A DINSDAG l MAART 1938 No. SB -N ADVERTENTIEBLAD VOOR ft DONDERDAG VAN 9' -l UÜR. GELOUTERD BEZOEKT MET DE WACO HET CARNAVAL TE BONN. SPORT. HOLLAND - BELGIË 7-2. .ER COURANT WIERINGEN. BUREAU Hippolytushoef Wieringen Telef. Intercomm. No. 19. ADVERTENTIëN Van 1 5 regels Iedere regel meer f 0.50 f 0.10 BINNENLANDSCH NIEUWS. Autobus vrijwel geheel vernield. fienige passagiers gewond. Bus aan eene zijde openge scheurd. Zaterdagmorgen ongeveer elf uur is een ernstig, auto-ongeluk gebeurd op den Leidschen straatweg, nabij het viaduct, op het gebied van de gemeen te Wassenaar. Een autobus van den dienst Den Haag - Noordwijk aan Zee, komende uit de richting Wassenaar, is aldaar tegen twee boomen gereden. De stuur inrichting van de bus raakte namelijk door een onverklaarbare reden, plot seling defect. Vermoedelijk is de voor as gebroken. Door die onbestuurbaar heid kwam de bus ter hoogte van de Persijnlaan, tegen twee aan den kant staande boomen terecht, waardoor het vervoermiddel aan de eene zijde geheel werd opengescheurd. Gelukkig zaten aan dien kant juist geen passa giers. Ware dit wel zoo geweest, dan zou het ongeluk veel ernstiger gevol gen hebben gehad. De .te Noordwijk wonende bestuur der kreeg vrij ernstige snijwonden aan beide handen, terwijl van de in zittende passagiers er een ernstig en twee licht werden gewond. Zij allen werden ter plaatse door den gemeen telijken geneesheer van Wassenair, di'. Hummeling, verbonden en daarna naar huis vervoerd. De autobus werd vrijwel geheel ver nield. SIJTJE BOES TREKT TEN STRIJDE Tegen het besluit om de Cafe's op Marken op Zondag te sluiten. Sijtje Boes, de „Burgermeestersche" van Marken - zooals ze wel eens ge noemd wordt - heeft met energie een actie ontketend tegen de bekende Zon dags-sluitingsverordening. Ze begaf en begeeft zich naar belanghebbende li chamen, naar firma's en vereenigin- gen, naar groote en kleinere stoom vaart-maatschappijen en wie maar belang heeft bij toerisme en verkeer, om te trachten, te redden wat er ie redden valt. Ze is in gehoor ontvangen door den Commissaris der Koningin in Noord-Iiolland, mr. dr. baron Röell! ze is voornemens, een audiëntie aan te vragen bij den Minister van Binnenl. Zaken kortom, ze wil doen wat ze kan wegens de groote materieele belan gen. die Marken heeft bij het behoud van het Vreemdelingenverkeerop dam, Amsterdam, tram- en boot- en autobus ondernemingen enz. dreigen de schade af te wenden. Ze adresseert aan Gedep. Staten van Noord Holland met verzoek, goedkeuring aan het Markensche raadsbesluit te onthou den. Zij zal verder uiterste waakzaam reid betrachten, om zoo mogelijk en zoo noodig verdere stappen te doen. Ze zal ook trachten,, zooveel mogelijk anderen daarvoor te winnen, opdat het raadsbesluit van Marken niet effectief worde. TRAWLVISSCHERIJ MET MOTOR SCHEPEN. Collectief contract opgezegd door de vakbonden. Naar men meldt, heeft het bestuur van de Reedersvereeniging voor de Ne- derlandsche Haringvisscherij van 'de samenwerkende vakbonden bericht ont vangen, dat door hen het collectieve contract voor de trawlvisscherij met motorschepen, met een termijn van veertien dagen opgezegd wordt. t PAUL KlèS SPREEKT TE STIENS In een te Stiens gehouden vergade ring van de Troelstra-vet een. ,.Het Vrije Woord", heeft Paul Kiès, naar aanleiding van een vooraf ingekomen vraag, ter loops het conflict en het rapport Van den Bergh besproken. Hij deelde mede, dat. hij, hangende de klacht bij den Officier van Justitie te