32e JAARGANG
DONDERDAG 17 JULI 1941
No. 81
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
WIERINGEN EN OMSTREKEN
HET GOUD VAN DE
EENZAME HOEVE
WIERINGER COURANT
Hoofdredacteur
Corn. J. Bosker, Wieringen.
Verschijnt eiken
Dinsdag, Donderdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs
per 3 maanden f 1.30.
AD VERTENTIéN
Van 1 5 regels f 0.60
Iedere regel meer f 0.12
UITGEVER
CORN. J. BOSKER WIERINGEN.
BUREAU
Hippolytushoef Wieringen
Telefoon Intercomm. No. 19.
BINNENLANDSCIl NIEUWS.
Beperking met 25 pCt. der na 1 Juli 1941
nog aan te brengen biggenmerken
In aansluiting aan het reeds gepubli
ceerde bericht inzake het beperken van
biggenmerken na 1 Juli 1941, deelt de
Landbouw-Crisis-Organisatie voor Noord-
Holland aan de varkensfokkers het vol
gende mede
Na 1 Juli 1941 zijn in het aanbrengen
van biggenmerken de volgende wijzigingen
aangebracht. Aanvankelijk was medege
deeld, dat de na 1 Juli 1941 nog aan te
brengen merken met 50 pCt. beperkt zou
den worden.
Dit percentage is thans verminderd tot
25 pCt. Voor fokkers van uilsluitend stam
boekvarkens blijft de merkentoewijzing
op 100 pCt. gehandhaafd, evenals voor
houders van sterzeugen
Deze regeling geldt voorloopig tot 1 üc
tober 1941.
Eenige uitzonderingen kunnen worden
gemaakt voor jonge boeren, die met Alei
hun bedrijf zijn begonnen en voor perso
nen, die door ziekte onder den varkens
stapel of door tegenslag in het fokken,
van hun merken voor 1 Juli nog niet heb
ben kunnen gebruiken.
Voor deze gevallen zal afzonderlijk de
datum vastgesteld worden, waarop de in
krimping met 25 pCt. ingaat.
Aanvragen vervoerbewijzen varkens.
In verband met het feit, dat er den
laatsten tijd bij het aanvragen van ver
voerbewijzen varkens, meerdere malen ge
fingeerde namen en adressen worden op
gegeven. deelt de Landbouw-Crisis-Organi
satie voor Noord Holland aan de varkens-
FEUILLETON.
houders en handelaren mede, dat dit af
geven in het vervolg alleen zal geschieden
op vertoon van het persoonsbewijs of de
handels-erkenningskaart. Dit dient ook te
geschieden, als deze bewijzen door der
den worden aangevraagd.
Wij verzoeken belanghebbenden hier
mede rekening te houden.
IN DE LEK VERDRONKEN
Dinsdagavond omstreeks acht uur is in
de Lek onder de gemeente Jaarsveld Je
heer C. P. van Eeusekom, secretaris der
gemeente Benschop, Hoenkoop en Pols
broek, bij het baden verdronken.
Bij laag water kwam de heer Van Beu-
sekom, die geen zwemmer was door den
sterken stroom in moeilijkheden. Een van
zijn metgezellen, die een geoefend zwem
mer is, was door dezelfde omstandigheden
niet in staat, den drenkeling te redden.
Hel slachtoffer was 31 jaar oud.
Goud en zilver zijn distributiegoederen
Een in hel Verordeningenblad opgeno
men beschikking van den Secretaris-Gene-
haal van het Departement van Handel,
Nijverheid en Scheepvaart, wijst goud en
zilver aan als distributiegoederen in den
i van artikel 4 van de dislributiewet '39.
Engelsche luchtaanvallen.
In den nacht van Maandag op Dinsdag
hadden de door de Brilsche vliegtuigen op
ons land geworpen brisant- en brandbom
men op eenige plaatsen meer of minder
zware beschadigingen van woonhuizen en
boerderijen tengevolge. In een stad in
Zuid Holland werd een woonhuis toiaal
vernield en werden vier andere bescha
digd. In totaal werden drie meisjes ge
dood een man, een vrouw en een knaap
werden gekwetst. De hier en daar door
bommen veroorzaakte branden, meest
bosch- en heidebranden, konden snel wor
den gebluscht.
