TRiUMPH DOUWE EGBERTS ROOK 'n -Cef&eh. pijpje. DE BESTE 1 CENT SIGARET 29e JAARGANG ZATERDAG i© FEBRUARI 1938 No. 21 NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WIERINGEN EN OMSTREKEN L GELOUTERD BEZOEKT MET DE WACO HET CARNAVAL TE BONN. WIERINGER COURANT VERSCHIJNT ELKEN BUREAU ADVERTENTIëN DINSDAG. DONDERDAG EN ZATERDAG UITGEVER: "Jr Hippolytushoef Wieringen Van 1 5 regels f 0.50 ABONNEMENTSPRIJS CORN. J. BOSKER WIERINGEN. S-e^ Telef. Intercomm. No. 19. Iedere regel meer f 0.10 per 3 maanden f 1.25. 1 MOND- EN KLAUWZEER. De bestrijders maken goede vorderingen. In een buitengewone bijeenkomst van de Maatschappij voor Diergenees kunde heeft dr. H. S. Freiikel, direc teur van het staats- en veeartsenijkun- dig onderzoekings-instituut, een voor dracht gehouden over de tot nu toe verrichte onderzoekingen Sn verband met het mond- en klauwzeer en over de daarbij bereikte voorloopige resul taten. Het onderzoekings- instituut is thans zoover gevorderd, dat men groo- te kwantiteiten virus kan kweeken, ruim voldoende om daarmede den Ne- derlandschen veestapel te enten. Het mond- en klauwzeer vertoont tot heden 3 hoofdtypen, welke door den Franschen onderzoeker Vallée, type o. en type a. werden genoemd, later voeg de een Duitsche mond- en klauwzeer specialist er nog een type c. aan toe. Het smetstoftype a. werd reeds gedu rende 3l/z jaar in onderbroken passa ges door dr. Frenkel gekweekt. Het type o., dat de oorzaak is van thans heerschen epizootie, werd sedert het begin dezer epizootie gekweekt. Hygiënische maatregelen. Met deze cultuursmetstof heeft spre ker met zijn medewerker, den heer Van Waveren, proeven in de practijk genomen en wel studie gemaakt in de eerste plaats van de z.g. simultaan- enting, daarbij gelijktijdig z.g. recon valescentenserum onderhuidsch en cul tuursmetstof in het tongslijmvlies wer den ingespoten. Deze simultaan-enting ging gepaard met een door dr. Frenkel voorgeschreven hygiënischen maatre gel, welke hierin bestond, dat het mel ken personeel telkens vóór het melken van een koe de handen in een oplossing van x/2 pCt. natronloog moest was- schen. Deze maatregel had goede ge volgen, aangezien bleek, dat hierdoor in den regel het optreden van tepel- Maren en de daarbij aansluitende uierontsteking grootendeels konden worden voorkomen. Dr. .T. II. Picard, inspecteur van den veeartsenijkundigen dienst, die dr. Frenkel met verschillende veehouders bedrijven in verbinding bracht, voeg de aan dezen hygiënischen maatregel nog een zeer belangrijke toe, namelijk het vooraf in sterielen staat brengen van de klauwranden en tusschen klauwspleet dooi- middel van herhaal de dagelijksche penseelingen met 10 pCt. jodium tinctuur. Het is spreker gebleken, dat deze maatregel van groote beteekenis was, omdat, hoewel de resultaten ook zon der behandeling met jodiumtinctuur grootendeels gunstig waren, hierdoor toch een belangrijk grootcre zekerheid kon worden verkregen. Door onvol doende toepassing van de hygiënische maatrelen zijn enkele in de experimen ten betrokken dieren aan secundaire infecties te gronde gegaan. Met de toepassing, op strenge wijze, van beide hygiënische hoofdmaatrege len konden echter steeds complica ties worden voorkomen en vele dieren zijn ge-immuniseerd. Opmerkelijk was, dat de geënte run deren, hoewel ze ziek werden, slechts gedurende enkele dagen minder melk gaven de eetlust was meestal op don vijfden of zesden dag na de enting; ge ring, maai' keerde spoedig daarna weer geheel terug. Uit deze experimenten is duidelijk gebleken, dat door een