31e JAARGANG ZATERDAG 23 NOVEMBER 1940 No. 137 NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WIERINGEN EN OMSTREKEN ONZE BOEREN KUNNEN HET WEL. DE ZWARTE LACH. BILLIJK BLIJVEN. HEROPENING AUTOBUSDIENST HOORN - MEDEMBLIK- SLOOTDORP WIERINGER COURANT VERSCHIJNT ELKEN UITGEVER: BUREAU ADVERTENTIëN DINSDAG, DONDERDAG EN ZATERDAG Hippolytushoef Wieringen Van 1 5 regels 1 0.50 ABONNEMENTSPRIJS CORN. J. BOSKER WIERINGEN. ^Ïï- Telefoon Intercomm. No. 19. Iedere regel meer f 0.10 per 3 maanden f 1.25. VOOR DEN ZONDAG. EN TOCH „En tochis Christus de waar heid", zoo sprak prof. dr. G. van dei- Leeuw uit Groningen in het kader der Utrechtsche Universiteitsweek. Er is thans, op allerlei gebied een revolutie bezig tot stand te komen. Men dient echter niet te vergeten, dat er a 11 ij d revolutie is, want de geschiede nis staat niet stil. Er zijn echter tijden waarop wij dit beter beseffen dan an ders, zoo ook nu. De groote vraag werpt zich op waarom dit alles Dient het slechts om een nieuwe reactie uit te lokken, zooals steeds in de geschiedenis is gebeurd Vele idealen, vele waarhe den wankelen. Spr. zou dit een crisis der zekerheden willen noemen, waarbij niettemin Gods liefde rotsvast is. En toch, zoo zeggen wij, is Christus de waarheid. Wat moet men dan on der waarheid verstaan In de eerste plaats juistheid („Richtigkeit") het da gelijksch brood van den student, ook als mensch. Vervolgens, op een hooger plan, waarachtigheid, echtheid. Deze definitie voert ons naar de volgende, welke de absolute, uiteindelijke meta- physische waarheid is, zonder welke de zin der dingen ontbreekt. De waarheid in de hoogste beteekenis des woords is ten slotte die, waarvan de Bijbel spreekt, zoowel in het Oude als in het Nieuwe Testament. De beteekenis, die men hier er aan toe moet kennen is trouw en vertrouwen op God. Deze stelling, dat dus Christus de waarheid is, zal steeds de drie overige definities overkoepelen, en zoo ons leven beheerschen. UIT DE PERS Zoo goed als Nederlandsche schilderskunst het hoogste heeft bereikt, onze scheepsbouw en wa terbouwkundige toonaangevend in de wereld zijn, zoo goed is ons ty pische landbouwbedrijf een Ne- deriandsche prestatie, die reeds tien jaar geleden door 'n Duitsch landbouwspccialist werd genoemd „ein Muster moderner Kationali- sierung". In het voorwoord van Dr. Frosts ,.Die Ilollandische De verre Donder. 4.) Het kleine dier was heel aardig om te zien. Het was over het geheele li chaam bedekt met zwart dons en bezat volmaakt gevormde zeer kleine hand jes. Toen het ondekte dat het werd vastgehouden door vreemdelingen, door bavianen die geen bavianen waren, be gon het op een vreemde, krampachtige wijze te springen. Ik droeg het naar mijn huis. Dien avond wilde hij geen voedsel tot zich nemen, maar bleef vol maakt stil. Ik begon bang te worden, dat hij dood zou gaan, zooals dikwijls gebeurt met wilde dieren, die in gevan genschap geraken. Ik deed een riem om zijn middel en bond hem met een stuk touw aan den poot van mijn kampbed. Den volgenden morgen werd ik gewekt door een allerzonderlingst gepraat. Ik gaf hem melk en hij dronk tot zijn lijf je zoo rond was als een flesch. Van dat oogenblik begon ik zijn liefde te win nen. Hij reed liefst den geheelen dag voor mijop mijn zadel, en klemde zich, als ik in huis ging. onder mijn jas met zijn handjes vast aan mijn vestzak. Bij de maaltijden kwam zijn kopje uit zijn schuilplaats te voorschijn en dan