31e JAARGANG DINSbAG 6 AUGUSTUS 1940 No. 90 NIEUWS» EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WIERINGEN EN OMSTREKEN WIERINGER COURANT VERSCHIJNT ELKEN DINSDAG, DONDERDAG EN ZATERDAG. ABONNEMENTSPRIJS per 3 maanden I 1.25. UITGEVER CORN. J. BOSKER BUREAU Hippolytushoef Wieringen Telefoon Intercomm. No. IQ. ADVERTENTIëN Iedere regel meer f 0.10 Van 1 5 regels t 0.50 LEVEN IS DIENEN. In elke gebeurtenis, in elke ondervinding ligt een verborgen godsvraag. In een beproe ving ligt de vraag kunt gij deze doorstrijden, hebt gij het leven lief tot in de beproeving In een leed ligt de vraag wordt gij erdoor neergeslagen of gelouterd en verdiept In zorgen en angsten zijt gij niet méér dan de omstandigheden, hebt gij innerlijken weer stand en veerkracht In schuld en zwak heid wordt gij er door gebroken of gehei ligd In de kleine momenten van het leven ziet gij wat de hoofdzaak is In alle duister nis kunt gij uw licht dragen In alle leven ligt een godsvraag verborgen en wij moeten het goede antwoord geven. Wat van ons ge vraagd wordt is bereid te zijn tot het leven, de lendenen omgord en brandende de lampen. Wij moeten bereid zijn tot den levensdienst, die van ons gevraagd wordt. Leven is dienen. Het gaat in ons leven niet om het resultaat in de eerste plaats, maar om de vervulling- van onze bestemming. En dien levensdienst hebben wij te geven met de daad, met den inzet van onze geheele arbeidskracht. We hebben op onzen post te staan en onzen plicht te doen. In de eerste plaats den plicht, die voor de hand ligt. Terecht zei Bismarck onze levensplicht houdt ons in het spoor. Maar dan hebben wij ook in de wereld op onzen post te staan, onzen onmetelijk kiemen steen te leggen in het onmetelij k groote plan Gods, maar een steen, die mede bouwt. En Christus heeft het groote godsplan gestalte gegeven. Wij weten waarvoor wij werken moe ten. Wij weten welk licht wij te dragen heb ben. Wat ons gevraagd wordt, is levensbereid heid, heden. Een oud verhaal vertelt, dat een koning aan zijn hofnar vroeg wie is de voor naamste mensch, wat is het voornaamste werk Het antwoord, dat ook voor ons geldt, luiddede voornaamste mensch is degene, tegenover wien gij staat, want gij weet niet of ge nog tegenover een anderen mensch komt te staan het voornaamste oogenblik is het heden, want gij weet niet of u nog een ander oogenblik wordt gegeven het voor naamste werk is de liefde, want tot liefde is de mensch geschapen. BROOD OP DE BONNEN 91 TOT EN MET 100. De secretaris-generaal, waarnemend hoofd van het Departement van Landbouw en Vis- scherij maakt bekend, dat gedurende het tijd-, vak van 5 Augustus tot en met 11 Augustus a.s. de met „91" tot en met „100" genummer de bonnen van het broodbonboekje recht ge ven op het koopen van 2500 gram roggebrood öf 100 gram ander brood. Elk der enkele bonnen geeft derhalve recht op het koopen van 125 gram roggebrood of 100 gram ander brood. De bonnen, welke 11 Augustus nog niet ge bruikt zijn, blijven voorts nog tot en met 15 Augustus a.s. geldig. EXTRA SUIKERRANTSOEN VOOR DEN INMAAK. Op l'/i kilogram per hoofd van de bevolking. I.oopende rantsoen met een week verlengd. I>e secretaris-generaal, waarnemend hoofd van het Departement van Landbouw en Vis- scherij deelt mede, dat binnenkort op een ander aan te wijzen bon van het algemeen distributieboekje per hoofd van de 