WIERINGER COURANT.
PROPAGANDA - VERGADERING
AGRARISCH FRONT.
ZATERDAG 21 DECEMBER 1940 No. 149.
KERSTBOODSCHAP VAN HET
DRIEMANSCHAP VAN DE
NEDERLANDSCHE UNIE.
EEN BEDE VOOR VREDE IN DE
VERHOUDING DER VOLKEN
EN VOOR DEN VREDE
DES HARTEN.
In het jongste nummer van het
weekblad van De Nederlandsche
Unie publiceert het Drieman
schap denavolgende Kerstbood
schap
Terwijl dit donkere en harde
jaar ten einde spoedt, nadert het
Kerstfeest. Voor het eerst sinds
vele geslachten - God geve dat het
ook voor het laatst is in een onaf
zienbare rij van jaren - beleeft ons
volk een oorlogs-Kerstmis.
„Ook in oorlogstijd blijft Kerst
mis een vredesfeest. Zelfs al zou
den óók in dezen Kerstnacht de
wapenen der oorlogvoerenden
niet rusten - zooals toch in menï-
gen oorlog door een overeen
komst, die een stukje Christelijke
traditie boven het geweld wist
uit te heffen, mogelijk was - dan
toch is in aller gedachten, op de
slagvelden zoowel als in ere ver
duisterde landen, de vrede tegen
woordig. En vooral is dat zoo m
ons vreedzaam en vredelievend
land, dat, zelf door den oorlog
overstroomd, den vrede toch niet
alleen voor zichzelf terugwenscht,
maar vurig verlangt om heel de
gemeenschap der volken van den
oorlogsgeesel en het schrijnende
oorlogsgeweld verlost te zien.
„Ook onze Kerstgroet is daar
om 'n vredeswensch. En tweevou
dig is de vrede, die ons daarbij
voor den geest staat. Wij denken
inderdaad in de eerste plaats aan
het einde van den verschrikkelij-
ken strijd, die Europa en de we
reld verscheurt en vernielt, aan
een staatkundigen, economischen
en cultureelen vrede, die de lan
den uit de noodlottige wederzijd-
sche vernietiging terugbrengt tot
samenwerking in een nieuwe
rechtvaardige orde, welker wijs
en weidsch uitgelijnd bestek den
maatschappelijken welstand en
het beschavingswerk der volken
voor langen tijd mogelijk maak?
en verzekert.
„Naar dien vrede zien wij allen
verlangend uit. Hem tot stand te
brengen ligt niet in onze macht.
Het weinige, dat wij in ons be
zette Vaderland tot dien vrede
kunnen bijdragen, zullen wij naar
beste klachten verrichten.
„Daarbij stuwt ons de hoop,
dat ons land en ons volk in de
orde van samenwerking, die een
maal - en moge het spoedig zijn -
op den wreeden strijd zal volgen,
een eervolle plaats zal hebben en
dat het aan de werken des vredes
zal kunnen mede-arbeiden met ta
lenten en met energie, die de
groote tradities van zijn verleden
waardig zijn. Daartoe reeds nu de
geesten voor te bereiden, is een
voorname taak, die De Nederland
sche Unie zich uitdrukkelijk
heeft gesteld en die zij in het
nauwe kader der mogelijkheden,
door den bezettingstoestand en
de overheid omlijnd, naar best ver
mogen wil verrichten.
„Daarnaast richt onze vredes
wensch zich echter ook op een
ANDEREN vrede, die niet van mi
litaire of politieke beslissingen af
hankelijk is, maar als een inner
lijk en persoonlijk goed door ie
der kan worden verworven, hoe
veel strijd de wereld ook ver
vult den vrede, die het, deel is
van hen, die van goeden wil zijn.
Het is die innerlijke vrede, die
ons in staat moet stellen, de sla
gen van het lot met sterkte en
met wijsheid te dragen, haat te
bedwingen en rechtvaardigheid
te beoefenen, te leeren uit de har
de lessen der geschiedenis, onze
volksgemeenschap sterk te ma
ken en noch vijandschap, noch
miskenning te vreezen op den
weg, dien de plicht ons voor
schrijft. Dien innerlijken vrede
moge ons volk behouden en ver
sterken hij is een hecht flinker
in de stormen, die ons land heb-
hen geschokt; hij is ook het beste
fundament voor den opbouw van
een duurzamen en waarachtigen
volkenvrede.