voedde ik hem met stukjes suiker of iets anders, wat hij graag scheen te willen hebben. Dan begon hij tegen mij te neuriën. Op den duur begon ik zijn taal, zijn uitin gen van aanhankelijkheid, woede, vrees cn droefheid te verstaan. Ik begon veel van hem te houden en kwam totaal onder zijn invloed. Hij was buitenge Landwirtschaft" lezen we aan het slot „Men kan niet blinde lings de prestaties van den Ne- derlandschen landbouwer overne men, of den natuurlijken voor sprong der productie en het gedu rende tientallen van jaren ont stane, fijndoordachte systeem na bootsen. Maar men zal niet nala ten, altijd weer, zonder afgunst en vol achting voor de prestaties de Nederlandsche land- en tuin bouw te bestudeeren, want een groot voorbeeld wekt navolging" Niet blindelings systemen over nemen, maar liet goede in ei kaars prestaties met achting tege moet te treden. Zoo was bet tien jaar geleden, zoo is het nog. (De Kleine Boer.) Bij allen liervormingsdrang overdrijve men onze nationale te kortkomingen niet. Want wie dat doet ondermijnt het reservoir van onzen Nederlandschen goe den wil jegens onze volksgenieën schap, die in werkelijkheid wel degelijk bestaat en ook vroeger bestaan beeft, al kon men liet soms over de vormen en metho den niet eens worden. (Algem. Hbld. overtreding van het bovenstaande streng zal worden gestraft. De Directeur voornoemd, Dr. D. MOL. BINNENLANDSCH NIEUWS. OFFICIEEL. KEURINGSDIENST VOOR WAREN in het keuringsgebietl ALKMAAR. STANDAARDISATIE VAN CONSUMPTIEMELK. De Directeur van den Keuringsdienst voor Waren in het Keuringsgebied Alk maar maakt hiermede bekend, dat met ingang van 24 November 1940 geen melk direct aan verbruikers mag worden verkocht (waarmede gelijk wordt ge steld cadeou, enz.) die een ander vet gehalte heeft dan gelegen tusschen 2.4 2.6 en alleen door de melkverkoo- pers, die in het bezit zijn van een ver gunning volgens Artikel 29 van het Melkbesluit. Deze melk mag niet afkom stig zijn van andere bedrijven dan die, welke, voorzoover gelegen in dit keu ringsgebied, een vergunning tot stan daardisatie der consumptiemelk hebben verkregen van den voornoemden direc teur. Extra controle op het bovenstaan de zal worden uitgeoefend. De ondergeteekende verwacht, dat meen intellegent. Hij kon uit een kop drinken zonder melk te morsen. Toen ik Afrika verliet, was hij reeds een half volwassen aap. Hij stierf in 1922 Ik schaam me niet te bekennen, hoe be droefd ik was bij de gedachte, dat ik voor goed gescheiden was 'fcxn dezen kleinen wees van Afrika, wiens moeder ik had vermoord. DE KONING DER DIEREN. Meer gevaarlijk dan de apen is de Afrikaansche leeuw, de Koning de: dieren. Griezelige jagersverhalen zijn me immer bijgebleven en daaruit blijkt inderdaad, dat de leeuw, zijn naam als Koning en heerscher van het woud eer aandoet. Het is met het volste recht, dat de leeuw, het grootste thans levende roof dier, den bijnaam van „koning der die ren" heeft gekregen. Een enkele blik op zijn trotsche gestalte en de uitdrukking van zijn gelaat is voldoende om ons van harte te doen deelen in de overoude opvatting van alle volken, die den leeuw in zijn vaderland leerden kennen, dat hij naar aard en voorkomen de heer scher is, niet slechts onder de roofdie ren, maar in het geheele rijk der zoog dieren. De kenteekenen, die de leeuwen van andere katten onderscheiden, zijn een sterk gebouwd, krachtig lichaam met korte, gladde beharing, een breed ge zicht met in