'bevolking- een extra rantsoen suiker voor den inmaak beschikbaar zal worden gesteld. In verband het het streven om de distribu tieperioden voor de verschillende in distribu tie gebrachte goederen zooveel mogelijk te doen samenvallen, zal voorts de duur van de loopende distributie met een week worden verlengd, hetgeen dus beteekent, dat bon 66 in plaats van tot 24 Augustus tot 31 Augus tus geldig blijft, en eerst met ingang van laatstgenoemden datum een nieuwe bon voor suiker worden aangewezen. Aangezien men dus met het loopende rant soen 5 weken in plaats van 4 weken zal moe ten toekomen, is besloten ter compensatie hiervan het extra rantsoen voor den inmaak te stellen op l'/i kilogram, in plaats van,, zoo als aanvankelijk de bedoeling was, op 1 ki logram. Het nummer van de bon, welke recht geeft op het extra rantsoen van l'/i kilogram, zal omstreeks 10 Augustus a.s. worden bekend gemaakt. DISTRIBUTIE HONDEN- EN KATTENBROOD. Bon 1 van 1 Augustus tot 1 September geldig. Het Rijksbureau voor de Voedselvoorziening in Oorlogstijd deelt mede, dat van 1 Augustus tot en met 31 Augustus 1940 op bon no. 1. van de voederkaart voor honden beschikbaar wordt gesteld voor groep 1 12 kg honden brood groep 2 12 kg hondenbrood groep 3 10 kg hondenbrood groep 4 6 kg hon denbrood groep 5 5 kg hondenbrood groep 6 3 kg. hondenbrood. Op bon no. 1 van de voederkaart voor kat ten wordt over .dezelfde periode V!-± kg. kat tenbrood beschikbaar gesteld. Na 31 Augustus 1940 is bon No. 1 van be doelde kaarten ongeldig en mag na dien da tum niet meer worden ingenomen. Winkeliers en handelaren in honden- en kattenbrood kunnen de door hen voor opzen ding der bonnen noodige opplakvellen bij den fabrikant-leverancier aanvragen. Afgifte van honden- of kattenbrood zon der dat de betreffende bon wordt ingeléverd is van heden af verboden. Houders van meer dan één kat voor bedrij ven, pakhuizen, fabrieken e.a., welke dus niet zijn opgegeven onder de rubriek raskatten, DE GESCHIEDENIS VAN ONHERBERGZAAM STUKJE NEDERLAND. Een Duivelseiland in de Zuiderzee. „Onder de wezenlijk merkwaardige plaatsen van Overijssel behoort voorzeker het eenige eiland van dat gewest, Schokland. Aldus vangt mr. G. Mees Azn., professor in de Ne- tierlandsehe letterkunde en geschiedenis aan het Atheneum te Deventer, zijn opstel aan, dat hij schreef in de Overijsselsche Almanak van 1874. En wat hij dan verder vertelt van dit stukje grond door de Zuiderzee omspoeld, is zóó schokkend, dat we met gerust geweten kunnen spreken, zooals we dit aan het hoofd van dit stukje doen, van „een Duivelseiland in de Zuiderzee." Op 16 December 1858 kwam er een wet, die voorschreef, dat het eiland moest worden ontruimd er zou aan heel wat men- schen héél wat leed en ellende bespaard zijn gebleven, als reeds minstens 50 jaar eerder een dergelijke wet tot stand was gekomen. Maar toch „De liefde voor zijn land, is ieder aangeboren" ook den Schokkers. En niet dan noode verlieten zij in 1859 het onherberg zaam stukje grond, dat hun veel ontbering en weinig stoffelijk geluk had geschonken. Historie. We stappen nu over allerlei historische bij - zonderheden hoe interessant ook heen. Dat Emmeloord reeds omstreeks 1200 tegelijk met Urk en het verdwenen dorp Negele ge noemd werd dat nu eens de eene graaf, dan weer de andere bisschop het eiland bezeten heeft, dat Holland