29e JAARGANG DONDERDAG 24 MAART 1938 No. 3ö NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WIERINGEN EN OMSTREKEN GELOUTERD. OVERGANG STAL - WEIDE. WIER NGER COURANT VERSCHIJNT ELKEN DINSDAG, DONDERDAG EN ZATERDAG. ABONNEMENTSPRIJS per 3 maanden t 1.25. UITGEVER CORN. J. BOSKER WIERINGEN. BUREAU Hippolytushoef Wieringen Telef. Intercomm. No. 19. ADVERTENTIëN Van 1 5 regels Iedere regel meer f 0.50 f 0.10 BINNENLANDSCH NIEUWS. PAARD OP HOL GESLAGEN. Oude man aan gevolgen over leden. Terwijl de 83-jarige landbouwer J. Visscher uit Rouveen met paard en wagen huiswaarts keerde, sloeg he-' paard op hol. V. kwam onder de wie len terecht en werd zwaar inwendig gewond opgenomen. Medische hulp heeft niet meer moge baten. Aan de gevolgen van het ongeval is de oude man overleden. Veluwsche boschbrandweer in actie. Nauwelijks is de eerste zomer Zon dag aangebroken, of hier en daar is hei en bosch in vlammen opgegaan. De Veluwsche boschbrandweer is dien dag reeds tot actief optreden ge roepen geworden, aangezien in Stroe een heidebrand werd gesignaleerd door de op de torens verblijvende brand wachts. Ónder leiding van den burge meester van Barneveld, den heer J. Westrik, tevens hoofdleider der Ve luwsche boschbrandweer, is men er in geslaagd den brand tot een vierde deel van een H.A. te beperken. Demonstratie bijeenkomst van Middenstanders. Donderdagmiddag wordt te Amster dam in „Krasnapolsky" een demon stratieve vergadering gehouden voor alle afdeelingen van den K. N. M. B. in Noord Holland. Daar zullen o.a. worden besproken het cadeau-stelsel, de distributie van goederen aan ondersteunden, liet on derwerp „Tegen Grootwinkelbedrijf en Verbruikscoöperatie", de bedrijfslas ten en nooden en de ouderdomsver zorging. Vele eendennesten door brand vernield. In den polder Oude Fort, gelegen tusschen de gemeenten Oud-Heujsden en Heusden ontstond Dinsdag brand in de rietplaten waarin reeds zeer ve le nesten met eendeneieren lagen. De nesten zijn allen door de vlam men vernield, waardoor grootc schade is aangericht. Middenstands-ontwikkeling!. Maandagmiddag begon in liet Jaar beursgebouw de eerste algemeene ver gadering van het Instituut voor Mid denstands-ontwikkeling. De voorz., prof. R. Casimir, uit Den Ilaag, opende de vergadering en zette het doel van liet instituut uiteen. Dit doel is, het aandeel van het in stituut in het organiseeren van het on derwijs in algemeene handelskennis voor den Middens and, dat door de Regeering is overgelaten aan de onder wijs organisa ies der 3 landelijke Middenstandsbonden, zoo goed moge- Iijk uL te voeren. Reeds zijn ongeveer FEUILLETON 16.) Nadat zij eenigen tijd slapeloos had gele gen, werd de deur van hare kamer geopend en zag zij haar vader met een licht in de hand binnen komen. Hij zag dat zij nog wak ker was. „Kun je niet slapen, Ida „Onmogelijk, vader. Het is zoo verschrikke lijk Haar vader naderde hare legerstede en drukte een innigen kus op haar voorhoofd. „Arm, arm kind Daarop zeide hij „Tracht te gelooven, Ida, dat wat God doet, is welgedaan." Zijne oogen stonden vol tra nen toen hij de kamer verliet. Maar Ida kon dit niet gelooven wat had zij thans misdreven, dat zij zoo moest lijden En de nacht die volgde was akelig lang. Tel kens doemden voor hare gedachten nieuwe gevolgen van haar ongeluk op zij kon al de ellende nog niet overzien. En weder was het zielelijden hevig. Maar toch, er was één lichtpuntthans was er geen zelfverwijt als in den nacht nadat