31e JAARGANG
ZATERDAG 14 SEPTEMBER 1940
No. 107
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
WIERINGEN EN OMSTREKEN
L. GO Y ARTS.
HIPPOLYTUSHOEF
IEDEREN DINSDAG
VAN 10.30 4 UUR.
Café N. KOK, Nieuwstr. H.-hoef.
Lage, vaste tarieven.
WAT ALS IDENTITEITSBEWIJS
WORDT BESCHOUWD.
WIERINGER COURANT
VERSCHIJNT ELKEN
DINSDAG, DONDERDAG EN ZATERDAG.
ABONNEMENTSPRIJS
per 3 maanden f 1.25.
UITGEVER:
CORN. J. BOSKER WIERINGEN.
BUREAU
Hippolytushoef Wieringen
Telefoon Intercomm. No. 10.
ADVERTENTIëN
Van 1 5 regels f 0.50
Iedere regel meer f 0.10
TANDHEELKUNDIGE
ZIEKENFONDS VERMINDERD TARIEF.
Geldig Neclerlandsch pas
poort, bewijs van Ncder-
schap en dislributiestam-
kaart - voorzien van een
met een gem.-stempel ge
waarmerkt portret - zijn
o.m. voldoende.
In een circulaire aan de burge
meesters schrijft de secretaris-gc-
raal, wnd. hoofd van het Dep. van
Binnerilandsche Zaken o.a.
Als identiteitsbewijs in den zin
der verordening wordt beschouwd:
A. Een geldig Nederlandsch
paspoort, afgegeven door de be
voegde Néderlandsche autoritei
ten
B. Een niet langer dan een jaar
geleden, door de bevoegde Neder -
landsche autoriteiten uitgereikt
bewijs van Nederlanderschap,
voorzien van een goedgelijkend,
met den gemeentestempel ge
waarmerkt portret.
C. Een distributiestamkaai't
voor een Nederlander, voorzien
van een met den gemeente-stem
pel gewaarmerkt goed gelijkend
portret.
D. Een door of namens den
burgemeester voor den duur van
ten hoogste een jaar afgegeven
identiteitsbewijs.
E. Een door of namens den
commandant van don Nederland
schen Opbouwdicnst uitsluitend
aan personeel van dien dienst af
gegeven identiteitsbewijs, voor
zien van oen met den dienststcm
pel gewaarmerkt goed gelijkend
portret.
F. Een door of namens den
directeur-generaal der posterijen,
telegrafie en telefonie, uitslui
tend aan het personeel der P.T.T.
afgegeven identiteitsbewijs, voor
zien van een met den dienststem-
pel gewaarmerkt goed gelijkend
portret.
G. Een door of namens het
hoofd der rijksinspectie van de
bevolkingsregisters bij het De
partement. van Binnen landsche
Zaken afgegeven identiteitsbe
wijs, voorzien van een met den
dienststempel gewaarmerkt goed
gelijkend portret.
Een en ander op voorwaarde,
dat het paspoort, het bewijs of de
kaart ook overigens voldoet aan
de in de verordening gestelde
eischen.
Personen, die in het. bezit zijn
van een te hunne name gesteld(e)
geldig(e) bewijs van Nederlander
schap of ciistributiefstamkaart,
kunnen dat bewijs of die stam
kaart persoonlijk aanbieden, het
zij bij de plaatselijke politie, het
zij ter secretarie (afd. bevolking),
teneinde het noodige voor het
als identiteitsbewijs geldend ma
ken, te doen verrichten.
Alvorens over te gaan tot hot.
geldend maken van een bewijs
van Nederlanderschap of een dis
tributiestamkaart of tot het, af
geven van een identiteiteilsbo-
wijs, overtuigt do ambtenaar zich
door ondervraging aan de hand
van de gegevens van de persoons
kaart, door raadpleging van over
te leggen legitimatiebewijzen en
desnoods door middel van getui
gen, dat de op het bewijs of op de
distributiestamkaart beschreven
persoon inderdaad identiek is
aan den verschenen persoon,
wiens portret en wiens beroep
moeten worden aangebracht en
gewaarmerkt.
