A
DINSDAG l MAART 1938
No. SB
-N ADVERTENTIEBLAD VOOR
ft
DONDERDAG VAN 9' -l UÜR.
GELOUTERD
BEZOEKT MET DE WACO
HET CARNAVAL TE BONN.
SPORT.
HOLLAND - BELGIË 7-2.
.ER COURANT
WIERINGEN.
BUREAU
Hippolytushoef Wieringen
Telef. Intercomm. No. 19.
ADVERTENTIëN
Van 1 5 regels
Iedere regel meer
f 0.50
f 0.10
BINNENLANDSCH NIEUWS.
Autobus vrijwel geheel vernield.
fienige passagiers gewond.
Bus aan eene zijde openge
scheurd.
Zaterdagmorgen ongeveer elf uur is
een ernstig, auto-ongeluk gebeurd op
den Leidschen straatweg, nabij het
viaduct, op het gebied van de gemeen
te Wassenaar.
Een autobus van den dienst Den
Haag - Noordwijk aan Zee, komende
uit de richting Wassenaar, is aldaar
tegen twee boomen gereden. De stuur
inrichting van de bus raakte namelijk
door een onverklaarbare reden, plot
seling defect. Vermoedelijk is de voor
as gebroken. Door die onbestuurbaar
heid kwam de bus ter hoogte van de
Persijnlaan, tegen twee aan den kant
staande boomen terecht, waardoor
het vervoermiddel aan de eene zijde
geheel werd opengescheurd. Gelukkig
zaten aan dien kant juist geen passa
giers. Ware dit wel zoo geweest, dan
zou het ongeluk veel ernstiger gevol
gen hebben gehad.
De .te Noordwijk wonende bestuur
der kreeg vrij ernstige snijwonden
aan beide handen, terwijl van de in
zittende passagiers er een ernstig en
twee licht werden gewond. Zij allen
werden ter plaatse door den gemeen
telijken geneesheer van Wassenair,
di'. Hummeling, verbonden en daarna
naar huis vervoerd.
De autobus werd vrijwel geheel ver
nield.
SIJTJE BOES TREKT TEN STRIJDE
Tegen het besluit om de Cafe's
op Marken op Zondag te
sluiten.
Sijtje Boes, de „Burgermeestersche"
van Marken - zooals ze wel eens ge
noemd wordt - heeft met energie een
actie ontketend tegen de bekende Zon
dags-sluitingsverordening. Ze begaf en
begeeft zich naar belanghebbende li
chamen, naar firma's en vereenigin-
gen, naar groote en kleinere stoom
vaart-maatschappijen en wie maar
belang heeft bij toerisme en verkeer,
om te trachten, te redden wat er ie
redden valt. Ze is in gehoor ontvangen
door den Commissaris der Koningin
in Noord-Iiolland, mr. dr. baron Röell!
ze is voornemens, een audiëntie aan
te vragen bij den Minister van Binnenl.
Zaken kortom, ze wil doen wat ze
kan wegens de groote materieele belan
gen. die Marken heeft bij het behoud
van het Vreemdelingenverkeerop
dam, Amsterdam, tram- en boot- en
autobus ondernemingen enz. dreigen
de schade af te wenden. Ze adresseert
aan Gedep. Staten van Noord Holland
met verzoek, goedkeuring aan het
Markensche raadsbesluit te onthou
den. Zij zal verder uiterste waakzaam
reid betrachten, om zoo mogelijk en
zoo noodig verdere stappen te doen.
Ze zal ook trachten,, zooveel mogelijk
anderen daarvoor te winnen, opdat
het raadsbesluit van Marken niet
effectief worde.
TRAWLVISSCHERIJ MET MOTOR
SCHEPEN.
Collectief contract opgezegd
door de vakbonden.
Naar men meldt, heeft het bestuur
van de Reedersvereeniging voor de Ne-
derlandsche Haringvisscherij van 'de
samenwerkende vakbonden bericht ont
vangen, dat door hen het collectieve
contract voor de trawlvisscherij met
motorschepen, met een termijn van
veertien dagen opgezegd wordt.
t
PAUL KlèS SPREEKT TE STIENS
In een te Stiens gehouden vergade
ring van de Troelstra-vet een. ,.Het
Vrije Woord", heeft Paul Kiès, naar
aanleiding van een vooraf ingekomen
vraag, ter loops het conflict en het
rapport Van den Bergh besproken. Hij
deelde mede, dat. hij, hangende de
klacht bij den Officier van Justitie te
Amsterdam, op deze zaak in vergade
ringen niet verder zou ingaan. Het on
derzoek is thans aan den rechter en
wanneer deze mij in staat van beschul
diging stelt, aldus spreker, dan ver
dwijn ik van het tooneel.
