30e JAARGANG DONDERDAG 14 DECEMBER 1939 No. 146 NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WIERINGEN EN OMSTREKEN DE VROUW UIT VLAANDEREN. WIERINGER COURANT VERSCHIJNT ELKEN 1 BUREAU ADVERTENTIëN DINSDAG. DONDERDAG EN ZATERDAG UITGEVER HJ Hlppolytushoef Wlerlngen Van 1 5 regels X 0.50 ABONNEMENTSPRIJS CORN. J. BOSKER WIERINGEN. Telefoon Intercomm. No. 19. Iedere regel meer X0.I0 per 3 maanden f 1.25. OVERZICHT TWEEDE KAMER. BEGROOTING VAN DEFENSIE GOEDGEKEURD. „MOED, VASTBERADENHEID EN WILSKRACHT." Bijna twee en een half uur lang, stuk voor stuk, punt voor punt, heeft minister Dijx- hoorn de tallooze vragen en opmerkingen dei- Kamerleden omtrent het defensie-beleid be handeld. Na deze uitvoerige en zakelijke rede is stellig de indruk versterkt, dat het moei lijke departement, welks behartiging dezen minister is opgedragen, bij hem in uitstekende handen is. In het bijzonder de pittige perodatie, waar in de minister eraan herinnerde, dat moed, vastberadenheid en wilskracht de beste eigenschappen van ons volk ook in de weermacht hun uitdrukking vinden, werd door de Kamer met verdiende instemming aangehoord. „Het Nederlandsche volk is be reid, zijn grondgebied tot het uiterste te verdedigen." Wel sterk kregen wij den in druk, dat zeker deze jonge minister hiertoe alles zal doen, wat in zijn vermogen is. Nadrukkelijk en zonder een zweem van twijfel te laten over zijn opvattingen en be doelingen heeft de minister van defensie doen uitkomen, dat hij niet zal nalaten, om een infectie van de weermacht door extremisti sche stromingen te beletten. „Ik wensch geen politiek in de kazerne," ziehier een adagium, dat ieder oprecht vaderlander behoort te on derschrijven. Het geval van de n.s.b.vergade- ring in een hotel ergens in Nederland, waar ,gok s'taf-bureaux waren gevestigd, is in on derzoek. Resultaten daarvan worden binnen enkele dagen verwacht. Aan den reserve-veld prediker ds.Ouwerkerk, die verklaarde, geen n.s.b.-lid te zijn, maar wiiens politieke sym pathie èn daden zijn handhavinig in die functie onmogelijk maken, is telegrafisch me degedeeld, dat de minister intrekking van het Koninklijk Besluit van zijn benoeming tot veldprediker zal bevorderen. Wat verder de algemeene „politieke" richtlijnen betreft, is het thans zonneklaar, dat die tijdschriften en couranten uit de kazerne geweerd worden, die propaganda maken voor een politieke richting en bovendien onder de soldaten verspreid worden met het vooropgezette doel, politieke propaganda te maken. In het rustig betoog van dezen minister makt het verder een sympathieken indruk, c'at hij fouten, welke in de eerste dagen der mobilisatie met hun haast en spanning zijn gemaakt, begrijpt, zonder ze ook maar ee- nigszins goed te praten. Zoo betreurt Zijne Excellentie het feit, dat men voor enkele da gen huur van het Casino te Scheveningen een f 8000 heeft betaald. De minister uit hier een, ook in onze oogen, zeer gerechtvaardigden wenschindien er gefundeerde klachten over gemis aan zuinigheid van de zijde der militaire instanties zijn, behoort men hier van melding te maken aan het Departement van Defensie, Inderdaad, met vage en ten dentieuze berichten wordt hier het doel der zuinigheid zeker niet gediend. Wat nu het wel en wee der troepen betreft, weldra zullen de manschappen van de grens- beveiliging worden afgelost en in het genot worden gesteld van extra verlof. In de maan den April en Juni zullen verder buitengewoon dienstplichtigen van de lichtingen 1938, 1939 en 1940 worden opgeroepen ter vervanging FEUILLETON. 