31e JAARGANG DONDERDAG 8 AUGUSTUS 1940 No. 91 NIEUWS' EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WIERINGEN EN OMSTREKEN W1ERINGER COURANT VERSCHIJNT ELKEN DINSDAG, DONDERDAG EN ZATERDAG. ABONNEMENTSPRIJS per 3 maanden f 1.25. UITGEVER CORN. J. BOSKER WIERINGEN. BUREAU Hippolytushoef Wieringen Telefoon Intercomm. No. 10. ADVERTENTIéN Van 1 5 regels f 0.50 Iedere regel meer f 0.10 BINNENLANDSCH NIEUWS. UNIFORME MAXIMUMSNELHEID VOOR HEEL HET LAND INGEVOERD. Nieuwe verordening voor het verkeer. Waarschuwingen aan del wielrijders. De verordening op de maximumsnelheid is Maandag in werking getreden en daarmede is thans voor het geheele land en uniforme regeling in de plaats gekomen van plaatselij ke voorschriften. Omtrent de overwegingen, welke tot de uit vaardiging van deze verordening hebben ge leid, hebben wij van bevoegde Duitsche zijde een uiteenzetting ontvangen. Het eerste doel der verordening is het verhoogen der ver keersveiligheid, mede met het oog op de vele fietsers, die door de snelheidsbeperking een grootere bescherming gaan genieten. Dit is ook belangrijk, omdat de laatste maanden het aantal wielrijders op den weg nog toegeno men is. Voorts heeft de verordening ten doel, ma teriaal- en brandstofbesparing. Het is niet noodig, dat kostbare wagens worden afge jakkerd en daardoor spoedig versleten zijn. öovendien verslindt het al te snelle rijden de zoo noodige benzine. Als er in het algemeen bedaarder gereden wordt, zullen ook meer benzinetoewijzingen kunnen worden verstrekt. Een derde gevolg van de verordening zal zijn dat onze autowegen gespaard worden. Ons land heeft, zoo zeide onze Duitsche zegs man, zeer goede autowegen, doch helaas is de ondergrond slap, zoodat men er zuinig mee moet omgaan. Ook is er nog een aantal van huis uit zwakke wegen. Ook aan het we gennet komt het ten goede, indien de snel heid binnen bepaalde grenzen blijft beperkt. De mate der snelheidsbeperking komt over een met de ervaring, in Duitschland opge daan. De limiet is zoo gesteld dat snel gere den kan worden, terwijl aan de eischen dei- veiligheid voldaan wordt. Onze Duitsche zegsman, die een vooraan staande functie bij de Duitsche verkeerspo litie inneemt, gaf ons tevens eenige wenken, welke voor een goeden gang van zaken van 't hoogste nut kunnen zijn. Als eerste en meest In het oog loopende noodzakelijkheid noem de hij het tegengaan van het naast elkander rijden van wielrijders. Het is heel goed te begrijpen dat het met tweeën lijden hier on vermijdelijk is, het verkeer immers zou niet verwerkt kunnen worden indien men dit niet toestond. Ook is het in de meeste omstandig heden te billijken, als bij het passeeren op sommige momenten drie of vier fietsers naast elkander rijden. Maar wel moet worden tegen gegaan dat zes, zeven of acht fietsers zich naast elkaar op den rijweg bevinden. Van de fietsers moet verlangd kunnen worden dat zij op het snelverkeer letten. De vraag, of het naast elkander rijden geoorloofd is, zal af hangen van die, of het snelverkeer nog ruim te genoeg over houdt. Op een heel breeden weg kan op dit punt dan ook meer vergeven worden, dan op een smallen. Een tweede zwakke plek in het Neder- landsch verkeer is de wijze waarop de fiet sers teekens geven, of liever gezegd niet ge ven. Het geven van teekens wordt dikwijls nagelaten, en als het gebeurt, gebeurt het slordig. De achterop komende automobilist is geen gedachtenlezer en ongevallen wegens het onvoldoende teekens-geven, zijn dan ook aan de orde