Gijs gestorven was thans voelde zij zich onschul dig. Toch was het de tweede bange nacht van haar leven. TIENDE HOOFDSTUK. De Paasch-vacantie naderde haar einde. Woudheim is niet naar huis geweest, omdat hij zooals hij zeide voor zijn examen werkte. Op den dag waarop Piet Hartema, die enkele dagen bij zijne familie in Amsterdam is gaan doorbrengen, weder te Leiden zou terugkeeren, treedt Woudheim diens woning binnen. Hij ontmoet in de gang het kleine loopmeisje, door Piet met den naam van Duizendpoot bestempeld, die hem mededeelt, 85 cursussen in Nederland gesticht en dit aantal zal wel verdubbeld worden. Het dagelijksch bestuur van het Instituut wordt thans gevormd door de heercn prof. R. Casimir, voorz. M. Kropveld, vice-voorz. G. J. Schras penningm. F. L. van der Leeuw, secretaris. LANDBOUW. Men maakte er ons op attent, dat hot zijn nut kan hebben een klein ar tikeltje te wijden aan de overgang stal - weide. Maart heeft dit jaar buitengewoon goed weer gegeven, de kleur van het land is snel verandert, terwijl het gras op goed bemeste perceelen aardig is gegroeid. In Noord Holland is men over liet algemeen een groot voorstan der van het vroegtijdig beginnen van de weide-periode, veel vee gaat half April naar buiten, zooals het er nu voor staat, kan dit nog wel eens vroe ger geschieden. Toch willen wij hier op enkele gevaren van deze overgang wijzen, vooral wanneer het weer in April koud en guur is, wat zoo vaak voorkomt. De overgang van de stal naar de weide is éen buitengewoon groote over gang, een zeer groote overgang wat be treft den aard van het voedsel, alsme de vaak een zeer groote overgang wat betreft de temperatuur. Vanaf half No vember heeft in de meeste bedrijven het hooi de belangrijkste plaats inge nomen in het dagelijksch rantsoen, naast wat krachtvoer en wat kuilgras. Hooi bevat ongeveer 85 pCt. droge stof, krachtvoer idem, terwijl het gei le voorjaarsgras pl.m. 20 pCt. droge stof bevat. Tijdens de stalperiode weet men over liet algemeen zeer goed, dat bij verandering van het rantsoen wen- schelijk is, deze verandering zeer gelei delijk uit te voeren. Welnu, dezelfde motieven gelden natuurlijk ook bij den overgang van stal naar weide. De overgang stal naar weide geeft in den aard der voeding veel en veel grooter veranderingen dan wijzigingen in het voeren tijdens de stal-periodc. Deze geleidelijke overgang kan men betrachten door in het laatst der stal periode gras bij te voeren of hooi bij te voeren in het land. Behalve een zeer groote overgang in den aard der voe ding maakt het vee ook mee een zeer forsche overgang wat betreft de tem peratuur, vooral des nachts. De venti latie laat in zeer veel stallen veel te wenschen over, met het gevolg, dat bij zacht weer in het laatst der stalperiode de temperatuur in zeer veel stallen veel te hoog is. Het verblijf in een stal met te hooge temperatuur maakt het vee gevoelig. Waar het weer in April en zelfs in Mei heel vaak koud is en dat „meheer Hartema" nog niet terug is. „Dat is niets," antwoordt Woudheim, „ik heb wat op zijn kamer te zoeken." Hij gaat naar boven, komt op Piet's kamer, maar schijnt niet veel haast te hebben met hetgeen hij wilde zoeken althans hij werpt zich in een easy-chair neder en denkt eenige oogenblikken ha. Daarna trekt hij aan de schel. Na eenige oogenblikken verschijnt de dui zendpoot. „Meisje," zegt Woudheim, „wil jij aan juf frouw Ella vragen of zij even hier wil komen ik heb haar wat te