Jam voor de Duitsche weermacht.
Het Verordeningenblad bevat een Ver
ordening van den Rijkscommissaris, waar
bij de invoering wordt geregeld van distri
butiebons voor jam voor de Duitsche weer
macht. Ingevoerd worden gele militaire
distributiebons met zwarten opdruk voor
125 gram. De tekst hiervan luidt Deut
sche Wehrmacht Marmelade 125 gr. Mar-
ke Niederlande."
Door warmte bevangen en overleden.
Aangezien het hooi in de schuur van
den veehouder Jorna bij Makkum was be
gonnen te broeien, werd de arbeider P.
Altena belast met hel omgooien. Ilij was
tegen dit warme werkje niet opgewassen
en geraakte bewusteloos. Toen hij uit den
kuil, waarin hij was gevallen, naar buiten
was gebracht probeerde men hem bij
brengen, hetgeen echter niet is gelukt.
RIJKSCOMMISSARIS SPREEKT
TE 's-GRAVENHAGE.
Groote betooging Reichsarbeitsdienst
Zondagnamiddag waren op het Houl-
uistterrein te Den Haag vele duizenden
bijeengekomen voor de demonstratie van
den Arbeitsdienst.
Rede Rijkscommissaris.
De Rijkscommissaris zeide in zijn rede
tol de aangetreden jonge mannen en meis
jes van den Rijksarbeidsdienst, dat uit hun
aanwezigheid hier blijkt, dat zij als acht
tienjarige jonge menschen, uit alle gouwen
van hel Rijk, gehoorzaam en getrouw aan
het bevel van den Fuhrer, bereid staan in
den strijd, welke voor hel Duitsche volk
beslissend is voor zijn bestaan en zijn eer.
De strijd van Duitschland is tevens een
strijd om het bestaan van Europa en om
de cultuur van het avondland.
De jongen menschen in den Arbeids
dienst zijn hierbij, op de eerste plaats de
jonge mannen. Voor hen is de Arbeids
dienst tevens een voorbereiding voor een
latere laak, namelijk den eeredienst met
de wapens. Want hierover zijn allen het
eens, deze oorlog zal niet ophouden voor
de Duitsche vanen definitief hebben geze
gevierd. De oorlog moge zoolang duren
als hij wil achter de bescherming van Je
Duitsche wapens zal reeds begonnen wor
den met den opbouw van het nieuwe Euro
pa volgens eigen ordening buiten dit
vasLeland zal de vijand de scherpte
de Duitsche wapens te voelen krijgen.
Afgezien van de voorbereiding tot den
gewapenden dienst, legt ook de Arbeids
dienst zelf reeds den plicht op zich te we
ren, zich te verdedigen en zich in te zet
ten voor volk- en vaderland. Wanneer he!
eenmaal vrede zal zijn en de boer terug
keert naar zijn land en de arbeider naar
zijn werkbank, wanneer dan weer alle
goedgezinden hier zullen bouwen aan het
groote sociale werk van het nieuw gewon
Europa, dan zullen de leden van de
Arbeidsdienst kunnen zeggen ,.Ja, wij
hebben toen het uur der beslissing meege
maakt Wij hebben met onze
achttien jaren volbracht, wat men maar
an een jongeling van achttien jaar kan
eischen."
door
Charles Alden Seltzer.
57.)
Toch verslapte Brazo's waakzaamheid
niet. Hij keerde terug naar de deurope
ning tusschen de voorkamer en de eetka
mer en bewaakte de ramen. De maan
scheen helder en bij haar licht kon hij de
open plek en den zoom van het bosch
zien. Er was daar buiten geen beweging.
Het lange gras, de boomslompen, de ver
spreide boschjes struiken, teekenden zich
duidelijk af in den gouden stroom, waarin
de open plek baadde.
