Directie der Noor derbank WIERINGER COURANT. VEREEN. VOOR BEDRIJFSVOORLICHTING IN DE WIERINGERMEER. ZATERDAG 17 MEI 1941 No. 57. Mededeeling no. 8, Vele factoren bepalen tezamen gewoon lijk de hoogte van de opbrengst van onze gewassen. Sommige daarvan hebben niet in de hand, maar een groot aantal toch wel. Wij willen nu in deze mededeeling de aan dacht vestigen op den grooten invloed, wel ke de standruimte van de suikerbieten uit oefent op de opbrengst. Een zeer lezens waardige brochure geschreven door Ir. W. T. Rinsema, werd eenige maanden geleden, door de N.V. Hollandsch Zweedsche Zaad Mij,, aan verschillende bietenverbouwers, ook hier in den polder, toegezonden. De verdienste van Ir. Rinsema is wel deze, dat hij vrijwel alle in dit opzicht van be lang zijnde publicaties van hel Instituut voor Suikerbietenteelt te Bergen op Zoom, heeft verwerkt tot een overzichtelijk ge heel, waardoor men op duidelijke en over tuigende wijze op de hoogte wordt gebracht van de mogelijkheid om zijn opbrengst be langrijk te verhoogen door te streven naar een voldoend aantal bieten per ha. De onderzoekingen waarop de conclusies in deze brochure berusten, zijn niet alleen op proefvelden gedaan, maar ook de resul taten van een groot aantal enquêtes in di verse gebieden van ons land stonden den samensteller ter beschikking. Wij zullen hieronder het belangrijkste kort samenvatten. Het minimum aantal bieten dat per ha aanwezig moet zijn. Op grond van vele cijfers is het Instituut van Suikerbietenteelt (I. v. S.) tot de con clusie gekomen, dat men beslist als eisch moet stellen, dat op een perceel bieten minstens 63000 planten aanwezig moeten zijn, daar de opbrengsten beneden dit aan tal sterk dalen. In de practijk blijkt het aantal bieten op de verschillende perceelen gewoonlijk te schommelen lusschen 50.000 en 70.000 per ha. Ook hoogere en lagere getallen komen ech ter wel voor. Zoo bleek in 1933 en '34 bij een onderzoek, in Westelijk N.-Brabant, waarin resp. 271 en 300 practijkperceelen werden betrokken, dat in 1933 in ruim 63 pCt. van de gevallen niet voldaan werd aan de minimum-eisch van het v. S. In 1934 werd op ruim 58 pCt. der percee len deze grens van 63000 planten per ha. niet bereikt. Ook elders in Nederland bleek de situatie niet zoo heel veel beter. Hoe groot is de stijging in op brengst bij een dichtere stand ruimte Door afzonderlijk rooien en wej|en van de bieten van practijkvelden, waarbij tevens werd bepaald over welke standruimte elke biel beschikte, kwam men tot hel volgend verband tusschen slandruimte (dus aantal bieten), gem. gewicht per biet en opbrengst. Aant. bieten Gem. gew. p. biet Opbr. p. ha. per ha. in gr. in Kg. (bieten) 40048 1104 44P12 43309 1094 47380 47348 1057 50047 52579 1032 54262 58795 952 55973 66757 885 59080 76793 787 60436 90461 706 63865 BU1TENLANDSCH NIEUWS. DUITSCHERS KRIJGEN BOTER EN GROENTEN. f Vleeschrantsoen iets verlaa.gd broodbonnen voor suiker. Berlijn, 15 Mei (S.P.T.) Naar van officieele zijde wordt medegedeeld, zijn de veranderingen, die in de nieuwe pe riode op 2 Juni in de levensmiddelen- distributie in Duitschland worden aan gebracht, dc volgende 1. Verlaging van het vleeschrantsoen van 500 tot 400 gram p.p. week. De re den hiervoor is, dat in de zomermaan den groote hoeveelheden groenten uit Nederland, Frankrijk en Italië op de markt worden gebracht. Bovendien stijgt de Duitsche groentenproductie In bovenstaande tabel ziet men dus een icgelmatige toename van de opbrengst aan bieten bij een grooter wordend aantal plan ten per ha. Dat verband heeft men nu op lallooze velden geconstateerd. Zelfs wanneer het aan tal planten nog grooter is, dan in hel aan