verhouding kleine oogen met ronde pupillen en een lange, in een donkeren kwast eindigende staart. Aan het uiteinde daarvan, midden in dien haarkwast verborgen, bevindt zich een hoornachtige stekel, die reeds door den Griekschen geleerde Aristoteles was op gemerkt. Vooral is het echter de mantel van manen, die het mannetje zijn SUIKERRANTSOEN VERHOOGD Tijdelijk een kilo voor twee weken. DL Secretaris-Generaal, waarn. hoofd van het Dep. van Land bouw en Visscherij maakt bekend Met het og op de in December vallende feestdagen zal het sni kt rrantsoen tijdelijk worden ver hoogd Daartoe is bepaald, dat de met „16" genummerde bon van hot algemeen diistributiebonboek jc gedurende het tijdvak van Za terdag 23 November t.m. Vrijdag 6 December, dat is dus gedurende een periode van veertien dagen, echt geeft op het koopen van een kilogram suiker. Na afloop an deze periode zal nogmaals een bon voor een kilo gram suiker voor een tijdvak van veertien dagen worden aangewe zen. OP BON 18 WEER KEUZE TUSSCHEN BOTER OF MARGARINE. Van Zaterdag 23 t.m. Za terdag 20 November. - De ze keuze ook op 18 der vetkaart. Gedurende het tijdvak van Za terdag 23 t.m. Vrijdag 29 Novem ber a.s. geeft de met „18" genum merde bon van de boterkaart, recht op het koopen van een half pond boter of een half pond mar garine. De aan bon „17" der boterkaart verbonden faciliteit, dat deze des gewenscht ook recht geeft op het koopen van margarine, is dus thans ook op bon „18" van die kaart van toepassing. (in aansluiting mefc autobusdienst Slootdorp—Den Helder) OP 24 NOVEM BER a.s. Tevens wordt op die datum de dienst regeling der andere lijnen gewijzigd. Dienstregeling vanaf 22 November ver krijgbaar. N. V. WACO. Ook de met 18 genummerde bon der vetkaart geeft gedurende het tijdvak van 23 tm.. 29 November a.s. recht op het koopen van een half pond margarine of een half pond boter. De bonnen, welke op 29 Novem her a.s. nog niet gebruikt zijn, blijven nog geldig t.m. Vrijdag (i December. Tot dezen datum kan bon 18 van de boterkaart dus ge bruikt worden voor het koopen van boter of margarine. VERMISSING DISTRIBUTIE KAARTEN KAN NOODLOTTIG WORDEN. Brandstoffen- en textiel- bescheiden worden niet meer, andere slechts in geval van overmacht, diefstal, brand - op nieuw uitgereikt. De Secretaris-Generaal, waarn. hoofd van de Departementen van Handel, Nijverheid en Scheep vaart en van Landbouw cn Vis scherij maakt het navolgende be kend met betrekking tot vermis sing van distributiebescheiden. liet is gebleken, dat in vele ge vallen niet de vereischte voor zichtigheid wordt betracht met brood-, vleesch-, bloem-, textiel- kaarten en dergelijke bescheiden. In de meeste gevallen werden nieuwe exemplaren uitgereikt, in dien deze kaarten weiden ver mist of in het ongereede waren geraakt. Met nadruk wordt er de aan dacht op gevestigd, dat uitrei king van nieuwe exemplaren in den vervolgen slechts dan zal ge schieden, wanneer kan worden aangetoond, dat de kaarten tenge volge van overmacht (brand, dief stal e.d.) verloren zijn geraakt. Wanneer overmacht niet kan worden aangetoond, zullen de dis tributiediensten slechts in beperk te mate distributiebescheiden voor de allernoodzakelijkste le vensmiddelen afgeven. Van brand stoffen-, textiel- en bloemkaarten b.v. zullen in het algemeen geen tweede exemplaren meer worden afgegeven. Een ieder wordt dus in zijn ei gen belang aangeraden de kaarten op een veilige plaats met de mees te