Amsterdam, op deze zaak in vergade ringen niet verder zou ingaan. Het on derzoek is thans aan den rechter en wanneer deze mij in staat van beschul diging stelt, aldus spreker, dan ver dwijn ik van het tooneel. TARWE- EN MEEL-INVOER IN ZUID-AFRIKA. Regeering tegen stijging van den broodprijs gekant. De Regeering van de Zuid-Afrikaaiï- sche Unie heeft den invoer van tarwe en meel toegestaan. De Minister van landbouw heeft een desbetreffende verklaring gepubliceerd. In de laatste maanden zijn bij de Regeeringen inlichtingen ingewonnnen en ontving zij eenige malen deputa ties betreffennde de stijging van de kosten van het levensonderhoud. Men vreesde, dat tengevolge van het te kort aan tarwe de broodprijs zou stij gen. Aan den Minister van Landbouw werd geadviseerd zoo spoedig moge lijk den invoer van tarwe toe te staan. De tarweboeren hebben hierte- gen echter geprotesteerd bij den Minis ter en voorgesteld dan tarwe in te voeren wanneer er een werkelijk te kort bestaat. De Minister heeft er echter op gewe zen, dat daar tarwe tot de stapelgoede ren behoort en brood een volksvoedsel is, de Regeering speculatie in tarwe niet kan toestaan. Daarom is besloten zoowel den in voer van tarwe als van meel toe te staan. Uit. de verschillende rapporten, o.a. dat van de tarwe controle-commissie, blijkt, dat er in het land geen tekort aan tarwe is en dat de voorraden vol doende zijn, op normale wijze tot September a.s. in de behoefte te voor zien. De mogelijkheid van een invoer van tarwe zou dus eerst later in liet jaar ter sprake zijn gekomen. De dreigende verhooging van den broodprijs wordt niet door de statisti sche positie van de tarwe gerechtvaar digd, vooral gezien het feit, dat groote maalderijen belangrijke voorraden tarwe bezitten, welke zijn verkregen tegen prijzen, welke veel lager waren dan de thans vigeerende. Gezien deze omstandjigheden, heeft de Regeering den invoer van tarwe en meel toegestaan, hoewel zij hierop een scherpe controle zal uitoefenen en re kening zal houden met den voorraad en de marktpositie. Waarde van den Zweedschen oogst. Volgens een voorloopige berekening heeft de oogst in Zweden verleden jaar een waarde gehad van ongeveer 1.2 millard kr. of ruim 150 mill. kr. meer dan in het jaar tevoren. De prij zen van tarwe en rogge zijn in vergelij king met 1936 aanzienlijk gestegen. Die van aardappelen en suikerbieten waren niet onaanzienlijk hooger. JOODSCHE JOURNALISTEN GEROYEERD. De bond van Roemeensche journalis ten heeft besloten zijn leden, die van Joodsche afkomst zijn. en naar wier burgerschap een onderzoek wordt inge steld, voorloopig te royeeren. Het grootste deel van de Joodsche journa listen wordt hierdoor getroffen. MENSCHENSCHUWE WEELDE. Op het kleine Bromnie-Island,, dat te vinden is aan de Engelsche kust in de buurt van Bournemouth, leeft een vreemde vrouw. Dit eiland, wordt be woond door niet meer dan 8 men- schen. Midden er op staat een Gothi- sche kerk, waar alleen de eigenares, FEUILLETON. 