UW SMAAK TRIOMFEERT MET PfUMli gwiecst eriïiwWit tóe fuiid TR1UMPH 1 CENT VIPGINIA 20e JAARGANG ZATERDAG 4 JUNI 1938 No. ©4 NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WIERINGEN EN OMSTREKEN WIERINGEN - WIERINGERMEER. GELOUTERD. WIERINGER COURANT verschijnt elken dinsdag, donderdag en zaterdag abonnementsprijs per 3 maanden t 1.25. UITGEVER CORN. J. BOSKER WIERINGEN. ei sc BUREAU Hippolytushoef Wierlngen Telef. Intercomm. No. 19. ADVERTENTIÖN Iedere regel meer f 0.10 Van 1 5 regels f 0.50 HERZIENING VAN DE OMZETBELASTINGWET. De belangen van groote gezinnen. In de Memorie van Antwoord aan de Tweede Kamer inzake de herzie ning van de Omzetbelastingwet 1933, verklaart de Minister van Financiën er met voldoening kennis van te heb ben genomen, dat vrij algemeen wordt ingestemd met de opvatting, dat de eischen van een goed financieel be leid het prijsgeven van de opbrengst van de Omzetbelasting voorshands uit sluiten. De Minister is het niet eens met de opvatting van die leden, die het juister zouden achten de voorgestelde verlen ging van den geldigheidsduur der wet tot een korteren termijn dan vijf jaar terug te brengen. Indien de bestaande omstandigheden niet de verwachting wettigen, dat deze bate binnen korten tijd geheel zal kunnen worden gemist, acht hij een door de wet in het leven geroepen toestand van onzekerheid aangaande het al dan niet handhaven van de heffing een nadeel voor hei be drijfsleven. Intusschen bestaat er wel aanleiding, gelijk trouwens ook thans reeds ge schiedt, in zooverre te streven naar een beperking van het in de belastinghef fing betrekken van middenstandsbe- drijven, dat niet te spoedig zekere be werkingen als aard veranderingen in den zin der wet worden aangemerkt. Aldus kan worden voorkomen dat bedrijven, die naar gangbare opvattin gen slechts handelsbedrijven zijn en daarom de omzetbelasting in hun in koopsprijzen vinden, tot fabrikant in den zin der wet worden bestempeld. Het overwegen van de wenschelijk- heid, om nog eenige nieuwe vrijstellin gen in de wet op te nemen, zal er le vens toe kunnen leiden, dat eenige groe pen van fabrikanten-detaillisten bui ten de heffing van de omzetbelasting komen te vallen. Voort© wijst de Minister er op, dat het geenszins regel is, dat op het fa- brieksbedrijf, voorzoover het concur reert met kleinere bedrijven, de belas ting minder zwaar drukt. Afgezien nog van de omstandigheden, dat in den tegenwoordigen tijd ook vele groote bedrijven rechtstreeks aan de consu menten leveren, wordt heffing naar verschillende maatstaven van grootfa brikanten eenerzijds en van kleinfa- brikanten anderzijds van dezelfde goe deren in vele gevallen door middel van een vergunning ingevolge art. 4 der wet vermeden, liet ligt in bei voor nemen van den Minister aan dit punt in de toekomst zijn bijzondere aandacht te wijden. Naar het den Minister aanvankelijk voorkomt, zal de belangrijke vcrmeer- dering van de opbrengst van de om zetbelasting, die van de veihooging van het percentage van heffing het ge volg zou zijn hem de gelegenheid bie den te overwegen in hoeverre, door uit breidingi te geven aan enkele vrijstel lingen, eenige verzachtingen van betee kenis in de wet kunnen worden aange bracht. De Minister hoopt hij de keuze van die vrijstellingen rekening te houden met de belangen van de groote gezinnen De Minister kan niet deelen in de meening, dat de regeling van het be- roepsrecht in de omzetbelastingwet