32e JAARGANG
DINSDAG 18 MAART 1941
No. 32
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
WIERINGEN EN OMSTREKEN
HET GOUD VAN DE
EENZAME HOEVE
WIERINGER COURANT
VERSCHIJNT ELKEN
DINSDAG, DONDERDAG EN ZATERDAG
ABONNEMENTSPRIJS
per 3 maanden f 1.30.
UITGEVER
CORN. J. BOSKER WIERINGEN.
BUREAU
Hippolytushoef Wieringen
Telefoon Intercomm. No. 19.
ADVERTENTIëN
Van 1 5 regels f 0.60
Iedere regel meer f 0.12
GEEN KOFFIE MEER OP DEN BON,
WEL SURROGAAT.
Bij wijze van overgang van 17 Maart
tot 27 April nog 125 gram koffie óf
250 gram kofficsurrogaat. Niet „offi
cieel verpakt" surrogaat blijft vrij.
VOOR ZES WEKEN VIJFTIG GRAM THEE.
Voor surrogaat is een vergunning noodig.
De Secretaris-generaal van het Departe
ment van Landbouw en Visscherij maakt het
volgende bekend
Het ligt in de bedoeling de distributie van
thee en koffie welke artikelen, zooals bekend,
tot dusverre naar keuze op denzelfden bon
verkrijgbaar werden gesteld, te vervangen
door een distributie van thee en koffiesurro-
gaat. In verband daarmede zal met ingang
van Maandag 28 April het pubhek tegen in
levering van een nader aan te wijzen bon
naar keuze een bepaalde hoeveelheid thee of
een bepaalde hoeveelheid thee of een bepaal
de hoeveelheid koffiesurrogaat kunnen koo-
pen. Koffie zal derhalve na genoemden da
tum niet meer verkrijgbaar worden gesteld.
Er zullen slechts bepaalde soorten koffie
surrogaat, welke een van overheidswege
vastgestelde samenstelling hebben, in distri
butie worden gebracht. Deze surrogaten zijn
kenbaar, doordat op de verpakking het woord
„vergunning" en het nummer dier vergun
ning staan aangegeven. Het vervaardigen
van andere surrogaten dan de bovenbedoel
de is sedert eenigen tijd verboden. Op deze
wijze wordt vermeden, dat het publiek voor
de bonnen, welke recht geven op koffiesurro
gaat, eventueel minderwaardige soorten daar
van zouden ontvangen.
De thans nog bij den handel aanwezige
voorraden koffiesurrogaat. waarvan de
vervaardiging niet is geschied volgens van
overheidswege gegeven voorschriften voor
de samenstelling en welke dus ook niet
verkrijgbaar zijn in de bovenomschreven
officieele verpakking, vallen geheel bui
ten de distributie en worden dus uitver
kocht. zonder dat men daarbij bonnen
behoeft in te leveren.
Bij wijze van overgangsmaatregel wordt
gedurende het tijdvak van Maandag 17
Maart tot en met Zondag 27 April op de
met „17" gemerkte bon van de „bonkaart
algemeen" naar keuze 50 gram thee of
125 gram koffie of 250 gram koffiesurro
gaat, voorzooveT voorradig, beschikbaar
gesteld.
De grossiers en de détaillisten zullen door
dezen maatregel in de gelegenheid worden
gesteld de nog in hun bedrijf voorradige hoe
veelheden koffie uit te verkoopen.
Aangezien deze hoeveelheden beperkt
zijn, zal uiteraard lang niet iedere consu
ment gedurende de komende distributie-
periode nog koffie kunnen koopen.
Met betrekking tot het beschikbaar stellen
van koffiesurrogaat wordt er met nadruk de
aandacht op gevestigd, dat met het omscha
kelen c'er industrie van koffie op koffiesur
rogaat uiteraard eenige tijd gemoeid is, Zoo
dat het verschijnen der nieuwe, van overheids
wege voorgeschreven surrogaten in den han
del, eerst tijdens de tweede helft der heden
ingaande distributieperiode kan worden tege
moet gezien.