van den dag. Er zijn hier zooveel wondermooie fietspa den. Waarom rijden de fietsers er dan nog naast De Nederlandsche verkeerspolitie zal daar strenger tegen moeten optreden. Deze opmerkingen dienen niet om de wiel- t rijdende gemeente onaangenaam te zijn, doch zijn er in haar eigen belang. Er zijn hier op het oogenblik veel Duitsche chauf-j feurs op den weg, die niet bekend zijn met de eigenaardigheden en grillen van de Ne derlandsche wielrijders, en die bovendien voorrechten hebben als militaire chauffeurs. De waakzaamheid voor de veiligheid van het verkeer dient ook van de zijde der fietsers te worden betracht. Er zijn nog andere punten die verwarring kunnen stichten. Een voorbeeld daarvan is de voorrangsregeling. Hier te lande zijn alle weg gebruikers gelijkgerechtigd, behalve de be voorrechte trams. In Duitschland zijn auto's en trams onderling gelijk, doch hebben voor rang boven andere verkeersmiddelen. Hier door ontstaan misverstanden, die ernstige gevolgen zouden kunnen hebben. BEROOVING TE ROTTERDAM. In een café in het westelijk stadsdeel van Rotterdam heeft Zatex-dagavond de 28-jarige mej. S. N. L. met een stadsgenoot den avond doorgebracht. De man zou het verteerde be- talen maar toen hij zijn portefeuille, waarin zich f 300 bevond, te voorschijn wilde halen, bleek deze spoorloos te zijn verdwenen. Ex- volgde aangifte bij de politie en de juffrouw werd eens danig aan den tand gevoeld. Het gevolg was, dat men den 25-jarigen zeeman A. T. A. kon arresteeren. Een huiszoeking had tot resultaat, dat het geld bij hem gevonden wei'd. Mej. L. zal terecht staan wegens be- rooving en A. wegens medeplichtigheid daar aan. Beiden zijn ter beschikking van de jus titie gesteld en zijn naar het Huis van Bewa ring overgebracht. BONNEN IN HOTELS. Langblijvers moeten ze afgeven. De directeur van het Rijksbureau voor het hotel-, café-, restaurant- en penskmbedrijf deelt blijkens „Horecaf" mede Gasten, die zes dagen en langer onafgebro ken iix het hotel verblijven, moeten van den zevenden dag af dagelijks hun broodbon in leveren eix wekelijks hun bon voor boter en vet, alsmede een kwart suikerbon. Indien voor af bekend is, dat het verblijf langer dan zes dagen zal duren, dienen de broodbons onmid dellijk te worden ingeleverd. De gasten, die voor langeren tijd in het hotel verblijf houden, moeten al hun levens middelenbonnen, ook die van de broodbon- boekjes exx boter- en vetkaarten aan den on dernemer inleveren. Bij tusschentijdsch ver trek mogen in het algemeen de bonnen, wel ker geldigheid op dat oogenblik nog niet is verstreken, van den ondernemer -worden te rugontvangen. VELE BOMMEN GEVALLEN. Weder is een groot aantal bommen in de afgeloopen twee nachten op ons land neerge komen. Bijzonder zwaar getroffen is een woon wijk in Enschede, waar vijf bommen neer kwamen. Vier woningen weiden vernield, de ruiten van een honderdtal huizen sprongen en een inwoner werd door scherven gewond. Bij Assendelft is een 20-tal huizen licht be schadigd. In de omgeving van Nieuweramstel zijn we der bommen in het vrije vela neergekomen. Hetzelfde geschiedde bij Puttershoek, Nieu- wenhoorn en Gendringen en nabij Breda. Eenige in brand geraakte schuren zijn snel geblusch. HET ONTSTAAN VAN HET DORPJE WARTENA. Bij heldere maan hoort men klokgelui op het water. De Friesche meren behooren ongetwijfeld tot de mooiste en schilderachtigste plassen van ons land. Het hart van iederen zeiler gaat open als hij denkt aan de breede wateren, waaraan de altijd