zeggen." „Jawel, meheer," antwoordt het kind. Ella komt boven. Zij vindt Woudheim en verwacht natuurlijk zijne gewone vleierijen te hooren. Maar Woudheim is ditmaal eenigs- zins anders dan gewoonlijk, lang zoo luid ruchtig niet. „Ella," zegt hij, „wanneer komt mijnheer thuis „Ik denk van avond, mijnheer, gewoonlijk komt hij met den trein van achten." „Da's jammer," zeide Woudheim, „nu kom ik misschien niet klaar." „Had mijnheer dan iets vroeg Ella. „Och ja, een verrassing voor Piet, maar ik vrees nu niet klaar te komen dat spijt mij," Ella zwijgt, Woudheim denkt na. „Als ik maar iemand had, die mij een handje kon helpen," zegt hij. „Kan ik het soms doen, mijnheer vraagt Ella, die het erg jammer vindt, dat Piet eene voor hem bereide verrassing zou ontgaan. „Ja, dat kun je zeker en nog beter dan ik, want ik heb juist iemand noodig, die het een en ander kan vastnaaien eigenlijk had ik al zoowat gehoopt, dat je het wel voor mij zoudt willen doen. Die juffrouw van mij is zoo onhandig." „Met pleizier, mijnheer," antwoordt Ella. „Nu, wanneer kun je dan komen Kun-je om zes uur van avond, dan zal ik zorgen weer thuis te zijn." „Wat, ik bij u komen, mijnheer Kan dat niet hier gebeuren „Onmogelijk." „Maar wat is het dan vroeg Ella. guur, schuilt hier een der hoofd-oorza ken in van abnormale productie en ziektegevallen, zelfs sterfgevallen in d»n eersten tijd van de wei-periode. Des nachts opstallen is bij een vroeg tijdig begin van de weide-periode zeer aan te bevelen en is als het weer om slaat noodzakelijk. De N.-H. stal-inrieh ting heeft zeer zeker zijn bezwaren voor het 's nachts opstallen, toch wordt door vele veehouders wanneer zij het eenmaal hebben uitgevoerd, er kend, dat het meevalt. In dit verband van overgang stai- weide, willen wij even een ziekte he spreken. welke het vorig jaar zeer veel is voorgekomen en die bij het ken nen en nemen van de noodige voor zorgsmaatregelen, als regel niet tot sterfgevallen behoort te komen. Wij be doelen de kopziekte of grastetanie. Het zijn over het algemeen de beste melkkoeien, die hieraan ten offer val len. De werkelijke primaire oorzaak dezer ziekte kent men nog wel niet, maar dank zij de onderzoekingen van prof. Sjollema, weten wij toch, dat liet bloed van aan deze ziekte lijdende dieren een abnormaal laag mineraal- gehalte heeft. Dr. Grashuis acht het mogelijk, dal door een mineraaltekort in hei rant soen op directe wijze kopziekte zal kunnen optreden. Zeer productieve melkkoeien en spe ciaal herfstkalvers maken tijdens de staltijd een periode door, waarbij meer mineralen uit de melk worden wegge- gèven dan via het voedsel worden op genomen. Dergelijke dieren zijn hier door alsmede vaak door een minder sterke constitutie, vatbaardei- voor de ziekte, zij verkeeren in een zoogenaam de labiel evenwicht, plotselinge veran deringen kunnen dit wankelbaar evenwicht in ongunstige richting doen verstoren. Tot deze plotselinge veran deringen kunnen wij rekenen over gang op het geile eiwitrijke en vochti ge voorjaarsgras, koude nachten en koud guur weer overdag. In den eersten tijd van de weidegang dienen de veehouders het vee scherp waar te nemen. Hoe spoediger men de eerste verschijnselen van kopziekte kan onderkennen, hoe meer kans op genezing als men de hulp van den vee arts direct inroept. Verminderde eetlust, verminderde melkgift, de dieren zonderen zich van den koppel af, ze loeien meer dan ge woonlijk., zijn schrikachtig, vaak wat benauwd met trillingen over 't