zorgvuldigheid te bewaren. trotsch en koninklijk voorkomen ver leent. In zijn volle ontwikkeling bedekt hij den geheelen hals, de borst en de schouders, maar hierin bestaat zooveel verscheidenheid, dat men hiernaar een aantal ondersoorten van F e 1 i s 1 e o onderscheidt. In de landen van den Atlas treft men den grooten, statigen Barbarij schen leeuw aan, die een lichaamslengte van ca. 1.9 meter bereikt, met een staart van ongeveer 90 c.M. Zijn pels is lichtbruin of rossig, kop en hals van het manne tje zijn omgeven door een geweldigen, dichten bos manen, waarin zwarte stre pen voorkomen ook langs den buik zijn dichte, bijna zwarte manen inge plant, en zelfs aan de voorzijde der dij en en aan de ellebogen staan zwarte haarbossen uit. Pasgeboren leeuwen zijn bedekt met grijsachtig wolhaar, dat een duidelijke vlekteekening vertoont, die bij de jonge wijfjes nog eenige jaren blijft bestaan. De Kaapsche of Abessynische leeuw is slechts iets kleiner dan de Barbarij sche, en eveneens in het bezit van buikmanen, die daarentegen bij den Senegalleeuw geheel of nagenoeg ontbreken. Een bij zondere vorm, gemakkelijk te onder scheiden aan zijn slanke gestalte en hooge pooten, is de Massai-leeuw, die in de steppen van het midden van Oos telijk Afrika huist. De kleinste der te genwoordig levende leeuwensoorten is de Perzische leeuw, die licht sabelkleu- rig is met een ruige, donkere nekmaan, die echter niet als bij den Barbarij schen leeuw over de schouders reiktwel heeft hij goed ontwikkelde buikmanen. De an dere Aziatische leeuwensoort, de Indi sche leeuw, (leeuw van Guzerate, in Voor-Indië) is een groot en statig dier, waarbij de mannetjes met en zonder manen voorkomen. Er is niet slechts verschil in het uiter lijk voorkomen der leeuwen, maar ook hun levenswijze is verschillend naar de streek, waarin zij wonen. In de wildar- me streken van Noordelijk Afrika jaagt elke leeuw voor zichzelf in zijn eigen jachtgebied in de wildrijke steppen van Zuid- en Oost-Afrika treft men daarentegen vaak verscheidene leeuwen gemeenschappelijk jagend aan. De koning der dieren geeft de voor keur aan het open veld boven het woud. Met gras begroeide streken met ver spreid staande boomgroepen en bosch- jes, woestijnachtige steppen met schaar- sche begroeiing, ja zelfs de uitgesproken zandwoestijnen, rotsachtig of vlak, dat zijn de plaatsen waar de leeuw zich ophoudt. Op de een of andere gedekte plaats kiest hij zich een ondiepen kuil tot leger, dat hij slechts enkele dagen gebruikt. Als hij op trek is, blijft hij overdag liggen daar waar de morgen - zon hem verrast, want in den regel jaagt hij slechts bij nacht en gebruikt den dag om uit te rusten. Daarom is het niet gemakkelijk hem overdag te ont moeten. Dan pleegt hij een leger te zoeken in de dichte rietbegroeiing langs stroombeddingen of meren, of in droge streken in kreupeuhout en doornbosch- jes. De beste kans voor den jager om hem bij dag onder schot te krijgen, ligt in het doorzoeken van dergelijke plaat sen, waar men hem dan vaak slapend kan aantreffen. Bij het vallen van de duisternis ontwaakt hij en begint als de meeste katten zijn rooftocht. In don kere, stormachtige nachten is hij het vermetelst, terwijl hij in /ben lichten maannacht groote voorzichtigheid en list in acht neemt, vooral wanneer hij zich naar de drinkplaatsen van het wild WINTERHULP NEDERLAND. Men verzoekt ons opname van het volgende Als Provinciaal Directeur voor Noord Holland