gehaalde voorbeeld, gaal de stijging in opbrengst door. Zoo zal bij een vermeer dering van het aantal planten van 1CO.OQO op 160.CC0 planten b.v. de opbrengst nog toenemen. Door de sprong van 40.000 op 62500 stijgt de opbrengst met ruim 6 pCt. Ook het gewicht aan blad neemt meer of n der sterk toe, terwijl het suikergehalte blijkt te stijgen. Vergrooting van het aantal planten per ha. werkt dus in twee richtingen gunstig. In de eerste plaats wordt de hoeveelheid geoogste bieten grooter en in de tweede plaats stijgt het suikergehalte. Dit is wel een zeer belangrijk verschil met de andere groeifactoren. Bijv. door vergrooting van de stikstofgift stijgt even eens de opbrengst aan bieten, maar daalt het suikergehalte. Indien men de standruimte verkleint, kan men meer stikstof geven en daardoor grootere opbrengsten verkrijgen, zonder in gehalte achteruit te gaan. Het blijkt dan, dat daardoor de totale suikerop brengst per ha. nog belangrijk meer stijgt dan door vermeerdering van het aantal planten alleen. De gemiddelde opbrengst-vermeerde ring bij een toename van 10G0 planten per ha. blijkt, zoowel voor het wortelgewicht als het suikergehalte, hel suikergewicht on het Ioofgewicht, ongeveer 1 pCt. te be dragen. Standruimte en vergelingsziekte. Welke is de meest voordeelige standruimte der suikerbieten In 1940 werd door enkele onderzoekers van het I.v.S. geconstateerd, dat er een duidelijk verband bestond tusschen de standdichlheid van de bieten en de aan tasting door vergelingsziekte. Op de helft van een perceel^ waar de bieten zeer hol stonden (pl.m. 35000 planten per ha.), ond men ongeveer 32 pCt. zieke planten, terwijl op het andere gedeelte, waar de stand veel beter was (70000 planten per ha.) slechts 2 pCt. van de planten ziek was. Ook in vele andere gevallen was het :iektecijfer op goed gesloten perceelen 1-2 pCt., terwijl op perceelen met een hol len stand tot 100 pCt. zieke planten voor kwamen. Dit moet worden toegeschreven aan hel feit, dat op de slechte perceelen belangrijk meer bladluizen, de versprei ders van deze ziekte voorkwamen. Dit is dus ook een feit, dat pleit voor vermeerdering van hel aantal. Vanzelfsprekend zijn er aan de vermeer dering van het aantal planten per ha. ook nadeelen verbonden. In de eerste plaats geven meer bieten hoogere rooi kosten. Verder zal aan de kleinere bieten per 1000 Kg. meer grond kleven. De tarra wordt dus hooger, waardoor hoo gere vervoerskosten, met bovendien meer kans op korting door de fabriek. Ook orden de verplegingswerkzaamheden iets moeilijker en dientengevolge duurder. Het gaat er dus om te bepalen tol wel ke grens opvoering van het aantal planten rendabel is. Het is onmogelijk deze grens een bepaald cijfer uit te drukken, daar de rentabiliteit van vele omstandigheden afhankelijk is, b.v. de bietenprijsj de hcogle van het arbeidsloon, de afstand tot de fabriek, enz. Op grond van deze overwegingen en ele cijfers is nu het I. v. S. gekomen tot hel getal van 63C00 planten per ha. Het zal duidelijk zijn dat dit getal als minimum moet worden geschouwd, waar beneden men beslist niet kan komen, zonder aan opbrengst in te boeten. Ir. Lienesch, die die bovengenoemde brochure, inleidt, eindigt dan ook met de volgende woorden Het aantal planten moet er zijn, Anders blijft de oogst te klein. L. R. D. Wordt vervolgd. voortdurend. 