wisselende luchten, de sap pige weiden en het kleurige vee dat op die groene vlakten zijn voedsel zoekt, een zeer bijzondere bekoring geven. Toen wij eenige jaren geleden met Sneek als uitgangspunt gedurende een tiental dagen op de Friesche wateren zeilden, toefden we eenige uren in het stille dorpje Wartena waar v/ij kennis maakten met een grijzen visschers- man, die er vaak des nachts op uit trok met zijn netten. „Bij heldere maan", zoo vertelde hij ons, „heb ik meer dan eens klokgelui gehoord dat uit de diepte opsteeg. Dan wist ik, dat het de klokken van Odins stad waren, waarvan de rijke koopmanshuizen en de groote pakhuizen meer dan vijf en twintig- eeuwen geleden door de golven werden vei-slonden. Het is de stad die vroeger hier, waar ge thans Wartena ziet, heeft gestaan, eigenlijk is ons dorp er het laatste overblijfsel van." Men begrijpt, dat door deze raadselachtige woorden onze belangstelling voor het rustige dorpje was opgewekt. Wij wilden meer van die vei-zonken stad weten, en na een beetje over en weer praten, vertelde de oude man ons de geschiedenis, zooals die onder de be volking voortleeft in een legende, waarvan wij op onze beurt den hoofdinhoud zullen weer geven ONBEKENDE GESNEUVELDEN. De directeur v.an het informatiebureau van het Ned. Roode Kruis, Zwarteweg 75, Den Haag, deelt mede, dat aan zijn bureau nog verschillende goederen aanwezig zijn, toebe hoord hebbende aan tot op heden onbekend gebleven militairen. Onder deze goederen bevindt zich een aan tal ringen, waarin de volgende inscripties voorkomen Jo 30-5-'35 W. M. V. B. 26-3-'37 K. de V.- ïl-'34 of '37 Marie 10-8-,E. V. R.-W. D. L. 10-8-'36 A. V. B. of A. V. C. M. J. V. G. K. 19-6-'39 C. W.-H. K. Ziska 25-3-'40 E. G. S. P. Jan. 31-10-'25 A. K. G. H. van LentRiek 9-4-'39 H. S. 25-12-'37 M. H.C. P. de Wilde J. S. 18-5-'28 S. de J. 22-7-'39 E. Z. 5-ll-'39 M. V. 17-4-'32 J. K. W. J. V. 28-5-'28. Nabestaanden of andere belanghebbenden, die een en ander als van bepaalde personen afkomstig, zouden kunnen herkennen, wordt in overweging gegeven zich met het bureau bovengenoemd in verbinding te stellen, ten einde langs dezen weg tot een nadere identifi catie te komen van als onbekend begraven militairen. TERUGGAVE VAN BELASTING. Op gouden en zilveren voorwerpen. Naar „Het Vadex-land" verneemt, zullen de goud- en zilversmeden verouderde en onver koopbare voorwerpen van goud of zilver ten kantore van den waarborg kunnen aanbieden ter vernietiging, indien het ongebruikte win- kelvoorwerpen zijn. Van de betaalde belasting wordt dan 90% terugbetaald of verrekend met de belasting op nieuwe voorwerpen. Verder verneemt het blad, dat de juweliei's. die tijdens de oorlogsdagen voorwerpen ver- loren hebben of wier voorwerpen beschadigd zijn, teruggave van de op deze voorwerpen betaalde belasting kunnen terugvragen via de schade-enquête-commissies. ZEEUWSCHE MOSSELEN MOGEN WEER NAAR BELGIE. Ds Zeeuwsche mosselcultuur, die voor haar afzet van oudsher voornamelijk op Frankrijk en België was aangewezen en die wegens het sluiten der grenzen een benarde toekomst tegemoet scheen te gaan, krijgt weer perspec tief. De Duitsche autoiïteiten hebben nl. den uitvoer van mosselen naar België thans toe gestaan. Ook oesters en kreeften zullen weer de Ne- derlandsch-Belgisvhe grens mogen passeeren. In den loop van deze week zal voor dezen export een betalingsregeling worden getrof fen. Het is geenszins buiengesloten, dat via België de Zeeuwsche mosselen dit seizoen ook Frankrijk