6.) „Een onwaarheid, Ella, ben je dol heeft ze mij dan niet herhaaldelijk doen blijken, dat zij mij niet ongenegen is Zendt ze mij niet altijd een cadeau op mijn verjaardig, soms nog wel door haar zelve gewerkt Zegt ze mij niet altijd dat ze mij graag ziet, schrijft ze mij niet Piet sluit eene schrijfmap open en haalt er een net briefje uit. „Hier „lief ste Piet, ik zou zoo graag hebben dat je Zon dag kwam" zie, dat zijn woorden en daden, Ella laat eens iemand het zelfde toonen als hij kan ik heb geen onwaarheid gesproken, en trouwens al had ik dit, wat komt het er op aan „Nu ga ik heen," zegt Ella en wil het ver trek verlaten. „Neen, Ella, blijftben je daarvoor nou geraakt „Ik kan u zoo niet hooren spreken, omdat u het niet meentu wilt geen onwaarheid zeggen, maar wat u nu gedaan hebt, is toch ook de waarheid nieten wat kan hij niet uit uw« uitdrukkingen opmaken Wat moet hij nu wel van uw nichtje denken „Maar wat duivel, wat wil je dan van mij „Dat u niet vloekt, en dan dat u herstelt wat u gedaan hebt." „En de vent is al lang weg." „Dan moet u hem schrijven." „Neen, Ella, dat doe ik nooit, nooit. En als je wilt, dan kun je naar beneden gaan ook. Ik dacht omdat je anders nog al belang in me stelt, dat je dit ook wel zoudt willen we ten. Maar nou spijt het me, dat ik het je gezegd heb." „Daar behoeft u geen spijt van te hebben," zegt Ella en verdwijnt. DERDE HOOFDSTUK. Het is Zondagmorgen. Een schoone Septem- berzon schijnt op het vriendelijk gelegen bui ten Dalrust en tevens op eene liefelijke ge stalte, die meer door de lanen schijnt te zwe ven dan te loopen. Het is Ida, die den Zon dagmorgen te baat wil nemen om een bezoek af te leggen bij de koetsiersvrouw dan is zij zeker Gijs niet thuis te treffen, want die gaat altijd Zondagsmorgens naar de kerk en houdt des middags oefening met de kinderen, waar van zijne vrouw gebruik maakt om naar de middagbeurt te gaan. Nabij de woning van den koetsier gekomen, is Ida eenigszins ver wonderd door het open raam eene jongens stem te hooren oplezen „Een onderwijzing van David, voor den op- perzangmeester op de Neginoth. „O God neem mijn gebed ter oore, en ver berg u niet voor mijne smeeking. Merk op mij en verhoor mij ik bedrijf misbaar in mijne klacht en maak getier om den roep des vijandsVader daar is de juffer roept de lezer plotseling, en Ida, dia al haast binnen is getreden en nu eerst ontdekt dat Gijs niet naar de kerk is, kan moeielijk weg gaan zonder iets te zeggen. „O Gijs, laat ik je niet storen, is je vrouw niet thuis „Verexcuseer, freule," zegt Gijs, zich in zijn volle lengte oprichtende, mijn vrouw is van morgen naar de kerk getrokken, omdat ze van middag visite krijgtdan komt der tan te, ik zal maar zeggen zoo veul als der va der's zuster, hier. Die kon vandaag meerij den al hou ik er niet van om op Zondag voor je plezier uit rijden te gaan, zoo zijn me vrouw en ik toch van accoord, dat dit geen reden is om het goeie mensch niet te ontvan gen ze kan in de week ook al bezwaarlijk weg. En nou heb ik tegen me vrouw gezegd Griet, ga je nou van morgen naar de kerk, dan hou ik oefening met de jongens en dan kan ik van middag met de jongens gaan, want een mensch mot toch minstens eens naar de kerk. Ida is door deze toespraak eenigszins wre velig gestemd vooreerst ziet ze er een be een vrouw van 66 jaren, toegang heeft. De zeven bewoners mogen het Gods huis niet betreden. De eigenares houdt eiken Zondag .haar godsdienst oefening, speelt op hot orgel, sluit dan de kerk weer en gaat naar huis terug. Zij bewoont niet het driehonderd jaren oude kasteel, dat met grooten rijkdom is ingelicht en in goeden staat ver keert, maar zij leeft in een klein huis je, een soort hut, die zij naast bet kasteel heeft laten inrichten. Het eenige wezen, dat. deze vrouw ontmoet, is de dochter van een opzich ter, die .haar als een dienstmeisje helpt en die al haar wensclien over brengt aan de andere bewoners. Deze vrouw heeft 8 jaar geleden het eiland gekocht zij is zeer rijk, maar niemand weet, waar zij eigenlijk vandaan komt. Zij hult zich in een geheimzinnig waas en algemeen wordt zij voor een zon derlinge gehouden. Zij slaapt meestal overdag in den laten namiddag staat zij op, blijf) dan thuis tot de duisternis gevallen is en wandelt den geheelen avond en een groot gedeelte van den nacht over het eiland, bijgelicht door een lantaarn en vergezeld van twee groote, sterke honden. 