Brazo hoorde Brinn niet meer, maar
daar hij het karakter van den man zoo n
beetje kende, was hij overtuigd, dat hij
ergens in de buurt verborgen was en lag
te waken. Waarschijnlijk ook te grinne-
ken. Te denken aan den man, dien hij ge
dood had; heimelijk genietend van de ont
steltenis der andere bandieten.
Brinn was zelf een bandiet en toch
scheen hij er vermaak in te scheppen om
mannen van dat slag te dooden. Ginder in
het bosch had hij letterlijk gedanst van
begeerte om King en Bill te dooden. Een
vreemd mensch. Toch hield hij van Etla;
Hij had Brazo's leven gered. Het was Bra
zo onmogelijk om een motief aan te voeren
voor Brinn's vriendschap. Hij had Brinn
getoond dat hij niet van hem hield had
den man opzettelijk getart, in de hoop
hem zoo boos te maken, dat hij zijn
pistool zou trekken. In Bain's Camp had
hij Brinn neergeschoten en Brinn had, vol
gens zijn eigen verklaring, verscheidene
maanden in het ziekenhuis gelegen, als ge
volg van dat schot. En toch was Brinn tus
schenbeide gekomen om te voorkomen, I
dat hij door King en Bill werd neergescho
ten. Brazo wist niet wat hij er van moest
denken.
De nacht viel Brazo lang. Hij werd moe
van zijn waakzaamheid en liep langzaam
door het huis heen en weer. Geen geluiden
drongen tot hem door. Tegen drie uur in
den morgen verbleekte het maanlicht ge
leidelijk, verdween. Een duisternis, dieper
dan die van den avond, legde zch neer
over de plek en den zoom van het bosch.
Als Wilson plan had op een nieuwen aan-
il, dan ging die nu komen.
Maar er kwam geen aanval. Omstreeks
vier uur begon de duisternis buiten over
gaan in een bleek grijs. Het grijs werd
lichter, werd zilver. De open plek werd
zichtbaar en spoedg werd zij ver
licht door den stralenden dag.
Toen hoorde Brazo Ella de trap afko
men. Hij liep naar haar toe, want de ra
men van de voorkamer waren behangen
met lichte, dunne goidijnen, die recht naar
beneden vielen en de voorwerpen binnen
onzichtbaar maakten voor iemand, die bui
ten stond, als er geen kunstlicht werd ge
bruikt.
Ella's gelaat was bleek. Er waren flau
we donkere kringen onder haar oogen, die
bewezen, dat zij niet geslapen had en dat
het treurspel en het vooruitzicht op nog
meer ellende haar geschokt hadden. Maar
haar oogen glinsterden toen zij Brazo zag
en in een oogwenk lag zij in zijn armen.
„Je hebt geen oogenblik geslapen
merkte hij na een poosje op.
„Hoe kon ik dat Ik moest aldoor aan
jou denken, alleen hier beneden.
„En je keek uit de ramen naar boven
zei hij.
„Ja", stemde zij toe.
Brazo voelde geen verlegenheid meer
als hij haar oogen ontmoette. Vreemd, nu
was zij het, die den blik neersloeg, en zij
bloosde diep, toen hij haar omhelsde.
Dit was een heel andere Ella. Er was
een zachtheid in haar manieren, die hij
nooit gemerkt had een geheimzinnige at
mosfeer omringde haar een wonderlijke
De Strijdorganisatie der SS doei
een beroep, ook op U.
In den strijd legen de Sovjet-Unie, den
strijd tegen de aanranders van de Euro-
peesche beschaving en Westersche cul
tuur, den strijd tegen de vernietigers van
het Christendom, hebben talloozen zich
verplicht.
De eer van den SS-man is hem heilig.
Hij heeft het recht en den plicht, zijn eer
met de wapens te verdedigen. Daarom
wordt hem, nadat hij zijn arbeidsplicht en
militairen dienst vervuld heeft, op één en
twintigjarigen leeftijd het wapen, de SS-
dolk uitgereikt.
