EEN PRINSES OP SOESTDIJK GEBOREN. 29e JAARGANG DINSDAG i FEBRUARI 1938 No. 13 NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WIERINGEN EN OMSTREKEN 'H HET IJS GEBROKEN EEN PRINSES IS GEBOREN! REIST PER W.A.C.O. WIERINGER COURANT VERSCHIJNT ELKEN DINSDAQ. DONDERDAG EN ZATERDAG ABONNEMENTSPRIJS per 3 maanden f 1.25. UITGEVER CORN. J. BOSKER WIERINGEN. BUREAU Hippolytushoef Wieringen Telef. Intercomm. No. 19. ADVERTENTIëN Van 1 5 regels Iederè regel meer f 0.50 f 0.10 Gistermorgen, 31 Januari 1938, om 9.47 heelt Hare Koninklijke Hoogheid Prinses Juliana het leven geschonken aan een Prinsesje. Moeder en Kind maken het beiden goed. EEN EN VIJFTIG MAAL KLONK HET KANON. Gezondheidstoestand van Moeder en Kind zeer bevredigend. Het officiëele communiqué, dat over de blijde gebeurtenis is verschenen, luidt H.K.H. Prinses Juliana heeft heden, den 31sten Januari 1938, des voormiddags te 9.47 uur het leven geschonken aan een flinke dochter. De toestand van moeder en kind is op het oogenblik zeer bevredigend. Dr. J. de Groot. Dr. C. L. de Jongh. FEUILLETON 26.) Terwijl hij de lucifer afstreek, sloeg hij een blik op de toonbank. „Wel heb ik van mijn leven riep hij. „Daar ligt een briefIk heb hem niet zien komen. De bode moet hem gebracht hebben, terwijl ik straks op de stoep stond en de cou rant lag er boven op Hij nam den brief op en bekeek het adres. „Van hem riep hij. „Van niemand an ders dan van hem Hij dacht niet meer aan zijne pijp, ging weer zitten, kreeg zijn pennemes uit den zak en sneed het couvert open. „Wat zou er nu voor nieuws in staan zei hij. Toen ontvouwde hij het papier en las het volgende „Dorincourt-Castle. „Waarde mijnheer Hobbs, „Ik schrijf in groot© haast omdat ik u- iets nieuws te vertellen heb en ik weet dat gij heel verwonderd zult zijn als gij het leest. Het is eene vergissing geweest en ik ben geen lord en ik word naderhand ook geen graaf en er is eene dame die getrouwd was met m'n oom Bevis die dood is en zij heel£ een jongetje die is Lord Fauntleroy want dat is de wet in En geland het zoontje van den oudsten zoon van den graaf is een graaf als de anderen dood zijn, ik meen als zijn grootvader en zijn va der dood zijn mijn grootvader is niet dood maar mijn oom Bevis wel en nu is zijn jon getje Lord Fauntleroy omdat mijn papa de jongste zoon was en ik heet Cedric Errol net als toen in New-York was en allés is van het jongentje wat ik eerst dacht dat van mij zou zijn, eerst dacht ik dat ik hem ook mijn po Met 51 saluutschoten en met het luiden der klokken van stads- en kerktorens is gister morgen tusschen tien uur en half elf het het blijde bericht van de geboorte eener Prinses in stad en land, tot in de verste uit hoeken, bekend gemaakt. Een Prinses geboren Het Prinsesje weegt zeven pond en heeft een lengte van 52 cm. Be gezondheidstoestand van Prinses Julia na is gunstig, H.K.H. is zeer rustig. Prins Bernhard heeft zelf overgelukkig telefonisch het blijde bericht der geboorte van zijn dochter aan vele bekenden medege deeld. En door de straten van steden en dorpen trokken de herauten en staken de bazuinen, de radio verspreidde het groote nieuws over de geheele wereld, overal ontplooiden zich de vlaggen, de schooljeugd kreeg vrij-af, men tooide zich met Oranje en één feestgejubel weerklonk van Dollard tot Schelde. Be gedachten van alle Nederlanders gaan thans naar de residentie van H.K.H. Prinses Juliana en Z.K.H. Prins Bernhard, de innig gelukkige ouders der jonge Prinses. BIJ DE GEBOORTE VAN DE JONGE PRINSES. Groote beteekenis van de vrouw in