4 dagen van de grootste pret. Geheel verzorgd f 23.50, vertrek Zaterdag 26 Februari. Vraagt Prospectus. REISBUREAU WACO, Tel. 35 Tel. 184 HOORN. dekt verwijt in dat zij en haar vader op Zon dag wel rijden dan bevalt haar het gezegde niet dat een mensch toch eens op een Zondag naar de kerk moet, terwijl zij en haar vader lang niet eiken Zondag gaan, en eindelijk is zij verstoord omdat Gijs haar niettegenstaan de haar herhaald verzoek altijd „freule" blijft noemen. Zij zegt „Gijs, kun je eens even buiten komen Gijs gaat naar buiten en neemt een eer biedige houding voor Ida aan. „Gijs, als je zoo denkt als je zooeven zei, dan begrijp ik niet, waarom je nog in mijn vaders dienst blijft, je moet toch nu en dan ook Zondags voor ons rijden." „Wel, freule, als mijnheer of u het verordi neert, dan kan ik toch niet zeggen neen „Maar ik dacht, dat jij van meening waart, dat men Gode meer moet gehoorzamen dan de menschen." „Ja, freule, maar God wil vóór alles, dat ik mijn plicht jegens hen vervul, die boven me gesteld zijn. Als ik rijd, dan doe ik het om dat het verordineerd is, maar ik zou nooit voor mijn veramusement op Zondag gaan rij den, dat nooit." Ida wordt op dit laatste gezegde nog wre veliger. „Wil ik je eens wat zeggen, Gijs zou het ook misschien zijn omdat je het in je dienst zoo kwaad niet hebt, dat je er nu zulk een mooi loopje op weet te vinden „Daarvoor beware me God, freule, zegt Gijs ernstig, „neen, als mijnheer of de freule me wat willen laten doen, waar ik denk me mee te bezondigen, dan doe ik het niet. freu le, ook al word ik met me vrouw en me'n bloeien van kinders op straat gezet. Gods wil boven al." „Maar Gijs, je gelooft toch dat je doen moet wat mijn vader en ik je zeggen, niet waar „Zeker, freule, altijd als ik mij er. niet mee bezondig." „En hoe dikwijls heb ik je gezegd, dat je mij niet freule moet noemen, en toch doe je het altijd. Bezondig je je misschien als je mij Zelden is een HollandBelgië wedstrijd onder zoo'n slechte omstandigheden gespeeld als nu het geval was. -De regen en wind hiel den vrijwel den geheelen dag aan en het was voor de sportliefhebbers dan ook een ware opoffering om deze wedstrijd bij te wonen. Het groote Feijenoord-stadion was niet geheel bezet, wat nu niet direct wijst op een geringe belangstelling, daar het 60.000 toeschouwers kan bevatten en naar schatting waren er ditmaal toch wel een goede 40.000 wat niet onbevredigend genoemd kan worden. De verwachtingen van deze wedstrijd wa ren niet erg hoog gespannen, vrijwel alge meen werd een gelijk spel met een gering aantal doelpunten verwacht, de uitslag is voor voetbal-Nederland dan ook een groote verrassing, temeer daar de overwinning zeer zeker verdiend is, al geven de cijfers wel een wat al te grootsche indruk weer. Voor de rust wogen de partijen vrijwel tegen elkaar op en het eerste kwartier hadden de Belgen zelfs een besliste meerderheid, dat er in deze peri ode geen doelpunten in hun voordeel' vielen, kwam wel door de versterkte Hollandsche verdediging en het slechte schieten van de Belgische voorhoede. Na