Eerst dan, en wanneer hij den eed op
den Fuhrer heeft afgelegd, wordt hij als
volwaardig SS-man in de organisatie opge
nomen.
Zoo marcheert de SS volgens onveran
derlijke wetten, als een nationaal-socialis-
tische orde van mannen van het Noorsche
ras, als een gezworen gemeenschap van
hun sibben, vastbesloten op naar de
toekomst.
Zoo marcheert thans deze uitgelezen
schare van jonge Germanen naar het Oos
ten, waar zij den strijd aanbinden tegen
Sovjet-Unie, gedragen door onwankel
baar geloof, in den nalionaal-socialisti-
schen Slaat en den Fuhrer.
elwillendheid die zich, sedert haar over-
ive aan hem, in haar ontwikkeld scheen
hebben.
Tezamen gingen zij naar de keukendeur
n stonden daar eenigen tijd in de kamer
te kijken De keukentafel was gedekt en
de borden, die Ella er den vorigen avond
vast opgezet had, stonden er nog. Op de
kachel stond een pannetje, gedeeltelijk ge
•uld met aardappelen, die zij gekookt had,
er was een pan met een stukje vleesch er
een ander pannetje met groente en een
koifiekan, die op het vuur was blijven
slaan, toen het meisje zich gehaast had
naar Brazo's roepstem te luisteren. Het
vuur was uitgegaan.
Zij hadden honger, ondanks het treur-
el van den vorigen nacht en toen zij
daar in de kamer stonden te kijken, glim
lachten zij tegen elkaar. Maar zij konden
de keuken niet ingaan, zonder door Wil
son's mannen gezien te worden. Er waren
geen gordijnen voor de ramen en zij zou
den vanuit het bosch te zien zijn.
„Ik kan langs den muur schuiven en
aar de kachel gaan", stelde Brazo voor.
Zij hield hem tegen.
„Dat zul je niet doen verklaarde zij.
Ik heb je nu en ik laat je niet door hen
doodschieten I"
Zij liet hem plotseling staan en stapte
brutaal door de kamer naar een der ra
men vóór Brazo een beweging kon maken
haar zulks te beletten. Terwijl Brazo
onbeweeglijk in de deuropening stond,
opende zij het bovenraam en stond er een
oogenblik voor, terwijl een licht briesje
haar haar in beweging bracht. Brazo was
overtuigd, dat zij glimlachte in de richting
an de verborgen bandieten. In ieder ge-
al glimlachte zij, al was het misschien een
beetje gedwongen, toen zij zich omkeerde,
Brazo aankeek en aan het werk ging met
het keukengereedschap op de kachel.
Brazo veegde het koude zweet van
zijn voorhoofd.
„Goede hemel riep hij uit. Zijn ge
laat was bleek geworden.
Zij hield zich onverstoord bezig met
reeds aanéén gesloten om een front
vormen, dat opgeworpen wordt als een
stalen muur tusschen het Nieuwe Europz
en de Bolsjewistische horde. Uit alle dee-
!en van het continent zijn zij gekomen, de
ze jonge strijders en zij trekken thans op
achter de vanen der Waffen-SS. Ook in
ons land hebben velen zich gemeld, die
thans met de wapenen en metterdaad hun
leven inzetten om Europa te redden
het Bolsjewistische gevaar,
j Wat is deze Waffen-SS
De Waffen-SS, aanvankelijk een klein
corps, de SS genoemd, van strijdbare man
nen, aan wie de bescherming van den per
soon van den Fuhrer werd opgedragen,
groeide na de machtsovername uit tot een
élite-corps. Haar taak werd het bewaken
van de nationaal-socialistische staatsorde.
Langzamerhand groeide zij uit tot een keur
corps, dat thans de belichaming van de
nationaal-socialistische wereldbeschouwing
genoemd kan worden. Naast deze SS werd
de Waffen-SS opgericht die tot taak
kreeg de Groot-Germaansche volkerenge
meenschap te bewaken en te verdedigen.