Met nadruk wordt gewezen op
de verantwoordelijkheid van den
ambtenaar en op de ernstige ge-
GARNALENVANGST
TUSSCHEN
DE MIJNEN.
Zandvoorts visschers zijn nog van het
oude slag. Thans moeien de garnalen-
scheepjes echter dicht onder de klist
blijven.
WAT ROOKIE VERTELDE.
Wij blijven een zeevarend volk. Zelfs de
drijvende mijnen en ronkende vliegtui
gen kunnen onze visschers niet afschrik
ken om in den vroegen morgen, als een
zilveren nevel over het water sleept, hun
vletten en sloepen van de houten wip-
karretjes in zee te duwen.
Als de eerste blaren in onze straten
vallen, wordt het garnalenseizoen geo
pend dan trotseeren de schippers op
nieuw de vele gevaren der zee, die dit
maal nog zooveel grooter zijn dan in
andere jaren.
Zandvoort neemt in den garnalenhan-
del een groote plaats in de schippers
die er nu dagelijks weer op uittrekken en
hun zwartbruine netten over den zee
bodem trekken, trachten de garnalen
het eerst te Amsterdam aan de markt
te brengen, want „wie het eerst komt,
het eerst maalt." Zij hebben een groo-
ten voorsprong op de botters en treilers
die verder over de zee zwalken en meer
tijd noodig hebben om hun vangst bin
nen te halen. Maar ook de garnalenhan-
del ontkomt niet aan de moeilijkheden
van dezen tijd.
Met de „Elly" de Noordzee af.
De September-zon glimmert nog maar
heel zwakjes over het rulle zand. als
van de trap bij den watertoren te Zand
voort een groepje mannen naar beneden
komtals zij het strand naderen, her
kennen we de oude bekende visschers-
koppen, waarin de helblauwe oogen de
wijdte van de zee meten. Ze zijn al ja
ren op de kustvaart. De wipkarretjes
worden naar zee geduwd en kort daarna
klossen de zwarte waterlaarzen over de
planken en tjokkert de motor. De lich
te morgenwind speelt lustig met het
puntige vlaggetje, dat in den masttop
hangt, en als wij ook een plaatsje in de
„Elly" hebben veroverd, stoomt de Zand-
voortsche garnalenvloot even voorbij
het strand om daarna met een wijden
boog zeewaarts te zwenken.
„Als het vloed is, zooals vandaag"
vertelt een der schippers, „gaan we in
zuidelijke richting. Bij eb moeten we
juist den tegenovergestelden kant op.
Dat is het eerste waarmee een schipper
met de afvaart rekening moet houden.
De beste tijden voor de garnalen vangst
zijn het voor- en najaar. Dit jaar heb
ben we in Mei en Juni zelfs heel goede
vangsten gehad, ondanks het mijnenge
vaar. Dat onze tochten altijd gevaarlijk
blijven, behoef ik je niet te vertellen.
Eenige dagen geleden zijn nog vier schip
pers om het leven gekomen, omdat een
garnalenschuit op een mijn liep. Maar
die dansende doodskoppen zien we
meestal tijdig genoeg en dan kun je ze
makkelijk omzeilen. In den vorigen oor
log gingen we er ook steeds op uit en
dan gebeurde het nog al eens, dat we
door de Engelschen werden opgepikt en
meegenomen. Dit keer hebben we daar
geen last van, omdat we niet verder dan
twee kilometer uit de kust mogen ko
men."
Waar de beste buit te vinden is.
Even voorbij de vierde bank, ongeveer
1900 meter van het strand, werden de
netten uitgeworpen. Er komt meteen een
levendige beweging onder de bemanning.
Ieder heeft zijn eigen werk. De groote
en kleine mazen, die alle tezamen aan
een balk zijn bevestigd, worden over
boord geworpen, tegelijk met een groo-
ten kogel, die de richting van de netten
volgen, welke*voor hem uit de
•ontdekking van een vervalsching,
mystificatie of onrechtmatig ge
bruik van een aan een ander toe-
bchoorend(e) bewijs of kaart, kun
nen voortvloeien.