en Overijssel samen een tijdlang het beheer hebben gehad dat zelfs Amsterdam geruimen tijd heer en meester op 'n gedeelte van het eiland kon spelen dat alles kan de historicus in boeken en tijd schriften beter opzoeken. Laat ons liever luisteren naar wat de meer genoemde G. Mees te vertellen heeft. Schokland moet vroeger veel grooter zijn geweest en was wellicht met Urk verbonden. Maar de zee heeft het grootste gedeelte van de gronden weer tot zich genomen. Reeds in de 15e eeuw was het op Schokland geen vetpot meer. Immers, toen Karei de Stoute, die ook al bezitter van de eilanden is geweest hij had ze weggeschonken aan Gerrit Entszoon, burgemeester van Enkhuizen kunnen zich thans eveneens wenden tot de sectie bijzondere diergroepen te Beekbergen voor het verkrijgen van voederkaarten. PETROLEUMVOORRADEN GROOTER DAN 200 L. MOETEN OPGEGEVEN. Voor 15 Augustus schriftelijk opgave bij Rijksbureau voor aardolieproducten. Verbruik zonder vergunning verboden. De Secretaris-Generaal, waarnemend hoofd van het Departement van Handel, Nijverheid en Scheepvaart deelt het volgende mede Aangezien verschillende verbruikers van petroleum thans nog blijken te beschikken over belangrijke voorraden petroleum, welke reeds voor het inwerkingtreden der petrole- umdistributie op 17 Juni j.l.zijn ingeslagen, wordt het noodzakelijk geacht hierover nauw keurige gegevens te verkrijgen. Teneinde dit te bereiken is bepaald, dat verbruikers, die beschikken over een hoeveel heid van meer dan 200 liter petroleum, welke reeds voor 17 Juni j.1. werd gekocht, verplicht zijn hiervan voor 15 Augustus a.s. schrifte lijk opgave te doen bij het Rijksbureau voor Aardolieproducten, Zeestraat 100104 te 's-Gravenhage. De opgave dient te vermelden de op den datum van afgifte aanwezige hoe veelheid, uitgedrukt in liters, alsmede de plaats en de wijze van opslag. Tevens is be paald, dat het verboden is de bovenbedoelde hoeveelheden petroleum in voorraad te hou den of te verbruiken zonder daartoe verkre gen schriftelijke vergunning van genoemd Rijksbureau. De aandacht wordt er op gevestigd, dat de bovenomschreven verplichtingen niet gelden voor hen, die in petroleum handelen en daar van hun normaal bedrijf maken. HEFFING WINSTBELASTING. Zal 10% van belastbare som bedragen. Vijftien opcenten voor de gemeente. Het Verordeningenblad bevat een besluit tot heffing eener winstbelasting en afschaffing van de dividend- en tantièmebelasting. De winstbelasting is bepaald op 10% van de be lastbare som en wordt 'geheven over elk jaar, dat eindigt met of na 31 December 1939. Krachtens een afzonderlijk .besluit zullen op de winstbelasting vijftien opcenten worden geheven ten behoeve van de gemeenten. BINNENLANDSCH NIEUWS. dezen eens vroeg Wel, hoe is het al mijn knecht, hebt ge al wat ontvangen van de plaatsen die ik u heb geschonken moet deze geantwoord hebben „Zoude ik, heer, van deze arme luiden, die in droefheid geze ten zijn, en daar ik mij over erbarm, iets ne men Pleitte dit aan den eenen kant voor het warme hart van onzen Gerrit, aan den anderen kant blijkt duidelijk, dat er ook reeds omstreeks 1500 armoede heerschte. De schrijver vertelt verder, dat er op het eiland niet alleen staatkundige, maar ook godsdienstige verdeeldheid was. Emmeloord was katholiek en Ens gereformeerd. Maar toch was op Emmeloord, behalve een katholieke kerk, ook