onvoldoende is. De in het voorloopig. verslag voorko mende opmerkingen hebben den Minis ter aanleiding gegeven, in enkele arti kelen van het ontwerp wijzigingen voor te stellen. BINNENLANDSCH NIEUWS. VERKEER EISCHT VIER SLACHTOFFERS. Auto op fietsers ingereden. Veehouder gedood door Diesel Woensdagnacht, na de feestelijkhe den ter gelegenheid van de landbouw tentoonstelling, is op den Borgerstraat weg te Odoorn, een ongeluk gebeurd, waai bij een jongeman is gedood. De 19-jarige H. Thalens fietste daar met zijn meisje, mejuffrouw H. Gort maker, beiden wonende te Odoorn. Zij waren op weg naar de woning van het meisje. Een auto, welke hen achterop kwam, is op het 2-tal ingereden, waar door Thalens onder den wagen geraak te. De jongeman was vrijwel onmid dellijk dood. Het meisje kreeg een hoofdwonde. Het meisje, dat niet zwaar was ge wond, is naar haar woning gebracht. De auto werd bestuurd door een han delsreiziger, die te Emmen logeerde. Hij had daar den wagen gehuurd om zïcli naar het feest te Odoorn te bege ven. De man verkeerde onder invloed van sterken drank. Hij bekende vrij veel gedronken te hebben. De auto, waarin verder niemand zat. is licht beschadigd. Donderdagmorgen is de 47-jarige on gehuwde veehouder C. Kemp, toen hij van het melken zich terug naar huis begaf, op den bij blokpost 5 onder de gemeente Breukelen gelegen onbewaak ten overweg door een uit de richting Utrecht komenden Dieseltrein gegre pen en gedood. Het uitzicht daar ter plaatse is goed. De machinist heeft geen erg gehad in de aanrijding. De trein reed met on- verminderle vaart door. Eerst na het passeeren van den Die sel bemerkte men het zwaar verminkte lijk op de spoorlijn. Donderdagmorgen is te Olst in Over ijssel de 55-jarige D. van den Noort, die op de fiets plotseling den weg over stak, door een auto gegrepen en op slag gedood. De auto, bestuurd door iemand uit Zwolle, reed na het ongeluk van den hoogen dijk af. De bestuurder kreeg geen letsel. Het slachtoffer was onge huwd. Donderdagmorgen ongeveer tien uur is voorts een vrachtauto van de firma Kamerbaek uit Utrecht bij den onbe waakt en overweg te Waardenburg door den trein naar Geldermalsen ge grepen. De bestuurder G. van Mourik museum hebben wij die kaarten ook. Ik meen loopende van de Sincvall (bij Enkhuizen) van Alting. Doch ze zijn niet juist. Vóór naar de Lemsterlanden. duizend jaar bestonden er geen Urch en ook Boven dit kanaal lagen (van West naar geen Zuiderzee. Ook de IJssel wordt er niet Oost) „de Staver-Heide", Oostelijk daar juist op weergegeven. j van „de Slaver Kreupel", weer Oostelijk daar- Ofschoon wij hier bij lange na niet aan van „Nagel." toe zijn, zal ik bij voorbaat iets van de z.g.n. Daar boven lag eindelijk de kust van ..Vriesland", dat is de tegenwoordige Zuid kust van Friesland, zij het dan ook met eeni ge kleine afwijkingen. Zie hier in het kort de z.g.n. „Kom van de Zuiderzee." Men vindt op bedoelde kaarten als „Al- kom der Zuiderzee (beneden Enkhuizen) ver tellen. Onze gegevens dienaangaande zijn van 916, dus rond duizend jaar terug, Het jaar der Ambtsaanvaarding van Graaf Dirk de tweede. Men vindt deze gegevens op het origineele van Alting deze „Kom" aangeduid plan van dien Graaf, berustende in het Wie- mere." ringer museum en waarop diens onderhorige landen zijn weergegeven. Ik begin dan bij de tegenwoordige Zuid kust van het IJsselmeer, n.1. van Amsterdam tot Harderwijk. De strook, gelegen