Degenen, die met bon „18" koffiesur
rogaat willen kcopen, kunnen derhalve
dezen bon bewaren, totdat zij dezen voor
het kcopen van koffiesurrogaat kunnen
besteden.
Met het oog daarop is dan ook de heden
ingaande distributieperiode gesteld op zes
weken. De volgende perioden zullen vier we
ken duren.
In een officieele publicatie zijn de voor de
detaillisten en instellingen van belang zijnde
bijzonderheden betreffende de koffie- en
theetoewijzingen vermeld.
VOLKSTUINEN.
Aangezien omtrent het houden van volks
tuinen misvattingen ontstaan, maakt de
Voedselcommissaris voor Noordholland het
volgende bekend
Als volkstuin is bedoeld een tuin, welke
door den gebruiker wordt bewerkt en bezaaid
om hiervoor voor eigen gezinsverbruik te oog
sten. Elk gezamenlijk doen, hetzij in de be
werking, hetzij in de bezaaiing, leidt tot de
mogelijkheid, dat de oogst aan den Voedsel
commissaris moet worden ingeleverd.
Nadere voorschriften en bepalingen zullen
zullen door het Rijksbureau voor Voedselvoor
ziening in Oorlogstijd worden bekend ge
maakt.
FEUILLETON.
door
CHARLES ALDEN SELTZER.
8.)
Brazo bereikte den uitgang en stond op een
rots, hoog boven het water in het dal te kij
ken. Hij had zijn schuilplaats gevonden
Het dal was ongeveer een mijl lang en mis
schien een halve mijl breed. De bodem was
dicht begroeid met malsch gras en boomen,
en de rivier, waarnaast hij stond, liep er mid
den door naar een kloof, die zich in een
begwand aan den Noordkant bevond. Overal
in het rond verhieven zich bergtoppen, dood-
sche sombere kolommen van vulkanische oor
sprong, die het dal van de overige wereld af
sloten. Het was duidelijk zichtbaar, dat hier
nooit iemand was doorgedrongen, want er
waren geen sporen van menschelijke aanwe
zigheid.
Brazo glimlachte. Hij liep terug over de
wal, stak de rivier over, besteeg Blinky en
reed hem langzaam door de spelonk en kwam
in het dal uit. Hij merkte hoe Blinky de oo-
ren spitste, toen hij de nieuwe weide plotse
ling te zien kreeg. Een paradijs voor Blinky.
Brazo reed een uur of langer door het dal.
Toen keerde hjj terug naar een plek bij den
ingang van den spelonk, zette den pony vast
met een touw, lang genoeg dat hij het water
bereiken kon en ging weer terug door de
spelonk, om tenslotte te voorschijn te ko
men aan de oever der rivier vanwaar hij het
eerst den ingang naar het verborgen dal
had gezien.
De zon stond hoog aan den hemel toen
Brazo door het bosch naar Henley's huisje
AFMERKEN VAN EEN
„GARANTIE-TOOM" BIGGEN.
De Secretaris van de Landbouw-Crisis-Or-
ganisatie voor Noordholland maakt aan de
georganiseerden met een toekenning merken
het volgende bekend
Evenals in voorgaande jaren zal een „ga
rantie-toom" biggen geheel worden afge-
merkt. Dit is alleen van toepassing, als de
biggen op eigen bedrijf zijn geboren. In ver
band hiermede geldt weder ae bepaling, dat
zij, die voor dit af mérken van hun toom in
aanmerking willen komen, binnen 4 x 24 uur
na de geboorte van deze biggen hiervan ken
nis moeten geven bij hun Bureauhouder.
Voorts wordt voorgeschreven, dat hij, die
voor dit „volmerken" in aanmerking wil ko
men, tijdig d.w.z. ten minste 8 dagen, voor
dat de zeug werpt, aan zijn Bureauhouder
moet kenbaar maken, dat hij de betreffende
drachtige zeug in zijn bezit heeft. In verband
met het- feit, dat na 1 Juli 1941 nog niet ge
bruikte merken met 50 worden beperkt,
dienen de fokkers hiermede bij het laten dek
ken van hun zeug rekening te houden. Na
1 Juli 1941 zal een garantie-toom tot een ma
ximum van 10 stuks worden afgemerkt.
