32e JAARGANG
ZATERDAG 9 AUGUSTUS 1941
No. 91
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
WIERINGEN EN OMSTREKEN
DE STUURMAN
DOLFIJN.
WIERINGER COURANT
Hoofdredacteur
Corn. J. Bosker, Wieringen.
Verschijnt eiken
Dinsdag, Donderdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs
per 3 maanden f 1.30.
ADVERTENTIëN
Van 1 5 regels f 0.60
Iedere regel meer f 0.12
UITGEVER
CORN. J. BOSKER WIERINGEN.
BUREAU 1
Hippolytushoef Wieringen
Telefoon Intercomm. No. 19.
TER OVERDENKING.
Hoogmoed kost meer dan honger,
koude, studie en dorst.
Een weinig waarschijnlijkheid is vol
doende voedsel voor veel hoop.
Er is groote kunst toe noodig om lief
te hebben.
Hebt gij geen vleugels om te vliegen,
bereik uw doel al loopend kunt gij
niet loopen, kruip er dan heen
VACANTIE.
Wegens vacantie personeel ver
schijnt DINSDAG a.s. DIT BLAD
NIET.
H. H. adverteerders en corres
pondenten gelieve hiermede
rekening te houden.
Directeur-Generaal van
Landbouw.
den
Benoeming van den heer G. J
Ruiter te verwachten.
Naar men meldt, is een dezer dagen
de benoeming te verwachten van den heer
G. J. Ruiter, voorzitter van de Friesche
Maatschappij van Landbouw, tot direc
teur-generaal van den Landbouw.
FEUILLETON.
VAN DE
4J
De mismaakte had reeds bij de eerste
woorden van zijn broer het wapen laten
zakken en kromp bij dit laatste gezegde
onwillekeurig verschrikt ineen.
„Een moord", mompelde hij, op zijn
broer toetredende en hem de hand drukken
de, „een moord. Zij zou een moordenaar
nimmer kunnen beminnen."
„Broer, ik dank je, je hebt nog bijtijds
eeneen groot ongeluk verhoed sta
melde Boudewijn.
De toegesprokene, eveneens gekleed als
zijn broer, was een kloek, welgemaakt
en stevig gebouwd jongeling de blos der
gezondheid lag hem op de wangen, en zijn
oogen blikten bijna wat al te vroolijk en
viijmoedig rond, als hij in een of ander
gezelschap was.
Thans echter rustten de heldere kijkers
van jonker Eduard met deernis op de mis
maakte gestalte van zijn broer en zijn stem
klonk zacht en vertrouwelijk, toen hij
vroeg „Waarom haat jij dien armen
Waller van Bergen zoo, Boudewijn Is
hij nog niet ongelukkig genoeg
,Wat Hij ongelukkig stoof de mis
maakte op, ,'hij ongelukkig' die door de
freule Netelerkamp bemind wordt
,'En die daardoor de afgunst en den na
ijver opwekt van jonker Boudewijn van
Reemingen, die den bevoorrechte bijna als
een gemeene sluipmoordenaar zou heb
ben neergeschoten", klonk het streng uit
Eduards mond. Boudewijn, ik zou mij le
venslang geschaamd hebben, de broer 'e
zijn van zulk een laaghartigen schelm
De grijze oogen van den mismaakte be
gonnen plotseling onheilspellend te flikke
De heer G. J. Ruiter werd op 22 Aug.
1898 geboren Hij bezocht de Mulo en de
R.H.B.S. Ie Heerenveen, daarna de Mid
delbare Landbouwschool te Groningen. Hij
is eerelid van de vereeniging van leerlin
gen dezer school „Demeter."
In militairen dienst werd hij reserve
eerste luitenant der veldartillerie. In 1925
vestigde hij zich op „Oer 'e Dyk", in zijn
geboorteplaats Knijpe, als veehouder cn
stamboekfokker. Reeds in hetzelfde jaar
werd de heer Ruiter secretaris van de
C.A.F., welke functie hij thans nog be
kleedt. De heer Ruiter was lot voor kort
secretaris der Zuivelfabriek te 't Meer en
verscheidene jaren bestuurslid van den
Bond van Coop. Zuivelfabrieken in Fries
land.
Nadat hij lal van jaren gedelegeerd oe-
stuurslid was van de Friesche Maatschap
pij van Landbouw werd hij in het najaar
van 1939 verkozen tol voorzitter dezer
loporganisatie van den Frieschen Land
bouw.
