Hij moet alles van hen weten daar is hij voor," zei zijne Lordschap. „Nalatig ge weest ja Hoe tegenstrijdig het moge klinken, was er toch niets wat hem meer aantrok en amu seerde dan de belangstelling van hes kleine ventje in zijne pachters. Zelf had hij zich nooit om hen bekommerd, maar hij vond het wei aardig, dat er, in weerwil van zijne kin derlijke vroolijkheid, zijne spelletjes en grap pen, zulke ernstige gedachten in dat kleine krullekopje huisden. „Er is eene woning," zei Cedric, hem met wijd geopende verschrikte oogen aankijkend „liefste is er geweest, het is aan den ande ren kant van het dorp, de huizen staan er dicht op elkander en vallen bijna in van ou derdom men kan er bijna geen adem halen, en de menschen zijn zoo arm en alles is er zoo akelig Zij zijn dikwijls ziek en de mees te kinderen sterven en zij worden slechts ziek, omdat zij zoo wonen en zoo arm en ellendig moeten leven. Het is nog veel erger dan Michaël en Bridget! Het regent er door dc daken Liefste ging eene vrouw opzoeken, die daar woont. Zij wilde niet, dat ik bij haar zou komen voordat zij zich geheel verkleed had. De tranen liepen haar over de wangen toen zij er mij van vertelde." Ook zijne oogen waren vochtig geworden terwijl hij sprak. „Ik heb haar gezegd, dat gij het zeker niet wist en dat ik het u vertellen zou," vervolgde hij. Hij sprong op, liep naar den Graaf toe en leunde tegen diens stoel. „Gij kunt hen helpen evenals gij Higgins geholpen hebt," zei hij. „Gij helpt altijd iedereen. Ik heb ge zegd, dat gij het zeker doen zoudt en dat Newick misschien vergeten had er met u over te spreken." De Graaf keek n%ar het handje, dat op zijne knie lag. Newick had volstrekt niet ver geten er over te spreken integendeel, Ne wick had hem meer dan eens opmerkzaam gemaakt op den verwaarloosden toestand van die achterbuurt. Hij wist van de bouw vallige krotten, van het slechte drinkwater, de vochtige muren, de gebroken vensters en lekkende daken, hij wist van de armoede, Volledige bekentenis inzake knoeierijen ie Haarlem. Agent van Levensverzekering maatschappij gearresteerd. De recherche der Haarlemsclie poli- heeft Zaterdagmiddag den 53-jarigen agent van de Algemeene Friesche Le vensverzekering Maatschappij gearres teerd, die een bedrag van ruim f 25000 heeft verduisterd, waarvan aangifte was gedaan. Toen na de aangiflei de politie den agent wilde arresteeren, bleek hij niet thuis te zijn. Blijkbaar had de man dus lont geroken en was hij er snel van door gegaan. Des nachts is hij niet in zijn woning teruggekeerd. (Het huis werd streng bewaakt.) En ook in den loop van den dag werd hij in de stad niet gezien. Omstreeks half vijf Zater dagmiddag bereikte echter de politie de mededeeling van dein rijksveldwacli ter te Spaarndam, dat de man daar zwervende was aangetroffen. Zijn arres tatie was toein nog slechts een kwestie van enkele oogenblikken. Hij werd naar het politie-bureau overgebracht en onmiddellijk verhoord. De man, die na zijn omzwervingen gedurende den nacht eenigszins overstuur was, beken de volledig. Zelf gaf hij een bedrag van ruim f 28.000 op, dat hij zou hebben ver duisterd. De knoeierijen heeft hij ruim 6 ia) en weten vol te houden, zonder dat men het in Leeuwarden merkte. Toen echter een der cliënten een lee- r.irg wilde afsluiten en hiervan het hoofdbureau in kennis stelde, ontving deze bericht, dat hij enkele jaren gele den reeds had geleend. Naar aanlei ding hiervan stelde toen het hoofdbu- door geheel West-Friesland naar DEN HELDER—WIERINGERMEER en