2. Het rantsoen boter, dat op het oogenblik 125 gram per hoofd per week bedraagt, zal met 67 en een halve gram verhoogd worden, terwijl het margari ne-rantsoen met hetzelfde gewicht zal worden verlaagd. In dit verband is me degedeeld, dat de boterproductie van Duitschland op het oogenblik 700.000 ton per jaar bedraagt. Amerika, de grootste boterproducent ter wereld, heeft een j aarlij ksche productie van 750.000 ton. Naar men ons mededeelt, levert Duitschland zelfs boter aan ee nige bezette gebieden, al wordt het hiertoe door geen enkele verplichting gedwongen. Voorts is de mogelijkheid in het voor uitzicht gesteld, dat broodbonnen tegen .suikerbonnen ingeleverd kunnen worden. Voor 300 of 400 gram broodbonnen zou dan 100 gram suiker worden geleverd. Andere tegenwoordige rantsoenen, zooals brood, suiker enz., zullen gehand-1 haafd blijven. D.w.z. suiker op 900 gr. per maand. Voor het jamrantsoen, dat' 700 gram per maand bedraagt, kan men ook suiker krijgen. Boter bijna 200 gr.' per week. Voorts krijgt men per maand] 1200 gram voor kadetjes en 2000 gram koek en gebak. Aardappelen blijven' ook in de komende maand vrij. een' teeken. dat Dditschland nog over zeer groote voorraden beschikt. BINNENLANDSCH NIEUWS. EIEREN. De met 96 genummerde bon van de bonkaart algemeen, geeft recht op het koo onderwijzer (es) behaald'pen van een ei. De verbruiksperiode van 19 t.m. 25 Mei. Kooptijd 17 t.m. 28 Mei. O N D E jfrw IJ S Nieuwe klassen-indeeling voor sollicitanten.! Door de wijziging der leerlingenschaal kunnen een groot aantal leerkrachten geplaatst worden. Bij benoeming wordt rekening gehou den met enkele punten, die voor be trokkenen wel van belang zijn. De sollicitanten worden in groepen verdeeld Groep I a. die reeds vóór 1 Januari 1936 de akte van hebben. b. zij, die reeds als vaste leerkracht werkzaam zijn. c. zij, die wachtgelder zijn. Groep II Die tusschen 1 Januari 1936 en 1 Ja nuari 1939 de akte hebben behaald. Groep III Die na 1 Januari 1939 de akte hebben behaald. Enkele uitzonderingen worden genoemd, welke echter van minder be lang zijn. De regeling geldt zoowel voor het openbaar als voor het bijzonder onder wijs. De inspecteur van het Lager On derwijs hebben opdracht gekregen zich in hun adviezen naar deze richtlijnen te gedragen. De groepen komen zoo aan de beurt, zoodat zij, die na 1 Jan. 1939 de akte van onderwijzer behaald hebben, het langst moeten wachten op een vaste aanstelling. Wél een billijke regeling. Vele oproepingen. Door invoering en toepassing van de gewijzigde leerlingenschaal, kunnen veel gemeenten en schoolbesturen over gaan tot het aanstellen van een nieuwe leerkracht. Dat blijkt reeds voldoende uit een onderwijsblad als „De Vacatu re." Stonden er vóór kort nog een lut tel aantal oproepingen in het blad verscheen meermalen om de twee we ken inplaats van wekelijks in het laatst verschenen nummer troffen niet minder dan 55 oproepingen aan voor onderwijzer en onderwijzeres. Dooi de groepindeeling weet menigeen nu zijn kans. NIEUWE BONNEN VOOR DE KOMENDE WEEK. De Secretaris-Generaal van het Dep. van Landbouw en Visscherij maakt be- kend^ dat de hieronder genoemde bonnen gedurende het daarop vermelde tijdvak recht geven op het aangegeven rantsoen: BROOD EN GEBAK. Bon 20 van de brood kaart 100 gram brood per bon. Verbruiksperiode van 58 en met 24 Mei. Kooptijd: 17 tot en met 28 Mei. Bon 8 van de bloemkaart 50 gram brood per bon. Verbruiksperiode an 19 Mei t.m. 15 Juni. Kooptijd: 17 Mei tot en met 15 Juni. De met 20 genummerde bonnen van de broodkaart geven recht op het koopen van een rantsoen gebak. De verbruiks periode loopt van 18 t.m. 24 Mei. Bon 8 van de bloemkaart een half rantsoen gebak. Verbruiksperiode 19 Mei lot en met 15 Juni. Kooptijd: 17 Mei tot en met 15 Juni.. Een ransoen gebak omvat Beschuit 75 gram Biscuits en wafels 90 gram Speculaas 140 gram andere koekjes 200 gram koek 160 gram cake 300 gram gevuld klein korstgebak b.v. amandelbroodjes, 400 gram gevuld korst