2.) „Lief, onschuldig wezen riep Arthur, het meisje in zijn armen drukkende, „en zou uw geheimzinnige beschermster ook kennis dra gen van ons toekomstig huwelijk „Meer,' gaf Lucie ten antwoord, „zij schijnt hare goedkeuring er aan te hechten voor eenige dagen ontving Lady Belmore een brief van haar, waarin zij aan mijn tante schreef „ik dank den hemel voor de keuze, door Miss Lucie gedaan is mijn onderzoek nauwkeurig, dan is hij harer waardig en zal zij in hem als haar gemaal een beschermer meer tellen." „Uwer waardig, ja, dat hoop ik mij te makenHoe trotsch zal ik op den titel van uw beschermer zijn En droeg die brief," vroeg hij verder, „geene onderteekening „Geene andere dan die van, „de vriendin van Lucie's moeder." Op dit oogenblik diende een bediende een jongen zeeman aan, die aan Miss Lucie een gewichtige tijding had mee te deelen. „Zijn naam „Dien wil hij niet zeggen',' gaf de bediende ten antwoord. Hij zeide niets anders dan dit„De jonge juffrouw kent mij toch niet zeg maar eenvoudig, dat ik van Nieuwpoort kom, en dat vrouw Bertha mij gezonden heeft." „Vrouw Bertha zij, die als het ware ons geluk in handen heeft riep Lucie. „Laat hem dadelijk binnenkomenten minste met uw verlof, lieve tante," voegde zij er bij, zich tot Lady Belmore wendende. „Zeer zeker, mijn kind," gaf de oude dame ten antwoord, „ook ik verlang te hooren, wat de bode van die zonderlinge vrouw te zeggen van ouderen. Op het oogenblik beschikken alle man schappen over een stroozak en drie dekens. Of een doeltreffende verdeeling van genees kundigen, over de gemobiliseerde troepen mo gelijk is, wordt nagegaan. Indien blijkt, dat er ergens een teveel aan gemobiliseerde artsen is, zal men tot overplaatsing of het verleu nen van klein verlof aan de betrokken offi cieren van gezondheid kunnen overgaan. De begrootingen van Defensie en van de Artillerie-Inrichtingen alsmede het crediet van 109 millioen zijn door de Kamer zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd. Slechts de communisten en de christen-democraten lie ten aanteekenen teg te zijn. Buitengewone dienstplichtigen worden opgeroepen. Lichtingen 1938, 1939 en 1940 in April en Juni. De Minister van Defensie heeft in de Twee de Kamer medegedeeld In April en Juni a.s. zullen buitengewone dienstplichtigen van de lichtingen 1938, 1939 en 1940 worden opgeroepen, mannen dus in den leeftijd van 19 tot 22 jaar. NERVEUZE ANGSTAANJAGINGEN verdwijnen snel en worden voorkomen door Mijnhardt's Zenuwtabletten Zenuwstillend Zenuwsterkend. Buisje 75 et. Bij Apothekers en Drogisten. DE KOSTEN VAN HET LEVENSONDERHOUD Thans 5,7 pCt. hooger dan in Aug. De totale kosten van levensojidei- houd voor arbeidersgezinnen zijn in November gestegen met 1.1 pCt. sedert October en met 5.7 pCt. sedert bet uit breken van den oorlog. Voor de voeding alleen bedraagt de stijging 2,2 pCt. se dert October en 9,5 pCt. sedert bet be gin van den oorlog. Voor de voeding alleen is derhalve de stijging aanmer kelijk grooter dan voor het totaal der gezinsuitgaven. Aldus een publicatie van het bureau van statistiek te Am sterdam. BUITENLANDSCH NIEUWS. EEN ULTIMATUM AAN HITLER Uit Londen wordt door Reuter ge meld, dat de omroeper van de „vrije Duitsche zender" gisterochtend gezegd heeft „Hitier, de bond van het Duitsche volk heeft u ter dood veroordeeld. Wij geven u nog honderd dagen om Duitsch land over te geven aan het Duitsche volk. Wanneer gij dit doet, moogt ge Duitschland levend verlaten, doch in dien ge het niet doet, zult ge gedood worden nadat het ultimatum is ver streken. Hitier, dit ultimatum is ernstig ge meend, onze voorberreidselen zijn ge troffen en er is geen ontsnappen voor u mogelijk. Nu moet gij beslissen." I L1LIPUTTERS ALS OORLOGSBUIT De Popoio d' Italia vertelt, dat het van het New York terugkcerende Duit sche motorschip