ALS ONZE RIJWIELBANDEN
„AF" ZIJN!?
Het valt niet te verhelen, dat de nadere
bijzonderheden over de distributie van rij
wielbanden bij zeer velen groote teleurstellint.
hebben gewekt. Daaruit blijkt immers, dat
volstrekt niet aan allen, die daaraan behoefte
hebben, een nieuwen band zal worden ver
strekt doch in het algemeen alleen aan die
genen, die een rijwiel noodig hebben om zich
naar de plaats hunner werkzaamheden te
begeven en dan nog slechts, wanneer de daar
toe af te leggen afstand meer dan vijf kilo
meters bedraagt. Het zal, naar wij aannemen,
wel niet anders en vrijgeviger kunnen, gezien
de positie der onmisbare grondstof rubber,
doch het is wel zeker, dat door deze rantsoe
neering straks een groot aantal rijwielen uit
het verkeer zal wegvallen. Voor de ex-berij-j
ders beteekent dit in de eerste plaats een
groot ongerief, want de fiets reeds nati
onale vervoermiddel bij uitnemendheid
vervangt in dezen tijd tram en bus en zelfs
den trein nog veel meer dan vroeger het ge
val was. Maar het beteekent ook voor velen
het gemis van een bron van levensvreugde,
nu het goede jaargetijde weer aanbreekt voor
het massaal uitzwermen per fiets in de na
tuur. In de komende maanden zou gezien
de inkrimping en het duurder worden der
andere vervoersmogelijkheden de fiets als
middel om er „uit" te komen, zeker in nog
veel grooter mate zijn benut. Het uitzwermen
per fiets zal door de rantsoeneering belang
rijk worden belemmerd en dat is niet alleen
teleurstellend voor het individu doch ook een
economisch nadeel voor de gemeenschap,
want het toerisme, dat nog overbleef, zal er
ender lijden en daarmede tevens onze toch
reeds zoo zwaar beproefde vreemdelingenin
dustrie. Om van de rijwielindustrie, fietsen-
reparateurs e.d. niet te spreken. Het vervan
gen van den rubberfietsband door een ande
re bruikbare omlijsting van de velg welk
een schitterende opgave is dit niet voor uit
vinders om er hun vernuft op te beproeven.
Men vindt tegenwoordig voor alles en nog
wat bruikbare vervangingen uit, waarom geen
fietsband uit naalaboomenhars of uit kaas-
korsten Ook al zou men er wat ongerief
bij moeten nemen, zooals bij de houtgasgene
ratoren voor auto en bus. Het gaat wel, maar
het gaat ook wel eens nietWij weten ervan
mee te praten als geregeld gebruiker van de
bussen, wier houtgasgeneratoraanhangsel in
de wandeling „de snertketel" heet. In Dene
marken hebben die „snertketels" blijkbaar
ock reeds verstikkende dampen in de vervoer
middelen zelf veroorzaakt, vandaar dat men
daar volgens dagbladberichten een kanarie
vogel of een witte muis in een kooitje tus-
schen de passagiers ophangt omdat deze die
ren sneller dan de mensch op giftige gassen
reageeren. Mogen wij dit denkbeeld bij onze
autoriteiten aanbevelen Wij zouden gaarne
onze kleinkinderen vertellen, dat wij in het
jaar 1941 tezamen met een kanarievogel aan
een lus plachten te bengelen.
GEMEENTE WIERINGEN.
Uitvoering Oefening Kweekt Kunst.
Zoo behoort dan de laatste winteruitvoering
van O.K.K. weer tot het verleden en ondanks
den bijzonderen tijd van aanvang, namelijk
Zondagmiddag 3 uur, was de zaal geheel be
zet, een teeken dat de O.K.K.-uitvoeringen
een goede naam hebben. Vanzelfsprekend
behoorden nu ook een aantal Wieringerwaar-
ders tot de belangstellenden, waar een too-
neelgroep uit hun heimat de revue, na het
mandoline-concert zou verzorgen.