het Oranjehuis. De vraag, die in ieders belangstelling leef de, of de Oranjetelg een jongetje of een meis je zou zijn, is thans beantwoord. Evenals haar grootmoeder en haar moeder vóór haar, heeft thans Prinses Juliana het leven ge schonken aan een dochter. Wij weten niet of dit Koningskind eenmaal .den troon zal bestijgen, want bij de erfopvol ging in Nederland gaat ook de jongere zoon vóór de oudere dochter. Mocht deze jonge prinses echter alleen blijven of enkel zus ters krijgen, dan kan in de wereldhistorie zeker unieke situatie ontstaan, dat onze lage landen bij de zee volgens menschelijke verwachting en berekening tenminste een eeuw lang, te beginnen bij het jaar 1890, door gekroonde vrouwen zullen worden be stuurd. Eerst Regentes Emma, nu Koningin Wilhelmina. later Koningin Juliana en dan daarna déze prinses als Koningin. Waarlijk een schoone vorstelijke keten van vrouwelijke schakels. (Een abonné zond ons het volgende gedicht ter plaatsing). Wijze Wien Neerlands bloed. Wien Neerlands bloed door d'ad'ren vloeit Van vreemde smetten vrij, Zingt met ons mee uit volle borst, Verheft den stem als wij. Het Prins'Ujk paar dat werd verblijd Met 't eerste pand der min, Wij wenschen hun thans veel geluk, En ook de Koningin (bis» Opnieuw bloeit dus d' Qranjebpom, En brengt haar vruchten voort, Daarom is Neerlands volk verblijd En jubelt zoo't behoort Alomrne roept men luid, Hoezee En stemt het blijde in Met leve lang 't Prinselijk Paar. En onze Koningin Zoo is ook hare Majesteit, Als wij met haar verblijd, Dus geldt de jubeltoon ook Haar. Gehoord thans, wijd en zijd. Elk is verheugd en zingt ook mee In diepgevoelden zin, Lang leef het Prinselijk Paar En ook de Koningin (bis) Lang leve ook de teedere spruit Van de Oranjeboom, Geef God maar dat het groeien mag, En worden groot en vroom, Haar zij dus ook deez' zang gewijd Met een oprechten min, De hope van het jonge Paar, Van Volk en Koningin (bis). Heemstede L. T. BINNENLANDSCH NIEUWS. GROOT BEDRAG GEVONDEN IN LEEGSTAANDE VILLA. Gevulde kous met f 50.000 bij het verhuizen ontdekt. Aan den weg van Bergen naar Kg- rnond aan. den Hoef staat, achter het groen verscholen, een eenzaam land huis, waar een 30 jaar geleden de lieer Gildemees er woonde mer als huisgre- noote, een zekere mej. Ilasselman. De beide meuschen woonden daar een zaam en kwamen weinig met andere meuschen in aanraking. Ongeveer zes jaar geleden overleed daar de heer Gil- demeester en een groot deel van zijn kostbaar antiek meubilair oY) porse lein heeft hij vermaakt aan musea te Amsterdam en Leiden. Ongeveer ze ven weken geleden kwam mej. Ilassel man te overlijden en ho: landhuis stond daar geruim en tijd éénzaam en verlaten. l)e talrijke erfgenamen heb ben het daarna, in overleg met den Ilaagschen No laris Van der (dessen, wenschelijk geoordeeld om den inboe del in Don Ifaag tè verkoopcu en deze inboedel werd overgebracht naar het Haagsche Vendu huis van de Notarissen aan de Nobelst raat. Transporteurs van dit endubuis kregen de vorige week las om den in boedel naar Den Haag over te bren gen, waaivoor een drietal .vrachtau to's noodig was. Nadat alles opgeladen Was en men zou vertrekken, ontdekte de oudste knecht in het leege huis in een van de muurkasten een gevulde kous, die tot zijn verwondering met bankbiljetten van f 1000 en f 500 ge vuld was tot een bedrag van ongeveer f 50.000. De transporteurs bebben dezen schat aan den Notaris overgedragen en d< j villa zal thans nog eens aan een nauw keurig onderzoek worden onderworpen. HOFJAGER SPEK WEER THUIS. -Mei