TARWE- EN MEEL-INVOER IN
ZUID-AFRIKA.
Regeering tegen stijging van
den broodprijs gekant.
De Regeering van de Zuid-Afrikaaiï-
sche Unie heeft den invoer van tarwe
en meel toegestaan. De Minister van
landbouw heeft een desbetreffende
verklaring gepubliceerd.
In de laatste maanden zijn bij de
Regeeringen inlichtingen ingewonnnen
en ontving zij eenige malen deputa
ties betreffennde de stijging van de
kosten van het levensonderhoud. Men
vreesde, dat tengevolge van het te
kort aan tarwe de broodprijs zou stij
gen. Aan den Minister van Landbouw
werd geadviseerd zoo spoedig moge
lijk den invoer van tarwe toe te
staan. De tarweboeren hebben hierte-
gen echter geprotesteerd bij den Minis
ter en voorgesteld dan tarwe in te
voeren wanneer er een werkelijk te
kort bestaat.
De Minister heeft er echter op gewe
zen, dat daar tarwe tot de stapelgoede
ren behoort en brood een volksvoedsel
is, de Regeering speculatie in tarwe
niet kan toestaan.
Daarom is besloten zoowel den in
voer van tarwe als van meel toe te
staan.
Uit. de verschillende rapporten, o.a.
dat van de tarwe controle-commissie,
blijkt, dat er in het land geen tekort
aan tarwe is en dat de voorraden vol
doende zijn, op normale wijze tot
September a.s. in de behoefte te voor
zien. De mogelijkheid van een invoer
van tarwe zou dus eerst later in liet
jaar ter sprake zijn gekomen.
De dreigende verhooging van den
broodprijs wordt niet door de statisti
sche positie van de tarwe gerechtvaar
digd, vooral gezien het feit, dat groote
maalderijen belangrijke voorraden
tarwe bezitten, welke zijn verkregen
tegen prijzen, welke veel lager waren
dan de thans vigeerende.
Gezien deze omstandjigheden, heeft
de Regeering den invoer van tarwe en
meel toegestaan, hoewel zij hierop een
scherpe controle zal uitoefenen en re
kening zal houden met den voorraad
en de marktpositie.
Waarde van den Zweedschen oogst.
Volgens een voorloopige berekening
heeft de oogst in Zweden verleden
jaar een waarde gehad van ongeveer
1.2 millard kr. of ruim 150 mill. kr.
meer dan in het jaar tevoren. De prij
zen van tarwe en rogge zijn in vergelij
king met 1936 aanzienlijk gestegen.
Die van aardappelen en suikerbieten
waren niet onaanzienlijk hooger.
JOODSCHE JOURNALISTEN
GEROYEERD.
De bond van Roemeensche journalis
ten heeft besloten zijn leden, die van
Joodsche afkomst zijn. en naar wier
burgerschap een onderzoek wordt inge
steld, voorloopig te royeeren. Het
grootste deel van de Joodsche journa
listen wordt hierdoor getroffen.
MENSCHENSCHUWE WEELDE.
Op het kleine Bromnie-Island,, dat
te vinden is aan de Engelsche kust in
de buurt van Bournemouth, leeft een
vreemde vrouw. Dit eiland, wordt be
woond door niet meer dan 8 men-
schen. Midden er op staat een Gothi-
sche kerk, waar alleen de eigenares,
FEUILLETON.
6.)
„Een onwaarheid, Ella, ben je dol heeft
ze mij dan niet herhaaldelijk doen blijken,
dat zij mij niet ongenegen is Zendt ze mij
niet altijd een cadeau op mijn verjaardig,
soms nog wel door haar zelve gewerkt Zegt
ze mij niet altijd dat ze mij graag ziet, schrijft
ze mij niet Piet sluit eene schrijfmap open
en haalt er een net briefje uit. „Hier „lief
ste Piet, ik zou zoo graag hebben dat je Zon
dag kwam" zie, dat zijn woorden en daden,
Ella laat eens iemand het zelfde toonen als
hij kan ik heb geen onwaarheid gesproken,
en trouwens al had ik dit, wat komt het er
op aan
„Nu ga ik heen," zegt Ella en wil het ver
trek verlaten.