geheele lichaam. Wanneer men deze verschijn selen waarneemt, dan moet men spoe dig den veearts waarschuwen. Spoed is een eerste vereischte, omdat tus schen de eerste waarneembare ver schijnselen en het z.g.n. accuut worden der ziekte soms slechts enkele uren en zelden een heele dag of meer ver loopt. Door het treffen van maatregelen als het bijvoeren van hooi of stroo in in het land, des nachts opstallen bij koud weer, dus de overgang stal - weide zoo geleidelijk mogelijk te maken, kan in veel gevallen het ontstaan van de ziekte worden voorkomen. Bij zeer vroegtijdig onderkenning van de eerste ziekteverschijnselen en spoedige komst van den dieren-arts, is genezing vrijwel zeker. De! Rijksveeteert-consulent Ir. L. DE VRIES. GEMEENTE WIERINGEN. Algem. Verg. van de L&ndb. Onderlinge Afd. Wieringen. Dinsdagavond vergaderde genoemde afd. in Hotel Kaan. Voorz. de heer I\ F. Kuut secreta ris de heer O. J. Bosker. Aanwezig 5 leden, benevens de heer Consemulder, ambtenaar van 't hoofd kantoor. Na opening dooi- den voorz., leest de heer Consemulder de agenda voor der algem. ledenverg. te houden op 4 April a.s. te Amsterdam. PUNT 4 handelt, over de benoeming van de 2 bestuursleden ter vervulling van de vacatures, ontstaan door perio diek aftreden van den heer K. Iloge- toorn Dzn. (herkiesbaar) en wegens overlijden van den heer G. Stapel Gz. Sr. Afd. Hoorn heeft de heer D. de Wit als candidaat gesteld Wognum de hr. J. Glas Opmeer de heer Stapel Gzn. Jr.-; Alkmaar de heer Ferra. De lieeren P. F. Kuut en N. Bakker worden als afgevaardigden gekozen. (Plaalsverv. D. v.d. Zwaag) en krijgen vrij mandaat. Er wordt medegedeeld dat de om slag onzer verz. over het afgeioopen boekjaar 2 cent hooger zal worden dan vorig jaar, alhoewel liet ge-va ren cijfer verlaagd is geworden. De verhooging houdt verband met de hoogcre kosten van de eerste 6 weken. De omslag wordt nu f 1.48 per hon derd gulden loon, waarhij komt f 0.05 in verband met dalende rentestand. In totaal dus f 1.53. Zal weder worden voorgesteld het bedrag voor kost en inwoning op f 7.- per week te stellen. Goedgevonden. De heer Jb. van Zweden wordt weder om tot lid-werknemer der P. O. C. herbenoemd. Aangezien de P. O.C. reeds uit 6 le den bestaat, behoeft in de vacture wij len den heer J. Bosker niet te worden voorzien. Vervolgens geeft de heer Consc- Mulder, op verzoek van den voorz., een beknopte toelichting op de pachtwet, welke binnenkort in werking treedt, meer ten aanzien van de verzekering voor bedrijfsschade en borgstelling verzekering, zijn inderdaad 'n paar be langrijke bepalingen in bedoelde wet opgenomen. In overleg met de leden zal worden „Als ik je dat zeide, dan was de halve aar digheid er af. Je moet dan ook vast beloven, dat je over die geheele zaak het volstrekste stilzwijgen zult bewaren." „Maar ik kan niet bij u komen," zeide Ella. „Waarom niet Ik zal je niet opeten." „Maar wat zouden uwe huismenschen wel zeggen „O die behoeven het niet eens te zien. En dan, ik kan toch wel eens bezoek krijgen van een dame Kennen ze je „Waar woont u „Aan het eind van de Breestraat bij van Ospelen, den schoenwinkel." „Neen, die ken ik niet." „Welnu, kom dan maar. Viud-je van avond om zes uur goed „Neen, mijnheer, ik kom niet bij de heeren studenten op de kamers, en vooral niet 's avonds." „Nu kom dan straks laat eens zien, het is nu twee uur, kom dan om drie uur." „Neen, mijnheer, ik kom niet, ik wil u graag helpen, als het hier kan gebeuren, maar an