tegen de kust aldaar heette „De Wadden." In hoofdzaak betroffen deze de Eem-mond. Direct daarboven lagen de „Pampeslanden,' Doch vóór duizend jaar, immers CMXVI 1916), was er nog van geen „Almere" sprake. Slechts een klein waddengebied met eenige meertjes, de z.g.n. Eemdelta vond men in de Zuid-Oosthoek van het tegenwoordige IJs selmeer terwijl ten Westen van Marcken zich een „Gouwe", d.w.z. een watergang, bevond (de tegenwoordige „Gouwzee" en het tegen woordige „Hoornsche Hop"). Ook de Sincvall welke zich uitstrekten van Durgerdam tot was bij Sinc (bezuiden Enkhuizen) ook nog Elburg. De Pampeslanden werden van Zuid tamelijk breed. werd op slag gedood, terwijl 2 inzitten den zwaar werden gewond. De gewon den zijn naar het Groot Bommelsch Gasthuis vervoerd. Vóór duizend jaar. X. Een mijner getrouwe lezers, zoo noemt hij zich, wordt ongeduldig en vraagt te vervol gen. Hij heeft gelijk, de tusschenruimte is te lang geweest, doch andere dingen hebben mij bezig gehouden. Hij heeft n.1. een kaart van de Zuiderzee waar Urch op voorkomt. Ja, dat kan. In ons FEUILLETON. 43.) Op zijne kamer gekomen, vond hij een brief, waarvan het adres geschreven was met eene hem onbekende dameshand. Nadat hij dien geopend had, was zijn eerste blik naar de onderteekening en hij verschrikte bijna toen hij den naam „Ernestine Mader" las. Die naam bracht hem weder de geheele treu rige gebeurtenis met Ida te binnen, die, voor al nadat de heer Hartema en Ida voor goed afscheid van Bijsterdam hadden genomen, in zijne gedachten geheel op den achtergrond was geraakt. De brief was geschreven in de cellulaire gevangenis te Utrechthij luidde als volgt „Hooggeachte Heer „Met een zeer gemengd gevoel van vreugde en weemoed ontving ik van mijne nicht Ella het bericht van haar engagement met u. Blij was ik natuurlijk voor mijn nichtje, dat zij waardig was gekeurd om de vrouw te worden van een man als u, blij voor mijne tante, die altijd zooveel voor mij gedaan heeft. Maar ook weemoedig stemde mij dit bericht, niet alleen om mijzelve, als ik mij vergeleek met Ella mij, de veroordeelde, met haar, die zoo spoedig eene zoo hoogst eervolle positie zal innemen, maar ook weemoedig omdat ik wist, dat door dat huwelijk met u een hoogst ach tenswaardig man de dupe zou worden van zijn onergdenkendheid. Ik heb eerst gemeend, dat ik beter deed te zwijgen, maar mijn ge weten liet mij niet met rustik gevoelde, dat het mijn plicht was u bekend te maken met iets, wat u toch zeker moet weten, alvo rens u Ella tot vrouw neemt. U begrijpt hoe hard mij deze stap valtmijn nichtje, van wie ik altijd zooveel heb gehouden, als het ware te moeten aanklagen het stuit mij tegen de borst, maar toch, zooals ik zeide ik mag niet zwijgen en vooral nu niet, omdat ik de banden van dankbaarheid niet verge ten wil, die mij aan u kluisteren. Ik hoop en ik vertrouw, dat u niet een dergenen zijt, die, omdat ik eens een zoo grooten misstap heb begaan, waarvoor ik nu ook zwaar moet boe ten, mij daarom tot geen enkele goede ge waarwording meer in staat achten. Had ik al de gevolgen kunnen voorzien, die mijne daad zou hebben, ik had die zeker niet ge pleegd, want zoo slecht was ik niet, om ie mand als uw nichtje onschuldig te doen lij den ik had nooit gedacht dat mijne daad aan het licht zou komen en dan waren de gevolgen ook volstrekt niet ernstig geweest. Maar genoeg daarover hoe u over mij ook moogt denken, thans zal ik mijn plicht