„Neen, Ella, blijftben je daarvoor nou
geraakt
„Ik kan u zoo niet hooren spreken, omdat
u het niet meentu wilt geen onwaarheid
zeggen, maar wat u nu gedaan hebt, is toch
ook de waarheid nieten wat kan hij niet
uit uw« uitdrukkingen opmaken Wat moet
hij nu wel van uw nichtje denken
„Maar wat duivel, wat wil je dan van mij
„Dat u niet vloekt, en dan dat u herstelt
wat u gedaan hebt."
„En de vent is al lang weg."
„Dan moet u hem schrijven."
„Neen, Ella, dat doe ik nooit, nooit. En als
je wilt, dan kun je naar beneden gaan ook.
Ik dacht omdat je anders nog al belang in
me stelt, dat je dit ook wel zoudt willen we
ten. Maar nou spijt het me, dat ik het je
gezegd heb."
„Daar behoeft u geen spijt van te hebben,"
zegt Ella en verdwijnt.
DERDE HOOFDSTUK.
Het is Zondagmorgen. Een schoone Septem-
berzon schijnt op het vriendelijk gelegen bui
ten Dalrust en tevens op eene liefelijke ge
stalte, die meer door de lanen schijnt te zwe
ven dan te loopen. Het is Ida, die den Zon
dagmorgen te baat wil nemen om een bezoek
af te leggen bij de koetsiersvrouw dan is zij
zeker Gijs niet thuis te treffen, want die gaat
altijd Zondagsmorgens naar de kerk en houdt
des middags oefening met de kinderen, waar
van zijne vrouw gebruik maakt om naar de
middagbeurt te gaan. Nabij de woning van
den koetsier gekomen, is Ida eenigszins ver
wonderd door het open raam eene jongens
stem te hooren oplezen
„Een onderwijzing van David, voor den op-
perzangmeester op de Neginoth.
„O God neem mijn gebed ter oore, en ver
berg u niet voor mijne smeeking. Merk op
mij en verhoor mij ik bedrijf misbaar in
mijne klacht en maak getier om den roep
des vijandsVader daar is de juffer
roept de lezer plotseling, en Ida, dia al haast
binnen is getreden en nu eerst ontdekt dat
Gijs niet naar de kerk is, kan moeielijk weg
gaan zonder iets te zeggen.
„O Gijs, laat ik je niet storen, is je vrouw
niet thuis
„Verexcuseer, freule," zegt Gijs, zich in zijn
volle lengte oprichtende, mijn vrouw is van
morgen naar de kerk getrokken, omdat ze
van middag visite krijgtdan komt der tan
te, ik zal maar zeggen zoo veul als der va
der's zuster, hier. Die kon vandaag meerij
den al hou ik er niet van om op Zondag voor
je plezier uit rijden te gaan, zoo zijn me
vrouw en ik toch van accoord, dat dit geen
reden is om het goeie mensch niet te ontvan
gen ze kan in de week ook al bezwaarlijk
weg. En nou heb ik tegen me vrouw gezegd
Griet, ga je nou van morgen naar de kerk,
dan hou ik oefening met de jongens en dan
kan ik van middag met de jongens gaan,
want een mensch mot toch minstens eens
naar de kerk.
Ida is door deze toespraak eenigszins wre
velig gestemd vooreerst ziet ze er een be
een vrouw van 66 jaren, toegang heeft.
De zeven bewoners mogen het Gods
huis niet betreden. De eigenares
houdt eiken Zondag .haar godsdienst
oefening, speelt op hot orgel, sluit dan
de kerk weer en gaat naar huis terug.
Zij bewoont niet het driehonderd jaren
oude kasteel, dat met grooten rijkdom
is ingelicht en in goeden staat ver
keert, maar zij leeft in een klein huis
je, een soort hut, die zij naast bet
kasteel heeft laten inrichten.
Het eenige wezen, dat. deze vrouw
ontmoet, is de dochter van een opzich
ter, die .haar als een dienstmeisje
helpt en die al haar wensclien over
brengt aan de andere bewoners. Deze
vrouw heeft 8 jaar geleden het eiland
gekocht zij is zeer rijk, maar niemand
weet, waar zij eigenlijk vandaan komt.
