Ilw reclame ie bel plaatse® blad Is daarvoor uw veilig baken. DOODT DOODT ZADEN VRIEND DERMIX KUNT U EEN PIJP ROOKEN? DEüMfOFORWi de vernielers van uw oogst Wleringerwerf Telef. 21 Wie niet zaait zal niet oogsten Wïe niet adverteert zal niet verkoopenl LANDDAG VAN DE N.S.B. Kede van ir. Mussert over den nieuwen tijd. Vroeg in den middag kwamen uit alle dee- len des lands extra-treinen naar Lunteren, waar men toen tegen het middaguur het ge tal bezoekers van de Hagespraak op ruim veertigduizend mocht schatten. Te vier uur werd met klokgelui de aandacht der duizenden opgeroepen voor de Hagespraak en daarna werden roffels geslagen en zag men den opmarsch van vlaggen en vaandels en van de Mussert-garde. Op het sprekers gestoelte trad toen eerst de heer A. van Hees. die een rede in dichtvorm uitsprak, waarin verschillende democratische instellingen wer den gehekeld. In het verloop van deze rede maakte de neer Van Hees op het sprekersgestoelte plaats voor den heer Van Geelkerken, die een herdenking leidde, voor, gelijk hij zeide, de vermoorde kameraden. Nadat de heer Van Geelkerken de namen der overledenen had genoemd, bracht men staande den N.S.B.- groet en nam een diepe stilte in acht, terwijl treurmuziek ten gehoore werd gebracht. De heer Van Heer vervolgde hierna zijn rede, waarna de heer Van Geelkerken op nieuw op het podium verscheen voor het lei den van een vlaggeparade. De heer Van Geel kerken sprak woorden van hulde en bewon dering voor Hitier en Mussolini, bij het noe men van welke namen een luid applaus klonk en betrok ook Spanje in de rij der staten, die de nieuwe, door de N.S.B. reeds lang verbeide orde in Europa stichten. Inzonderheid ging sprekers bewondering uit naar Duitschland en hij verzocht, toen de Duitsche, Italiaansche en Spaansche vlag aan de ra van den hoogen mast werden geheschen. het ..Deutschland über alles" en het .Horst Wessellied" te zin gen. Men gaf daaraan geestdriftig gevolg en uitte daarna een drievoudig „heil." In deze vlaggenparade vroeg de heer Van Geelkerken voorts de aandacht voor een aan een der zijden van het veld opgestelden met den Duitschen Adelaar bekroonden mast, waarbij een kleinere was geplaatst, waaraan twee Duitsche gasten toen de Duitsche Rijks vlag heschen. Vervolgens gaf de heer Van Geelkerken een beschouwing over den toe- komstigen Germaanschen aard van ons volk en zijn landsgebied en gaf daarbij de verze kering, dat Nederland zorg zal dragen dat aan de Noordzee of in het Kanaal tot aan Duin kerken nooit meer één Brit voet aan wal zou zetten. Aansluitend hierop werden de Zuid- Afrikaansche. Vlaamsche en Nederlandsche vlag in den hoogen mast geheschen. Bij deze ceremonie werd het zesde couplet van het Wilhelmus gezongen. Rede ir. Mussert. Met luide „hoezee's" werd daarna de lei der der N. S. B. ir. A. A. Mussert begroet. De heer Mussert schreed langs de over het podi um opgestelde Mussertgarde en hem volgde op den voet een der leden dezer garde, die de standaard van den leider droeg en deze naast ir. Mussert op het sprekersgestoelte plaatste. De heer Mussert gaf een beeld van liet oude Europa, dat, naar hij zeide. verrotte in onge rechtigheid. In het nieuwe Europa zal Neder land zijn eigen plaats kunnen innemen. Daar voor zal echter veel in den volksgeest moeten veranderen want de democratische macht hebbers van voorheen hebben het volk zijn idealen ontnomen. In dezen tijd zeggen som migen te gelooven, dat er geen God meer is, maar ik. aldus spr., zeg dat juist nu. nu het gericht gaat over de volken, het bewijs wordt gegeven dat er een God bestaat. De heer Mussert gaf vervolgens een over zicht van de ontwikkeling van de N.S.B. en hetgeen de N.S.B. van tegenstanders moest verdragen. Men heeft eerst in alle democra tische landen met „geestelijke en moreele her bewapening" getracht den nieuwen geest te overschaduwen, daarna heeft men andere middelen te baat genomen. In Nederland wer den de N.S.B.