ver vullen wilt u dezen brief beschouwen als niet door u ontvangen, het zal mij des te aan genamer zijn, omdat mijn lief nichtje dan ongestoord haar geluk zal mogen genieten. De mededeeling, die ik mij verplicht acht te doen, zal u zeker erg schokken, want zij werpt een schaduw op haar, die door u wordt bemind, en daarom weigert mijn pen mij haast ter neer te schrijven, dat Ella misschien niet geheel degene is, waarvoor u haar houdt. Het spreekt van zelf, dat mijne inlichtingen daaromtrent slechts van zeer algemeenen aard kunnen zijn in den regel wordt bij der gelijke samenkomsten geen derde als getuige geroepen toch moest ik helaas eens in zoover getuige zijn, dat ik op een gesloten deur stuitte, toen ik mijn nichtje van de kamer van een der heeren studenten afhaal de zij had met hem een rendez-vous en ik had de zwakheid haar daartoe in de gelegen heid te stellen. Zooals ik zeide, hoop ik dat u mijn verhaal niet gelooven zult, dat u mijn brief met ver ontwaardiging in het vuur zult werpen, maar alleen omdat ik er prijs op stel, dat u mij niet voor een leugenaarster zult houden, deel ik u mede, dat de naam van den student, op wiens kamer de samenkomst plaats had, „Woudheim" is. Ik reken thans, hooggeachte heer, mijn plicht van dankbaarheid jegens u vervuld te hebben wat had ik er voor gegeven, als ik van de omstandigheid, waarmede ik u meen de bekend te moeten maken, niets geweten had, want dan had ik niets behoeven te mel den wat u onaangenaam kan wezen en wat mijn nichtje in uw oog benadeelen kan. Ik ben zoo vrij mij met hoogachting te noe men Uw dienstwillige dienaresse ERNESTINE MADER. Toen Piet dezen brief doorloopen had, was hij als van den bliksem getroffen. Wat schreef Ernestine daar Dat Ella een rendez-vous had gehad met Woudheim Kon dat waar zijn Was dat de verklaring van hare hou ding telkens als er over Woudheim gesproken werd Welk eene verschrikkelijke gedachte! Neen het kon niet wezen. Ella stond voor zoo iets veel te hoog zij was de waarheid zelve. En toch, die verlegenheid als Woud heim maar ter sprake kwam. Dat kon mis schien een andere reden hebben Piet deed zijn best om zichzelven de overtuiging te schenken, dat Ella onschuldig was, want hij wilde het zoo gaarne gelooven maar het was hem onmogelijk. Wat zou Ernestine er aan hebben, om haar nichtje, dat haar altijd zoo goed behandeld had, zoo iets te zeggen, als het niet waar was Zou het mogelijk zijn, dat zij bekend was met de omstandigheid, dat hij hare schuld ontdekt had Hij geloofde dit niet, want uit den inhoud van haren brief was duidelijk op te maken, dat zij gaar ne wilde, dat Piet er geen notitie van zou nemen en dat zij het alleen geschreven had, om" een plicht der dankbaarheid jegens hem te vervullen. Piet wilde dat zij het maar niet gedaan had. Ware hij maar onbekend daar mede gebleven Maar zou dat beter zijn Voor het oogenblik ja, maar voor de toe komst Nogmaals las Piet den brief, maar de in houd daarvan was niet geschikt om zijn wan trouwen te verminderen. Het stond er zoo duidelijk en zoo eenvoudig, dat hij het wel moest gelooven. Iemand, die Ella had willen bekladden, had het zeker op een andere ma nier gedaan. En daarbij die houding van Ella tegenover Woudheim hij moest nu wel on naar Noord doorgesneden door het verlengde van de Eem. Westelijk van deze (verlengde) Eem lag „Marcken." Marcken was anderhalf maal grooter dan de Wleringermeerpolder. De Noordelijke punt, „de