„In dezen geest van vredesver-
langen, van trouw en Godsver
trouwen wenschen wij aan alle
vrienden van De Nederlandsche
Unie een gelukkig Kerstfeest."
VOOR KONIJNENHOUDERS.
4e deel RASSEN.
Als laatste gedeelte van de Rassen-
beschrijving noemen we de Dwergras
sen,Langharige Rassen en Kortharige
Rassen.
De Dwergrassen bestaan uit één soort
en welHet Poolkonijn.
Deze bestonden tot sinds kort in de
witte kleur alleen, met de variteit Rood-
oog en Blauwoog, doch ook worden te
genwoordig de Kleurpolen erkend. Het
Pooltje is een konijn wat hoogstens de
3 pond mag halen. Diertjes van 2 pond
weergeven het ideale. Als men langs de
chowkooien loopt, denkt men dikwijls
met een jong dier te doen te hebben,
hoewel het diertje in kwestie somtijds
jaren oud is.
Kort en gedrongen van bouw (nek
loostype) met een kogelrond kopje en
heel kleine oortjes is het een sneeuw
bal gelijk.
Het Poolkonijn met blauwe oogen
heeft nog iets meer speling in gewicht
dan de roodoog. Laatstgenoemde moet
haar maximum gewicht beneden de 2'/a
pond houden. Onder de kleurpolen heeft
men zoo ongeveer alle erkende kleuren
aan o.a Zwart, Blauw, Wildkleur,
Chinchilla, enz. Het is een moeilijker fok
dan de gewone grootere rassen, daar
het kennis vereischt om de dieren klein
te houden, zonder dat men ze laat
hongeren. Daarna heeft men al spoe
dig last van té lange oortjes, en mui
zenkopjes.
Onder de Langharige rassen treft men
aan de Angorakonijnen, en de Voskonij-
nen. Het Angorakonijn heeft een gewicht
van 5 tot 7 pond. Het bijzondere tegen
over de andere konijnenrassen is ech
ter dat ze een haarstructuur heeft met
een lengte van 10, tot zelfs 20 c.m. lang.
En men weet dat Angorawol nog altijd
erg gewild is. Als men nu nagaat dat
een Angorakonijn jaarlijks 4 ons van
deze kostbare wol kan leveren, dan be
grijpt men dat in dezen tijd deze fok
weer sterk vermeerdert. Natuurlijk ver-
eischen deze dieren een geweldig on
derhoud en goed hokmateriaal, daar
anders het wol gaat klitten, en dit
hierdoor sterk in waarde daalt. Een
Angorakonijn, zonder de pluimen op
de ooren, of kuif op den kop is geen
goede Angora Zij wordt gefokt in de
kleuren Wit. Zwart. Geel, Bruin, Rood
geel. Madagaxer en Blauw. Door de
lange haarstructuur zijn alléén de haar-
toppen gekleurd.
Het Voskonijn (dit jaar uit den
Standaard geschrapt). Een konijn met
een varieerend gewicht van 5 a 8 pond.
In tegenstelling met de Angora, welke
een zachte mollige vacht moet hebben,
is het Voskonijn rijk aan stevige, dikke
boven-dekharen, de grannen genaamd,
welke een lengte hebben van 5 a 7 cm.
Zij mogen ook geen oorpluimen of kuif
bezitten. Het wordt gefokt in de kleu -
ren, Zwart. Blauw. Wit en Geel en de
variateiten zijn Blauwvos, Zilvervos en
Chinchilla-voskonijnen. Zij worden in
Nederland niet zoo bijzonder veel ge
fokt. haar voorsprong ligt in Zwitser
land.
Hierna volgen de Kortharige Rassen
en dit zijn de Castor Rex en Kleur Rex,
Castor Rex, woordelijk vertaald als Be
verkoning, is een mutatie van den
Franschman Abbé Gillet. Om den naam
Koning aan dit dier te geven was men
werkelijk niet te voorbarig, want zoo
wel voor Rasfok als Slachtfok en als
Pelsfok. is het gebleken den naam waar
dig te zijn. Zij die de tentoonstelling te
Hippolytushoef hebben bezocht zullen
ze in de kleuren Wit en Castor hebben
kunnen aanschouwen, want ik weet dat
die in goed materiaal op Wieringen
aanwezig zijn. Hun pels is als gescho
ren schapen en zacht als fluweel. In de
kleur Rexen heeft men Chinchilla-Rex,
Zwart-Rex, Blauw-Rex, Wit-Rex, Ha-
vana-Rex, Gouwenaar-Rex. Suchs-Rex
en Marterkonijn-Rex.