-ers landverraders genoemd en bij het uitbreken van den oorlog werden zij gevangen genomen. Men wilde ons uitroeien, aldus spr., en het mag een Godswonder hee- ten, dat slechts acht en niet achtduizend van ons zijn gedood. Maar nu, zoo vervolgde ir. Musseit, zal ge rechtigheid geschieden. Reeds is mij, aldus spr. medegedeeld,, dat de twee officieren, die mijn broer hebben vennoord, zijn gearres teerd. Maar zij zijn niet de ware schuldigen. De ware schuldigen zijn de heeren in Londen, die het goud achterna zijn gevlucht. De hee ren hebben ons volk achtergelaten, niet be grijpend de moeilijkheden, waarin het ver keert. Wij zullen, aldus spr., met elkander een groot volk vormen indien aan drie voorwaar den worden voldaan 1 vrij van Joodsche invloeden 2. vrij van den invloed der Walen en 3 vrij van kerkelijke heerschzucht op staatskundig terrein. Het is zaak dat ons volk in het nieuwe Europa een plaats krijgt naar zijn willen en bunnen. Aan de regenten-klasse moet de macht worden ontnomen het Ne derlandsche volk moet leven als een goed vriend en een goede buur met andere volken van Germaanschen stam. Ons volk heeft nog een groote taak, en, zoo vervolgde ir. Mussert, indien gij dit wenscht, zal ik dg, taak, die Willem de Zwijger niet ten einde kon brengen, volvoeren. Volgens het staatsrecht, zeide spr., zijn wij in oorog met Duitschland en zijn wij bondge- nooten van Engeland en nu zeg ik een der gelijk staatsrecht lap ik aan xn'n laars. Op veertien Mei was het voor ons afgeloopen. Engeland is driehonderd jaar lang onze ei genlijke vijand geweest. Het heeft gekaapt van cnze koloniën wat het kapen kon, tot de Kaap zelf. De Duitschers zijn na 15 Mei hier gekomen. Ze hebben ons overwonnen, maar zij hebben ons dit niet laten voelen. Zij hebben onze krijgsgevangenen teruggezonden. lederen nacht beschermen zij ons. Juist toen de heer Mussert deze woorden had gesproken, vloog een Duitsch vliegtuig tamelijk laag over het terrein en werd door duizenden toegejuicht. De leider der N.S.B. stelde daarop zijn ge hoor de vraag, of het zich in oorlog achtte met Duitschland, waarop een gemeenschappe lijk „neen" werd uitgeroepen, dat ook klonk ten antwoord op de volgende vraag, of spre kers gehoor zich de bondgenoot achtte van Engeland. De heer Mussert betoogde vervolgens, dat men aan zijn dankbaarheid jegens Duitsch land kan geven. Ik weet een mogelijkheid, zeide spr., die daarop voorstelde de klok van koper en tin. materiaal dat Duitschland noo- dig heeft, te schenken aan den schepper van de Duitsche luchtmacht. Na deze woorden werd de klok geluid en daarna vervolgde ir. Mussert «jn rede, zeg gende dat het Nederlandsche volk voor het nationaal-socialisme moet worden veroverd en hij eindigde zijn betoog met een „Leve het Nederlandsche Volk" en een „Leve het nieuwe Europa." Op de rede volgende een langdurig applaus en een eveneens langdurig ,,hou-zee"-geroep. In den landdag, die eindigde met een dé filé voor den leider, heeft ds. Eekering nog medegedeeld, dat ir. Mussert hem opdracht had gegeven tot stichting van een nationalen omroep, die in de naaste toekomst als de eenige nationale omroep in Nederland een groo tc en gewichtige ta*k zal hebben te vervullen. fuit een artikel van J. E. Keith in „Esquire" Chicago, Mei 1940) C*R is bijna geen cigarettenrooker. of hij *-* heeft wel ergens iri huis een stoffige pijp of twee rondslingeren. Soms zijn het er wel een dozijn. Met lange tusschenpoo- zen, wanneer de herinnering aan de verbrande tong, de viezigheid, den bitteren smaak, het reutelend geluid en de scènes met de verbol gen echtgenoote tot het verleden behooren, koopt hij weer eens een nieuwe pijp en een blikje tabak van het oude merk en probeert het