Marckenesse" ge- lieeten, strekte zich uit tot de West-Friesche Zuidkust en was daarmede verbonden, n.1. bij het dorp „Wijdenesse." Oostelijk was Marcken verbonden door een aam over de (verlengde) Eem, n.1. „de Dam van Elburg", met Gelderland. Boven „de Dam van Elburg", die 15 K.M. lang was, lag de bedijkte „IJssel". Deze be dijking strekte zich uit tot de Zuidpunt van het tegenwoordige Enkhuizen-zand. De Noorddijk van de IJssel „de Sijldene- Geerdam." Sijl beteekent hier sluis. Want de IJssel ging hier over door een sluis in „de Sincvall." Benoorden de IJssel lagen „de Schoklan den." Dit beteekent rietlanden. De Schoklanden strekten zich uit van „de Kampen" (het tegenwoordige Kampereiland) lot „de Sincvall' welk riviertje liep van de IJsselsluis langs de Oostkust van Enkhuizen lot Stavoren, waar ze weder door een sluis overging in „de Flita." Boven de Schoklanden lag „de Marcker- wijde." Hierop bevond zich „de Burch", later Doch de rest was land, overal bedijkt en voorzien van dorpen, wegen, kanalen en slui zen. Ik hoop later nog wel eens te schrijven hoe dit alles vergaan is. Thans echter moet ik weder terug keeren tot Wieringen en Wierin- germeer en zal in een eerstvolgend artikel het hoofdwegennet behandelen. O. J. b. (Wordt vervolgd.) (Nadruk verboden.) BOEKBESPREKING. HET BOEK VOOR MOEDER Maar dan ook alléén voor moeder Binnen eenige weken zal onder den titel ..HET BOEK VOOR MOEDER" een groot boekwerk verschijnen, dat speciaal en uit sluitend bestemd is voor Moeders. De bedoeling van deze uitgave is, om mo- reelen steun en practische voorlichting te geven aan de Moeders bij het volbrengen van haar taak als Moeder, als Echtgenoote, als Huishoudster, als middelpunt van het gezin. Alles wat tot het terrein der Moeder be hoort, wordt in dit werk besproken. Heel het rijke Moederleven met al zijn uitingen en aanrakingspunten naar verschillende zijden wordt in dit boek weerspiegeld. Om kort te gaan hier is een werk tot stand gebracht, dat ten volle den naam ver dient van een vraagbaak voor elke Huisvrouw, een levens-handboek voor elke Moeder, een universeel Moederboek, zooals er nog geen bestaat. De Redactie van het boek was in zeer be- Urch, het tegenwoordige Urk. Oostelijk van deze Burch over „de Burchvest", lagen „Em- meloord" en daar beneden „Ens." Het zijn dorpen waarvan de namen nog voorkomen op het tegenwoordige Schokland. Weer Oostelijk van Emmeloord en Ens vond men „de Ruiter-weg", die liep van de Burch naar Genemuiden en tegen de Overijselsche kust vond men ten Noordoosten van den Rui- terweg over het riviertje „het Zwarte water", „de Ruiterkadoelen". Het laatst genoemd ri viertje liep in Noordelijke richting, vrijwel evenwijdig met de Overijselsche kust en mon de uit in „het Mirdenerveer," een kanaal, derstellen, dat zij die had aangenomen, om voor hem hunne betrekking te verbergen. Plotseling schiet Piet een vreeselijke gedachte binnen het is die aan de briefkaart van Woudheim „Ik hoop dat je er plezier van zult hebben." „O, God het moet wel waar zijn," zuchtte Plet„daarom wilde zij niet dat ik hem schreef." Zijn gemoed kwam ge heel in opstand opstand tegen haar, dat zij hem zoo had kunnen bedriegen, en daarbij een gevoel van wrevel, dat hij de dupe was geweest van zulk een bedrog. Een oogenblik later verscheen Ella weder voor zijn geest met hare trouwe vriendelijke oogen, waarin toch geen bedrog kon zijn, en hij geloofde weder niets van den inhoud