gecombineerde toepassing van immuunserum en cul tuurvirus een immunisatie der runde ren tegen mond- en klauwzeer is te be reiken en dat men door toepassing van bovengenoemde hygiënische maaitrege len secundaire infecties kan uitschake len, welke in hoofdzaak de gVoote scha de bij de dieren teweeg brengen. Voor toepassing op groote schaal, als bestrijdingsmethode, kan echter aan deze z.g. simultaan-enting geen beteekenis worden toegekend wegens de groote hoeveelheden serum, lie er immunisatie is op te bouwen Bezwaren. Er kleven voorloopig echter enkele bezwaren aan beide methoden, waar voor men niet blind mag zijn. Met be trekking tot de simultaan-enting is reeds het groote kwantum serum, dat er voor noodig is, naar voren gebracht. Voor beide methoden geldt, dat de die ren soms vrij ernstig, gedurende enkele dagen, .ziek zijn, ook al tracht men door vérgaande verdunning den aan val van de smetstof zoo zwak mogelijk te doen zijn. De juiste toepassing van de hygiënische maatregelen vordert, met name wat de klauwbehandeling betreft, veel ingespannen arbeid, ter wijl ook de verpleging in het algemeen veel meer zorg vereischt. Ook zullen er zekere eischen van hygiëne aan de stallen moeten worden gesteld. Lang niet op alle stallen zal men zonder ge vaar voor complicaties deze entingen in toepasssing kunnen brengen. Hebben de experimenten naar dr. Frenkel's overtuiging ons reeds veel geleerd en ons inderdaad nader gebracht tot de oplossing van dit zoo hoogst moeilijke vraagstuk, zijn stre ven blijft er op gericht een immuni- satie-methode te vinden, waarbij de dieren zeer weinig of niet ziek worden, hetgeen hij met behulp van gekweekt mond- en klauwzeervirus hoopt te be reiken. DE BOTERHEFFING. Wij vernemen van bevoegde zijde, dat het bedrag, bedoeld in artikel 2 van de Crisis Zuivelbeschikking '35 V, dat is het bedrag van de heffing en de steunuitkeering op boter, behoudens tusschentijdsche wijziging, voor de week van 17 t.m. 24 Febr. is vastge steld op 65 cent per Kg. (onveranderd.) FEUILLETON Ida blijft in gedachten verzonken, terwijl de heer Hartema de lezing van de courant voortzet. Na eenigen tijd komt de knecht binnen en geeft aan Ida een rose briefje. „Van mevrouw Donkerhuys roept Ida eenigszins verwonderd uit, en terwijl zij den inhoud van het briefje vluchtig doorloopt, zou voor een opmerkzaam waarnemer een zeer vluchtig blosje te bespeuren zijn geweest. Haar vader aanziende, zegt zij „Mevrouw Donkerhuys vraagt mij, of ze mij vanmid dag om half drie geen belet doet, daar zij me graag wil spreken." „Maar wat zou mevrouw Donkerhuys van je willen weten „Ik kan het niet nagaan," zegt Ida, hoe wel misschien de toon van haar stem niet zoo positief is als anders. Een zacht kloppen wordt aan de deur ge hoord. Na het „binnen" van Ida, verschijnt statig eene lange, magere, doch gespierde gestalte, met bleek onbewegelijk gelaat en gekleed in een lange donkerblauwe jas met zilveren knoopen, die bijna tot aan de voeten reikt. „Verexcuseer,, mijnheer, verexcuseer, freu le maar blijft de freule bij der attentie om tien uur af te rijden „Neen, Gijs, ik ga niet mee." „Is het koud, Gijs Mij dunkt, het ziet er niet prettig uit buiten," zegt de heer Harte ma. „Verexcuseer, mijnheer Koud is het niet, het is maar wat grimmig. Aleval, als Onze Lieve Heer de zon door de wolken wil jagen, dan kan het nog wel mooi weer worden." „Je moet hem niet altijd' uitlachen, Ida. voor noodig zouden zijn. In verband hiermede besloot spreker een experiment te verrichten waarbij geen serum, doch slechts virus werd