gebak, groot, b.v. boterletter, 500 gram; taart en gebakjes 600 gram. Voor geheel of len deele uit meel of bloem gebakken productent welke hierbo- en niet genoemd zijn, geldt, dat een rant soen een hoeveelheid, omvat, waarin 70 gram meel of bloem is verwerkt. TARWEBLOEM. Bon 8 van de bloemkaart 35 gram tar ebloem, tarwemeel, roggebloem, rogge meel of zelfrijzend bakmeel per bon. Verbruiksperiode 19 Mei tot en met 15 Juni. Kooptijd 17 Mei t.m. 15 Juni. AARDAPPELEN. Bon 02 van de aardappeldistributiebon- kaart l«/t Kg. aardappelen per bon.. Verbruiksperiode 19 tot en met 25 Mei. Kooptijd 17 tot en met 28 Mei. AAN ELKE BELEGGING, HOE SOLIEDE OOK. IS RISICO VERBONDEN. EENZIJDIGHEID MOET WORDEN VERMEDEN EN OORDEEL KUNDIGE VERDEELING IS DUS GWENSCHT. VOORLICHTING HIEROMTRENT WORDT GAARNE VERSTREKT DOOR DE HOORN. (Zitdag te Midden.neer Hotel SMIT eiken Woensdag van 1012 uur.) MELK De met 17 genummerde bon van de melkkaart geeft recht op het koopen van 1 3 4 liter melk. De verbruiksperiode van dezen bon loopt van 19 tot en met 25 Me4. Kooptijd 17 tot en met 25 Mei. RIJST, enz. Bon 32 van de bonkaart algemeen 250 gram rijst, rijstemeel, rijstebloem, rijs- tegries of gruttenmeel per bon. Verbruiks periode 19 Mei t.m. 15 Juni. Kooptijd 17 Mei tot en met 15 Juni. KAAS. Bon 66 en 76 van de bonkaart algemeen 100 gram kaas per bon. Verbruiksperiode 19 Mei t.m. 15 Juni. Kooptijd 17 Mei tot en met 15 Juni. BOTER. Bon 16 van de boterkaart en van de vetkaart 250 gram boter per bon. Verbruiksperiode 17 t.m 25 Mei. Kooptijd 17 t.m. 28 Mei. Op bon 16 van de vetkaart 250 gram boter 15 cent reductie. EXTRA RANTSOEN PEULVRUCHU&N. Ter aanvulling van het aardappe len rantsoeen. De Secretaris-Generaal van het Dep. van Landbouw en Visscherij maakt hei gende bekend Op bon 33 van de bonkaart algemeen een extra rantsoen van 500 gram peul vruchten. Verbruiksperiode van 19 Mei t.m. 1 Ju ni. Kooptijd 17 Mei t.m. 4 Juni. GEMEENTE WIERINGEN. ALGEMEENE VERGADERING van de Vee- en Paardenverzekering Maatschappij „Helpt Elkander" gevestigd te Wieringen, op Donderdag 15 Mei 1941 in het Café van den Heer S. Scheltus te Hippolylushoef. Aanwezig zijn 8 leden. De waarnemend voorzitter, de Heer Jn. Kooij, opent de vergadering. De Secretaris leest vervolgens de notu len van de vorige vergadering, welke on veranderd worden goedgekeurd. Volgt rekening en verantwoording door den administrateur over hel boekjaar Mei 1939 - Mei 1940. Wordt medegedeeld, dat de rekeningen bereids door eene Commissie, beslaande uit de heeren N. Mulder en M. P. Tijsen zijn onderzocht geworden en door deze Commissie zonder op- of aanmerkingen in orde werden bevonden. Aan de hand van de overgelegde reke ningen en bescheiden worden de volgende becijferingen vastgesteld en goedgekeurd. Afdeeling Paarden Ontvangsten Uitgaven Batig saldo Afdeeling Koeien Ontvangsten Uitgaven Batig saldo f 2441.44 23.66.58 f 387.22 333.62' s f 53.59' Uit deze becijferingen blijkt, dat beide afdeelingen met pl.m. f 60.- vooruit zijn ge gaan, wat aanleiding geeft tot tevredenheid Vervolgens wordt overgegaan tot be stuursverkiezing. Er is in verband met het bedanken van den Heer Jac. Mulder Sz. een vacature ontstaan in het College van Commissarissen. Uit de stembriefjes blijkt, dat de heer M. Mulder Cz. met meerderheid van slem- men tot deze functie wordt gekozen. De heer Mulder^ die niet ter vergade ring is, zal van zijne benoeming in kennis worden gesteld. De heer W. Lont was van meening, dat voor verlies van een paard tengevolge van het afwerpen van een veulen, geen uitkee- ring wordt verleend. Voorzitter zegt dat deze meening on juist is. In die gevallen wordt ook uitkee- ring verleend. Voor