Slechts de besten, de flinksten -en de
meest ras-zuiveren, werden in dit élite
corps toegelaten. De hoogste eischen,
lichamelijk, zoowel als geestelijk, worden
den SS-man gesteld.
De kenmerkende Germaansche deugden
dragen deze organisatie en haar devies
luidt overeenkomstig het gebod van den
Fuhrer „Mijn eer heet trouw." Naast de
trouw staat de gehoorzaamheid, een vrij
willige gehoorzaamheid, die bereid is ieder
offer voor den Fuhrer en de nationaal-
socialistische wereldbeschouwing te bren
gen, die bereid is ieder bevel zonder aar
zelen en onvoorwaardelijk op te volgen.
Vrijheidswil en ontembare strijdgeest
vervullen den SS-man en nooit aarzelt hij
zich met zijn leven voor zijn ideaal en
den Fuhrer in te zetten.
Over de plaats, die de SS ten opzichte
van den Godsdienst inneemt, is door cri
ticasters veel boosaardigs gezegd en ge
schreven. Deze vraag heeft eens Reichs-
fuhrer Himmler met de volgende duidelijke
woorden beantwoord.... Wij zouden dit
vast aaneengesmeede corps niet kunnen
zijn, wanneer wij niet de overtuiging en
het geloof in een almachtigen God beza
ten, Die ons behoudt, Die ons en ons Va
derland, ons volk en deze aarde geschapen
en ons onzen Fuhrer gezonden heeft."
Dat de SS-mannen als politieke solda
len geheel en al in het nationaal-socialis-
tisch denken en handelen opgevoed wor
den, spreekt vanzelf. De sportleiding en
scholen zorgen voor de lichamelijke Desgewenscht kan men inlichtingei
ontwikkeling van den SS-man. Wat de krijgen bij het Rijksbureau voor papier,
sport betreft worden de hoogste eischen Schotersingel 9, Haarlem en bij de sectie
aan hem gesteld. Jaarlijks moeten zij proe grafische industrie van het Rijksbureau
ven van bekwaamheid afleggen en hel Voor verwerkende industrieën, N.Z. Voor
SS-sportinsigne is voor iederen SS-man burgwal 326-328 Amsterdam.
Kleine papierformaten voor korte brieven
Restaurants mogen geen groote
spijskaarten laten maken.
In de Nederlandsche Staatsourant van
15 Juli 1941, no. 135, zijn voorschriften
gepubliceerd voor de fabricage, alsmede
voor de bewerking en verwerking van pa
pier en carton. Deze voorschriften zijn
van groote beteekenis voor alle onderne
mingen, welke zich met de vervaardiging
van papier en carton of met de bewerking
(o.a. de grafische industrie) of de verwer
king (o.m. de papierwarenindustrie) daar
van bezig houden. Daarnaast zijn zij ech
ter gedeeltelijk ook van belang voor den
papiergebruiker. Met name wordt er de
aandacht op gevestigd, dat cyclostylepa
pier van 80 gram per vierk. meter (het
zwaarst toegelaten gewicht voor dit pa
pier) aan twee zijden dient te worden be
drukt.
Voor korte brieven en rekeningen
mogen slechts kleine papierformaten
worden gebruikt (octaveformaat of een
heidsformaat a5) Van de lijst van verbo
den artikelen, welke dus niet meer mo
gen worden vervaardigd kunnen wor
den genoemd spijs- en drankkaarten,
grooter dan één blad A 4, 21 x 29.7 cm.
Deze bepaling is vooral van belang voor
restaurateurs, die hun eigen spijs- eu
drankkaarten maken en bedrukken.
haar pannen en pannetjes, terwijl zij hem
eeen kalm lachje schonk.
„Mij zoeken ze niet te dooden, weet je
zei ze.
„Maar je tartte ze. Je lachte tegen hen!'
zei hij flauw.
„Natuurlijk, Ik moest hun toonen, dat
ik niet bang ben."