gebruikt. Door strenge inachtneming van de hygiënische maatregelen zou getracht worden een immunisatie der runderen te bewerkstelligen met de virus-tejiilfiing zond.w meer. Spreker verdunde tot dit doel zijn cultuurvirus tot de uiterste grens, welke door mid del van entingen op caviae kon wor den vastgesteld. Ook bij deze proeven waren de resul taten gunstig en verliepen tot volle tevredenheid van de bedrijfshouders. Niettemin worden ook hier de geën te dieren ziek en kan worden opge merkt, dat de jonge runderen liet best op de enting reagceren. De experimenten met virus (zonder serum) omvatten plus minus 220 run deren en dienen nog te worden voort gezet. Men kan echter wel verwachten dat op deze wijze een systeem voor Hij is misschien de braafste kerel, dien ik ooit gekend heb." Van al de lui hier in de stad of onze ken nissen buiten, is er misschien niet één die zoo goed rijdt en zoo goed met paarden weet om te gaan als hij. En dan, weet je wel Ida, dat, al is het niet om het geld te doen, het een ellendig gevoel is te weten, dat je besto len wordt van de tien koetsiers is er mis schien niet één, die niet te veel haver of hooi in rekening brengt. En zie nu Gijs eens ik bemoei me nooit met de paarden, zij zien er prachtig uit, en laatst bleek mij nog, toen van Baaten mij zeide, wat zijn paarden hem aan onderhoud kosten, hoe betrekkelijk wei nig Gijs mij in rekening brengt. De man is niet volmaakt, hij heeft zijne zwakheden, maar hebben we die niet allemaal „Ik zou haast wenschen dat hij niet zoo eerlijk was," antwoordt Ida, „dan was hij misschien ook niet zoo vervelend." „Wat een lichtzinnig gezegde, Ida." „Ja, maar hij werkt op mijn humeur." „Kom, kom, zulk een prinsesje moet je niet wezen," antwoordt de heer Hartema opstaan de om naar zijn kantoor te gaan, en een blik werpende op een brief, die, van een postzegel voorzien, ter verzending gereed lag „Hebt ge weer aan Piet geschreven „Ja vader, ik heb hem gevraagd of hij Zon dag bij ons komt. Als we menschen hebben, die niet zoo bijzonder amusant zijn, vind ik het altijd prettig als Piet er bij is." „Alweer Piet en dat zoo zonder mij te vra gen of ik het goed vind ik heb je al meer malen gezegd, dat ik Piet liever niet zie kijk. die werkt nu op mijn humeur een jon gen, die eerst "het kleine fortuintje, dat zijn goede vader met groote moeite voor hem ver zameld heeft, er doorlapt en daarna er niets in vindt om op kosten van zijn oom te stu- deeren, of eigenlijk niet te studeeren, (want ik geloof dat hij een bedroefd klein beetje uitvoert), voor zoo iemand kan ik geen ach ting hebben, dien noem ik een verkwister en een luiaard." CRISIS - BUREAU. ECHTE FRIESCHE HEERENBAAI - 10 - 15 - 20 - 25 CT. PER '/2 ONS OUD-HOLL. PIJPTABAK - SCHOUT 15 CT. - COOPVAERT 10 CT. P. */a ONS BINNENLANDSCH NIEUWS. een Poolschen trawler. Er zijn enkele van deze trawlers, die varen met een grootendeels Nederlandsche bemanning en enkele Polen. De Poolsche regeering geeft voor deze traw lers subsidie, met de bedoeling de trawler- visscherij vanuit Polen te stimüleeren en op den duur, als men over voldoende geschoolde Poolsche visschers beschikt, de trawler met een geheel Poolsche bemanning te laten va ren. Tijdens, de laatste reis brak eerst een lid van de bemanning, woonachtig te IJmuiden, een been. Hij werd in Denemarken opgenomen in een ziekenhuis. Daarna brak de visscher DE ONTBERINGEN ONZER VISSCHERS. Wederom bleek ons dezer dagen, hoe zwaar het leven van onze visschers is. De visscher J. G. uit Egmond aan Zee had gemonsterd op 4 dagen van de