OENTOFORM li is OOK VOOR U het betrouwbaarst niet meer komen vragen of brengen CONSULTATIE - BUREAU WITTE KRUIS WIERINGEN. ZITTING A. C. VAN OEVEREN WIJ LEVEREN U: Inlichtingen bij KANTOOR HIPPOLYTUSHOEF ONDERLINGE BRANDWAARBORG MIJ „WIERINGERMEER." SCHAPENVLEESCH ALOM VERKRIJGBAAR. Ervaringen en resultaten op het grasland van de verpachte bedrijven in de Wieringermeeer, in 't jaar 1939, volgens een in December 1939 ingestelde enquête. Inleiding gehouden op den „graslandavond" te Slootdorp door Ir. Kalisvaart. Evenals in het vorige jaar zal bij de be spreking de vragenlijst gevolgd worden, al zal er aanleiding zijn, ter voorkoming van herhalingen, op sommige punten minder diep in te gaan. terwijl andere vragen weer wat uitvoeriger zullen worden behandeld. I. GEÏNFILTREERD GRASLAND, betreft 49 bedrijven). a. Op de vraag, lioe de infiltratie in 1939 voldeed, was het antwoord in 82% der geval len „goed," de overige melden „matig", be halve één geval van „slecht." In totaal is het oordeel iets gunstiger dan over 1938. Daar de eischen aan de infiltratie gesteld door de abnormale weersomstandigheden met name het bijzonder droge voorjaar hooger wa ren dan in 1938, is het verklaarbaar, dat ha peringen eerder aan den dag zijn getreden. Verschillen in waardeering van de infiltra tie tusschen de secties A en E konden in 1939 niet vastgesteld worden. b. De watertoevoer in slooten en greppels was in ruim 60% der gevallen goed, in ruim 30% der gevallen was ze vooral tijdelijk onvoldoende. Als oorzaken hiervan worden genoemd te hooge akkers, te weinig aan voer, te lage waterstand, te weinig stuwtjes, stuwtjes niet in orde en te groote helling van het perceel. In het bijzonder wordt nog gewezen op de klacht, dat de watertoevoer (tijdelijk) on voldoende was, doordat de buren wederrech telijk het water ophielden, lieten afloopen of ook aftapten voor niet voor infiltratie be stemde perceelen. Hiervan kan slechts één ding gezegd worden Zoo iets mag niet voor komen. De infiltratie is voor alle belangheb benden tezamen bedoeld. Het algemeen be lang, wat tenslotte ook eigen belang is, eischt zuinig omgaan met het water. Elk behoort hiervan doordrongen te zijn, en er ook naar te handelen. c. Bij voldoenden watertoevoer in de grep pels was de watervoorziening van het gewas op 55% der bedrijven niet steeds en niet overal op het bedrijf voldoende. De oorzaak betreft meerendeels hooge koppen (ook reeds onder b genoemd) verder ondoorlatende on dergrond, idem bovengrond, het voorkomen van schelplagen en te breede akkers. d. Tijdens de infiltratie was de ontwate ring in het algemeen goed, behoudens een vrij groot aantal, (op 50% der bedrijven), als re gel plaatselijke afwijkingen tengevolge van te lage ligging, ondoorlatenden grond, te breede akkers, onvoldoende afvoermogelijkheid, te hoogen waterstand. Verschijnselen, die zich daarbij voordeden waren piasvorming en te natte greppelkanten. In een enkel geval wordt ook het optreden van verkeerde grassen ver meld. Hoewel het niet waarschijnlijk is, dat het hier inderdaad „verkeerde" grassen, met name moerasgrassen betreft en eerder aan een ongewenscht en ongewoon op den voorgrond treden van bepaalde grassen uit het mengsel gedacht moet worden, is dit toch een duide lijke vingerwijzing, dat men met een