weer zullen bereiken, dat voorheen 40 van den geheelen Nederlandschen mos selexport afnam. TWEE EN IIALF MILLIOEN VAN DE NATIONALE INZAMELING. Reeds een bedrag van zes ton besteed. Gisteren zijn de bestuurders van stichtingen op het gebied van de hulpverleening te 'is-Gravenhage bijeengekomen bij het Natio naal Fonds voor Bijzondere nooden. De penningmeester van de nationale inza meling heeft in deze bijeenkomst medegedeeld, dat reeds anderhalf millioen gulden is inge komen en dat volgens berichten uit de an dere plaatsen, onder welke eenige groote ge meenten, nog ongeveer een millioen gulden mag worden venvacht zoodat de totale op brengst op 2.5 millioen gulden kan worden geschat. Hiervan is inmiddels zes ton besteed. Nader overleg wordt gepleegd om zoo spoe dig mogelijk de rest ten bedrage van een klei ne twee millioen gulden voor de verdere hulp verleening ter voorziening in den voorloopigen nood op haar bestemming te doen komen PROVINCIAAL NIEUWS. Als wij ons verhaal beginnen met den naam van koning Radboud, dan zullen de ouderen aanstonds weten, dat dit dc machtige koning was, die in het midden van de zeventiende, eeuw over Friesland regeerde en alles heeft gedaan om zijn rijk aan den invloed der Franken te onttrekken, wat hem op den duur echter niet gelukte. Van dezen Radboud of Redbad zooals hij feitelijk heette, wordt verhaald, dat hij op het punt zou heb- zou hebben gestaan zich tot het Christendom; te bekeeren. Reeds had hij daarvoor zijn vost in het doopvont gestoken, maar hij trok dien 1 terug, toen hij op zijn vraag of hij in den hemel later zijn voorvaderen zou ontmoeten, een ontkennend antwoord kreeg. Mede door de hulp van Denen en Noren, was Redbad er in 679 in geslaagd om Utrecht, dat toen nog Wiltenburg heette, op de Fran ken te heroveren. Hij had dit bolwerk van het het christelijk geloof, vanwaar uit de predi kers het land introkken om allen met wie zij in aanraking kwamen, tot hun godsdienst te bekeeren, door zijn krijgslieden tot puin laten maken. Toen hij, staande op de wallen, de geweldige verwoestingen gadesloeg, klopte zijn hart van vreugde. De armen ten hemel gestrekt, dankte hij Odin, den vader der Go den, voor deze zegepraal en beloofde hem in Fi'iesland een stad te bouwen véél grooter en mooier nog dan het verwoeste Wiltenburg. Hij besprak het plan met zijn priesters, die uit maakten, dat de nieuwe stad tusschen de poelen en plassen van het in die dagen wel zeer onherbergzame en woeste midden-Fries land, moest verrijzen. Zoodra het weer dat toe liet. de herove ring en verwoesting van Wiltenburg had mid den iix den winter plaats gehad werden de fundamenten voor de nieuwe stad gelegd, niet bepaald tot vreugde van de jagers en visschers die tot dusver in de afgelegen streek rijken buit hadden gevonden. Zij traden de bouwers dan ook vijandig tegemoet en een van hen, WEINIG VACANTIEGANGERS OP TEXEL. Het bezoek aan dit eiland, dat in de laat ste jaren hoe langer hoe grooter werd, is dit jaar zeer gering. In de eerste helft van Au gustus was hier gewoonlijk, niettegenstaande er ieder jaar weer pensions werden bijge bouwd, geen enkele plaats in een hotel of pen sion meer te bekomen. De clubhuizen moes ten kaarten laten drukken, die reeds in den aanvang van den zomer verzonden werden, .met de mededeeling, dat in de eerste helft 'van Augustus alles bezet was. Het was aan de exploitanten niet mogelijk alle aanvragen vóór dien tijd schriftelijk te beantwoorden. En nusporadisch komt men een gast te