den trein van 11.57 uur is de hof jager W. Spek, die van 29 November j.1. af in het Burgerziekenhuis te Amster dam verpleegd werd, Zaterdagochtend weer in zijn woonplaats Apeldoorn teruggekeerd. De hoer Spek was vergezeld van zijn echtgenoote. Zij begaven zich per auto naar- hun woning, de villa „Jagers hof", gelegen in het Koninklijk park achter hel Paleis Het Loo. Tiet bleek, da$ de knieblessure, die de heer Spek bij holt auto ongeval heeft opgcloopcii, hem bij het loopen nog merkbaar hinderde. ny en mijn wagentje moest geven maar groot vader zegt van niet, mijn grootvader vindt! het heel erg naar en ik geloof niet dat hij veel van die dame houdt maar misschien denkt hij ook wel dat het liefste en mij erg spijt dat ik geen graaf word ik zou nu liever een graaf willen zijn dan eerst want dit is een mooi kasteel en ik houd zoo veel van alle menschen hier en niemand die rijk is kan zoo veel doen en ik ben nu niet rijk omdat papa de jongste zoon was, dan is iemand niet rijk ik zal nu leeren werken om voor liefste te zorgen als ik groot ben, ik heb Wil- kins gevraagd of hij mij leeren wil op de paar den te passen dan kan ik naderhand mis schien wel koetsier worden, de dame kwam met haar zoontje op het kasteel en grootva der en mijnheer Havisham hebben met haar gepraat en ik geloof dat zij boos was want zij praatte zoo hard, en grootvader was ook boos ik had hem nog nooit zoo boos gezien en ik wilde het u en Dick dadelijk vertellen omdat gij veel van mij houdt, nu moet ik eindigen en ik blijf altijd uw liefhebbende vriend Cedric Errol (niet Lord Fauntleroy.)" Mijnheer Hobbs zonk in zijn stoel achter over en liet de hand, waarin hij den brief hield, op zijne knie rusten het pennemes viel op den grond en het couvert volgde. „Ik mag een staart krijgen riep hij ge heel verbijsterd. „Dus is alles nu uit vroeg Dick. „TJit zei mijnheer Hobbs verontwaardigd. „Ik wed, dat het alles afgesproken werk is van die Britsche aristocraten, die hem zijn recht niet gunnen omdat hij een Amerikaan is Zij hebben altijd wat tegen ons gehad na de Revolutie en nu wreken zij dat op hem. Heb ik u niet gezegd, dat hij er niet veilig was Nu ziet gij het zelf Al de groote lui hebben samengespannen om hem zijn geld en goed af te nemen, geloof dat maar ge rust Hij was geheel uit het veld geslagen. In den beginne was hij volstrekt niet ingenomen geweest met de groote verandering in de om standigheden van zijn vriendje, maar later was hij er mee verzoend geraakt en na de ontvangst van Cedric's eersten brief had hij er zelfs met een zekeren ttots aan gedacht, dat de aanstaande bezitter van zooveel heer lijkheden zich zijn vriend bleel' noemen.. Hij mocht dan al geen hoogen dunk hebben van graven, maar hij wist, dat geld, zelfs in Ame rika. niet als iets verachtelijks beschouwd wordt en als die weelde en grootheid te ge lijk met den titel verloren moest gaan, was het toch een verschrikkelijk ding dat was het. „Zij willen hem bestelen zei hij, „dat willen zij, en de menschen, die over hem ge steld zijn, moeten daar toch op passen." En hij hield Dick bij zich tot laat in den avond, om over het geval te praten en toen de jonge man eindelijk heenging, bracht hij hem tot aan den hoek van de straatop den terugweg bleef hy voor het ledige huis stil staan en staarde het huurbordje aan en rookte zijn pijp, maar zijne onrust wilde niet wijken. HO OF STUK II DE MEDEDINGERS. Een dag of wat na het groote diner op Dorincourt wist iedereen in Engeland, die couranten las, het romantische vervolg van Cedric's