het overwicht in dit eerste kwartier ging de wedstrijd vrijwel ge lijk op, beurtelings kwamen de doelen in ge vaar, maar buitengewoon zwaar hebben de doelverdedigers het toch niet gehad. Het eerste Hollandsche doelpunt kwam pas enke le minuten voor de rust. Smit, die slechts een matige indruk in de eerste helft maakte, kopte op fraaie wijze een scherpe voorzet van Wels, onhoudbaar langs de Belgische doel man in het net, de rust ging met deze stand in. In de 2e helft scheen er een geheel andër Ned. Elftal in het veld te zijn. De Belgen werden geheel overspeeld en de Nederlanders waren bijna voortdurend in de aanval en doelpunten konden dan ook niet uitblijven. juffrouw noemt?" Een zacht verwijtende blik is het antwoord van Gijs. Na een oogenblik zegt hij „Het is waar frjuffer ik vergeet het telkens de juffer zal mij wel willen verge ven och juffer, wij hebben allen vergeving noodig." Ida wordt nog meer ontstemd. „Nu maar, Gijs, ik verzoek je nu nogmaals mij niet meer freule te noemen en" hier neemt haar stem de strengst mogelijken toon aan „als je het niet verkiest te doen, dan zal ik mijn vader zeggen, hoeveel eerbied je hebt voor hetgeen ik je zeg." Gijs is bedremmeld. Hij weet niet waarom de juffer hem zoo hard valt. „Ik hoop, dat u nooit weder over mij te klagen zult hebben, juffer." „Ik ook, Gijs," zegt Ida en verwijdert zich zonder Gijs of de kinderen te groeten. Het gesprek met haar koetsier had Ida kor zelig gemaaktzij was zeer ontevreden over Gijs. Maar was dit wel de werkelijke reden waarom zij zoo ontstemd was Was het niet veel meer omdat zij gevoelde, dat zij dien man onrechtvaardig had behandeld, was het niet omdat een stem in haar binnenste haar zeide, dat hij zulk eene behandeling zeker niet verdiende en dat zij het alleen deed om dat zij hem niet kon uitstaan Zij had spijt, dat het zoo ongelukkig trof, dat terwijl zij juist naar de koetsierswoning was gegaan op een tijdstip, waarop zij kon veronderstellen, clat Gijs uit was, zij hem toch had moeten treffen. Zij zag Gijs veel meer dan zij wilde altijd, het was zeer toevallig, stond hij voor haar, als zij volstrekt niet aan hem dacht. Zij wilde dat haar vader dien man wegzond natuurlijk zou hij niet zoo maar ontslagen moeten worden, want dat verdiende hij en vooral zijne vrouw niet. Als haar vader hem betaalde, maar voor wat anders gebruikte dan koetsier, dan bleef hij dezelfde, maar zij zou hem dan niet meer zooveel zien. Langzaam wandelde zij naar het huis te rug. Haar vader stond haar in de veranda op te wachten en riep haar toe „Ida, luister Na 10 minuten spelens werd Smit voor de tweede maal in de gelegenheid gesteld te doel punten uit een voorzet van v. Spaendonck. Lang plezier hadden de Hollanders echter niet van dit doelpunt, want het gejuich was nog niet verstomd of de gevaarlijke Braine brak op z'n eentje door de Hollandsche ver dediging en geeft v. Male met een hard schot het nakijken. Geen minuut later was de Ned. voorsprong bijna weer vergroot,» maar de kopbal van Vente ging juist over. Even later v/erd de overwinning echter toch vastgelegd als Wels, die een goede partij speelde, kans ziet het 3e doelpunt te fabriceeren. De Bel gen gingen nu hun voorhoede wijzigen. Brai ne ging midvoor, Capelle rechtsbuiten en Voorhoof rechtsbinnen spelen. Even leek het dat dit aan de Belgen ten goede zou komen, maar al spoedig hadden de Holland sche verdedigers er vat op en be- heerschten zij weer het spel. De samenwer king in de Belgische verdediging