ders niet." „Ik heb je al gezegd, dat het onmogelijk is op zoo'n manier blijft er van je vriendelijk aanbod niet heel veel over." „Ik kan het heusch niet doen, mijnheer Woudheim mijne moeder zou het ook niet goedvinden." „Nu adieu dan, Ella," zegt Woudheim op eenigszins wreveligen toon. Ella overweegt of zij het maar zal doen eigenlijk steekt er niets in. Maar toch, zou ze het wel aan haar moeder durven zeggen Neen, zij zal het niet doen. Als Woudheim weg is, komt de vraag in Ella op, of zij wel goed gehandeld heeftof zij niet te preutsch is geweest. Nu zal Piet een verrassing missen en dat door hare schuld. Maar hij zal het haar niet kwalijk nemen, daar is zij zeker van. Toch hindert het geval haar, zij vindt zich zelve niet eenvoudig. Daar komt eene gedachte in haar op. Daaraan had zij eerder moeten denken. Als zij eens ge vraagd had of Ernestine mede kon komen, natuurlijk als die ook het geheim bewaarde. Daar zou haar moeder toch niets tegen heb ben, als het doel was eene verrassing aan Piet te bereiden. Zij heeft spijt, dat zij dit niet aan Woudheim had voorgesteld. Aldus mijmerende, staat zij voor het raam en ziet onwillekeurig op staat. Daar kwam Woudheim werkelijk weder aan. Hij wil voorbij gaan, maar hij ziet toch even naar boven voordat zij goed weet wat zij doet, wenkt zij hem om boven te komen en niet lang daarna staat Woudheim weder voor haar. „Heb je je bedacht, Ella Ella had spijt van hetgeen zij gedaan had, want nu vond zij het toch weer minder ge schikt, om met Ernestine, die bij haar gelo geerd was, naar Woudheim te gaan. Maar zij moest nu wel zeggen, waarom zij hem boveii gewenkt had. „Mijnheer Woudheim," zeide zij, „het zou mij toch erg spijten als mijnheer Hartema nu niet de verrassing kreeg, die u voor hem bestemde." „Ja, mij ook, Ella, maar ik ben er de schuld niet van." „Neen, maar waarom zegt u niet, waarom het hier niet" gebeuren kan „Waarom vraag je daar weer naar, nadat ik je gezegd heb dat het onmogelijk is Hadt-je me niets anders te zeggen Elia werd eenigszins verlegen. „Ik had er over gedacht of ik misschien met mijn nicht je bij u zou kunnen komen. Zij is hier gelo geerd en zal dat zeker wel willen doen." „Maar die komt niet in mijn geheim, Ella. Zij is voor mij een wildvreemde. Wil jij ko men met haar, dat is goed, ik heb plaatwer ken genoeg om haar te occupeeren. Maar zij mag ook nooit vertellen, dat je bij mij bent geweest. Nu, kom je dan straks Ella aarzelt nog. Zij gevoelt dat zij beter zou doen nogmaals neen te zeggen, maar ze begrijpt ook, dat ze dan Woudheim eigenlijk voor niets boven heeft laten komen en dan, zij wilde het zoo graag voor Piet doen. Zij overweegt dat die van Ospelen's haar, noch haar logée kennen, dat zij voorts een winkel hebben, zoodat er niets geks in is, dat zij daar binnengaat. „Belooft u mij te zorgen, dat er geene an- geprobeerd wat de C. L. O. voor haar leden te dien opzichte zal kunnen doen. Een zoo goedkoop mogelijken grondslag moet hierbij in de eerste plaats niet uif het oog worden ver loren. Ongetwijfeld zal men zich aanstonds kunnen verzekeren bij verschillende maatschappijen. Echter dient men niet overhaast Ie werk te gaan om een verzekering af te sluiten, en verdient het aanbeveling vooralsnog af Êe wach ten wat de C. L. O. in deze voor liaar leden zal kunnen bereiken. Bij de rondvraag vraagt de heer Jn. Vcerdig nadere inlichtingen om trent ziektegeld-verpliclitingent.a.v. inwonend personeel. De leden der Landbouw Onder