Tevens zijn we hier aan het einde ge
komen der Rassenbeschouwing en is
het de bedoeling de volgende maal eens
iets over Tentoonstelling te schrijven.
D J. KORTMAN.
Brakkeveldweg 176, Den Helder.
Rede van oud-minister
dr. Posthuma.
WAAROM HET AGRARISCH FRONT
WERD OPGERICHT.
Door het Agrarisch Front in Noord
holland werd in de Harmonie te Alk
maar een gratis toegankelijke propa-
ganda-vergadering gehouden waarin
het woord werd gevoerd door oud-mi
nister dr. F. E. Posthuma en den heer
J. Saai uit Kolhorn, gemachtigde voor
Noordholland van het Agrarisch Front.
Een 350-tal landbouwers waren ter
vergadering verschenen, welke een half
uur na het vastgestelde aanvangsuur
werd geopend door den heer A. Breure
uit Haarlemmermeer, oud-voorzitter van
de Afdeeling Noordholland van „Land-1
bouw en Maatschappij."
Hij gaf een uitvoerige uiteenzetting
van de geschiedenis van „Landbouw en
Maatschappij" en een verklaring hoe de
samenwerking tusschen deze organisa
tie en het Boerenfront van de N.S.B.
tot stand was gekomen, waarna hij de
leiding aan den heer Saai overgaf.
Dc steun- en crisismaatregelen
waren halfslachtig.
Deze ving zijn betoog aan met te
wijzen op de groote veranderingen welke
op economisch en sociaal-politiek ge
bied in ons land plaats vinden. Om dit
te begrijpen, aldus spreker, is het nood
zakelijk, dat men zich losmaakt van
het oude, waarin wij 150 jaren hebben
geleefd, en dient men uit te gaan van
het gemeenschap ang. Spreker stipte
de verwording ucl v-H verleden aan en
stond meer uitvoerig stil bij den nood
der boeren, waarbij hij deed uitkomen,
dat het ingestelde systeem van steun
en crisismaatregelen zich door half
slachtigheid kenmerkte en nimmer den
wortel van het kwaad, het kapitalisme,
raakte. De machthebbers van voorheen
zagen nooit naar het arbeidende en
produceerende volk, doch alleen naar
het goud en het geld en offerden het
volk op om dividenden en macht te ver
krijgen. Zoo voltrok zich een ptroom
van ellende over den Nederlandschen
bodembewerker waardoor de koopkracht
van ons geheele volk daalde. Tenslotte
hadden wij 500.000 werkloozen. Den
oorlog noemde spr. de groote worsteling
tusschen het nat.-soc. Duitschland met
het fascistische Italië tegen het kapita
listische Westen van Europa en het
goudzoekende Amerika. In vijf dagen,
aldus spreker, zagen wij het geheele
Nederlandsche staatsbestel in elkander
drukken. Dit was geen teeken van
kracht, doch van innerlijke voosheid.
Spreker hoopte, dat de offers niet voor
niets zijn gebracht en stipte hierna aan.
dal de N.S.B. reeds in 1931 tegen dc
misstanden stelling had genomen op
staatkundig- en économisch terrein en
„Landbouw en Maatschappij" in econo
mischer zin. Na 15 Mei stichtte de N.S.B.
het Boerenfront om allen te organisee-
ren, die met de voedselvoorziening van
ons volk te maken hebben, uitvoerig
schetste spreker hoe het Boerenfront
zich in verbinding had gesteld met an
dere organisaties. Alleen .Landbouw en
Maatschappij" had begrepen, dat nu de
tijd rijp is voor hetgeen reeds lang door
haar was nagestreefd. Door de stichting
van het Ned. Agrarisch Front gelukte
het daaraan vorm te geven. Het Agra
risch Front, aldus spreker, wordt de or
ganisatie die straks tot taak krijgt de
verzorging van de voedselvoorziening
van ons volk op zich te nemen. Deze
organisatie, die een corporatieve is,
staat in het teeken van een nieuw inge
luid tijdperk en verschilt veel van de
bestaande op zuiver groepsbelang inge
stelde organisaties.