Na een openingswoord door den directeur
voorzitter, den heer Jongkind, bracht ons
mooi mandoline-ensemble een viertal num
mers ten gehooren, en we mochten niet alleen
ging. Onder het loopen stond Brazo tweemaal
stil en onderzocht zorgvuldig de omliggende
heuvels. Hij zag geen ruiters. Misschien wa
ven Neil en zijn mannen naar het Zuiden
gereden, zooals Henley verondersteld had.
Het kon Brazo nu weinig schelen, welken
kant de ruiters uitgingen. Hij zelf ging ner
gens heen.
HOOFDSTUK V.
Brazo voelde dat Henley hem bestudeerde,
hem in het oog hield, hem taxeerde. Want
telkens als Brazo het huis binnenkwam, keek
Henley hem na. Zijn blik volgde Brazo de
kamer door. Als Brazo bij de kachel stond
te koken, lag Henley onbeweeglijk in zijn
bed en keek naar hem met half-gesloten oo-
gen. Brazo kon Henley's blik voelen. Henley
stelde belang in alles wat Brazo deed. Geen
enkele beweging, die Brazo maakte terwijl
hij in huis was, ontsnapte aan Henley's oogen.
Henley's waakzaamheid was niet critisch.
Verre van dat. Zij was bewonderend, dank
baar, waardeerend, een genoeglijke waak
zaamheid. En toch was er iets meer in, een
fijner en dieper gevoel, 'n verborgen listig
heid. die gloeide in de diepten van zijn oogen
en niet tot uitdrukking wilde komen.
Brazo had dien gloed meermalen opgevan
gen en was er door verbluft. Het was geen
bespotting, het was geen scherts of vermaak.
Na een poosje dacht Brazo er niet verder
over, maar schreef het toe aan een geestelij
ke ziekte, die Henley's kwaal meebracht.
Het kon hem heelemaal niet schelen, als
Henley naar hem keek. Hij was nu meer dan
drie maanden bij Henley geweest en hij was
van plan om te blijven tot Henley stierf of
beter werd. En hij was er zeker van. dat Hen
ley niet beter zou worden. Hij werd langzaam
erger. Hij was magerder, zwakker, hulpbe-
hoevender.
Henley was een lange man, haast even lang
als Brazo en Brazo dacht, dat Henley in zijn
gezonde dagen lenig en sterk geweest moest
zijn. Henley was weliswaar tien jaar ouder
dan Brazo maar de baard, dien hij droeg was
zwart, zooals hij altijd geweest was, nadat hij
hem had laten groeien. Ook zijn haar was
zwart en toen Brazo kwam om bij hem te
blijven, was het zoo lang geweest, dat Brazo
het geknipt had met een schaar, die hij op
een plank vond.
Ook Brazo had zijn baard laten groeien.
Niet heelemaal zoo lang als die van Henley,
maar hij leek er toch veel op.
Op den dag toen Brazo Henley's haar knip
te, haalde de laatste uit een hoek van zijn
bed een bundel papieren, die met een koox-d
vastgebonden waren, waaruit hij een portret
haalde, dat hij zijn gast liet zijn.
7,Ik liet dit maken in Corney, bjj een man
die daar portretten maakte op een dag, toen
ik daar inkoopen ging doen. Ik voelde mij
toen heel goed. Dat was ongeveer negen
maanden geleden, een jaar nadat ik hier
kwam." Hij keek scherp naar het portret eix
toen naar Brazo.
„Je ziet er net uit als ik toen," vervolgde
hij. „voldoende om mijn. tweelingbroer te
kunnen zijn
Een tijdlang dacht Brazo, dat hij het ge
heim van Henley's voortdurende observatie
had begrepen. Het was zijn gelijkenis met
den man. die Henley eens geweest was. Later
veranderde hij van meening en was over
tuigd, dat Henley enkel probeerde te ontdek
ken welk soort man hjj was. Henley stelde
hem op de proef, misschien een beetje cy
nisch, om zijn kaï'akter te ontleden.