van den brief alles moest gelogen zijn. Tot laat in den nacht bleef Piet op, ter prooi aan de vreeseïijkste twijfelingen toen hij zich ten laatste naar zijne legerstede be gaf, kon hij den slaap niet vatten. Hij wist niet wat hij gelooven moest. Tegen den mor gen kwam hij tot het besluit, dat hij, het kostte wat het wilde, zekerheid zou hebben. Hij had nu de overtuiging gekregen, dat al maakte hij zich wijs, dat hij er niets van gelooven wilde, telkens de gedachte bij hem zou opkomen, dat het toch niet onmogelijk was er waren helaas te veel bijzonderhe den, die hij anders niet verklaren kon. Hij wilde zekerheid, maar hoe zou hij die ver krijgen Hij dacht er aan, dadelijk naar Leiden te reizen, den brief aan Ella te too- nen en dan haar te vragen of het waar was. Hij zag echter vreesleijk tegen die reis op en wat zou hij er bij winnen Was het niet waar, wat hij nog zoo gaarne wilde blijven gelooven, dan zou Ella zeker zeer ontstemd zijn, zelfs al zeide hij dadelijk dat hij het niet geloofde het zou haar zeker veel smart ver oorzaken dat Ernestine zulk eene onwaarheid van haar kon melden en mocht het eens wel waar wezen, dan zou het voor hem zoo wel als voor haar beter zijn, wanneer zij niet bij elkander waren. Neen, Ella moest van het geheele geval niets te weten komen. Later, als hij met haar getrouwd was, dan zou hij haar kunnen inlichten omtrent het karakter kwame handen bij een drietal Moeders, wier namen bij onze Nederlandsche Vrouwen en Moeders een vertrouwden klank hebben, na melijk Mevr. Jo KalmijnSpierenburg, Mevr. A. KnoppersValkenier en Mevr. G. Sevensma—Tliemmen. Alle Nederlandsche Moeders zullen de ver van Ernestine. Maar hoe zou hij, als hij Ella niet in de zaak wilde moeien, zekerheid bekomen? Er was niemand, die hem deze geven kon, dan alleen Woudheim. Wel is waar was hij in den laatsten tijd niet bijzonder gelieerd met hem geweest, maar bepaalde onaangenaamheden had hij toch ook niet met hem gehad, en waar zooveel voor hem op het spel stond, zou Woudheim hem wel naar waarheid willen antwoorden. Er was toch iets daarin wat Piet stuitte aan een ander te vragen of hij ook amours had gehad met het meisje, waar hij zelf mee geëngageerd was. Hij kon daar niet toe over gaan. Maar toch, Piet gevoelde, dat hij dien brief niet eenvoudig ter zijde kon leggen en beschouwen* als niet ontvangen. Indien hU niet onderteekend was, dan zou het nog wat anders zijn. Maar Ernestine schroomde niet haar naam onder die beschuldiging te zetten, en al had zij dan ook eenmaal een vonnis gehad, wegens eene gemeene daad, er moest toch in elk geval een motief zijn waarom zij dien brief geschreven had. Al was haar be weegreden ook wraakzucht geweest, Piet meende, dat hij toch in elk geval aan Ernes tine moest kunnen zeggen, dat zij onwaarheid gesproken had, dat was hij aan Ella en aan zichzelven verplicht. Nu, hij wist wat hij doen zou hij zal aan Woudheim schrijven, dat hij nevensgaanden lasterlijken brief omtrent Ella heeft ontvangen en hem verzoeken per omgaande hem een paar regels schrift te zen den met de verklaring, dat alles gelogen is met het doel die als antwoord aan Ernestine te zenden. Daarin stak niets belasterd kan iedereen worden, zelfs de onschuldigste. (Wordt vervolgd.) IN VIER BLADEN ADVERTBBRBN 7HR eenmaal betalbn Wieringermeerbode. Wieringer Courant. De Polderbode. 2Up»r Courant.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1938 | | pagina 1