AMSTERDAM. VLUG VEILIG GOEDKOOP. Verwarmde wagens. reau eeri onderzoek in dat tot het onfstcllene resultaat leidde. De politie vermoedt, dat de agent met het verduisterde geld gespecu- j leerd heeft. De man is aan de justitie overgeleverd. BAKKERSKNECHT OVERVALLEN. Dader voortvluchtig. Zaterdagavond omstreeks half ne gen is de 22-jarige banketbakkers knecht A, Ruift uit Nooldorp bij Delft, die te Delft in betrekking is, toen hij zich per fiets naar zijn ouders in Noot dorp begaf, op den eenzamen Brassers kade te Delft plotseling aangevallen door een onbekend geiileven man, die zich achter een boom verscholen had gehouden. Er volgde een hevige woste- lirig. waarbij Ruift zich flink verweerde IIij kon zicli tenslotte bevrijden en ver volgde zoo snel mogelijk zijn weg per fiets. Te Nooldorp werd de politie iti kennis gesteld met het gebeurde. In sa menwerking met de politie te Delft, werd een uitgebreid onderzoek inge steld. Tot dusver heeft men den dader nog niet gevat. Zoowel de aanvaller als het slachtoffer van den overval, werden licht gewond. IN CLOEIEND IJZER GEVALLEN. Ongeluk op gieterij te Vaassen. Zaterdagochtend half twaalf is op dc ijzergieterij „Vulcanus" te Vaassen de werkmeester Stevens in gloeiend ijzer gevallen. Met zware brandwonden is hij naar het Gem.-Ziekenhuis te Apel doorn overgebracht. Drie andere arbei ders. die in de nabijheid van Stevens werkten, kregen lichte verwondingen. Na ter plaatse te zijn verbonden kon den zij op eigen gelegenheid naar huis gaan. Omtrent .de oorzaak meldt men, dat werkmeester Stevens tijdens het ijzer- gieten op een leeg olievat stond. Onder het werk is gloeiend ijzer onder het leege olievat geloopen. Door .de hitte hebben zich hiqrjn dampen ontwik- veld, welke tot ontploffing zijn geko men. liet vat vloog uit e-kaar mot -bo venstaand noodlottig gevolg. Zijn spatschermlampjes in bebouwde kom voldoende „Is het vodoende indien de automo bilist, die bij donker op een weg met straatverlichting binnen de bebouwde kom rijdt, aan den voorkant van zijn wagen alleen 2 spatschermlampjes ontstoken lieeft V' Ziedaar do vraag welke clezer dagen voor den Kanton rechter te Breda v. erd behandeld, een zaak van prin-upi-iel belang voor alle automobilisten. In Prinsenhag3 werd een au'omobi- list, die in het verlichte gedeelte van le bebouwing uitsluitend deze lamp jes aan had d >or de marechaussee bekeurd, omdat deze. va:i oordeel was, dat volgens de wet ook de dimlichten in de koplampen zouden moeten zijn ontstoken. Daar deze opvatting allereerst on- juist moet worden geacht, doch daarbij ziekte en ellende. De heer Mordaunt had hem alles met de schrilste kleuren afgeschil derd en tot eenig antwoord had zijne Lord schap geraasd en gevloekten eens toen de jicht hem bijzonder plaagde, had hij gezegd, dat die heele troep maar hoe eerder hoe lie ver uitsterven en door de diakonie begraven moest worden en daarmee uit. En toch terwijl hij naar het kleine handje keek en van het kleine handje naar het ernstige, openhartige gezichtje, begon hij zich werke lijk te schamen over deze achterbuurt en over zich zelven. „Hoe heb ik het er nu mee zei hij, „wilt gij mij soms modelwoningen laten bouwen, zeg En hij legde werktuigelijk zijn grootc hand op het kleintje en streelde het. „Deze moeten afgebroken worden," liep Cedric met groote levendigheid. „Liefste heeft het gezegd Wij moesten wij moes ten er morgen heengaan en ze terstond laten afbreken De menschen zullen zoo blij zijn als zij u zien Zij zullen terstond begrijpen, dat gij komt om