nog een gereformeerd bedehuis, te weten in een bovenvertrek van het huis des schoolmeesters, waarin eens om de veertien dagen de predikant van Ens kwam prediken. Het auditorium was echter niet grootalleen de schoolmeester en zijn vrouw waren trouwe toehoorders. En dwang tot doop en kerkgang hielpen weinig. Staatkundig behoorde het eiland nu eens aan Holland, dan weer aan Overijssel, en er is zelfs een tijd geweest, dat de provincies Holland, Friesland en Overijssel elkander de rechten en verplichtingen betwisten. Tot ein delijk in 1814 het eiland definitief aan Over ijssel werd toegewezen. Wij kunnen op al die geschillen en moei lijkheden thans echter niet verder ingaan, Tocht over het eiland. Liever volgen we den schrijver, den heer G. Mees op een tocht over het eilandje, 't Was in den zomer van 1846. Bij het schoonste zo merweder, zoo schrijft hij, stond ik bij Ens op den kistdam of loopplank en zag niets dan drassig overgeloopen en moerassig land, zoo dat er slechts enkele punten zijn, waar men dwars van de Oost- naar de Westzijde droog voets kan gaan. Die zoogenaamde bodem is meer voor de ganzen en eenden dan voor menschen bewoonbaar. Het eerste voorwerp bij Ens is de ruïne van een oude kerk weder een sprekend bewijs, dat het eiland veel grooter uitgebreidheid moet gehad hebben, daar het 'n dwaasheid zoude geweest zijn, eene kerk te stichten op eene plaats, die zoo verre van de woningen verwij derd is. Van de stichting dier kerk bestaat geen herinnering of overlevering meer. Be langrijk zou het zijn, de fundamenten van den bouwval te onderzoeken. De heer Legebeke, pastoor van Emmeloord meent, dat er stellig reliquien en perkament zouden gevonden wor den die, zonder uitzondering, steeds bij den NEDERLANDSCHE GE-INTERNEERDEN IN DUITSCHLAND. Oude burcht als verblijfplaats. De Nederlanders die in Duitschland zijn geïnterneerd in totaal omstreeks driehon derd, van wie er zes uit Berlijn komen zijn niet in een gevangenis opgesloten. Hun ver blijfplaats is evenmin te vergelijken met een concentratiekamp. Met een klein beetje goe den wil zou men zelfs kunnen zeggen, dat zij gedwongen waren „naar buiten" te trekken. Zij genieten hun vacantie op een romantische burcht, „ergens in Duitschland", die indertijd de geheele omgeving beheerschte, aldus lezen we in het Rott. Nieuwsblad. De in bewaring genomen Nederlanders kun nen er van heerlijke vergezichten genieten. Zij kunnen er zonnebaden nemen. Zij mogen er aan sport doen, schrijft een van de corres pondenten van het Vaderland. Aangezien zij burgergevangenen en geen krijgsgevangenen zijn, behoeven ze niet te te werken voor de kost. Een groot gedeelte hunner zit dagelijks in de tuin aan kleine ta feltjes te lezen of te studeeren. Anderen be oefenen het edele schaapspel. Weer anderen hebben toestemming gekregen een klein lapje grond als hun tuintje te bewerken, zoodat er in de groote zalen steeds bloemen staan. Al is de burcht nu niet bepaald een hotel restaurant deze gerestaureerde ruïne is in feder geval het tegendeel van een gevangenis. De slaapzalen zijn zeer hoog, in het algemeen wel 4 tot 5 meter. De bedden, met blauw witte lakens zien er kraakzindelijk uit en her inneren aan een Duitsch dorpshotel. Het kli maat is er uitstekend. Er is veel zonneschijn. De geïnterneerden mogen er zich in een uit stekende gezondheid verheugen. Dat