klopte niet erg en het was weer Smit die een van de fou ten van hen afstrafte met een doelpunt. Uit een corner werd het 2e Belgische doelpunt geboren, doch verder dan dat kwamen ze niet, terwijl Smit, Vente en v. Spaendonck elk nog een doelpunt voor hun rekening na men, zoodat het einde kwam met een 72 Hollandsche overwinning. Ondanks het groo te overwicht in de 2e helft heeft het Ned. elftal toch niet die hoogte kunnen halen als dat enkele jaren terug het geval was. De grootte der Belgische nederlaag was vooral te wijten aan hun schotlooze voor hoede. In het veld werd een behoorlijke par tij gespeeld maar voor het doel ontbrak het aan doortastende schutters. Erg lastig heeft v. Male het niet gehad in tegenstelling met z'n Belgische collega, die meermalen zeker schijnende doelpunten keerde. De doelpunten welke bij hem gemaakt werden, waren bijna zonder uitzondering onhoudbaar en van dicht bij gescoord. Opvallend was het groot aantal vrije schoppen die vooral voor de rust geno men werden. In telegramstijl was het verloop der wed strijd als volgt 2.30 Vente trapt af. 2.32 Vrije schop v. Holland. 2.33 Vrije schop v. België. 2.34 Vrije schop v.'Holland. 2.35 Eerste schot op 't Hollandsche doel. 2.36 Eerste Hollandsche aanval. 2.40 Vrije schop v. Holland. 2.42 Vrije schop v. Holland. 2.43 Vrije schop v. België. 2.44 Vrije schop v. Holland. 2.45 Corner v. Holland. 2.47 Vrije schop v. Hólland. 2.49 Corner voor België. 2.51 Vrije schop voor Holland. 2.54 v. Spaendonck schiet net over. 2.55 Vrije schop v. België. 2.56 Vrije schop voor Holland. 2.57 Smit schiet iets te hoog. 3.00 Vrije schop v. Holland. 3.01 Wels schiet in, doch ongeldig wegens aan vallen v. d. keeper. 3.02 Vrije schop v. Holland. 3.03 Corner voor België. 3.04 Corner voor België. 3.06 Corner voor Holland. 3.08 Corner voor België. 3.10 Vrije schop voor Holland. 3.13 Een voorzet van Wels ingekopt door Smit treft doel, 10 v. Holland. 3.14 Vente schiet naast. 3.15 Rust. GROOTE VOORRAAD KERKBOEKEN BOSKER'S BOEKHANDEL H.-HOEF MIDDENMEER. eens, een telegram, waarop antwoord ver wacht wordt." r „Van wie, vader „Van Almen vraagt, of hij ons van daag geen belet doet, om afscheid te nemen." „Wel bijtijds, als hij eerst over tien dagen weggaat „Tien dagen, hoe weet je dat zoo en de heer Hartema kijkt Ida eenigszins verwon derd aan. „O, ik geloof dat mevrouw Donkerhuys me verteld heeft, dat hij Woensdag over acht da gen zou vertrekken." „Maar wat zullen we antwoorden „Wel natuurlijk, dat hij komen kan. Ik ge loof dat hij Adèle en haar man kent, en met Piet moet hij dan maar kennis maken." De heer Hartema stelde het telegram. „Ik zal er maar bijvoegen, dat wij er op rekenen, dat hij blijft dineeren." „Ja, als dit niet van zelf spreekt. O daar valt mij wat in, Adèle rijdt zoo dol graag en van Almen is een uitstekend cavalier vraagt u hem of hij met den trein van tweeën wil komen, dan kunnen wij een tocht doen." „Op Zondag, je weet wel, dat Gijs daar wat tegen heeft." „Maar ik kan me toch om Gijs niet genee- ren. Hij behoeft niet mede alleen maar de paarden opzadelen en voorbrengen." Het telegram wordt verzonden. Ida is ver rukt van Almen zal komen en zij zal met hem en met Adèle een rijtoer maken. Hij zal dan eens zien hoe goed zij als amazone vol doet. (Wordt vervolgd.) IN VIER BLADEN AD VERTEEREN VOOR EENMAAL BETALEN 1 Wieringermeerbode. Wleringer Courant. De Polderbode. ZIJ per Courant, J

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1938 | | pagina 1