hen te helpen En zijne oogen blonken als sterretjes in het verhit gelaat. De Graaf stond van zijn stoel op en legde het kind de hand op den schouder. „Kom, ga mee op het terras wandelen dan zullen wij er onderwijl eers over praten," zei hij met een glimlach. En hoewel hij zijn gewonen, korten, scham peren lach nog een paar maal liet hoeren, terwijl zij naast elkander heen en weer lie pen op het breede steenen terras, hunne ge wone avondwandeling, scheen hij toch te denken aan iets, dat hem niet zoo onaange naam stemde en nog altijd rustte zijne nand op den schouder van het kleine ventje. HOOFDSTUK X. DE GRAAF IN ONRUST. De waarheid was, dat mevrouw Errol al lerlei droevige ontdekkingen gedaan had, terwijl zij haar werk voortzette onder de ar men van het dorp, dat er, van de heide ge zien, zoo schilderachtig uitzag'. Van nabij tot zeer groot ongerief voor tal van au tomobilisten zou leiden, deed de A.N.W.B. den geverbaliseerden auto mobilist door ir. R. Tijken als deskun dige bijstaan. Deze betoogde, dat ofschoon het Mo tor- en Rijwielreglement inderdaad cisclit dat „koplichten" ontstoken moes ten zijn, dit niet mag worden ver ward. met „koplampen." Het Regle ment geeft geen definitie van het be grip „koplicht", zoodat deze uit de vel schillende voorschriften moet worden afgeleid. Gaat men deze nauwkeurig na, dan blijkt dat de spatschermlampjes aan alle eischen voldoen welke aan de kop lichten binnen de verlichte kom wor den gesteld, zoodat men hier wel dege lijk van koplichten in den zin der wet kan spreken. In de praktijk voert het gebruik van dimlichten in de stad bo vendien tot ongewenschte toestanden. Het effect van het knippersignaal wordt er door verminderd, het ver keerbeeld wordt veel onrustiger, ter wijl bij natte straten ernstig verblin dingsgevaar optreedt door gereflec teerde stralen. Ook uit een oogpunt van verkeersveiligheid, aldus ir. Tij ken, acht de A.N.W.B, het standpunt van verbalisanten dus zeer bedenkelijk Hij meende dat het overigens niet aan twijfel onderhevig was of liet ge bruik van alleen stadslampjes in de gegeven omstandigheden niet alleen volgens den ietter d(\ v- maar ook volgens de bedoeling van den wetge ver voldoend-; is. De Kant on rechte mr. Ter Veer, kon zich, nadat de ambtenaar van het O.M. een boete van f0.50 had geëischt, omdat :.1. de automobilist wel in overtreding was geweest, met de opvatting van den deskundige van den A.N.W.B. vereeni gen en ontsloeg den automobilist in kwestie van rechtsvervolging. bekeken, was het vrij wat minder schilder achtig dan uit de verte. Zij vond luiheid armoede en onwetendheid, waar vlijt en wel gesteldheid hadden moeten wonen, en het duurde niet lang of zij wist dat Erleboro als het slechtste dorp werd beschouwd, uren in den omtrek. Dominé Mordaunt had haar heel wat verteld van zijne teleurstellingen en be swaren en zij had zelve ook al veel ervaring- opgedaan in dat opzicht. De agenten, die de bezittingen tot nog toe bestuurd hadden, waren er altijd veel meer op uit geweest om het den Graaf naar den zin te maken, dan om zich veel te laten gelegen liggen aan de ontaarding en den achteruitgang van de arme boeren. Veel was verwaarloosd en ver onachtzaamd, waarvoor zorg gedragen had moeten worden en zoo was het van kwaad tot erger gegaan. Vooral Earl's-Court zooals de buurt heet te, was met zijne vervallen huizen, zijne ar moedige, onverschillige, ziekelijke bevolking, eene schande voor den Graaf. Toen mevrouw Errol er voor de eerste maal den voet zette, walgde zij er letterlijk