Zij nam de ringen van de kachel en
de een vuur aan van wat hout, dal in een
hoek opgestapeld lag. Vervolgens maakte
zij de koffiekan leeg, vult haar met water
uit een emmer en zette haar op het vuur.
Zij nam brood uit een kast suiker, spek
en gecondenseerde melk. Onder het wer-
praatte zij met Brazo, ofschoon zij
niet naar hem keek, als zij van een der ra
men gezien kon worden, uit vrees, dat de
bandieten zouden ontdekken, dat hij bij
haar was en kans krijgen om op hem te
schieten. Daarom praatte zij tegen de ta
fel en de kachel.
„Je mag niet in mijn k^pken komen",
i ze. „Onthoud dat. Zij zouden zeker
schieten, als zij vermoedden dat je hier
was. Nu weten zij het niet zij kunnen
het enkel vermoeden. Heel waarschijnlijk
eten ze niet, wat zij denken moeten.
Misschien denken zij zelfs wel dat ik van
nacht geschoten heb. Maar, onverschillig
at zij denken, zij zullen niet schieten,
tenzij zij denken, dat je hier bent."
Zij alen in de eetkamer, waar de gordij-
n dicht genoeg tegen elkander hingen
om een scherm te vormen. Ella liet voor
de ramen aan de Oostzijde de rolgordijnen
neer, zoodat er geen licht kon doorschij-
Zij sprak over Brinn en Brazo vertel
de haar, dat er voldoende voedsel in het
huisje was, zoodat Brinn kon eten als hij
was.
„En hij is er zeker", besloot Brazo. „Hij
te verstandig om overdag buiten te blij-
n. En zij zullen geen grapjes met hem
probeeren uit te halen
De dag ging langzaam voorbij en zij za
gen niemand, zelfs Brinn niet.
Nu en dan hoorden zij stemmen in het
bosch, maar geen enkelen keer zagen zij
een der bandieten verschijnen. Zoooals
Ella vermoed had, wist Wilson niet, wat
hij moest denken. Zijn bezoek aan het ran
cho-huis was rampspoedig geweest en hij
zou wachten tot hij een plan bedacht had
om hel te naderen met een minimum ge
vaar voor zichzelf en zijn mannen.
Gndanks het dreigend gevaar was Ella
den geheelen dag vroolijk gestemd. Eerst
toen het begon te schemeren, werd zij
ernstig en keek kalm uit een der Oostelij
ke ramen naar de verlaten stad. Er was
iets in het uiterlijk er van, wat haar
schrik aanjoeg. Zij had het gevoel, dat som
mige tenten en gebouwen betrokken waren
door de bandieten dat zij zich daar
heen teruggetrokken hadden om te wach
ten, tot zij of Brazo of Brinn hun waak
zaamheid verslapten. Begeerte had de
stad gesticht en zij was er altijd bang
voor geweest. Er was iets afstootends iu
haar uiterlijk. Het stof van maanden had
zich er op neergelegd. De houten gebou-
i waren verweerd, ongeverfd. De mees
waren uit hun oorspronkelijke, lood
rechte positie gezakt en hingen leelijk
scheef. Hun deuren stonden open, de don
kere ruimten er binnen gaapten afschrik-
kkend in haar leegte. De tenten die
nog overgebleven waren, waren vuil en
vervallen. Eenige der koorden waren ver
dwenen, andere hingen slap. Daken en zij
muren van zeildoek waren ingezakt. Eeni
ge olietoortsen waren achtergelaten en de
elementen hadden ze laten verroesten.
Enkele van hun hengsels waren Bezweken
en de toortsen bengelden als dronken heen
weer. Hier en daar lagen stapels rom
mel, achtergelaten door de enthousiasten,
die hals over kop waren komen aanstor
men op zoek naar het gele metaal. Kisten,
kratten, vaten, tonnetjes, flesschen, blikken
lagen overal in het rond. Verlatenheid had
haar zware hand op alles gelegd. Een on
heilspellende stilte lag in de atmosfeer der
plaats. Er was spot in het gefluister van
het lichte briesje, dat er overheen streek.
Wordt vervolgd.