opnieuw. Het resultaat is altijd hetzelfde. Hij komt weer tot de droevige conclusie „Ik kan geen pijp rooken." Het feit, dat maar één rooker op de twin tig met voldoening en volharding een pijp rookt, wijst op een hiaat in onze beschaving. Daaraan moet iets gedaan worden. Inderdaad is er al iets aan gedaan. De uitvinders heb ben niet stilgezeten. De producten van hun verhitte verbeelding liggen in zoo groot aan tal in de winkels te koop. dat het haast niet meer mogelijk is, een eerlijke, niet-gestroom- lijnde, doodgewone tabakspijp machtig te worden. In ieder mondstuk bevindt zich een vernuftig apparaat, dat de rook gegarandeerd zoo onschuldig en gezond maakt als moeder melk. De wetenschap, zoo luidt het fier in de advertenties, heeft alle onaangenaamheden verbannen. En tooh hoort men nog overal in het land de klacht„Ik kan geen pijp roo ken." De waarheid is, dat men bij de pogingen om de pijp aan te passen bij de zenuwachtige gewoonten van cigarettenrookers den verkeer den weg is ingeslagen. Aan de pijp mankeert niets laat die maar blijven zooals ze is. Het zijn de rookgewoonten van degenen, die zoo graag van een pijp zouden willen genieten, die onder handen genomen moeten worden. U zegtu kunt geen pijp rooken. Natuurlijk nietu hebt het nooit geleerd. Een pijp rooken is een kunst. Het is maar een kleine kunst, die geen genialen aanleg vereischt. Maar toch moet men iets w.eten van de techniek en van een paar andere dingen. De kunst van het. pijprooken bestaat uit vier onderdeden, en w-ei 1. een goede pijp uitkie zen 2. haar „inwijden"3. haar rooken en 4. haar verzorgen. Voor het kiezen van een goeden pijp moet men zich wenden tot een winkelier, die ver stand heeft van pijpen en zich erin heeft gespecialiseerd. Hij zal u helpen bij uw keuze. Maar dit dient ge alvast te weten het koo- pen van een pijp is tot op zekere hoogte een gokje. De prijs is een waarborg, doch slechts een betrekkelijke. De eenige proef op de som is het rooken zelf. Koopt ge een pijp van een goed merk, dan is de kans op succes groot. Briar (Briar of bruyère, zooals men hier ook vaak zegt, is het voor de pijpenfabricage ge bruikte wortelhout van de Erica arborea,) wordt voornamelijk onderscheiden naar den ouderdom en nerf. Is een pijp eenmaal ge draaid, dan staat den leek geen middel meer ter beschikking, den ouderdom van het hout te bepalen hij moet dan vertrouwen stellen in den fabrikant. De beste pijpen hebben een smalle nerf, met scherp contrast tussehen de lichte en donkere lijnen. Hoe fijner de nerf is, des te donkerder is z;j£ Aan den anderen kant Cliënt men met een zeker wantrouwen te staan tegenover al te donkere pijpen. Kleurstoffen, voor zoover ze in de pijpenindustrie gebruikt worden, dienen maar al te vaak om gebreken te verbergen. Houdt u dus aan maagdelijk briar, althans totdat u geleerd hebt, welke merken u kunt vertrouwen. Veel pijpen zijn te klein, of te dun. Een dunne pijpekop maakt het rooken onaange- naam-heet, evenals een te kleine kop, wan neer die althans niet voorzien is van wanden, voldoende dik om de warmte te absorbeeren. Koop geen pijp, hoe mooi de nerf ook is, wan neer het hout van den kop dunner is dan een halve cm. (Dit geldt voor het midden en on dereind van de kop de bovenkant mag iets dunner toeloopen). Een dikke pijpekop maaks het rooken veel „koeler" dan een lange steel. Voor een ernstig pijprooker is één pijp in- tusschen niet genoeg. Volgens sommigen heeft men er zeven noodig een voor iederen dag van de week. Anderen kunnen het met niet minder doen dan twaalf. Koop elke maand een pijp, wanneer u dat althans niet te duur uitkomt. Vernis is goedkoop, het glanst, en het ver bergt gebreken. De meeste goedkoope pijpen zijn dan ook aan den buitenkant gevernist. (Geen behoorlijke fabrikant laat ooit den binnenkant van een pijp vernissen). Maar