Zij hult zich in een geheimzinnig waas
en algemeen wordt zij voor een zon
derlinge gehouden. Zij slaapt meestal
overdag in den laten namiddag staat
zij op, blijf) dan thuis tot de duisternis
gevallen is en wandelt den geheelen
avond en een groot gedeelte van den
nacht over het eiland, bijgelicht door
een lantaarn en vergezeld van twee
groote, sterke honden.
4 dagen van de grootste pret.
Geheel verzorgd f 23.50, vertrek Zaterdag
26 Februari. Vraagt Prospectus.
REISBUREAU WACO,
Tel. 35 Tel. 184 HOORN.
dekt verwijt in dat zij en haar vader op Zon
dag wel rijden dan bevalt haar het gezegde
niet dat een mensch toch eens op een Zondag
naar de kerk moet, terwijl zij en haar vader
lang niet eiken Zondag gaan, en eindelijk is
zij verstoord omdat Gijs haar niettegenstaan
de haar herhaald verzoek altijd „freule" blijft
noemen. Zij zegt „Gijs, kun je eens even
buiten komen
Gijs gaat naar buiten en neemt een eer
biedige houding voor Ida aan.
„Gijs, als je zoo denkt als je zooeven zei,
dan begrijp ik niet, waarom je nog in mijn
vaders dienst blijft, je moet toch nu en dan
ook Zondags voor ons rijden."
„Wel, freule, als mijnheer of u het verordi
neert, dan kan ik toch niet zeggen neen
„Maar ik dacht, dat jij van meening waart,
dat men Gode meer moet gehoorzamen dan
de menschen."
„Ja, freule, maar God wil vóór alles, dat ik
mijn plicht jegens hen vervul, die boven me
gesteld zijn. Als ik rijd, dan doe ik het om
dat het verordineerd is, maar ik zou nooit
voor mijn veramusement op Zondag gaan rij
den, dat nooit."
Ida wordt op dit laatste gezegde nog wre
veliger.
„Wil ik je eens wat zeggen, Gijs zou het
ook misschien zijn omdat je het in je dienst
zoo kwaad niet hebt, dat je er nu zulk een
mooi loopje op weet te vinden
„Daarvoor beware me God, freule, zegt
Gijs ernstig, „neen, als mijnheer of de freule
me wat willen laten doen, waar ik denk me
mee te bezondigen, dan doe ik het niet. freu
le, ook al word ik met me vrouw en me'n
bloeien van kinders op straat gezet. Gods wil
boven al."
„Maar Gijs, je gelooft toch dat je doen
moet wat mijn vader en ik je zeggen, niet
waar
„Zeker, freule, altijd als ik mij er. niet mee
bezondig."
„En hoe dikwijls heb ik je gezegd, dat je
mij niet freule moet noemen, en toch doe je
het altijd. Bezondig je je misschien als je mij
Zelden is een HollandBelgië wedstrijd
onder zoo'n slechte omstandigheden gespeeld
als nu het geval was. -De regen en wind hiel
den vrijwel den geheelen dag aan en het was
voor de sportliefhebbers dan ook een ware
opoffering om deze wedstrijd bij te wonen.
Het groote Feijenoord-stadion was niet geheel
bezet, wat nu niet direct wijst op een geringe
belangstelling, daar het 60.000 toeschouwers
kan bevatten en naar schatting waren er
ditmaal toch wel een goede 40.000 wat niet
onbevredigend genoemd kan worden.
De verwachtingen van deze wedstrijd wa
ren niet erg hoog gespannen, vrijwel alge
meen werd een gelijk spel met een gering
aantal doelpunten verwacht, de uitslag is
voor voetbal-Nederland dan ook een groote
verrassing, temeer daar de overwinning zeer
zeker verdiend is, al geven de cijfers wel een
wat al te grootsche indruk weer. Voor de rust
wogen de partijen vrijwel tegen elkaar op en
het eerste kwartier hadden de Belgen zelfs
een besliste meerderheid, dat er in deze peri
ode geen doelpunten in hun voordeel' vielen,
kwam wel door de versterkte Hollandsche
verdediging en het slechte schieten van de
Belgische voorhoede. Na het overwicht in dit
eerste kwartier ging de wedstrijd vrijwel ge
lijk op, beurtelings kwamen de doelen in ge
vaar, maar buitengewoon zwaar hebben de
doelverdedigers het toch niet gehad. Het
eerste Hollandsche doelpunt kwam pas enke
le minuten voor de rust. Smit, die slechts
een matige indruk in de eerste helft maakte,
kopte op fraaie wijze een scherpe voorzet van
Wels, onhoudbaar langs de Belgische doel
man in het net, de rust ging met deze stand
in.