van de Stichting „Winterhulp Nederland", is aan gewezen Mr. A. J. Backer, Admi nistrateur ter Provinciale Griffie van Noordholland. H^*t bureau van den Provincialen Directeur is gevestigd aan het Kenaupark no. 1 te Haarlem, Telefoon 11916. Het bureau beschikt voorloopig over het vereischte personeel, zoo dat het geen zin heeft zich voor een bezoldigde betrekking aan te melden. Vrijwilligers voor het winterhulpwerk worden ver zocht, zich bij de plaatselijke bu reau x op te geven. HUIFKAR IN BRAND GEVLOGEN. Vrachtrijder gewond. Donderdagmiddag heeft te Oss een zeldzaam voorkomend onge val plaats gehad, waarbij 'n voer man met zijn paard vrij ernstig weiden gewond, aldus het Vbld. De 16-jarige zoon van den expe diteur Hendriks uit Geffen begaf zich met paard en huifkar van zijn woonplaats naar Oss. De wa gen was geladen met goederen, vetten, oliën, kaarsen, enz., die te Oss moesten worden afgeleverd. Ter hoogte van de Boschestraat bemerkte de voerman, dat door tot nu onopgehelderde oorzaak de lading vlam had gevat. Door een feilen wind aangewakkerd, tastte het vuur ook de kap van den wagen aan en weldra brandde het vehikel met den goederen voorraad als een fakkel. Onmid dellijk waarschuwden voorbij gangers de Ossche brandweer. De jonge voerman had nog kans gezien van den brandenden wagen te springen, doch had reeds vrij ernstige brandwonden aan hoofd en handen opgeloopen Daar het paard niet meer tijdig kon worden uitgespannen, liep het dier brandwonden aan de ach terzijde van het lichaam op. Een geneesheer achtte den toestand van den voerman zoo ernstig, dat hij hem naar het St. An na-Ziekenhuis ter plaatse liet overbrengen. Een dieren arts heeft zich over het met brand wonden overdekte paard ont fermd. De wagen met lading was niet verzekerd en is geheel ver brand. begeeft, om zich daar op de loer te leg gen. In tegenstelling met de meeste zijner verwanten kan de leeuw niet klimmen, hetgeen herhaalde malen de redding van jagers of reizigers is geble ken, al kostte het hgn dan vaak een langen, zwaren wachttijd. In de nabijheid van dorpen waagt hij zich in den regel niet vóór het derde uur van den nacht met de booze be doeling in een veekraal in te breken, waarbij hij zijn komst vaak aankondigt door een zacht, toornig gebrom. Het volgende schildert hoe een jagende leeuw een kraal overvalt Met zonsondergang heeft de noma de zijn kudde binnen de sterke „seriba" gedreven, den besten vestingwal, dien hij voor zijn vee kan maken, bestaande uit een 3 meter hooge en ongeveer 1 meter dikke haag, uit de sterkste en dikste takken der doornachtige mimosa gevlochten. De schapen roepen blatend hare jongen, het hoornvee, dat reeds gemolken is, heeft zich neergelegd, een troep waaksche honden houdt de wacht. Het wordt steeds stiller, het geraas ver stomt, de rust van den nacht daalt op de legerplaats neer. Vrouw en kind van den herder hebben zich te slapen ge legd in de eenige tent binnen de om heining. De mannen hebben hun laat ste bezigheden verricht en zoeken thans ook hun rustplaatsen op. Uit de nabij- zijnde boomen klinkt de kreet der lang- staartige geitenmelkers, of zij vliegen met achternaslepende staarten als een zwerm spooksels over de slapende kud de heen. Overigens is alles rustig, zelfs het geblaf der honden is verstomd, maar wakker zijn zij toch en nauwgezet ver vullen zij hun verantwoordelijke taak. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1940 | | pagina 1