gen, de hotels boeken nog wel eenige gasten, cok de pensions hebben een paar personen die hier hier hun vacantie komen doorbren gen, doch van eenige bijzondere drukte is niets te bespeuren. Vele particulieren hadden ook een gedeelte van hun woning ingericht voor pension en verdienden op deze wijze nog wat extra, doch hiervan is dit jaar geen sprake. In zoo goed als geen enkel particulier huis treft men pensiongasten aan. EEN GEVAARLIJK VISCHJE AAN DEN HAAK. Paling bleek helsche machine te zijn. Zaterdagmiddag was de heer C. J. Burger aan 't visschen in het Noordzeekanaal bij de spoorbrug te Velsen-N. Plotseling bleef zijn haak vastzitten aan een voorwerp, dat nogal zwaar bleek te zijn, althans zijn hengel brak. Daar aan de hengel een vanglijn verbonden was, kon hij het voorwerp naar de kant ha len. Het bleek een lange koperen bus te zijn, gesloten met bovenplaat en vier moeren, met in het midden een electrische draad. Er waren direct heel wat menschen bij. terwijl ook een Duitsch militair, die wacht had op de brug van zijn belangstelling blijk gaf. Deze laatste raadde aan de uiterste voor zichtigheid te betrachten met dit onbekende ding. Na verloop van ongeveer een half uur kwam een tweede Duitsche militair, die de zaak be keek en toen meenam, waarbij hij de uiter ste voorzichtigheid in acht nam. Volgens iemand uit het pubhek, was het een Engelsche dynamietbom, zooals er enke le weken meerderen tegen de glooing waren komen aandrijven. INSCHRIJVINGEN HANDELSREGISTER 22 JULI TOT 6 AUGUSTUS 1940. Nieuwe Zaken WieringermeerJ. H. Meijer en Zoon, In dustrieweg. dorschbedrijf. Wijzigingen Hecrhugowaard P. J. Mienes, Middenweg Ct 146, verplaatst naar Castricum en filiaal gevestigd te Heerhugowaard C. Smit, Mid denweg G 15, bakkerij en kruidenierswaren, overgegaan aan Mw. de Wed. M. Smit-Groen. Den Helder Paul Meijex\ Spoorstraat 21, banketbakkerij, verplaatst naar Amsterdam J. S. Godschalk, Koningstraat 5860. filiaal gevestigd te Castricum ;F. B. H. Mooij, Gouds een stokoude man, voorspelde „Zoolang er vrede zal zijn in het geslacht Redbad zal de stad, die gij thans bezig zijt te bouwen wel bloeiende blijven, zoodra er echter onder de leden van het koningshuis tweedracht komt, is zij ten ondergang gedoemd." Het werk vlotte en na betrekkelijk korten tijd, vertelde men elkander in Friesland van de fraaie stad, die onder den naam Wartna, ter eere van Odin, in het middengedeelte van het rijk was verrezen. Nadat, toen Redbad was gestorven, achter eenvolgens drie andere vorsten over het nog altijd heidensche Friesland hadden geregeerd, kwam opnieuw een Redbad op den troon. De strijd met de Franken duurde nog steeds voort, maar de Friezen moesten langzamer hand het onderspit delven. Onder de regee ring van Redbad II gaven zij zich over aan den vijand. De vorst, uit Medemblik, van ouds 'de residentie der Friesche heerschers. verdre ven, vond een schuilplaats in Wartna. waar hij het leven van een vergeten burger leidde. Zijn nakomelingen verarmden meer en meer en moesten ten slotte met handenarbeid hun brood verdienen. Zoo kon het gebeuren dat op het einde van de twaalfde eeuw in Wartna een afstammeling van het eens zoo beroemde koningsgeslacht als smid in zijn onderhoud voorzag. Hij was een goed vakman en ver diende daxx ook voldoende om met zijn vrouw en zijn twee zoons, zorgeloos te kunnen leven. Op een dag besloot de smid met zijn oud sten zoon te- gaan spelevaren op de breede wateren die Wartna omringden. Het was prachtig weer toen zij uitvoeren, maar in den loop van dag veranderde de wind met het gevolg, dat er een vliegende storm opstak. Toen vader en zoon noch dien avond noch den volgenden dag terugkeerden, werd dan ook aangenomen, dat zij met hun boot een prooi van de golven waren geworden. Geluk kig voor de weduwe kon de jongste zoon. Wybo geheeten. de zaak van zijn vader voortzetten. blomstraat 46. manufacturenhandelfil. ge vestigd te Zaandam. ONTHEFFINGEN Den HelderElectr. Schoenmakerij Soern- bawa, Soembastr. 