In de 2e helft scheen er een geheel andër
Ned. Elftal in het veld te zijn. De Belgen
werden geheel overspeeld en de Nederlanders
waren bijna voortdurend in de aanval en
doelpunten konden dan ook niet uitblijven.
juffrouw noemt?"
Een zacht verwijtende blik is het antwoord
van Gijs. Na een oogenblik zegt hij
„Het is waar frjuffer ik vergeet het
telkens de juffer zal mij wel willen verge
ven och juffer, wij hebben allen vergeving
noodig."
Ida wordt nog meer ontstemd.
„Nu maar, Gijs, ik verzoek je nu nogmaals
mij niet meer freule te noemen en" hier
neemt haar stem de strengst mogelijken toon
aan „als je het niet verkiest te doen, dan
zal ik mijn vader zeggen, hoeveel eerbied je
hebt voor hetgeen ik je zeg."
Gijs is bedremmeld. Hij weet niet waarom
de juffer hem zoo hard valt.
„Ik hoop, dat u nooit weder over mij te
klagen zult hebben, juffer."
„Ik ook, Gijs," zegt Ida en verwijdert zich
zonder Gijs of de kinderen te groeten.
Het gesprek met haar koetsier had Ida kor
zelig gemaaktzij was zeer ontevreden over
Gijs. Maar was dit wel de werkelijke reden
waarom zij zoo ontstemd was Was het niet
veel meer omdat zij gevoelde, dat zij dien
man onrechtvaardig had behandeld, was het
niet omdat een stem in haar binnenste haar
zeide, dat hij zulk eene behandeling zeker
niet verdiende en dat zij het alleen deed om
dat zij hem niet kon uitstaan Zij had spijt,
dat het zoo ongelukkig trof, dat terwijl zij
juist naar de koetsierswoning was gegaan op
een tijdstip, waarop zij kon veronderstellen,
clat Gijs uit was, zij hem toch had moeten
treffen. Zij zag Gijs veel meer dan zij wilde
altijd, het was zeer toevallig, stond hij voor
haar, als zij volstrekt niet aan hem dacht.
Zij wilde dat haar vader dien man wegzond
natuurlijk zou hij niet zoo maar ontslagen
moeten worden, want dat verdiende hij en
vooral zijne vrouw niet. Als haar vader hem
betaalde, maar voor wat anders gebruikte dan
koetsier, dan bleef hij dezelfde, maar zij zou
hem dan niet meer zooveel zien.
Langzaam wandelde zij naar het huis te
rug. Haar vader stond haar in de veranda op
te wachten en riep haar toe „Ida, luister
Na 10 minuten spelens werd Smit voor de
tweede maal in de gelegenheid gesteld te doel
punten uit een voorzet van v. Spaendonck.
Lang plezier hadden de Hollanders echter
niet van dit doelpunt, want het gejuich was
nog niet verstomd of de gevaarlijke Braine
brak op z'n eentje door de Hollandsche ver
dediging en geeft v. Male met een hard schot
het nakijken. Geen minuut later was de Ned.
voorsprong bijna weer vergroot,» maar de
kopbal van Vente ging juist over. Even later
v/erd de overwinning echter toch vastgelegd
als Wels, die een goede partij speelde, kans
ziet het 3e doelpunt te fabriceeren. De Bel
gen gingen nu hun voorhoede wijzigen. Brai
ne ging midvoor, Capelle rechtsbuiten en
Voorhoof rechtsbinnen spelen. Even leek het
dat dit aan de Belgen ten goede zou komen,
maar al spoedig hadden de Holland
sche verdedigers er vat op en be-
heerschten zij weer het spel. De samenwer
king in de Belgische verdediging klopte niet
erg en het was weer Smit die een van de fou
ten van hen afstrafte met een doelpunt. Uit
een corner werd het 2e Belgische doelpunt
geboren, doch verder dan dat kwamen ze
niet, terwijl Smit, Vente en v. Spaendonck
elk nog een doelpunt voor hun rekening na
men, zoodat het einde kwam met een 72
Hollandsche overwinning. Ondanks het groo
te overwicht in de 2e helft heeft het Ned.
elftal toch niet die hoogte kunnen halen als
dat enkele jaren terug het geval was.