Met welk doel
Brazo kon het niet met zekei'heid zeggen.
Maar later, toen hij over de zaak nadacht,
kwam hij tot de overtuiging, dat hij in de
plaats van Henley, zich ook een weinig zou
verwonderen over het karakter van een man,
die plotseling als uit de lucht was komen
vallen, gebrandmerkt als moordenaar. Hij
zou zich afvragen waarom de moordenaar
hadnekkig maand op maand bleef, terwij hij
wist, dat het zoeken naar hem feitelijk ge
staakt was. Maar misschien zou hij zich ten
slotte toch niet zoo erg verwonderd hebben,
constateeren, dat de vereeniging weer met
jeugdige krachten is versterkt, maar dat in
derdaad de muziek ook aan volume is toege
nomen. Wel vonden we bij het 4e nummer
San Lorenzo, de diepe instrumenten eenigs-
zwak tegenover de hoogere partijen. Immers
in dit mooie nummer is 't als 't ware een
vraag- en antwooi'dspel en komt 't klankge
halte van zoowel hooge en lage instrumenten
zoo duidelijk waarneembaar. Overigens niets
dan lof en het publiek vroeg dan ook gretig
om een bisnummer. waaraan vanzelfsprekend
werd voldaan.
En nu de revue „Zeg, Kijk uit zeg Ja, we
zijn hier met revue's in de laatste jaren wel
wat verwend. Die van de Gym, en nu de
laatste van Apollo, het waren avonden vol
spel, schakeering en schittering, en daarom
waren nu onze verwachtingen wellicht ook
wat hoog gespannen.
We zullen dan ook wat water in de wijn
met onze critische beschouwing moeten doen,
al was 't dadelijk te bemerken, dat het hier
aan goede regie heeft ontbroken. Immers de
tweestemmige liedjes van de zeer jeugdige
girls alsook van de soliste Mevr. N. Braaf-
Smit, klonken wel beschaafd en zuiver, doch
elke tooneelmimiek ontbrak, zoo ook bij 't
Ons Genoegen Trio. Het was zoo houteiig,
zoo stijf. Het was toch geen zanguitvoering
De jodelzang op de bergen was iets beter,
(voor 't jodelen ons compliment), doch ont
brak 't aan ruimte voor 't doek de meisjes
konden zich nauwelijks bewegen en waarom
niet 't geheele tooneel met een bergen-decor
op den achtergrond Met dergelijke dingen
heeft 'n acteur en ook de regie rekening te
houden, 't Indische decor was aardig, doch
hier waren 't weer de medewerkende dames,
die de tableau-sfeer in de war schopten, door
te voelen of heur haar goed zat, alle zijden
heen te blikken of gauw 'n paar woorden tot
elkaar meenden te moeten zeggen, 't Optreden
van Nelly Kossen als accordeonniste was in
de eenvoudige liedjes heel goed, maar waarom
nu dat „Dichter und Bauer", dat haar veel
te zwaar lag
De heeren A. Braaf en A. Woestenburg wa
ren als Tutty en Frutty de conferenciers, die
't humoristische gedeelte vrijwel voor hun
rekening hadden. Ze hadden goede momenten,
ofschoon de heer Woestenburg te veel z'n
dialect liet botvieren.
In 't kort de revue stond wat maakselij als
opvoering betreft nog in de kinderschoenen
echter 't publiek was welwillend, en mocht
deze revue-club nog eens met 'n geesteskind
van den heer v. d. Brink naar Hippo komen,
dan hopen we, dat we dan mogen schrijven
„nu was 't in orde
'NGEZONDEN STUKKEN.
Mijnheer de Redacteur.
Verzoeke beleefd het volgende in uw blad
te willen opnemen, bij voorbaat breng ik U
daarvoor gaarne mijn dank.
Beste Kees de Rijmelaar.
Ik wist niet dat je zoo goed rijmen kon.
Dat heeft je zeker nog al wat hoofdbrekens
gekost, of ging dat nog al. Heusch Kees, je
bent je carrière mis geloopen. Je had een
goed opvolger kunnen worden van onze groo
te Joost v. d. Vondel En wat was je royaal
met de boter en dat in distributietijd.