Onder goedgelijkend portret"
is te verstaan elke (pas) foto, wel
ke den persoon duidelijk kenbaar
weergeeft. Het is de bedoeling,
dat de bevolking, met het oog op
de korte spanne tijds, zoo weinig
mogelijk moeilijkheden in den
weg worden gelegd met betrek
king tot de eischen, waaraan een
foto eigenlijk behoort te voldoen.
EISCHEN PASFOTO'S.
Niettemin verdient het aanbeve
ling, dat, zij, die voor het. onder
havige doel toch z.g. pasfoto's moe
ten doen maken, reeds thans re
kening houden met de eischen,
welke bij de invoering te zijner
tijd van eenvormige identiteits
bewijzen, aan een goed gelijkend
portret zullen worden gesteld, te
weden
a. afmetingen 3]/ó cm. breed,
bij 4V£ cm. hoog
b. de foto mag uitsluitend het
hoofd en eventueel het bovendeel
van den borst van den afgcbeel-
den persoon weergeven
c. de foto moet den afgebeelden
persoon zonder hoofdbedekking
weergeven
d. de afbeelding van het hoofd
moet ongeveer 2 cm. in doorsnede
of grooter zijn
e. de foto moet den afgebeelden
persoon half „en face" en half ,.en
profil" naai- rechts toonen, zoodat.
nig dat het. inkeroor duidelijk
zichtbaar is
f. de beeldtrekken moeten
scherp en niet geretoucheerd zijn
(geen wazige of z.g. kunstfoto's
g. de foto moet den afgebeelden
persoon duidelijk kenbaar weer
geven
h. gelijkmatige (z.g. egale)
kleur; witte of grijze achtergrond;
i. de foto mag geen nevenaf
beeldingen bevatten (geen andere
personen, geen liuis, geen land
schap, geen hond, enz. enz.
j. de foto mag geen stempelaf
druk of deel van een stempelaf-
aanwijst. De lijnen worden strak aange
houden en terwijl de bootjes op groote
afstanden van elkaar voortstoomen, trekt
een breed kielzog door het zeewater. Hoe
vuiler de bodem is, zggen de visschers,
des te beter wordt de vangst. Want die
kleine bruin-grijze vischjes, die op on
ze tafels als gekrulde tongetjes verschij
nen, verbergen zich bij voorkeur in de
dikke zeeklei.
Zoo gauw de netten vol zijn en er
dus goed gebeten is, wordt de vangst
overgeworpen in een „kuil", die aan
weerszijden van het schip onder water
meesleept.
Urenlang stoomt de garnalenvloot on
der de kust en als de warme middagzon
haar glanspunt heeft bereikt, keert zij
terug, weer ter hoogte van den water
toren, waar de afslag is.
De grootste vijand der garnalen.
De garnalen hebben buiten het water
niet veel vijanden, of het zouden de vis
schers moeten zijn maar er is een an
dere, die voor ons de grootste vriend in
het icvcn is de zon. Het kan vreemd
klinken, maar toch beteekent voor een
garnaal een zonnestraal, een doodsteek.
Daarom leggen de visschers, als ze hun
buit hebben gezeefd en de onzuivere res
ten aan de dreumessen hebben gegeven,
die direct bij hun aankomst al met em
mertjes klaar staan, gele zeildoeken over
de groote manden waarbij de afslager
zijn getallen afdreunt, totdat een of
andere kooper „ja" roept en daarmede
de manden van eigenaar verwisselen.
In het voorjaar, toen de vangsten bij
zonder goed waren, bracht een mand
f 6 op nu zijn de prijzen ongeveer tot
de helft gedaald. Maar als over eenige
dagen de aanvoer weer wat
geregelder geschiedt, zal in den
prijs wel weer een verandering komen.
Animo en belangstelling bij den afsla;
is er altijd. Slechts misten we ditmaal
de gekleurde stokken, waarmede de af
druk bevatten
k. de achterzijde der foto's
moet zijn van wit papier, zonder
eenigen stempelafdruk, opdruk
of anderzins.
WERKLOOZEN EN BRANDSTOF
VOORZIENING.
Reeds thans kan kolenbon worden
verstrekt.