Saturnia op 4 Decem- in de Ligurische Zee, toen net op weg was naar Genua, werd aangehouden door een Fransch controle-vaaruug. |Een officier kwam aan boord om. de lading na te kijken. Ouider de passa- j 'giers bevond zich een groep Duitsche liliputters, die terugkeerden van de ten toonstelling te New York, waar zij to. de attracties behoord hadden'. De Fransche officier stond voor een moei lijk geval. De commaaidant van het Fransche vaartuig besloot, dat tien dwergen cle reis konden voortzetten, doch dat de overige elf menschjes tot „oorlogs buit" verklaard werden. Zij moesten het schip verlaten en zich aan boord van het Fra.nsche vaartuig hegeven. VISSCHESVAARTUIGEN IN MIJNENVELD GERAAKT Een schip gezonken drie ge wonden. Havas meldt uit Oostende Een vijftal Belgische visschersvaar- tuigen bevond zich plotseling op onge veer 10 mijl van de kust in een mijnen veld. Drie mijnen, die in de netten van de booten waren terechtgekomen, ont ploften waardoor een boot tot zinken werd gebracht en drie opvarenden wei den gewond. Verscheiden vaartuigen moesten huil netten in den steek la ten, maar konden tenslotte zonder averij naar de haven terugkeeren. KONING GEORGE IS TEVREDEN OVER ZIJN SOLDATEN De volgende boodschap van den En- gelschen koning is door generaal Gort in Frankrijk ontvangen in den vorm van een legerorder gepubliceerd „Het is mij een groot genoegen ge weest de troepen onder uw bevel in Frankrijk te bezoeken en de dagen, die ik onder hen heb kunnen doorbrengen, zijn zeer belangwekkend gewees't, want ik heb de gelegenheid gehad per soonlijk iets te zien van de omstandig heden, waaronder zij leven, en van het werk, dat zij verrichten. Ik heb de overtuiging gekregen, uit alles wat gij mij getoond hebt, dat de Britsche soldaat van nu minstens de gelijke van zijn voorganger is, zoowel in de doeltreffendheid in zijn optreden als wat den geest betreft. Ik zond "mijn beste wenschen aan alle rangen van het Britsche expeditieleger en geef hun VOOR ZAKEN OF FAMILIEBEZOEK NAAR AMSTERDAM (TACO AUTOBUSDIENST is dan Uw aange- wezen vervoermiddel. RETOUR WIERINGEN - AMSTERDAM 14 DAGEN GELDIG fl. 2.50. heeft." Hij, dien Lady Belmore een zonderlinge bo de noemde, trad binnen. Het was een jonkman van ongeveer vijf of zes en twintig jaren, klein maar forscb van gestalte, met breede borst en breeden rug, gespierde armen, en wiens geheele hou ding buitengewone lichaamskracht verried. Zijn gelaat teekende openhartigheid en dom heid tevens hij had een kleinen, stompen neus, groote, blauwe oogen, een breede kin, blonde haren en een eenigszins rosachtige baard. i Zijn kleeding was die van een zeeman en bestond uit, een buis van blauw laken met groote zilveren knoopen, een korte, wijde broek, gestreepte kousen en lompe schoenen, terwijl hij een bontgekleurden doek als een touw om den hals geslingerd had. In de hand hield hij een ruige muts, waarmede hij zwaaide bij elk woord, dat hij sprak. „Goeden morgen, edele heer en edele juf frouwen zeide hij binnentredende, „alles wel aan boord 't Gaat met mij ook tame lijk voor den wind, hoewel dat paardrijden mij door elkander gerammeld heeft als een slechts gestouwde lading bij stormweer Foei de knol stiet als een fregat op een zandbank, en dat heet een paard uit de ko ninklijke stallen! „Hoe Uit de koninklijke stallen riep Arthur, den zeeman verwonderd aanziende, hoe kwaamt ge aan zoo'n paard Wel, Zijne Majesteit, God zegene hem zeide tegen mij „Mus, zeg aan den stal meester, dat hij u een paard geve en Zijne Majesteit gaf mij den langen Wilson, den kamerdienaar, mede om den stalmeester de boodschap te doen." „Heeft de koning dan met u gesproken „Zeker, Mylord," gaf de