Maar alle gekheid op een stokje.
Waarom deed je zoo leelijk tegen me. We
waren altijd zulke goede vrienden. Jij behoort
als hij zooveel van den moordenaar hield, als
Henley van hem scheen te houden. Hij zou
graag hebben, dat de man bleef en hij zou
zeer waarschijnlijk deze wensch op vrijwel
dezelfde manier verraden hebben, als Hen
ley gedaan had.
Wel, peinsde Brazo, hij bleef in ieder geval.
En hij was van plan om te blijven tot Hen
ley stierf.
Er was weinig anders te doen dan te voorzien
in de behoeften van den zieke. En deze be
hoeften waren gering. Henley bracht het
grootste deel van den tijd slapend door.
Al$ hij niet *liep, nam hij den bundel pa-
pieren uit den hoek van zijn bed. en schreef.
Wat hij schreef, wist Brazo niet en het kon
hem ook niet schelen. Brazo kon urenlang
zitten op een omgewaaide boom in het bosch,
vanwaar hjj de rotswanden rondom het bas
sin kon bespieden. Bij zulke gelegenheden
voelde hij, hoe volkomen afgezondei'd hij was
en een verlangen naar het gezelschap van
zijn medemenschen maakte zich van hem
meester. En toch dacht hij er niet aan
om Henley te verlaten. Hij hield van Henley
had van het begin af van hem gehouden. Hij
wist dat Henley spoedig zou sterven en hij
zou hem niet verlaten.
Er waren oogenblikken, waarin hij zich
zeer verwonderde over Henley, over het huis
je en het bassin. Henley had weinig vee, niet
meer dan vijftig stuks. Hij leefde alleen bin
nen honderd mijlen in den omtrek had hij
geen buurman. Blijkbaar verkocht hij geer.
vee hij bezat slechts een paar paarden op
het oog had hij geen middelen die geld op -
brachten. En toch was het huisje gevuld met
allerlei soort voedsel en er waren nog meer
voorraden in een der bijgebouwen. Henley
had hem verteld, dat hij bij zijn laatste be
zoek aan de stad, voor een jaar levensmidde
len had ingeslagen. Blijkbaar had Henley
middelen, die niet te zien waren.
Maar Henley's aangelegenheden wekten
Brazo's nieuwsgierigheid niet op. en de lan
ge trage dagen gingen langzaam voorbij, zon
der dat de laatste iets vroeg.
toch niet tot de meeloopers. Ik heb jou ten
minste altijd beschouwd als iemand met een
eigen meening. Ik heb jou nooit gerangschikt
onder de massa. Jij had de schoen dus niet
aan te trekken, want jou paste hij niet. Of
ben je soms ook pro-dit *>f pro-dat en ben
je vergeten dat je Nederlander bent Maar
neen, dat is niet zoo, daarvoor ken ik je te
goed.
Vindt je het dan zoo erg vreemd dat ik
degenen, die tegen mijn vrouw onhebbelijk
zijn, op hun nummer zet. Dat zou jij toch
ook doen. Je meende mij nog te moeten waar
schuwen. Maar als men een vriend waarschu
wen wil gaat men naar hem toe en doet dat
niet middels de krant. Waarvoor wilde je me
waarschuwen Voor de ouders die hun kin
deren op mij afsturen om op de bel te druk
ken, tegen de deuren te schoppen of de rui
ten kapot te gooien Of misschien voor de
kinderen die mijn dochtertje lastig vallen.
Dat vind ik anders een misselijk gedoe zeg.
rk heb respect voor iemand die mij met open
vizier tegemoet treedt, maar niet voor hen
die ih het duister wroeten. Ik geef dezulken
in overweging de rede van den Heer Commis
saris in de Prov. Noord-Holland te lezen en
te herlezen, daar kunnen ze heusch wat van
leeren.
Beste Kees je moet eens een kopje slappe
thee (slap vanwege de distributie) komen
orinken dan kunnen we weer eens gezellig
praten, net als vroeger, misschien begrijpen
we elkaar dan beter. Afgesproken. Tot ziens
dan.