De grootte der Belgische nederlaag was
vooral te wijten aan hun schotlooze voor
hoede. In het veld werd een behoorlijke par
tij gespeeld maar voor het doel ontbrak het
aan doortastende schutters. Erg lastig heeft
v. Male het niet gehad in tegenstelling met
z'n Belgische collega, die meermalen zeker
schijnende doelpunten keerde. De doelpunten
welke bij hem gemaakt werden, waren bijna
zonder uitzondering onhoudbaar en van dicht
bij gescoord. Opvallend was het groot aantal
vrije schoppen die vooral voor de rust geno
men werden.
In telegramstijl was het verloop der wed
strijd als volgt
2.30 Vente trapt af.
2.32 Vrije schop v. Holland.
2.33 Vrije schop v. België.
2.34 Vrije schop v.'Holland.
2.35 Eerste schot op 't Hollandsche doel.
2.36 Eerste Hollandsche aanval.
2.40 Vrije schop v. Holland.
2.42 Vrije schop v. Holland.
2.43 Vrije schop v. België.
2.44 Vrije schop v. Holland.
2.45 Corner v. Holland.
2.47 Vrije schop v. Hólland.
2.49 Corner voor België.
2.51 Vrije schop voor Holland.
2.54 v. Spaendonck schiet net over.
2.55 Vrije schop v. België.
2.56 Vrije schop voor Holland.
2.57 Smit schiet iets te hoog.
3.00 Vrije schop v. Holland.
3.01 Wels schiet in, doch ongeldig wegens aan
vallen v. d. keeper.
3.02 Vrije schop v. Holland.
3.03 Corner voor België.
3.04 Corner voor België.
3.06 Corner voor Holland.
3.08 Corner voor België.
3.10 Vrije schop voor Holland.
3.13 Een voorzet van Wels ingekopt door Smit
treft doel, 10 v. Holland.
3.14 Vente schiet naast.
3.15 Rust.
GROOTE VOORRAAD KERKBOEKEN
BOSKER'S BOEKHANDEL
H.-HOEF MIDDENMEER.
eens, een telegram, waarop antwoord ver
wacht wordt."
r „Van wie, vader
„Van Almen vraagt, of hij ons van daag
geen belet doet, om afscheid te nemen."
„Wel bijtijds, als hij eerst over tien dagen
weggaat
„Tien dagen, hoe weet je dat zoo en de
heer Hartema kijkt Ida eenigszins verwon
derd aan.
„O, ik geloof dat mevrouw Donkerhuys me
verteld heeft, dat hij Woensdag over acht da
gen zou vertrekken."
„Maar wat zullen we antwoorden
„Wel natuurlijk, dat hij komen kan. Ik ge
loof dat hij Adèle en haar man kent, en met
Piet moet hij dan maar kennis maken."
De heer Hartema stelde het telegram. „Ik
zal er maar bijvoegen, dat wij er op rekenen,
dat hij blijft dineeren."
„Ja, als dit niet van zelf spreekt. O daar
valt mij wat in, Adèle rijdt zoo dol graag en
van Almen is een uitstekend cavalier vraagt
u hem of hij met den trein van tweeën wil
komen, dan kunnen wij een tocht doen."
„Op Zondag, je weet wel, dat Gijs daar wat
tegen heeft."
„Maar ik kan me toch om Gijs niet genee-
ren. Hij behoeft niet mede alleen maar de
paarden opzadelen en voorbrengen."
Het telegram wordt verzonden. Ida is ver
rukt van Almen zal komen en zij zal met
hem en met Adèle een rijtoer maken. Hij zal
dan eens zien hoe goed zij als amazone vol
doet.
(Wordt vervolgd.)
IN VIER BLADEN AD VERTEEREN VOOR
EENMAAL BETALEN 1
Wieringermeerbode.
Wleringer Courant.
De Polderbode.
ZIJ per Courant, J