geschiedenis. Het was werkelijk een interessant verhaal als men het in al zijne bijzonderheden hoorde vertellen. Daar was vooreerst het kleine Amerikaansche jongetje, dat naar Engeland gebracht was om Lord Fauntleroy te worden, en dat zoo beminnelijk en aardig moest zijn, de heveling van allen, die hem leerden kennen dan de oude Graaf, zijn grootvader, die zoo trotsch was op zijn erfgenaam verder het mooie, jonge moeder tje, aan wie hij maar niet kon vergeven, dat zij met kapitein Errol getrouwd was, en nu weer dat zonderlinge huwelijk van Bevis, den overleden Lord Fauntleroy en de vreem de vrouw van wie niemand iets wist, en die door geheel West-Friesland naar DEN HELDER—WIERINOERMEER en AMSTERDAM. VLUG VEILIG GOEDKOOP. Verwarmde wagens! daar op eens uit de lucht kwam vallen met haar zoon, van wien zij beweerde, dat hij de echte Lord Fauntleroy was, en dat zijn rech ten erkend moesten worden. Over al deze dingen werd gepraat en geschreven en zij maakten overal groote sensatie. En toen kwam het bericht, dat de Graaf van Dorin court geen vrede had met den loop, dien de zaak genomen had, dat hij de rechtbank te hulp zou roepen, en dat een allerzonderlingst proces dus waarschijnlijk het gevolg zóu zijn. Er was nog nooit zulk een opschudding ge weest in het graafschap, waarin Erlsboro ge legen was. Op marktdagen stonden de men schen in groepjes bij elkander en bespraken het geval en opperden allerlei gissingen om trent den afloop de pachtersvrouwen legden theevisites aan, om elkander naar hartelust, in het lange en breede t vertellen wat zij wisten of menden te weten. Zij deden de bui- tensporigste verhalen omtrent de woede van den ouden Graaf, omtrent zijn besluit om den nieuwen Lord Fauntleroy nooit als zoo danig te erkennen en omtrent zijn afkeer van diens moeder. Natuurlijk was juffrouw Dib- ble weer het best op de hoogte, en stroomden de kinaten den geheelen dag haar winkeltje binnen. ,,'t Ziet er leelijk genoeg uit," sprak zij. „En als gij het mij vraagt, juffrouw, dan zou ik zeggen, dat het eene straf is voor de manier, waarop hij dat arme jonge schepsel van haar kind heeft afgehouden, want hij is zóó aan hem gehecht en zóó trotsch op hem, dat het gebeurde hem bijna krankzinnig heeft ge maakt. En daarbij komt dan nog, dat deze vrouw geene dame is, zooals. de mama van onzen kleinen Lord. Het is een schepsel met groote zwarte oogen en een brutaal gezicht en Thomas zegt, dat geen fatsoenlijk man in livrei orders van haar zou willen afwachten als zij in huis komt, gaat hij er uit, zegt Tho mas. En de jongen lijkt ev,en weinig op een lord als een bedelaar op een prins. De hemel mag weten wat het eind zal wezen 't was of ik door den grond zou zinken toen Jane met het bericht thuis kwam. Iedereen was er vol van de Graaf en de DOOR KOLENDAMP OM HET LEVEN GEKOMEN. In een woonschip aan de Stommeer kade ie Aalsmeer heeft zich een ern stig. geval .van kolendampvergiftiging voorgedaan, waarhij de 54-jarige Nee)- jé Been, huisvrouw van A. Wey, oh* hef, leven is gekomen. Toen Vrijdagmiddag een 'dochter van den heer Been bij de woonschuit kwam, was daar alles-s il. Zij tikte op het raam, daar zij haar vader op 'n .stöel in de kamer zag zitlen. De man bewoog zich echter niei en gaf iaal noch toeken. De dochter sloeg hierop een ruil stuk en kroop, naar binnen. Een benauwde lucht van kolendamp sloeg haai- tegemoet. Zij ijlde, daarop naar het. slaapvertrek,waar .zij haar moeder in béd vorid. Zoo vlug als zij kon haalde do doch- <t hulp. Haar vader, die slechts bewus tclöós was, kwam