zij tevre den zijn, ook over de behandeling, moge blij ken uit het feit, dat de meeste in vrijheid ge stelden na hun thuiskomst schriftelijk den slotvoogd hebben bedankt. Er is trouwens op gewezen, dat deze Neder landers persoonlijk niets op hun geweten heb ben en als „leden van een stamverwant volk" ook niet als politieke vijanden mogen worden beschouwd. Onder de geïnterneerden bevinden zich menschen van allerlei slag. Het zijn mannen van 18 tot 60 jaar. Er zijn evengoed arbeiders bij als bestuurders van groote ondernemingen. Een twaalftal van de geïnterneerden drijft zelf zaken. Twaalf geïnterneerden studeerden aan een Duitsche universiteit. De kapitein. In elke zaal hebben de geïnterneerden een soort „zaalchef" gekozen. De zaalchefs hebben op hun beurt uit hun midden een vertegen woordiger benoemd, die als verbindingsman tusschen de geïnterneerden en de Duitsche bewakers optreedt. Hij heet in de wandeling „de kapitein" en geniet een groote mate van bewegingsvrijheid. Hij krijgt izelfs toestem ming om zich voor de uitvoering van bepaal de opdrachten af en toe buiten de burcht te begeven. Op dit oogenblik treedt de bestuur der van een dochter-maatschappij van een groot Duitsch concern op als .kapitein." Op de burcht bevinden zich ook geïnter neerden van andere nationaliteit. Volgens zijn nationaliteit wordt men in een kamer inge deeld. Bij de sport, o.a. bij het voetballen, zijn reeds landen wedstrijden gehouden. Hoe aangenaam echter het leven op de bouw in den grond werden gelegd. (De schrij ver teekent hierbij aan, dat hij pogingen zal aanwenden om een ontgraving te doen be werkstelligen. Daar is toen blijkbaar niets van gekomen. Des te merkwaardiger dat thans, sooals gemeld, dr. de Froe met zijn studenten ten behoeve van een anthropologisch onder zoek met een ontgraving bezig is. Red.) De wandeling voortgezet. Wij wandelen nu noordwaarts langs de oost zijde van net eiland en wel op den kistdam of loopplank. Gelief u te herinneren, dat die loopplank geen anderhalf voet breed is en meest zonder eenige leuning. Zie regt voor u uit als de koorddanser op het kruis eene beweging links doet u tusschen de palen op de steenen of in den modder vallen een regtsche afwijking zou u het genot van een zeebad bezorgen. Na eenige minuten gaans bereikt men 14 armzalige huisjes, digt bij elkander gekropen als een hoopje verkleumde kuikens. Twee zijn onbewoond en dreigen in te vallen. In de ove rige treft men 16 gezinnen aan. Van Ens wandelen we naar de z.g. Middel- of Meulen- buurt. Hier is de zetel der regeering. 38 hui zen vindt men er, bewoond door 45 gezinnen. Hier is de verblijfplaats van den burgemees ter G. J. Gillot, tevens secretaris, die in deze twee kwaliteiten en als opzichter van den vuurtoren, met kosten van bestuur en al zich met een jaarinkomen van f 650 moet verge noegen. Op Ens is het verblijf van dr. C. L. Meijer, die voor f 300 en vrije woning een waarlijk niet gemakkelijk taak heeft. In den zomer mogen hem de wandelingen per plank van zijn woning naar den Zuidert of naar Emmeloord vervelend zijn, in den winter, bij stormachtige nachten en hooge vloeden zijn zij gevaarlijk. Door zich nimmer te ontzien als zijn hulp wordt ingeroepen, door zijn kun de en zijn zeer net ingerigte en welvoorziene apotheek, heeft hij zich het geheele vertrou wen weten te ver wei-ven. Vervolgens