grootste pret. Geheel verzorgd f 23.50, vertrek Zaterdag 26 Februari. Vraagt Prospectus. REISBUREAU WACO, Tel. 35 Tel. 184 HOORN. „Nu, nu, dat is wel een beetje hard, een luiaard is hij niet, hij leest enorm veel." „Ja, wat leest hij Altijd prulgedichtjes." „Prulgedichtjes van de beste dichters. Kan hij het helpen, dat hij meer liefhebberij heeft in de poëzie dan in de rechtsstudie „Maar van de poëzie kan hij niet eten. En hij moet er niet op rekenen, ik heb hem dit al meer dan eens gezegd, dat ik hem zijn leven lang zal onderhouden. Hij moet werken voor den kost, evenals ik heb moeten werken. En daarin zal hij zijn geluk eerder vinden, dan door te trachten onmogelijke verzen te maken." „Nu dat zal hij ook wel begrijpen, maar daarom kan hij Zondag toch wel komen u zult toch niet van hem verlangen, dat hij nooit rust neemt, ook op de Zondagen niet „Je bent een goede advocaat voor Pietals hij niet zoo'n leelijke jongen was, zou ik er misschien wat anders van gaan denken. Maar daar zal wel geen gevaar voor zijn, want ons juffertje kan nog al goed zien wat mooi en wat leelijk is, en ik denk niet dat ze zoo'n man zou willen hebben." „Ik vind hem verschrikkelijk leelijk, maar hij is zoo amusant, en dat heeft aanstaanden Zondag meer waarde." „Nu, je moet toch je zin hebben," ant woordt de heer Hartema, terwijl hij glimla chend de kamer verlaat. Eenigë oogenbiikken later was Ida in haar boudoir, om, zooals zij zeide, wat orde in haar boeltje te brengen, maar eigenlijk om alles wat zich daar bevond op eene zoo grillige wij ze te plaatsen, als het best met haar eigen smaak overeenkwam. De kamer was overvol. Als men binnentrad maakte zij meer den indruk van een of ander museum dan van de gewone verblijfplaats eener jonge dame. Reeds dadelijk trof den binnenkomende niet alleen de meer dan gewone pracht, waarmede het vertrek was gemeubeld, maar ook' de ver zameling van de meest heterogene bestand- deelen. Men vond daar zeer verschillende J. G. uit Egmond aan Zee een arm. Hij moest liefst 9 dagen aan boord blijven alvorens ge neeskundige hulp kon worden ingeroepen. Gedurende die negen dagen stond zijn gage stil en ook sindsdien ontving hij geen enkele uitkeering, daar de Poolsche trawlers niet on der de Zee-Ongevallenwet vallen. Met veel moeite wist G. gedaan te krijgen dat hem tenminste reisgeld verstrekt werd van Gdynia, waar hij aan land gezet was, naar Amster dam. Hoewel zelf moeilijk reizend met zijn meubels in de grootste eendracht naast el kander voorwerpen van den meest baroquen stijl stonden daar naast anderen, door de strengste lijnen begrensd men kon zien, dat de eigenares alles wat zij slechts mooi vond, eene plaats in haar kamer waardig keurde en zich niet veel bekommerde om de harmo nie van het geheel. De schoorsteenmantel en het bovenvlak der elegante schrijftafel waren als overdekt met tallooze voorwerpen van al lerlei aard, die de ergernis van Bet uitmaak ten, als zij dagelijks in de kamer harer mees teres stof moest afnemen. Bet kon niet* be grijpen wat men had aan al dat „rut", zooals zij het noemde het kon alleen maar breken en dan had men er maar verdriet van. Voegt men nu nog daarbij dat de vakken, waarin de wanden van het vertrek waren ver öeeld, voor de helft uit spiegels bestonden en voor de andere helft waren volgehangen met schilderijen, platen, photographieën en ande re ornamenten, dan zal men zich kunnen voorstellen, dat deze chaos, door de talrijke spiegels naar alle zijden weerkaatst, een too- neel van de grootste verwarring opleverde. Eenigen tijd was Ida