5 ..Hoppe", Krugerstraat 99, siroopfabricatie K. Dol. Vlamingstraat 80. kappersbedrijf„de Schakel", Ruyghweg 70, woningbureau enz. WIERINGERMEERLAND VALT VEEL BETER UIT. Vorig jaar maakten we er melding van dat ongeveer een 15 ha. bouwland in de Wierin germeer, via de gemeentebesturen van Ob- öam en Hensbroek, van de Wieringermeerdi- rcctie door eenige bouwers aldaar gehuurd een zoodaxxig teleurstellende oogst gaf dat op verzoek der huurders door voornoemde directie een aanzienlijke reductie op den pachtsom verleend werd. Het merkwaardige was dat land in de onmiddellijke nabijheid wel goede oogst te zien gaf, dus dat de Obdammer en Hensbroeker huurders het alleen slecht had den getroffen. Er waren onder deze pachters ook die de verbintenis tusschentijds wilden doen beëindigen, waartoe het ook gekomen is. al werden desondanks weer nieuwe huur ders gevonden. We vernamen dat dit jaar de gewassen op deze landerijen heel goed staan. De grond is veel meer open, dus meer toegankelijk voor warmte, lucht, etc. en ook veel gemakkelijker te bewerken. Het onkruid tiert hier thans ook welig. Vorig jaar was de grond zeer hard en uiterst moeilijk te bewerken. Met. droogte blijkt men nog al te kampen te hebben op dit land bij den verbouw van tuinbouwproducten. DE RIJP. MET ZWEMMEN. Dat het beter is om nog maar niet in het water van de Eilandspolder te gaan zwem men, blijkt wel uit de minder aangename er varingen. die sommige jongelui uit Graft op gedaan hebben, die Zondagmiddag bij Noord einde aan "t zwemmen zijn geweest. Reeds spoedig na het verlaten van het wa ter werden zij nJ. gekweld door een ondrage lijke jeuk, welke later nog in hoevigheid toe nam. Overal raakte de huid ontstoken en groote puisten kwamen onder de huid opzetten, zoodat de pret van het zwemmen al heel gauw verdween voor een minder prettige aan doening. Dit geval is niet op zich zelf staand, reeds eerder hoorden we van een dergelijk geval, zoodat vermoedelijk het water in den gehee len polder wel niet zal deugen. Wie dus zwemmen wil, kan beter elders zijn hart ophalen. ANDIJK. PROEFPOLDER - CURIOSITEIT. De bekende humorist Lou Bandy debiteerde over onze Proefpolder eens de mop, dat men |van het eerste graan uit dit aan de Zuiderzee ontworstelde land geen brood kon bakken omdat het te zout was. Ze hebben er, aldus Bandy toen maar zoute krakelingen van ge- jbakken. Dat was natuurlijk een mop. Geen mop is, dat de heer P. Rol uit de pol der thuis kwam met een zeldzaam zware paddestoel, die het kolossale gewicht had vaix 7 pond. We hebben deze curieuze zwam gemeten en de omtrek was ruim 1 meter, terwijl het ui terlijk veel geleek op een zware witte pom poen. Als deze kxiaap met zijn millioenen sporen zich eens was gaan vermenigvuldigen, zou dat een reuze zwampartij geworden zijn, daar in onze proefpolder. Hij was jong en krachtig en kende het vak in de puntjes. Door zich in het bijzonder op het smeden van ploegscharen toe te leggen wist hij de toch al goed beklante zaak tot nog