vernis behoort niet thuis op een pijp, evenmin als andere dingen, die de poriën van de briar verstoppen. Zit er dus vernis op uw pijp, haal 't er dan af voor ge begint te rooken. Gebruik daarvoor de fijnste soort schuurpapier, en wrijf met de nerf mee, teneinde diepe kras sen te voorkomen. Is de buitenkant glad en schoon, polijst dien dan met puimsteen zoo doende verdwijnen ook de kleine krasjes. Dan nog een beetje opwrijven met een sehoonen poetsdoek, en de pijp is klaar. De kleur komt gauw genoeg met het rooken een beetje olijfolie kan erop gewreven worden om het proces te verhaasten, maar noodig is het niet al het vet, dat de pijp behoeft, zal wel van uw handen komen. Over een paar weken heeft zij dan den zachten glans van een antiek meubelstuk. Met den tijd verdwijnt dat fraaie uiterlijk nietintegendeel, de patina zal nog dieper worden. Nu het „inwijden" van de pijp. Onverschil lig of men het tegendeel beweert, dat „inwij den" is noodig voor elke pijp. Het gaat als volgt in de eerste plaats moet de binnenkant van den kop nat gemaakt worden. Laat hem een tijd onder water staan, als u daarvoor tijd hebt. Maar haal dan den steel er niet uit, want de natte steel zwelt op en zou kunnen breken bij een poging hem er weer in te krij gen. Na afloop den kop leegschudden, maar niet afdrogen. Vervolgens moet de tabak in den vochtigen kop gedaan worden. Het is verkeerd, de tabak er te stijf in te „rammen." Niet den kop vol proppen en dan de tabak neerdrukken laag voor laag erin aanbrengen en zachtjes aan drukken aleer de volgende laag wordt aange bracht. Steek nu de pijp aan, neem drie of vier lange trekken, druk dan de tabak omlaag en steek de pijp opnieuw aan. Breng geen luci fer bij een pijp aleer de zwavelkop uitgebrand is. Rook uw eerste pijp langzaam, totdat de kop schoon leeg is. Laat het u niet hinderen, dat ze een jbaar maal uitgaat. Bij een begin nend pijproker zal dat ongetwijfeld gebeuren. Het vex-dient zelfs aanbeveling, de pijp te la ten uitgaan, wanneer ze ongelijk brandt. Wan neer de kop door die eerste pijpvol niet met een koolstoflaag bedekt is, rook dan een twee de pijp. Daarna de pijp slechts voor de helft vullen, totdat zich op den bodem van den kop een laag koolstof bevindt. Nu volgt de hoofdzaak. Wilt u ooit leeren, met volledig pleizier een pijp te rooken, dan zult u zich moeten aanwennen, uw speeksel in uw mond en buiten uw pijp te houden. Speeksel vermoordt 'n pijp, 't verooi'zaakt dat nare gereutel. Vermengd met teer en nicotine keert het terug in uw mond. Het druipt door den kop, maakt de tabak onbrandbaar eix ver oorzaakt een kwalijk riekend rommeltje. Bo vendien is speeksel lichtelijk zuurhoudend het dringt in het hout en kan de pijp voorgoed bederven. Moeilijk is het nieter zijn een paar mid deltjes voor. Sluit de pijp, tussehen de trek-] ken door met uw tong af. Probeer den steel bovenin, in plaats van onderin den mond te houden. Houdt uw mond droog door vaak te slikken. Maar dat alles is niet voldoende, zoo lang men het bewust moet doen. Wanneer u er een paar weken op let, is het eenmaal een gewoonte, dan hebt u daarvoor geen zorg meer uw pijp blijft droog. In de tweede plaats rook langzaam. Dat klinkt gemakkelijker dan het is, wanneer u althans aan cigaretten gewend bent. De ciga- ret wordt vlug gerookt, om verontruste zenu wen tot kalmte te brengen. Jarenlang hebt u zich aangewend, vlug en zenuwachtig te roo ken. Maar een pijp kan zoo niet gei'ookt wor den, tenminste niet met goed resultaat. Hoe kunt u nu te weten komen, of u te vlug rookt Grijp den pijpekop stevig met uw volle hand vast. Hij mag clan nog juist aan- geixaamwarm aanvoelen. Is de kop zoo heet, dat het vasthouden onaangenaam is, dan rookt u te vlug. Wacht dan totdat de pijp afgekoeld is. Gaat ze inmiddels uit, geen nood dan steekt u haar weer