wee.r bij, dank. zij de Irissclie lucht, die door de Kapo;. ge slagen ruit naar binnen stroomde loeu dr. IC. J. F. Bon ter plaatse arri veerde, moes hij na de vrouw van B. een vergeefsehc inspuiting te hebben gegeven, constateereen dat zij was overleden. De man verleide, toen hij wat op ver haal gekomen was, dat dc kachel den avond tevoren kolendamp had ver spreid. Zijn vrouw en hij hadden haar opengezet en meenden, da: de kachel het verder wel zou doen..Zij gingen op den gewonen tijd slapen, D.es nechts is de man wakker geworden en voelde zich ziek. Vrijdagmorgen orn 4 uur ging hij echter op den gewonen tijd van bed en is toen op een.sto.el gaan zitten. Hij herinnerde zich nog, dai hij cr om een uur of zes nog.zat, doch was te versuft om er zich voldoende rekenschap van te geven. Wat er daar na is gebeurd, weet hij niet. Hoewel hij door kol'eiidemp bedwelmd was, zal hij er vermoedelijk geen nadeelige gevol gen van ondervinden. Aan dc gemeen, e politie is van het geen gebeurt}, aangifte gedaan en is van dit droeve gebeuren procesverbaal opgemaakt. Bevordering paardenfokkerij. -Duitsche invoerrecht belem mer,. den handel. Bij de opening van de jaarlijksche algemeene vergadering van de Natio nale Vereeniging to: bevordering der paardenfokkerij in Nederland, deelde de heer H. A. van Beuningen mede, dat he. hoofdbestuur van den secreta ris van Z. K. II. Prins Bernhard be richt had tn vangen, dat z. K. II. hei' beschermheerschap van de. vereeniging heeft aanvaard. In he jaarverslag werd o.m. opge merkt, dat het handelsverkeer met hei buitenland in vergelijking met het vorige jaar is toegenomen, maar nog in zeer bescheiden zin. Zoolang het invoerrecht in Duitsch- op 5Ó0 Mark por maand blijft, kan van een belangrijken vooruitgang in heer Havisham, die. in de bibliotheek zaten te praten, het dienstpersoneel in de beneden verdieping, waar Thomas en de andere knechts en de meiden den heelen dag over niets andèrs praatten en allerlei uitroepen deden in de stallen, waar' Wilkins zijn ge wone werk deed, maar lang - niet met zijne gewone vroolijkheid hij verzorgde den brui nen pony nog eens zoo. goed als anders en verklaarde voor de honderdste maal „dat hij nog nooit een jongeheer had leeren rijden, die het zoo gauw beet had en zoo moedig was als hij. Hij was er een, waar men voor zijn plezier achter zou rijden." Te midden'van al die onrust en opgewon denheid was er één persoon, die kalm en on bewogen bleef dat was de kleine Lord Faunt leroy, die dan nu geen Lord Fauntleroy meer was. Toen de staat van zaken hem werd me degedeeld, had hij eerst was droefheid en teleurstelling gevoeld, maar gekrenkte eer zucht had daar part noch deel aan gehad. Terwijl de Graaf hem vertelde wat er ge beurd was, had hij op een stoel gezeten met den arm om zijn knie, zooals hij dikwijls deed wanneer hij ingespannen naar iets luisterde en toen het verhaal uit was, keek hij heel ernstig. „Het geeft mij een raar gevoel een erg raar gevoel," zei hij. De Graaf keek het kind zwijgend aan. Het gaf hem ook een „raar" gevoelnog nooit in zijn leven had hij eene dergelijke gewaarwor ding gehad. En dat gevoel nam nog toe, toen hij de schaduw zag, die het anders altijd zoo blijde gezichtje bedekte. .Zullen zij liefste haar huis en haar rijtuig ook afnemen vroeg Cedric met een bedrukt en bevend stemmetje. (Wordt vervolgd.) IN VIER BLADEN AD VERTEER EN VOOR EENMAAL BETALEN l Wlerlngermeerbode. Wieringer Courant. De Polderbode. Zijper Courant. i

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1938 | | pagina 1