zeeman ten ant woord, „en waarom zou Zijne Majesteit met mij niet spreken Wij zijn immers alle maal menschen, met dit onderscheid, dat Ka- rel de Tweede koning van Engeland is en dat ik Mus Dirks eerste matroos ben op „De Goede Verwachting," een uitmuntend vaar Onze gelukkige Koninklijke Familie met Z.M. Leopold, de Koning der Belgen. de verzekering van het volledige, on wrikbare ver.louwen, dat door hun landgenooten in hen gesteld wordt." De broeders Terwijl koning George VI en zijn broeder, de hertog van Gloucester, één gedeelte va.n het Britsche expeditie- leger bezochten, zette hun oudste broe der, de hertog van Windsor, zijn be zoek aan een ander gedeelte voort. Hij had zijn intrek genomen i,n een auto met aanhangwagen (een z.g. „kara vaan"), waadde door de modder, on dervroeg de troepen en monterde ze op Terwijl de koning in het Britsche hoofdkwartier met de noodige forma liteiten werd ontvangen, sliep de her tog in zijn door twee schildwachten bewaakten wagen in de Lotharingsche velden. Zijn staf bestond slechts uit twee officieren. Bij het vallen van den avond parkeer de de wagen op een stil punt, waarna Ide schildwachten de dichtst bijzijnde schuilplaats zochten, waar de hertog en zijn staf in geval van een luchtraid konden schuilen. Ofschoon de hertog recht had op een gewoon bed, verkoos hij dicht bij de linies te slapen. Alvo rens zich ter ruste te begeven schreef hij een brief aan zijn gemalin. „BREMEN" UIT MOERMANSK IN DUITSCHLAND TERUGGEKEERD In Berlijn heerscht groote vreugde over het feit, dat het vlaggeschip der Duitsche koopvaardijvloot, de ruim 51.00 bruto registerton metende „Bre- men" er in is geslaagd, na een lang op onthoud in Moermansk, heden naar Duitschland terug te keeren. Men herinnert zich, dat de „Bremen" kort voor het uitbreken van den oor log van Bi'emerhaven naar New York was vertrokken en vandaar volgens roosier naar Duitschland wilde terug keeren, door de Amerikaansche Regee- tuig, dat vrouw Bertha zóó heeft uitgerust, dat het in tijd van nood heel wat anders zou kunnen doen dan eenvoudig ter koopvaardij varen. De koning is een fregat, ik ben eene boot, en beide kan men op zee niet missen." „Maar hoe zijt ge aan het hof gekomen vroeg Arthur, den zeeman hoe langer hoe meer verwonderd aanziende. „Ik ben een vriend en vertrouweling van den koning, dat wil zeggen, mijn vader was beide maar vriendschap is erfelijk, evenals de pest aan boord.... en toen ik voor mijn zaken den koning praaide en hem mijn naam noemde, zeide hij „Zijt ge een zoon van uw vader En toen zeide ik „Juist geraden,' en daarmee werd de vriendschap aange knoopten Zijne Majesteit wilde niet hebben, dat ik ergens anders dan in het pa leis voor anker kwam." „Hadt ge dan zaken met den koning vroeg Lucie. ,,'t Is een rare geschiedenis, jonge juf frouw.... ongeloofelijk „Staatszaken vroeg Lady Belmore. „Och neen, Mevrouw, een liefdes historie." „Waarin de koning betrokken is riep Arthur verwonderd uit. „Volstrekt niet, de koning heeft met mijne liefdeshistorie niets te maken eigenlijk ge zegd," vervolgde Mus, „is het ook geen lief deshistorie.het is een heel gemeene streek, een schelmstuk, een diefstalheel Nieuwpoort weet het, en ik ben de eenige niet, die door den schelm overzeild is." „Is het dan geen geheim vroeg Lucie. „Och neen, en als ge wilt „Gaarne, vertel ons eens die liefdeshistorie, die geen liefdeshistorie is," zeide Arthur, die vermaak in den zonderlingen zeeman begon te scheppen „maar ga zitten," en hij wees Mus Dirks een stoel aan. „Wel verplicht, Mylord," zeide Dirks. „Zit ten zal ik in de eerste dagen weinig of niet, ge begrijpt, de ongewoonte, en dat schok ken ik geloof, dat Wilson, de