te hoo ge waterstand voorzichtig moet zijn met het oog op het behoud van een goede zode, en een goede opbrengst. e. De waterafvoer in het winterhalfjaar (in den tijd, dat niet geïnfiltreerd wordt) was in het algemeen voldoende. Enkele gevallen van onvoldoenden afvoer tengevolge van ver stopte houten kokers in de greppeleinden bui ten beschouwing gelaten de houten kokers kunnen vervangen worden door gratis be schikbaar gestelde buizen waren te breede akkers en onvoldoende afvoercapaciteit van slooten en duikers in enkele gevallen oorzaak van een slechte ontwatering. Blijkbaar heeft het natte najaar van 1939 op sommige plaat sen, speciaal aan de duikers wat te hooge ei schen gesteld. f. De algemeene conclusie omtrent het tijdperk, waarin infiltratie noodig is, geeft allereerst duidelijk aan, dat dit zoowel voor het beginnen als het eindigen sterk afhangt van het weer. Er is echter over dit punt nog al wat verschil van meening, wat blijken kan uit het volgende staatje BEGINNEN, uiteenloopend van Sectie A 1 April-15 Mei, (gemidd. 20 April) Sectie E 15 April-28 Mei (gemidd. 1 Mei) EINDIGEN, uiteenloopend van 15 Aug.—30 Oct. (gemidd. 20 Sept.) 1 Aug.30 Sept. (gemidd. 10 Sept.) Allereerst ziet men hieruit, dat de individu- eele opvattingen sterk uiteenloopen, en wel sterker dan op grond van verschillen tusschen de grondsoorten op de verschillende bedrijven verwacht kan worden. Er blijkt echter ook uit, dat volgens de gemiddelde practijkopvattingen in sectie A vroeger moet worden begonnen en later moet worden geëindigd met infiltreeren aan in sectie E. Dit gemiddelde verschil tus schen de secties staat vrij zeker wél in ver band met verschillen in grondsoort. Gemid deld is het geïnfiltreerde land in sectie A grofzandiger en heeft ook een dikkere zand laag dan in sectie E. Het land in sectie E kan het daarom in het voorjaar langer zonder water stellen en kan in het najaar vroeger weer droog. Dit kunnen is echter ook een moeten. Hoe fijner het zand en hoe dunner de zandlaag, des te eerder zal men water overlast krijgen. Bovendien zal een teveel aan water het meest nadeelig werken in koudere perioden, dus in het voorjaar en het najaar. g. In overeenstemming met het voorgaan de punt is de meening omtrent den meest gewenscliten waterstand het gemiddelde van de vermelde diepten is voor sectie A 37 cm en voor sectie E 42 cm onder het maaiveld. Dit komt overeen met een geringere capillaire itïjghoogte van het water in het gemiddeld grovere zand van sectie A. In 1938 waren de beide gemiddelden resp. 36 en 39 cm., wat vooral voor sectie E wijst op een toenemende voorkeur voor een lage- ren waterstand. Te opvallender is dit, als men in aanmerking neemt, dat deze gewijzigde opvatting ontstaan is in het zeer droge jaar 1939. h. De vraagpunten, hierboven behandeld, wijzen uit, dat het voor een goed functionee- ren van de infiltratie allereerst noodig is, aandacht te schenken aan den aard van den grond en in verband hiermede den greppel afstand, het tijdstip van inlaten en de op- voerhoogte van het water te regelen. De greppelafstand kan groot zijn als de zandlaag dik en het zand zelf grof en kleiarm is, of anders gezegd, als de doorlatendheid van den grond groot is. Bij onvoldoende door latendheid zal men dus versmalling van de akkers