grooteren bloei le brengen. Reeds waren sinds het verdwijnen van den smid en zijn zoon een aantal jaren verloopen toexx op een dag een tweetal mannen in grijze monnikspijen gehuld de werkplaats binnen kwam, waar Wybo druk bezig was. De jonge smid stond in de stad en ver daar buiten be kend als iemaixd, die niets van het Chriscen- dom moest hebben en daarom ook deix mon niken een allesbehalve goed hart toedroeg. Bij het zien van de twee mannen, van wie de een in de kracht van zijn leven was. terwijl de ander een zwakken en vermoeiden indruk maakte, kwam er een diepe rimpel op zijn voorhoofd. Van zijn werk opziende vroeg hij op norschen toon „Wat moeten jullie hier „Wij komen u waarschuwen." verklaarde de jongste van de twee manneix. „Wij hebben gehoord, dat gij de beoefenaren van den Christelijken godsdienst, waar gij dat maar .kimt, onaangenaam zijt, en wij raden u aan 'daarmede op te houden en boete te doen voor uw Gode onwelgevallig gedrag." „Ik zou mij met mijn eigen zaken bemoei en, als ik jou was," klonk het schamper uit den mond van den smid. j „Ik acht mij gedrongen broeder u nogmaals 'te waarschuwen." verklaarde de jonge mon nik. „Broeder, broeder." smaalde Wybo, „ik wensch je broeder niet te zijn. Vooruit, scheer je weg." Om aan zijn woorden meer kracht bij te zetten, hief hij deix zwaren voorhamer dieix hij in de hand had omhoog. En of het nu toe val, of opzet- was, kon de visseher, die ons het verhaal deed, niet vertellen, maar volgens hem was het een feit, dat het zware werktuig den monnik met één slag neervelde. I Op het lawaai dat de val veroorzaakte. kwam Wybo's moeder aangeloopen. Zij schrok toen zij den vreemdeling bloedend op den grond zag liggen. Haastig knielde zij bij hem neer. Om hem te helpen, ontblootte zij zijn borst en het eerste wat zij zag. was het wa pen van het koningsgeslacht Redbad, dat op den schouder van den onbekende was ge brand. Het gelaat van den monnik beter be kijkend, herkende zij meteen den doodge- waanden zoon. De handen in wanhoop geheven, riep de doodelijk verschrikte vrouw „Nu is er tweedracht gekomen in het oude koningsgeslacht en daardoor zal zijn bloeien de stad moeten vergaan." Nauwelijks had zij dit gezegd of er stak een geweldige storm op. die gepaard ging met een vreeselijk onweer. In dikke stralen gutste de regen. Bliksemschichten doorkliefden het luchtruim en niet lang duurde het of op ver schillende plaatsen in de stad ontstond brand. Alsof dat niet genoeg was, traden Ie wateren rondom Wartena buiten hunne oevers. Toren- hooge golven drongen de huizen binnen en reeds na verloop van enkele uren was van de welvarende koopstad niets anders overgeble ven dan een klein aantal onaanzienlijke huis jes. waaraan het tegenwoordige Wartena zijn bestaan zou danken. j „In lichte maannachten" besloot de visseher .zijn verhaal, „kan men soms, zooals ik u reeds zeide, de klokken van de verzonken stad hoo- ren luiden als men op de plassen vaart en een enkelen keer als het erg stormt en de lucht loodgrijs is, kan men boven de rietkra- Igen een spookachtige verschijning zien zwe ven, waarvan beweerd wordt, dat het de geest van den smid Wybo is, die na zijn dood geen rust heeft kunnen vinden in het graf." Na het verhaal van den grijzen visscherman [zijn wij het rustige dorpje waar wij toefden, met andere oogen gaan bekijken, maar iets ■'dat aan de vroegere glorie herinnerde, heb ben wij niet ontdekt. Algem. Hbld..

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1940 | | pagina 1