Je vriend PIET.
De Heer Metselaar moet nu eens ophouden
met zijn gezeur en zijn oogen eens uitwrij
ven dan zal hij zien dat ik voor schoolreisje
t-n St. Nicolaasfeest altijd een gulden betaal
de en op de laatste lijst van de kleuterschool
een halve gulden. Het zal een ieder duidelijk
zijn dat ik voor schoolreisje en St. Nicolaas
feest, waaraan mijn dochtertje ook meedoet,
niet met een dubbeltje aan kom dragen, 't Is
eenvoudig belachelijk. Anders gaat men maar
eens informeeren bij Meester de Jong of den
Heer Bleeker.
Verder is het mij niet duidelijk wat school
reisjes enz. met algemeen sociaal belang,
e.q. Winterhulp Nederland heeft- te maken.
P. C. VIJN.
BINNENLANDSCH NIEUWS.
REORGANISATIE VAN HET MUZIEKLEVEN.
Het A.N.P. meldtOp Donderdag 13 Maart
jj. vond op het departement van volksvoor
lichting en kunsten een bijeenkomst plaats,
waaraan op uitnoodiging van den secretaris-
generaal, dr. T. Goedewaagen, een twintigtal
vooraanstaande musici deelnam. Bij deze
bespreking hebben de secretaris-generaal en
het hoofd van de afdeeling muziek, de heer
J G. Goverts. een uiteenzetting gegeven om
trent de richtlijnen, welke bij de reorganisa
tie van het Nederlandsche muziekleven zul
len gelden.
DIRECTIE Z.W.-POLDER KOMT
TE EDAM.
Het staat thans vast, dat de direc
tie van de werken ten behoeve van
den Zuid-W estelijken polder in het
Geen enkel lid van de gewapende troep
bezocht meer het bassin, ofschoon Brazo er
voor zorgde om zich overdag in het bescher
mende bosch te houden en zich enkel in huis
waagde, wanneer hij er zeker van was, dat
hij niet gezien werd van de rotsranden die
Henley's woonplaats omringden.
Brazo liet Blinky in het verborgen dal blij
ven. Somtijds, als zijn tegenwoordigheid niet
vereischst werd, voor den zieken man, zadel
de hij Blinky en draafde met hem verschei
dene uren over den groenen bodem van het.
kleine bassin, om hem in conditie te houden
voor een dag waarop hij hem misschien noo
dig zou hebben. Ook maakte Brazo meerdere
verkenningstochten. Hij zocht verschillende
smalle kloven op, die zich vertoonden in de
granietmuren, die de plek omlijstenhij
beklom de hellende wanden van droge water
geulen. die diep de bergen inliepen hij be
klom hooge. ruwe wanden en raakte twee
maal haast verdwaald tusschen eenige hooge
afgelegen toppen.
Henley werd zwakker en scheen Brazo meer
dan ooit te bespieden. En den laatsten tijd
scheen er een zekeren ernst in zijn blik geko
men te zijn. Het leek Brazo dat Henley hem
over iets belangrijks wilde spreken, maar dat
hij aarzelde en blijkbaar niet wist. of het wel
wijs was om zijn gast te vertrouwen.
Brazo moest wel begrijpen, dat er iets was,
wat Henley hinderde maar wat de man op
het hart had, moest er afkomen, zonder hulp
van anderen. De maanden verstreken zonder
dat Brazo één vraag stelde in Henley's aan
gelegenheden.
Brazo was niet nieuwsgierig naar Henley's
geheimen, naar zijn verleden of zijn moeilijk
heden. Hij had den man gevonden, toen de
ze behoefte had aan verzorgingen en hij ver
zorgde hem, tot hij er geen behoefte meer
aan zou hebben. Dat was alles.
Henley's oogen waren buitengewoon hel
der, toen Brazo op een morgen het huis bin
nentrad. Hij ging overeind zitten in zijn bed
en staarde zijn gast lang aandachtig aan.
(Wordt vervolgd.)