kunnen overwegen, al zal men hiertoe, om de practische bezwaren ervan, niet steeds kunnen of willen overgaan. De smallere ak kers komen ook, zoowel tijdens als zonder infiltratie, de ontwatering ten goede. Men zal vroeger beginnen en langer volhou den met infiltratie, als de grond ter plaatse bestaat uit grof, klei- en humusarm zand en dus van zich zelve weinig-waterhoudend is. Als in een natte periode het water tijdelijk uit de greppels is gelaten, zal men bij het intre den van droogte op grof zand ook weer spoe dig met inlaten moeten beginnen. De ontwa tering zal door het vroeg inlaten van water ook het minst in gedrang komen op de grof ste gronden. Men zal het water hooger opvoeren, in de eerste plaats naar mate het zand grover en daardoor de stijghoogte van het water in het zand geringer is. In dit geval zal het ook het minste bezwaar opleveren voor de ontwatering. Men zal het water echter ook hooger opvoe ren, als de akkers te breed zijn en men niet kan of wil overgaan tot akkerversmalling en verder, indien slechts een dunne zandlaag voorkomt op een ondoorlatende (klei) laag. In deze gevallen zal echter een hooger infil tratie-peil de ontwatering, die bij breede ak kers en bij een dunne zandlaag toch reeds te wenschen kan overlaten, nog aanmerkelijk slechter maken. Men kan dus in dit geval wat geven en nemen en niet al te hoog opvoeren, temeer daar een altijd voldoende watervoorzie ning van het midden der akkers zou gaan ten koste van meer of minder breede strooken langs de greppels, die altijd te nat zouden zijn. ook in droge perioden. (Wordt vervolgd.) in den treinhet aanschouwen van dien rus tig werkenden boer, wiens arbeid doorgaat, door moet gaan, onder alle omstandigheden des levens, is een opbeuring, en een levensles tegelijk. Er steekt toch wel veel waarheid in de stelling, dat het hart van een volk klopt op het platteland. De boeren (en ook de vis- schers), wat hebben zij in, onder en voor ons volk de eeuwen door groot werk gedaan, en wat stelden ze daarbij weinig eischen aan het leven er zijn geen volksgroepen, die steeds een zoo sober en eenvoudig sociaal bestaan hadden als zij en die zoo weinig hebben gedeeld in den maatschappelijken op gang. welken in later tijden het arbeidende volk ten deel viel. Ze bleven er trouw onder, en arbeidzaam, en vooralgeloovig. De ware boer zit vast aan zijn land hij hoort er bij hij is er mee vergroeid. De „Ballade van den Boer" van Weremeus Buning behoort tot de indrukwekkendste en schoonste verzen onzer litteratuur. De eeuwen door is de wereld door schokt van de heftigste gebeurtenissen, „maar de boer, hij ploe"->" voort." Hij ploeg de voort, zelfs al stond'zMY hof achter hem in brand en zelfs al was zijn paard gestorven, want „spande de boer zich zelf voor de ploeg." Eens droomde de boer dat er een rustdag voor hem was toen knielde hij naast zijn stil staand paard „en wachtte op Gods woord" Een stem sprak tot aarde, hemel en zee En de boer heeft haar gehoord „Terwilie van den boer die ploegt Besta de wereld voort Hoe prachtig visionnair heeft de dichter zoo het boerenleven gezien. Wij moeten er tel kens aan denken, als wij in deze ernstige en doorstormde tijden den boer in ongebroken rust en magistrale trouw bezig zien op zijn stukje land. Holland op zijn best H. Post. DE BOER. Het is een pure verkwikking, in deze dagen, ook in dit najaar, den boer weer bezig te zien op zijn land. Zelfs al zit ge maar doodgewoon DONDERDAG 10 OCT. Dr. BEEKER (23 uur.) IN HET GYMNASTIEK-LOKAAL NIEUWE SCHOOL, H.