Voorop stellende, dat de Holl. Maat
schappij van Landbouw in het verleden
van de behartiging van de technische
belangen gemaakt heeft wat er van te
maken was, merkte spreker op, dat het
deze organisatie nimmer gelukt was het
boerenland uit zijn isolement te halen.
De H. M. v. L. begrijpt de goede orde
niet, welke bezig is zich in Europa te
vormen n die ook in Nederland in wor
ding is. Wanneer zij alsnog met ons wil
samenwerken, zal die samenwerking
van ons moeten uitgaan.
Uitvoerig schetste spr. de taak die het
Ned. Agr. Front wacht, waarbij hij ge
waagde van een innige samenwerking
met het N.V.V.Het N.A. Front, aldus
spr., is nat.-socialistisch, maar staat los
van de politieke organisatie der N.S.B.
Als gouwgemachtigde voor Noordhol
land deelde spr. mede, dat er in Noord
holland reeds 30 afdeelingen zijn en
dat in de Emmastraat te Alkmaar het
huis van kameraad Fruin, die tot presi
dent van de rechtbank te Utrecht is
benoemd, is gehuurd voor de dagelijk-
sche correspondentie en dat men hem
daar eenmaal per week zal kunnen spre
ken. Spreker besloot met den wensch,
dat allen aan het N.A.F. zullen mede
werken.
De rede van dr. Posthuma.
Dr. Posthuma, met applaus begroet,
herinnerde aan de eenheid van het plat
teland in het verleden. Naarmate het
verkeer zich uitbreidde, gingen de men-
schen hoe langer hoe meer uiteen. De
groote veranderingen hebben wij ook bij
de landbouw leeren kennen. Voorheen
was de landheer de vriend van den,
pachter en schaamde hij zich als de
pachter ging vertrekken. Later werd het
landbezit een kwestie van geldbelegging
en de pachter een exploitant van den
grond. Spr. was er van overtuigd, dat de
nieuwe ordening daarin belangrijke
verbetering zal brengen. De eenige goe
de boerenwereld is toch die wereld,
waarin het boerenland is in boerenhand.
Voor spr., die jaren in de coöperatieve
zuivelbereiding is werkzaam geweest
was het steeds een grief, dat dc fabrie
ken ook melk van niet-leden verwerk
ten. Dit heeft dit slechte voorbeeld ge
bracht, dat een der eerste leiders van
het landbouwleven, ofschoon eigenaar
van zijn bedrijf, wel leverancier is van
de coöperatieve fabriek, doch geen lid
Thans, zoo zeide spr., krijgen wij de ge
legenheid het agrarisch vraagstuk van
onderop te ordenen. Hij ziet 't niet alleen
als een óoerenvraagstuk en daarom had
hij er op gestaan, dat de naam Boeren
front veranderd werd in Agrarisch
Front. Hij wees er op, dat er vele be
werkers van de bodemproducten zijn.
alsmede de verzorgers van het vee en
de transporteurs van de producten en
de bewerkers daarvan, die bij het Agra
risch Front behooren. De eerste voor
waarde voor.de ordening is, dat wij al
len begrijpen, dat wij de gemeenschap
hebben te dienen. Een egoïst is in ieder
mensch aanwezig, maar de boer heeft
reeds jarenlang het land gediend in
corporaties op landbouwgebied onder de
leuze „allen voor één en één voor al
len," al is dit niet altijd tot zijn recht
gekomen. De boer begreep echter, dat
hij afzonderlijk niet kan blijven be
staan en daarom moet het algemeen
belang voorop. Spreker heeft daarom
gaarne willen medewerken aan een or
ganisatie. die zoowel de grondbewerkers
als degenen, die de producten verwer
ken of verhandelen, omvat. Tot de
streekgemachtigden zegt spreker zorgt
er voor. dat er op ieder dorp een man
is, die zijn plaatsgenooten duidelijk kan
maken, waarom het Agr Front de ge
meenschapsbelangen kan behartigen.