De waarnemend secretaris-generaai
van het departement van Sociale Zaken
heeft aan de gemeentebesturen medege
deeld, meldt „Het Volk", dat, in afwach
ting van een nader te ontwerpen rege
ling inzake de verstrekking van een
brandstoffenbijslag in de komende
wintermaanden, het gewenscht is, reeds
nu voorzieningen te treffen, om in zijn
zorg zijnde werkloozen in de gelegenheid
te stellen, twintig procent van hun
wintervoorraad kolen over 19391940 in
te slaan.
In verband hiermee wordt goedge
keurd, dat aan de in zorg zijnde werk-
looze gehuwde en ongehuwde kostwin
ners, alsmede aan hen, die een steun
voor alleenwonenden ontvangen, indien
zij over één of meer weken van de
maand September in de steunregeling
zijn opgenomen of in werkverruiming
zijn geplaatst, een kolenbon wordt ver
strekt.
Deze kolenbon heeft een waarde van
f 5.75, zijnde ongeveer een vijfde gedeel
te van het totaalbedrag, dat gedurende
den winter 1939'40 aan in zorg zijnde
werkloozen is uitgekeerd aan brandstof
fenbijslag, verminderd met den extra-
brandstof fenbijslag. Aan werkloozen, die
bij anderen een kamer hebben gehuurd
zonder huiselijk verkeer, daarbij zelf de
zorg voor hun voedsel dragen en voor
het verkrijgen van brandstoffen op zich
zelf zijn aangoewezen, kan een kolenbon
worden verstrekt ter waarde van f 2.85
Indien werkloozen momenteel reeds in
het bezit zijn van de hun toegestane
hoeveelheid brandstoffen, kunnen ze ui
teraard niet meer voor bovenbedoelden
bon in aanmerking komen.
HET VERMINDERDE BENZINE
VERBRUIK.
Ongeveer de helft der pompen langs
de wegen gesloten.
Met ingang van 11 September is een
groot aantal benzine- en dieseloliepom-
pen naar schatting 40 a 50 procent
gesloten.
In een circulaire aan de betrokkenen
zetten de autoriteiten uiteen, volgens
'„De Telegraaf", dat deze maatregel door
de omstandigheden geboden is. Er zijn
veel minder automobilisten op den weg,
er wordt slechts een fractie verbruikt
van den normalen omzet aan benzine
en het wordt derhalve ondoenlijk geacht
om het geheele op normale tijden inge
stelde verkoopsapparaat (depots, tank
inrichtingen en -wagens, aftapinstalla
ties enz.) op peil te houden.
Bij de beoordeeling, welke pompen
alsnog geopend zullen mogen zijn, zal
worden uitgegaan van drie overwegin
gen ten eerste of de betreffende pomp-
installaties een z.g. Wehrmachttankstel-
le is ten tweede of de pomp gelegen is
aan een grooten verkeersweg, en ten der
de of de verkoop van motorbrandstof
voor het betreffende bedrijf van vitaal
belang geacht mag worden.
Zooveel mogelijk zal ook rekening ge
houden worden met de belangen van de
leveranciers, met dien verstande, dat
van de verschillende maatschappijen een
evenredig aantal pompen buiten gebruik
zal worden gesteld.
De pomphouders zijn verplicht, direct
na ontvangst van een desbetreffend be
richt een plakkaat op hun installatie te
plakken met het woord „Gesloten." Dit
biljet wordt hun tegelijk met de circu
laire toegestuurd.
slager vroeger de manden aanwees. Dit
typisch gebruik is verdwenen.
Rookie's heldendaad.
Als we na den afslag nog even langs
de garnalenvloot wandelen, ontdekken
we een ouden zeerot met zijn vroolijk
stekelig gezicht. Rookie is zijn naam en
hij behoort tot die zeevaarders, die in
den vcrigen oorlog drie maanden in
Aberdeen zijn vastgehouden, en ook op
IJsland en de noordelijke landen voe
ren.
Na een maand varen kwam ik in Hol
land terug vertelt hij met een
schuit, die volgestampt was met visch
en waarvoor ik toentertijd f 72.000 maak
te. De vraag was grootde liefhebbers
kwamen als mieren op mijn buit af.