bezig geweest met het schikken der verschillende zaken, toen zij het portret in handen kreeg van twee harer bes te vriendinnen, beide Amerikaansche schoo- nen. Met welgevallen bekeek zij ze. Wat za gen zij er goed uit Zouden zij niet veranderd zijn Hoe lang was het nu geleden, sinds zij ze niet gezien had Dezen zomer was het drie jaar geweest. Drie jaar op den leeftijd eener twintigjarige zeker geen kleinigheid. Ida kon niet nalaten even een blik in den spiegel te werpen. Neen, zij kon nog gerust zijn, zij was niet veranderd sedert haar zeventiende jaar misschien iets voller geworden, maar dat was zeker niet in haar nadeel. De spiegel stelde haar gerust, en waarheen zij ook het oog wendde, al de andere spiegels gaven hetzelfde antwoord. Was het daarom dat zij zooveel spiegels in haar kamer had laten aanbrengen Want alt had zij laten doen zij zeide, omdat spie gebroken arm, moest hij op deze reis nog zor gen voor zijn kameraad uit IJmuiden, die een been gebroken had. Deze was namelijk uit het ziekenhuis in Denemarken na korten op straat gezet, omdat de reederij zijn verpleging niet verder betaalde. Gelukkig liep juist op dien dag de trawler de haven binnen en kon hem zoodoende meenemen naar Gdynia, van waar de beide patiënten tenslotte, zij het on der zéér moeilijke omstandigheden, per trein de thuisreis konden aanvaarden. Uit dit onopgesmukte relaas, dat de heer G. deed, blijkt eens te meer hoe moeilijk het visschersleven is en aan welke gevaren en ontberingen de visscher bloot staat. Dat op de Poolsche trawlers ook in finantieel opzicht bij ongevallen niet voor hem gezorgd wordt, is dan nog maar een bijkomende omstandig heid 101-JARIGE OVERLEDEN. In den ouderdom van 101 jaar is heden te Delft overleden de weduwe W. W. Versluys van Dolk. Zij vierde op 20 Januari j.1. onder groote belangstelling den dag, waarop zij 101 jaar werd. gels eene kamer zoo vroolijk maakten, maar haar vader, en ook neef Piet, hadden haar wel eens geplaagd, dat zij het verlangd had, om haar eigen figuurtje goed, gemakkelijk en van alle zijden tegelijk te kunnen zien. Piet had er bijgevoegd, dat hij het zich best be grijpen kon om dezelfde reden als hij den eenigen gebroken spiegel, die in zijn kamer hing, eerst omkeerde en later geheel liet ver wijderen, was het van Ida verstandig, dat zij veel spiegels verlangde. Hoe leelijk Piet ook was, dit complimentje had Ida toch genoe gen gedaan, al had zij hem ook gezegd, dat hij het jokte, dat zij het daarom zoo had ge wild. Weder sloeg zij het oog op die twee vroo- lijke meisjeskopjes. Wat was dat toch een goede tijd. dien zij te Brussel had doorge bracht Hoeveel zij nu ook bezat, hoe goed zij het had, dien innigen omgang met vrien dinnen miste zij toch en bovendien, kon zij nu nog doen zooals toen Zij was lang niet meer zoo vrij ja, dat was een gelukkige tijd Als zij eens naging hoe het mogelijk was, dat zij allen smoorlijk verliefd waren op den pia- nomeester, een getrouwd man en vader van zeven kinderen, hoe bij die liefde geen spoor van jaloezie tusschen haar bestond, neen. hoe zij integendeel zich allen nauwer aan elkan der gevoelden, door de liefde, die zij om zoo te zeggen gemeenschappelijk dien man toedroegen, dan kon zij niet nalaten nog eens hartelijk te lachen om die zotte verhouding, en kon zij niet begrijpen, dat zij nog dezelfde Ida was. (Wordt vervolgd.) IN VIER BLADEN AD VERTEER EN VOOR EENMAAL BETALEN I Wieringermeerbode. Wieringer Courant. De Polderbode. Zij per Courant. i

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1938 | | pagina 1