Hij schetste den bouw van deze organi
satie van gouwleider tot streekgemach-
tigde en van dezen tot den buurtge-
machtigde en concludeerde, dat zóó het
A. F. een zegen kan worden voor het
geheele volk. De overheid moet een voor
aanstaande plaats blijven innemen,
maar voor het A.F. ziet spr. dit niet,
want dit moet in handen nemen wat
de overheid ten aanzien van de agrari
sche politiek doet. De minister van
landbouw moet in dit front ook de eer
ste zijn, dan kan het nooit voorkomen,
dat wij een minister van landbouw krij
gen, die van den landbouw geen klap
weet. De jeugd, aldus spreker, is het
beste wat wij hebben en daarom moe
ten wij ons ook met de jeugd bezig hou
den.
Nu de zelfstandigheid van Nederland
in gevaar is, moet het niet moeilijk zijn
vóór ailes Nederlander te zijn, maar dan
niet voor een oogenblik, maar voor al
tijd. Het is daarom den plicht van den
boer zooveel mogelijk te produceeren,
maar daarnaast heeft hij recht op be
staanszekerheid.
Wij hebben in Europa twee groote rij
ken, het Duitsche en het Italiaansche,
samen omvattende 150 millioen men-
schen. Binnenkort ziet spreker Spanje,
Bulgarije en Joegoslavië daarbij komen.
Roemenië en Hongarije zijn daar al bij.
Dan vormen ze samen 200 millioen men-
schen. Hier in mijn vaderland, aldus
spreker, dat ik hoop te behouden, wonen
er 8 millioen. Stel, dat deze 200 milli
oen, die een bepaald systeem wenschen
aan die 8 millioen moeten vragen hoe
het moet. Dit is ondenkbaar (gelach).
Ook is het ondenkbaar dat zij zullen
komen tot ons en zullen zeggen wij
weten het niet meer. In Nederland heeft
de grootste groep tegen Duitschland
gescholden. Er is één groepje, die dat
niet heeft gedaan, maar heeft gezegd
naast ons ligt de groote buurman waar
mede wij door het lot zijn verbonden en
daarom hef ik Duitschland ten troon.
Wanneer men nu zegtlaat dit kleine
groepje de leiding hebben om met
Duitschland samen te gaan, dan wordt
grif geantwoord Bij de verkiezingen
bleek dit groepje slechts 4 pet. van de
bevolking te omvatten. Dit is een bin-
nenlandseh argument. Dezulken willen
blijkbaar wel aannemen, dat Duitsch
land voor de nieuwé Europeesche poli
tiek de 4 pet. leiding van de Nederlan
ders zou willen aanvaarden
Voor de boeren, zoo vervolgde spreker,
hoop ik van ganscher harte, dat een
Europeesche ordening tot stand zal ko
men. De prijzen worden dan geregeld
naar de productiekosten. Spreker zette
uiteen, dat hij dit reeds acht jaren ge
leden gezegd heeft.
Tienduizenden in Nederland zeggen
Had met de organisatie van het A.F.
gewacht tot Nederland weer vrij is. Als
wij dan het A. F. nog hadden moeten
opbouwen, zouden wij veel te laat ko
men, want, hoe de oorlog ook afloopt,
de wereld van vóór 10 Mei is voorbij.
Wij moeten krijgen een geordende maat
schappij. Laten wij dan hier in ons Ne
derland je er voor zorgen, dat een goed
gebouwde en georganiseerde agrarische
organisatie klaar staat. Gij hebt nu de
kans zooals die u nog nooit is geboden.
Grijpt die kans en doet het thans.
(Applaus.)
De teeltregeling en de vee-
vordering.
Verschillende aanwezigen wezen er
op, dat voor de tuinders de teeltvergun
ning een belemmering is om te komen
tot een zoo hoog mogelijke productie en
dat de veevordering niet veel minder is
dan een ramp voor den geheelen boe
renstand. Wanneer deze vordering wordt
doorgevoerd is de boerenstand aan het
begin van het einde en niet alleen deze
stand, maar het geheele Nederlandsche
volk. Verduidelijking werd gevraagd
waarom die veevordering wordt toege
past. Hierbij werd er op gewezen, dat
het normale slachtveeverbruik 20.000
stuks bedraagt, terwijl nu voor eenzelf
de periode 40.000 stuks worden gevor
derd. Ook werd gevraagd, waarom
25.000 stuks paarden worden gevorderd.
Tevens werd opgemerkt, dat een prijs
van f 40 per 1000 kg hooi geheel in strijd
is met de bepalingen tegen prijsverhoo-
ging.
Beantwoording van vragen.