aan. Weersta de verleiding, toch nog een trek aan de war me pijp te doen dat verraadt de slechte ge woonte van den cigarettenrooker, en het is juist die gewoonte, welke u moet bestrijden. Wat de verzorging van een pijp betreft, deze kan ixx vier woorden samengevat worden houdt uw pijp schoon. Doe dat stelselmatig. Ga niet naar bed, zoolang er nog een vuile pijp in huis is. Zijn alle pijpen, die u in den loop van den dag gebruikt hebt, schoonge maakt, steek dan een nieuwen pijpreiniger in elke steel en laat die daar een nacht inzitten. Wanneer u behoorlijk voor uw pijpen zorgt, zult u een massa pijpreinigers gebruiken. Rook niet te veel uit dezelfde pijpen. Hier voor bestaat geen vaste regel. Voor sommige pijpen is het goed, wanneer er veel uit gerookt wordt, met af en toe een tusschenpoos. Andere moeten vaak rust hebben. De beste regel is, een pijp weg te leggen, wanneer ze nog prettig rookt. Wacht niet totdat het rooken eruit on aangenaam wordt. Vul een warme pijp niet opnieuw laat haar eerst afkoelen. Tenslotte nog iets over de tabak. Laat u in dat opzicht uitsluitend leiden door uw eigen smaak. De beste tabak ter wereld is die, wel ke u het beste smaakt, onverschillig of zij een gulden of een dubbeltje per ons kost. Vindt u goedkoope tabak lekker, laat u dan niet in den waan brengen dat uw smaak niet deugt. Nog een raad houdt uw tabak niet te vochtig, in de onjuiste veronderstelling dat ze dan koeler zou rooken. Dat is niet waar. Natte tabak ruikt heerlijk, maar ge brandt er vrij zeker uw tong mee. Electr. Timmer- en Wagenmakers- bedrijf A. C. VAN OEVEREN MIDDENMEER Telef. 5. WIJ LEVEREN U Landbouwwagens, Driewïelskarren, Kruiwagens, Ladders, Spoorbiels, Geaspbalteerde Weipalen, Groote Drinkwatervaten, Asphalt- papier, Vlechtwerk, Punt- en Glad draad. Carbolineum, Teer enz, WIJ ZIJN FABRIKANT van Betonnen Buizen, Betonnen Palen voor Wei, Hek en Paarden- boxenBetonplanken voor het afzetten van paden. KOMT U eens zien, naar onze opnieuw verbe- tei'de landbouwwagen op luchtbanden. TAEKHOUTEN RUPSBLOKKEN KOFFERS en TASSCHEN. BOSKER'S BOEKHANDEL H.-HOEF - M.-MEER TANDHEELKUNDIGE INRICHTING SPREEKUUR DONDERDAG VAN HALF 10 TOT HALF 12 UUR. CAFE ,,'T VOSJE". C. SLIK MARKT SCHAGEN Het beste adres voor prima kwaliteit PAARDENVLEESCH is de Medemblikker paardenvleeschhouwerij KROEB EN ZOON Nieuwstraat 68 Tel. 74 Medemblik. BETAALT H00GE PRIJS VOOR SLACHTPAARDEN. kwade koppen In vlas (vlaattirfps) zwarte luis In boonen e.d., koolzaad glansktvar an tallooze andere Insecte met (dr (nat besproeien), de moderne Derrls-productan, onschadelijk voor monsch en vee, goedkoop en veilig. Gratis brochure. Inlichting* Wlerlngarmear bij Saloetlebadrljf, Fabrikanten Chem. Fabrieken Smid en Hollander, Hoogkerk TEGEN GEWONE PRIJZEN LEVEREN WIJ U: FIETSTASSCHEN RUGZAKKEN PORTEFEUILLES ACTETASSCIIEN enz. BOSKER's BOEKHANDEL H.-hoef Middenmeer. Nog af te geven tegen oude prijzen DAMES- en K1NDER- LAKLAARZEN, GYM. SCHOENEN, RUPAX KNIE- EN DIJLAARZEN. P. JONGKIND, DE HAUKES WIERINGEN. Aan hetzelfde adres een zeer mooie HAARDKACHEL. Wat doet de kapitein van een oceaan-stoomer als zijn schip door een storm uit de koers is geslagen Hij gaat heusch niet nakaai-ten en aan zijn menschen vertellen, wat er gebeurd zou zijn, als er nu eens geen storm geweest was. De scheepskapitein neemt het weer, zooals het valt. Terstond na de storm stelt hij vast waar zijn schip nu is. Dan bestudeert hij zijn kaarten en zet kalm en vastberaden een nieuwe koers uit, om langs de beste en snelste weg TOCH zijn doel te bereiken. Welnu. U doet precies als de scheepskapitein, nu Uw zaak door de oorlog uit de koers is geslagen. U kijkt uit op welke manier U uw artikelen het best onder de aandacht van uw cliënten kunt brengen

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1940 | | pagina 4