paarden niet ouder dan 20 jaar wordt 80 pCt. en boven 20 jaar 60 pCt. vergoed. Een voorster van den heer C. Ruijter, om leden-verzekerden te machtigen bij plotselingen dood van paard of rund, den kop van het cadaver af te snijden, wordt verworpen. Cp voorstel van den heer J. Veerdig wordt besloten handelspaarden of vee niet in het fonds op te nemen. Er zijn onder de leden ook velen die geregeld paarden en j vee inruilen. Hier moet op worden toege- zien. Hierdoor kan het voorkomen dat er dieren verzekerd zijn, die door Commissa rissen nimmer gezien of opgenomen zijn. Er bestaat volgens reglement gelegen heid om lusschentijds te verzekeren, doch het zou wenschelijk zijn de alsdan op te nemen dieren door den veearts te laten keuren. Aldus wordt besloten. De heer G. Moermond zegt, dat naar zijn meening de door Commissarissen per 1 Mei ingeschreven paarden te laag ge taxeerd zijn. De heer C. Ruijter sluit zich hierbij aan en neemt ook geen genoegen met zijn in schrijving. Aan Commissarissen wordt verzocht al de ingeschreven paarden te herzien en de waarde te bepalen naar den door den Voedselcommissaris van Noord Holland vastgestelde maximum verkoopprijzen. Deze zijn als volgt le kl. 1 jarige paarden f 825,- 2e kl. 1 t, - 600,- le kl. 2 - 1125.- 2e kl. 2 - 750.- le kl. 3-10 jarige paarden - 1350.- 2e kl. 3-10 - 825.- le kl. 10 jarige paarden en ouder - 1200,- 2e kl, 10 - 750.- De heer Jn. Kooij zegt toe een en ander op de eerstvolgende vergadering van Com missarissen, die 20 Mei plaats heeft, aan de orde te stellen. De vergadering zou tenslotte een wijzi ging willen aanbrengen in artikel 6 der sta tuten. Hierbij wordt o.m. bepaald, dat Com missarissen voor hun leven benoemd zijn. Hierdoor is het mogelijk dat er Commissa rissen in het bestuur zitting hebben die zelf niet dat belang hebben bij paarden of vee wat ter bevordering en opbloei van het fonds wenschelijk is. Wordt medegedeeld, dat alleen wijzigin gen in de Statuten kunnen worden ge bracht op voorstel en bij meerderheid van Directeur en Commissarissen. De heer Jn. Kooij zegt toe, het voorstel in de vergadering van Commissarissen te doen. Cnder dankzegging voor de aangename besprekingen, sluit hij vervolgens de ver gadering. Predikbeurten Wieringen. ZONDAG 18 MEI. NED. HERV. GEMEENTE. Oosterland v.m. 10'/» uur Ds. van Beek. Westerland 's av. 7' uur Ds. van Beek. DOOPSGEZ. GEMEENTE. H.-hoef v.m. 10.30 u. Prop. P. J. Lugt. (In verband met a.s. vacature.) GEREF. KERK H.-hoef v.m. 10 uur Ds. P. v. d. Marei van Driesum. Bevestiging cand. M. Schenbeveld. nam. 2.30 uur Ds. M. Schenkeveld. Intrede. Den Oever v.m. 10 uur Leesdienst. Den Oever nam. 6.30 uur Ds. M. Schen keveld. Intrede. CHR. GEREF. KERK Kapel te Den Oever Den Oever v.m. 10 uur Leesdienst. Den Oever nam. 6 uur Leesdienst. Dinsdag 20 Mei Den Oever 'sav. 7.30 uur Ds. Kampman uit Opperdoes. FILMNIEUWS. Zaterdag en Zondagavond in Cinema de Haan de film DE MISDAAD VAN FABREANI. Een speurdersfilm van de oude soort en daarbij uitstekend gespeeld. Het is uitstekend van bouw en samen stelling. Vooral hel laatste deel van deze film, is rijk aan spanning en vooral aan on voorziene gebeurtenissen. Er wordt met charme gespeeld, er zijn eenige fragmenten dansshow en tenslotte gaat de toeschouwer volkomen bevredigd over den loop van zaken en in het besef dat men moeilijk een verrassender en meer opluchtende oplossing inzake de schuld vraag kon vinden naar huis. Geheel in oevereenstemming hiermede is Harold Paulsen er in geslaagd een cor- recten, scherpzinnigen commissaris uit te beelden. De vrouwelijke hoofdrollen worden ver-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1941 | | pagina 3