linge I zijn slechts verzekerd voor on geval die der Landb. Onderlinge II voor ziekte. Evenals de ziektewet zulks voorschrijft, wordt 80 pCt. van het loon betaald en meer niet. Volgens liet B. YV. moet men even wel voor INWONEND personeel ook gedurende 6 weken zorg dragen voor betaling dokterskosten!, behoorlijke verpleging, operatie-kosten, enz. Dit valt echter BUITEN de rege ling bedoeld in de Ziektewet 1933. Het is evenwel mogelijk zich voor deze risico te verzekeren, en op gun stige voorwaarden, hij de Centrale Landbouw Onderlinge. In Uw eigen belang is het gewenscht inlichtingen hierover te vragen bij den secretaris O. J. Bosker. Na eenig heen en weer gepraat wordt de vergadering gesloten. Verg. Polder Waard-Nieuwlaiid. Dinsdagmiddag 2 uur vergaderden de Hoofd-ingelanden van genoemden polder in de zaal van Hotel M. Engel. Voorz. de heer J. Breehaart opent de verg. en heet allen welkom. Alvorens de notulen worden gelezen, komen de ingezonden stukken aan de orde. Wij ontleenen hieraan helt volgende: Ingekomen stukken 1. Een proces-verbaal van de op neming van de hoeken en kas van del) penningm. d.d. 8 Maart 1938. 2. Een schrijven van Gedep. Staften van Noord Holland, waarhij een uittrek sel uit het K. B. van 29 Oct. '37, no. 30, houdende de benoeming van den lieer R. Lont Sz. te Wielingen tot Heemraad van den polder. 3. Een schrijven van het Ministe rie van Sociale Zaken, houdende de goedkeuring op de aangevraagde wer ken, uit te voeren in werkverschaffing t.w. het verdiepen van tocht- en weg- slooten gelegen in liet gebied van den Polder Waard-Nieuwland. Voor het werk is een Overheids-sub- sidie toegevraagd van 90 pCt. 4. Een rondschrijven van Ged. Ska ten van Noord Holland, waarbij een ontwerp-besluit tot wijziging van het Algem. Waterschapsreglement (Ver- dere heeren studenten en ook geen andere menschen bij u zullen komen, als wij bij u zijn „Zeker," antwoordt Woudheim, „wees daar omtrent gerust." „Nu, dan zal ik komen, ten minste als Er nestine wil, wat ik wel denk." „Goed zoo, maar nu moet je mij eerst be loven, dat je het geheim goed zult bewaren en dat je er ook niet over zult spreken, dat je op mijn kamer bent geweest. Wil je dat doen „Natuurlijk," zeide Ella. „Nu, beloof het mij dan." „Is dat nog noodig Nu, ik beloof het u." „Je hand er op vroeg Woudheim. „Dat behoeft niet. Als ik het beloofd heb, is het voldoende." Woudheim vertrekt. Ella gaat Ernestine opzoeken om haar te vragen of zij bereid is haar te vergezellen, wat deze gaarne wil doen. Ella vindt het beter om er maar niets van te vertellen aan hare moeder, want zij denkt nu toch wel, dat deze het bezoek niet zou goedkeuren en ze zou er toch niets meer aan kunnen veranderen. De beide meisjes nemen den schijn aan of zij samen een wandeling gaan doen en zijn weldra in den winkel in de Breestraat gekomen. Er is niemand in den winkel en Woudheim, die ze heeft zien aan- aankomen, gaat de trap af haar tegemoet. Hij gaat haar vóór en wijst ze den weg naar zijn achterkamer, door hem zijn studeerka mer genoemd. Nadat hij aan de dames een glas port en een taartje heeft aangeboden, zegt hij tot Ella „Willen we nu maar in de voorkamer gaan Juffrouw Ernestine zal zich wel een poosje kunnen occupeeren met deze plaatwerken." (Wordt vervolgd.) IN VIER BLADEN AD VERTEER EN VOOR EENMAAL BETALEN 1 Wlerlngermeerbode. Wierlnger Courant. De Polderbode. ZIJ per Courant.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1938 | | pagina 1