In zijn beantwoording zeide dr. Post
huma, dat zoolang het Agrarisch Front
niet sterk genoeg is en dus geen con
trole kan uitoefenen, men verwachten
kan. dat alles over ons zal komen. Ten
aanzien van de veevordering merkte
spreker op, dat ons land bezet is en
dat de weermacht, die de bezetting uit
oefent ook moet eten en dus ook vleesch
moet hebben. De behoefte bedroeg 16.000
stuks vee in een week, maar in de laat
ste weken werden slechts 1600 stuks vee
geleverd. Een oproep van de drie land
bouworganisaties om vodr meerdere le
vering te zorgen had geen resultaat. De
behoefte bleef en daarom is men geko
men met den maatregel van de vorde
ring, een maatregel dien spreker, zoowel
tegen de Duitsche als de Nederlandsche
instanties grof heeft genoemd en die op
niets leek. Toch gaat, zoo verklaarde
spreker met nadruk, deze maatregel
door. Ik heb aangetoond, dat in kleine
streken boerderijen zijn waar men per
H.A. slechts één stuks vee houdt en ook,
dat er streken zijn waar men twee stuks
vee houdt. Ik heb ook aangetoond, dat
er boeren zijn, die in November nor
maal hun guste-koeien hebben ver
kocht en tevens, dat als men op het
oogenblik het vee vordert, men voor een
groot deel koeien zonder vleesch krijgt.
Dat alles helpt evenwel niet. omdat toen
de tijd er was er voor te zorgen, men
niet gezorgd heeft. Nu komt de last
daar waar hij niet hoort. Men heeft
mij echter eerlijk beloofd, dat men tot
verfijning van maatregelen zal komen,
wanneer men maar een goed plan naar
voren kan brengen. Het Agrarisch Fr
is daarmee bezig Dat men thans een
dubbel aantal vordert, komt omdat
men heeft begrepen, dat men in Mei
en Juni geen koeien kan vorderen waar
om men thans reserve wil vormen. Er
is maar één uitkomst, zeide spreker ten
slotte, en dat is vormt een goed Agra
risch Front.
Hierna sloot de heer Saai met een
woord van dank de vergadering.
DE EERSTE ALKMAARSCHE
MAANDBEURS.
Eigenlijk, zoowertelde ons voor
zitter Vlaming, mag men uit de
naam niet afleiden, dat pertinent
elke maand Beurs wordt gehou
den wel zal dit plaats hebben
op gezette tijden.
En dit is noodig, aldus de enthou
siaste voorz. Weet U, dat de
twee reeds gehouden noodbeurzen
te Amsterdam en Den Haag een
groot succes zijn geworden, en
ook hier wordt dit het gevah
want de Alkmaarsche is met over
de 40 stands geheel volgeboekt.
liet is ook te hegrijpen want
dit is tegenwoordig het parool
van zakendoen.
Nu geregeld bezoek van verte
genwoordigers aan hun clientèle
niet meer mogelijk blijkt, is dit
voor grossiers en winkeliers DE
gelegenheid om zaken te doen.
Hot comité, geboren uit de samen
werking wan grossiers en fabri
kanten, beoogt geen winstbejag,
doch tracht het houden van nood-
beurzen aan te leggen op Coöpe
ratieven grondslag.
Ik heb dit. zoopas ook al in mijn
openingswoord gezegd, aldus
voorz., en ik hoop dat deze eerste
Alkmaarsche Maandbeurs een
gunstig en vlot verloop mag heb
ben in 't belang van Standhou
ders en Zakcnmenschen.
En vergeet niet er in uw ver
slag bij te zetten, aldus de voor
zitter met *n gebaar dat 't onder
houd geëindigd was, want hij
had 't druk, dat dc Beurs ook
wenscht mede te werken aan al
gemeen nut. Zoo hadden we op
onze vorige Beurzen 'n stand van
„Winterhulp" en nu weer 'n Post
kantoortje waar postzegels en
kaarten worden verkocht en tege
lijk gepost in 't belang van „HET
KIND."
Inderdaad, zakelijke en nobele
doeleinden gingen hier gepaard
en toen wij met den techn. leider
een rondgang langs de stands
maakten, bleek ons 't nut van de
ze Beurs. Artikelen, die men niet
meer te krijgen waande, vervan
gingsproducten, nieuwigheden
op 't gebied van industrie, We za
gen ze uitgestald zoowaar, 't ge
leek de Jaarbeurs in 't klein.