van. De vuilheid en slordigheid, dat gebrek aan alles was het leven veraangenaamt of ook maar dragelijk maakt, had haar in de groote stad nooit zoo getroffen als hier buiten. Er moest toch iets aan te doen zijn, meende zij. En terwijl zij naar de bleeke, verwaarloosde kinderen keek. die daar opgroeiden te midden van zonde en schaamtelooze onverschilligheid, dacht zij aan haar eigen jongen, die zijn leven door bracht in het prachtige kasteel, bewaakt en bediend, als een kleine prins, zonder onver vulde wenschen te kennen, omringd door weelde en gemak en schoonheid. En in haar verstandig moederhart rees eene vermetele gedachte op. Langzamerhand was zij begin nen op te merken, dat haar jongen zoo ge lukkig was geweest den Graaf voor zich in te nemen en dat deze hem zeker niet weige ren zou wat hij dringend wenschte. „De Graaf geeft hem al wat hij verlangt," sprak zij tot dominé Mordaunt. „Geen luim, die hij niet zou inwilligen. Waarom zouden wij van die toegefelijkheid geen gebruik ma ken ten bate van anderen Ik zal wel zor- CINEMA DE HAAN WIERINGEN WIJ VERWACHTEN PLOTSELING STERFGEVAL. Zaterdagmorgen was de hoogbejaar de YVijnant Keizer uit Groet (Gem. Schoorl) op familiebezoek in Koedijk. Door plotselinge ongesteldheid bleef hij dood op den weg liggen. Na medisch onderzoek is hij naar het lijkenhuis vervoerd. IN WASCHWATER VERDRONKEN. Zaterdagmiddag om vier uur viel het 2-jarig zoontje van de familie Valk, wonende aan de Kerksteeg te Drunen in een onbewaakt oogenblik voorover in het waschwater. De ouders waren slechts een oogenblik afwezig geweest, toen zij het treurige geval ontdekten. Dr. Akkerman heeft langen tijd ge tracht de levensgeesten op te wekken, doch zonder resultaat. gen, dat het gebeurt." Zij kende het vriendelijke, medelijdende hart van haar kind daarom vertelde zij hem van Earl's-Court, vast overtuigd, dat hij er met zijn grootvader over spreken zou en in ds hoop, dat de goede gevolgen niet zouden uitblijven. En hoe vreemd iedereen er ook van opzag, deze verwachting werd niet beschaamd. Niets had meer invloed op den Graaf dan het on bepaald vertrouwen zijn eijn kleinzoon het feit, dat Cedric altijd de beste, de edelmoe digste daden van zijn grootvader verwachtte. Hij kon er niet toe komen het kind te laten ontdekken, dat hij heel weinig lust had om edelmoedig te zijn en dat hij altijd zijn eigen zin trachtte door te zetten, al was die nog zoo slecht. Het was zulk eene geheel nieuwe gewaarwording, aangestaard te worden als een weldoener van het men- schelijk geslacht, als een toonbeeld van goed heid en nobelen zin, dat hij het geen aange naam denkbeeld vond in de lieve bruine oo gen te kijken en te zeggen „Ik ben een hardvochtige, zelfzuchtige oude kerelik heb nog nooit in mijn leven eene edelmoedige daad gedaan, en hoe het daar in Earl's-Court toegaat, kan mij geen zier schelen," of iets van dien aard. Hij was langzamerhand ge noeg van het blonde jongetje gaan houden, cm tegenover hem wel eens het gevoel te willen hebben,, dat hij eene goede daad verricht had. En hoewel hij in stilte zich zel ven uitlachte, zond hij, na kort beraad, eene boodschap aan Newick en had een langdurig' onderhoud met hém over de beruchte buurt, en het slot daarvan was, dat de vervallen krotten afgebroken en nieuwe huisjes ge bouwd zouden worden. (Wordt vervolgd.) IN VIER BLADEN AD VERTEEREN VOOR EENMAAL BETALEN 1 Wieringermeerbode. Wieringer Courant. De Polderbode. Zljper Courant. j

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1938 | | pagina 1