beschrijft de heer Mees de noor delijke buurt Emmeloord. Is Ens het 's-Gra venhage, Emmeloord is met zijn haven, waar 300 schepen zouden kunnen liggen, het Am sterdam van Schokland. Kommerlijk bestaan. Niettegenstaande de verminderde middelen van bestaan en de vermeerderde armoede, zegt Mees, nemen de bevolking en de huwelijken toe en de sterfte af. En evenwel hoe kommer lijk leeft, de SchokkerHet voornaamste voedsel is roggenbrood, doch in plaats van burcht ook moge zijn, toch zullen de meeste Nederlanders blij zijn, wanneer het uur der vrijheid weder voor hen slaat. Aan hun in vrijheidstelling wordt nog steeds gewerkt en zij, die in het Duitsche productieproces een rol spelen, hetzij als eenvoudig arbeider, hetzij als bedrijfsleider, maken een goede kans, dat er spoedig een einde komt aan hun „gedwon gen vacantie." WELKE BONNEN ZIJN THANS GELDIG. BROOD. Bons 91 tot en met 100. (Broodbonb Geldig van 5 Aug. tot en met 11 Aug. a.s. iniet gebruikte tot en met 15 Au gustus) rechtgevende op 2500 gram rog gebrood of 2000 gram ander brood. THEE OF KOFFIE. Bon 53 (algem. distributieboekje.) Geldig tot en met 30 Aug. rechtgevende op half pond koffie of half ons thee. BLOEM OF BAKMEEL. Bon 90 (algem. distributicboekje.) Geldig tot en met 9 Aug. rechtgeven de op 2'/s ons tarwebloem of tarwemeel of boekweitmeel of roggebloem of rog gemeel of zelfrijzend bakmeel. SUIKER. Bon 66 (algem. distributieboekje). Geldig tot en met 23 Aug. rechtgeven de op één kg. suiker. PETROLEUM. Petroleumzegel „Periode III voor hen, die over geen andere kookge legenheid beschikken dan petroleum Geldig tot en met 11 Augustus rechtge vende op 2 liter. BOTER. Bons 01 tot en met 04 (boterkaart). Op elke bon '/t pond boter van 29 Juli tot en met 23 Augustus. VET. Bons 01 en 02 (vetkaart) Op elke bon een 'h pond margarine of gesmolten vet of boter van 29 Juli tot en met 23 Augustus. VET. Bons 03 en 04 (vetkaart) elke bon een pond boter met 10 cent reductie per '/s pond, van 29 Juli tot en met 23 Augustus. boter soms wat Friesche kaas daaroverheen Met de hoogte van 9 voet, dat- wist men, liep gesmeerd. Voor saus bij de gerechten mosterd, het gansche eiland onder en zie des avonds azijn, en water. Bladgroenten of vleesch wor^klom het tot 8, tot 8'voet. Des nachts was den nooit gebruikt, hoogst zeldzaam een klein stukje spek. Treden wij nu de woningen binnen, dan zijn die der eigenlijke armen spoedig beschre ven. Een schuur met een vloer van klei en houten wanden, waar de wind door henen loeit of de zon door henen brandt, waar in een woord koude en hitte een even gereeden toegang vinden. Het inwendige onzindelijk en afzigtelijk. Het zonderlingste is de vuurhaard. In een der hoeken van de kamer is de zolde ring lager, daaronder wordt in den aschpot gestookt. De rook gaat niet uit door een schoorsteen, maar tusschen het hoogere en lagere gedeelte van den zolder en bereikt zoo de vliering, waar hij behulpzaam is in het droogen der aldaar uitgespreide netten. Wind en water de vijanden. Wij, die een pleziertogtje bij gunstig weder naar Schokland deden, kunnen ons moeijelijk een denkbeeld vormen hoe het er in den bar- ren winter, bij de lange avonden en nachten geschapen is. De buurten, die slegts 30 el breed zijn, staan 6 a 7 voet boven dagelijksch wa ter. Bij stevigen wind schudt de grond zoo danig, dat de spiegels en