lange kamer dienaar, met opzet een paard heeft uitge zocht, dat zoo moeilijk draafde, om zich te wreken, dat ik hem de pruik van het hoofd trok in tegenwoordigheid van den koning, die daarover in zulk een lachen uitbarstte, dat hem de tranen over de wangen liepen." „Hoe, trokt ge de pruik van het hoofd van den kamerdienaar in tegenwoordigheid van den koning riep Lucie verwonderd uit. „Ja, Miss, en ik zal allen, die tot het hof behooren, de pruiken van het hoofd trekken, als ik er maar toe in de gelegenheid ben. Dit behoort óók tot mijn geschiedenis." „Inderdaad, ik word hoe langer hoe nieuws gieriger naar die geschiedenis," zeide Lucie „spreek onbeschroomd, laat ons hooren „Ja, Miss, maar ge moet mij niet zoo door dringend met uwe schoone blauwe oogen aankijken, als ik van Ciska spreek dan is het mij even zonderling als iemand, die voor het eerst een ferme bries op zee heeft, en waarachtig, ik behoef mij niet te schamen over mijne liefde voor Ciska, er waren jongens, die oneindig meer zeil in top voer den, maar zij gaf aan mij de voorkeur Maar het hielp weinig, Ciska's ouders wilden er maar niet van hooren. Ik zeide tegen hen, mijn vader was een braaf man mooi, zeiden zijop mij viel niets te zeggen, goed, zeiden zijik verdiende een aardig week loon op de scheepstimmerwerf van vrouw Bertha, ook al goed, maar daar zij aan hun dochter een aardige huwelijksgift wilden meegeven, mocht zij slechts met een jonkman trouwen, die evenveel bezat als de huwelijks gift zou bedragen." „Ik bezat niets, want mijn ouders hadden mij niets nagelaten maar wat gebeurt er „Maar in welke betrekking staat uw liefde tot de gunst, waarin ge bij den koning- staat „O, in eene zeer nauwe betrekkingede le heer, ge zult hooren...." gaf Mus op Arthur's vraag ten antwoord, „mijn groot moeder, een oude vrouw, sterft aan de jicht en aan een borstkwaal. Zij laat mij twaalf honderd kronen na. Nu was alles wel aan boord Franciska's ouders hadden niets meer tegen ons huwelijk in te brengen, en het zou er op los gaanmaar jawel! daar ge beurd er iets, dat den geheelen boel in de v/ar brengt. Mijne grootmoeder had haar ver mogen aan zekeren Brandhaver in handen gegeven, een schelm, dief en huichelaar, ge lijk later bleek, en deze zou mij twaalfhon derd kronen uitbetalendie man was de vriendelijkheid zelf, overlaadde mij met ge- lukwenschen, en de tijd werd bepaald, dat ik bij hem zou komen om mijn geld te halen. „Ik kom, weder is hij heel vriendelijk, een glas wijn op Ciska's gezondheid, nog een, nog eenen, alle duivels ik val in slaap maar raad eens, waar ik wakker werd Aan boord van een fregat, waarmee ik een reis rondom de wereld gedaan heb, die vijf jaren geduurd heeft." „Arme jongen," zeide Lucie, „en vondt ge bij uwe terugkomst Franciska nog onge trouwd „Natuurlijk, zij is dol op mij verliefd en wil volstrekt van niemand anders hooren." „En hoe gedroeg die Brandhaver zich voegde Arthur er bij. „Nu komen wij, waar wij wezen moeten," gaf Mus ten antwoord en vervolgde „Toen ik te Nieuwpoort terugkwam* was mijn eerste werk, onderzoek naar den schelm te doen, die mij een slaapdrank had ingege ven en mij zoo aan boord had weten te krij gen maar hij was gevlogen en waarheen, zulks kon niemand mij zeggen, hij had zooveel schelmerijen gepleegd, dat hij het niet raadzaam oordeelde, langer te Nieuw poort te blijven, en in zekeren nacht pakte hij den boel bijeen, en weg was hij." „En hebt ge nooit meer iets van hem ver nomen vroeg Lady Belmore. (Wordt vervolgd.) IN VIER BLADEN AD VERTEEREN VOOR EENMAAL BETALEN Wieringermeerbode. Wieringer Courant. De Polderbode. Zij per Courant.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1939 | | pagina 1