Maar dat willen we ditmaal niet we
ten, want we hebben van Rookie in 1929
hooren spreken, toen hij 's winters een
heldendaad op zee verrichtte, waarvoor
hem de orde van Oranje Nassau werd
toegekend. Terwijl hij de mazen van zijn
netten reinigt en rustig zijn sigaartje
rookt, vertelt hij het verhaal, simpel en
eenvoudig.
Het was op een kouden December-
nacht, dat we met vijf matrozen uit
voeren naar Engeland. Ik werkte op de
achterplecht van den treiler en een jon
ge, pas getrouwde kerel aan de voor
plecht. Er was genoeg licht aan boord
en terwijl we door een ijskouden vries-
nacht stoomen, hoor ik plotseling ge
schreeuw, dat voor op het schip klonk.
Ik ren naar voren, want de anderen
waren aan het stoken in het onderruim.
Daar zie ik dien jongen kerel met een
gebroken been liggen schreeuwen, ter
wijl het bloed uit verschillende wonden
spoot. Ik zie meteen ook de oorzaak van
het ongeval. Hij wilde over de stalen
lijnen aan boord stappen, maar raakte
met zijn beenen tusschen de lijnen en
de rollen bekneld, en één been werd
gebroken.
BINNENLANDSCH NIEUWS.
OMZETTING VAN HET
BEDRIJF TE URK.
Naar men meldt wordt de mo
gelijkheid onderzocht om de opva
renden der noodgedwongen stil
liggende visschers vaartuigen, op
een bak te plaatsen bij de Zuider
zeewerken. Hierdoor zou er dan
3 man op een bak komen, welke
het loon van de 2 opvarenden zou
den moeten deelen. In hoeverre
dit plan thans kans van slagen
zal hebben, valt nog niet vooruit
te zeggen. Thans zijn de eerste
motorschippers reeds op een hak
bij de Zuiderzeewerken geplaatst.
URK.
ERNSTIG GETROFFEN
Bij het openen van een vat teer,
dat zeer waarschijnlijk door de
warmte was uitgezet, spoot hel
Met een doek bond ik direct het ge
broken been af en greep de zalfkist.
Leeg.... alleen een paar kleine pakjes,
waar ik niets aan had. De eerste zorg
was nu om een deken te halen die
wikkelde ik zoo voorzichtig mogelijk om
hem heen, anders zou hij door de kou
bevangen worden en aan kon de dood
niet uitblijven.
Toen trachtte ik zijn been te spalken,
maar hij schreeuwde zoo ellendig hard
van de pijn, dat ik de grootste moeite
met hem had.
„Gooi me maar over boord," riep hij
radeloos, terwijl zijn oogen angstig in
de mijnen keken. Maar dat deed ik na
tuurlijk niet, want ik wist dat er nog
een kans voor hem bestond, hoe pijnlijk
die ook was.
Urenlang heb ik aan zijn been ge
werkt en dat gebeurde allemaal op het
open dek. omdat de kerel zich niet kon
verroeren. Tweemaal viel hij in een
lichte slaap en in dien tijd had ik de
gelegenheid om ook zijn andere been,
waar groote wonden in zaten, te verbin
den.
Tegen den morgen liepen we Dundee
binnen en daar hebben we hem van
boord laten halen ze hebben hem toen
naar een ziekenhuis overgebracht, waar
de dokter de rest deed, natuurlijk beter
dan ik. Maar ik wist er wel iets van,
omdat ik vroeger in mijn vrijen tijd vee!
voor lichamelijke verzorging voelde en
zoodoende hier en daar mijn licht op
stak. Die dingen komen je altijd van
pas, Dat zie je maar weer.
Rookie is, ondanks zijn ridderschap,
dezelfde gebleven. Dagelijks trekt hij er
als het kan op uit. Met honderden an
deren kiest hij eiken dag weer. vóór de
nevel is opgetrokken, zee en sleept zijn
netten over den vetten bodem. Het is
nu een schraal en gevaarlijk bestaan.
Maar het rasechte zeevaardersbloed, cat
Holland groot maakte, verloochent zich
niet. (Alg. Handelsblad.)