-HOEF. Bloemen noodig Bloemenmagazijn J. Posthumus, Hoofdstr. Tel. 11, H.-hoef. Voorziet U hierin 't beste. Door eigen kweekerij 't voordeeligst Electr. Timmer- en Wagenmakers- bedrijf MIDDENMEER Telef. 5. Landbouwwagens, Driewielskarren, Kruiwagens, Ladders, Spoorbiels, Geasphalteerde Weipalen, Groote Drinkwatervaten, Asphalt- papier, Vlechtwerk, Punt- en Glad draad, Carbolineum, Teer enz. WIJ ZIJN FABRIKANT van Betonnen Buizen, Betonnen Palen voor Wei, Hek en Paarden- boxenBetonplanken voor het afzetten van paden. KOMT U eens zien, naar onze opnieuw verbe terde landbouwwagen op luchtbanden. TAEKHOUTEN RUPSBLOKKEN TANDHEELKUNDIGE INRICHTING SPREEKUUR DONDERDAG VAN HALF 10 TOT HALF 12 UUR. CAFE ,,'T VOSJE C. SLIK MARKT SCHAGEN Heden heeft ondergeteekende aangesteld ala agent voor het afsluiten van MOLEST - VERZE KERINGEN, de Heer D. KOOIJ, Assuradeur Klïeftstraat 15a Iïippolytushoef Wieringen, welke alle mogelijke inlichtingen zal verstrekken voor bovenge noemde verzekering. Kassierskantoor A. SLEUTEL Jz. SCHAGEN. Ondergeteekende, in aansluiting op bovenstaande, beveelt zich beleefd aan tot het afsluiten van Molest - Verzekeringen. Voor degene, welke zich nog niet hebben verzekerd voor dit groote risico, wende men zich tot den plaatselijken vertegenwoordiger. Assurantiekantoor D. KOOIJ, Klieftstr. 15a, H.-hoef Wieringen. KAPITAAL RESERVES f 61.500.000. 150 KANTOREN IN NEDERLAND. GEEFT ADVIES INZAKE BELEGGINGEN. SAFE - LOKETTEN TE HUUR. Bij aankoop van Staats-, Provinciale-, en Gemeentestukken en pandbrieven van erkende Hypotheekbanken wordt eene rente gemaakt van 1 tot 5%. met halfjaarlijksche rente betaling. Telefoon No. 15. DE NIEUWE PHILIPS SERIE 1940-41ISAANGEKOMEN SOLIDE HERVERZEKERING COULANTE AFWIKKELING LAGE PREMIE. Inlichtingen worden gaarne verstrekt door den Boekhouder R JRIDDER Brugstraat Middenmeer. 717 A Fl. 5pt eens bij ons langs of belt i even op voor een demon atie. Dan kunt U kennis maken t de prettige wijze van be ning, de zuivere en heldere ergave hooren en dan kunt U do otterende kasten bewonderen I Met linodyne drukknopsysteem Onfeilbaar juiste afstemming met één vingerdruk. Spaarschakeling geelt 30"'o stroombesparing. Voor treffelijke weergave. Voorname kast. ONZE DEMONSTRATIES WORDEN ZONDER EENIGE VERPLICHTING GEGEVEN. WANNEER HET U SCHIKT. BERTUS DE HAAN Tel. 26, Den Oever. gnon vleugje wormte ver!oreo°gJot? Seho?'u' Mn' Bruynzool Koksmaat oon en bespoot op Uw goi «n brondslol Oe kleine Koksmool (voor één pon) f. 5 75 ■De groote Koksmool (voor 2 pennen) f. 8 JO Ideool voor rijsl, gort, peulvruchten en gedroog vruchten, Vraagt onze u.t.oenge brochure) I W. LEEUWENKAMP, Koningstr. H.-Hoef. Daar er haast geen kachelpijpen meer zijn Laat zoowel nieuwe als gebruikte kachelpijpen bij ons lakken en moffelen. De Wieringer Lak- en Moffel- inrichting GEBR. TEN BRINKE, Telefoon 53, H.-hoef. WEGENS GERINGE TOEWIJZING VAN VLEESCH KUNNEN DE SLA GERS DE VEREENIGDE SLAGERS TE WIERINGEN. DE ONDERLIKGE WIERINGER GORLOGS

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1940 | | pagina 4