schilderijen soms vrij hard tegen den wand slaan. Bij een wei- het vallende en rijzende tot het des ochtends van den 4en tot 10". voet steeg. Reeds in Oc- tober 1824 waren de paalwerken aan de oost zijde, zooals ook aan de westzijde der buurten zwaar beschadigd thans sloeg een geheel nieuw geheid werk bij den Zuidert uit den grond en dreef weg. De zeedijk, die genoeg zaam volkomen hersteld was, werd ter leng te van meer dan 2000 ellen verwoest. Dra werd de vernieling voltooid. Uit de paalwerken op Ens en Emmeloord werden geheele vakken Weggeslingerd en door den stroom medege voerd, zoodat het getal der weggerukte palen wei op 1800 begroot werd. De vuurtoren werd zoo geteisterd, dat hij geheel vernieuwd moest worden. Uit de R. K.-kerk te Emmeloord sloe gen de muren weg, het altaar, de banken, enz. werden door de golven medegesleept. In de onderscheidene buurten spoelden 26 huizen weg, 70 werden zwaar beschadigd. Het nood- lottigste van alles was nog, dat 1 man, 4 vrou wen en 8 kinderen omkwamen. Besluit. Zeer is het te wenschen, zoo eindigt Mees deze levendige beschrijving, dat dergelijke ram pen de arme en reeds zoozeer misdeelde nig meer dan gewonen wind is met eenige,Schokkers niet meer mogen teisteren. Zij zou- oplettendheid waar te nemen, dat alle kleine den den ondergang van het gansche eiland, hangende voorwerpen in beweging zijn en bijwe^ bestaan toch van zooveel belang is. sterken oostewind staat eene pendule in een z*c*1 kunnen sleepen. Meer dan men oostelijk gelegene kamer terstond stil. Hoe- breekt het den aandrang des waters zeer nu, bij hoge vloeden als de buurtwerf 1 a °p. Overijsselsche kust. En als de schipper, 2 voet onder water staat en de volle zee met nachtelijk duister, door noordwestelijke 7 a 8 voet diepte tegen de westelijke palen iv*aëen voortgezweept, geen uitkomst meer ziet rij der buurten aanbuldert, hoezeer dan alles hoe hem dan het Enzer licht, om een dreunt en kraakt en zich wringt, valt ligte- lijk te begrijpen. De storm van 1825. Welk een tooneel moet alsdan het arme Schokland niet opleveren De eenige ge meenschap tusschen de buurten, de plank, is onder water het eiland wordt dan drie ei- landen ieder van 5 minuten of minder in omtrek. Het giert vooral door de armoedige woningen die op hunne grondvesten trillen en beven. Gelukkig evenwel, dat de tooneelen van 1825 zich niet herhaald hebben, toen was het er ijsselijk gesteld. Veel had men reeds den geheelen winter van 1824 geleden, door de bijna zonder tusschenpozen waijende har de winden toen, op Donderdag den 3 Febru- arij 1825, het water sterk begon te rijzen. veilige schuilplaats in de haven van Emmel oord te zoeken. Zoo was het in 1846, toen bovenstaande ge schreven werd zoo is het ten deele ook nog thans. Toen we onlangs, na een stormachtigen nacht op Emmeloord kwamen, lagen er nog tientallen turftjalken voor anker. Maar straks, als de dijk gereed is en de polder valt droog, zal het niet meer zoo zijn. Dan zal Schokland niet alleen als eiland heb ben opgehouden te bestaan. Doch het zal ge leidelijk in den bodem wegzinken. Alleen de fundamenten van de overoude kerk op Ens zullen dan nog blijven als een herinnering aan menschelijken strijd en menschelijk leed, cp een klein, eenzaam stukje land in de vroe ger zoo woelige Zuiderzee.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1940 | | pagina 1