Jn zijn functies als voorzitter van het
veevoederbureau in Friesland, van de
graslandcommissie, van de proefboerderij
der Maatschappij en in verschillende an
dere functies heeft de heer Ruiter veel
initiatief geloond om de technische ver
betering van hel boerenbedrijf te verhoogen
Hij is voorts sedert 1931 bestuurslid van
het Friesch Rundvee Stamboek. Kort na
zijn loetreden in 1933 tot den Nationalen
Bond Landbouw en Maatschappij werd hij
lid van het dagelijkschc bestuur dezer
strijdorganisatie.
Van de oprichting af is de heer Ruiter
dagelijksch bestuurslid van de „Agrari
sche Pers" en sedert 1937 is hij president
commissaris dezer N.V. Voorts was hij
lid van het dagelijksch bestuur der Natio
nale Anti Poliep Actie (N.A.P.A.)
De heer Ruiter beschikt ook over een
vaardige pen en werkte mee aan tal van
bladen, terwijl hij ook verschillende brochu
res schreef.
Na de oorlogsdagen van Mei 1940 voer
de de heer Ruiter namens L. en M. tal
van besprekingen om te komen tot de on
deelbare agrarische organisatie, waarover
hij o.a. in 1938 een inleiding hield.
In de fusie van L. M. met het Boeren-
front van de N.S.B. had de heer Ruiter 'n
groot aandeel. In het gestichte Ned. Agra
risch Front is hij plaatsvervangend leider.
Als „voorman van het N.A.F. vertegen
woordigt hij het N.A.F. in verschillende
gevallen.
Ook op cultureel terrein beweegt de heer
Ruiter zich. Hij stichtte o.a. kort geleden
de Fryske Rie de Friesche afdeeling van
Saxo Frisia.
In 1935 trad de heer Ruiter toe tot
N.S.B.
de zenbeschikking turf no. 1 bewezen en ver
oordeelde den vervener tot f 1CC0 boete.
ren bij deze laatste woorden, doch toen
Eduard zijn hand greep en er vriendelijk
op liet volgen „Boudewijn wees niet
boos op mij, omdat ik je de waarheid zeg",
toen boog de ander het hoofd en zweeg.
„Gij bemint dus freule Johanna", ging
Eduard bedaard voort, welnu, waarom
doe je dan niet in alle vormen aanzoek
om haar hand, zooals hel een rechtschapen
man betaamt
.Juist," viel Boudewijn met een bitte
ren grimlach hierop in, „maar ik ben niet
rechtschapen, ik ben leelijk, ellendig, mis
maakt
„Je vat mijn woorden weer geheel ver
keerd op, Boudewijn, en je begrijpt zelf
ook zeer goed, wat ik er mede bedoel
antwoordde Eduard kalm. „Mijn raad is
deze Indien jij freule Johanna werkelijk
zoo genegen zijt als je zegt, en niet wilt.
dat een ander haar tot zijn vrouw maakt,
ga dan hoe eer hoe liever naar haar
vader, indien je er tenminste zeker van
zijt, dal de freule je genegen is."
„Maar juist daar ben ik volstrekt niet
zeker van", gaf Boudewijn langzaam ten
antwoord.
„Hebt je haar dan nog niet over die
zaak gesproken
„Nimmer. Ik heb in mijn gansche leven
nog geen tien woorden met haar gewisseld"
Eduard kon een klein glimlachje nauwe
lijks onderdrukken en vroeg op min ef
meer verwonderden toon „Maar, Boude
wijn, dan begrijp ik eigenlijk niet, hoe jij ge
negenheid voor haar kunt gevoelen, doch
dit is mijn zaak niet", vervolgde hij snel?
zich herinnerde, hoe menschenschuw zijn
ongelukkige broer van aard was. „Laat mij
je loever een goeden raad geven."
„En die is
„Zoo spoedig mogelijk de partijen met
de zaak in kennis stellen."
Boudewijn dacht een oogenblik na en
antwoordde toen langzaam „Je hebt ge
lijk, ik zal je raad opvolgen."
Dienzelfden dag lichhte de Dolfijn"
haar ankers en voerde Walter henen, ver
van zijn Johanna, die beloofd had, hem
Prijsverhooging in den
turfhandel.
Het A.N.P. meldt In de laatste maan
den is herhaaldelijk gebleken, dat bij den
handel in turf onvoldoende rekening
wordt gehouden met de prijsvoorschriften.
In de veenderijen in het Oosten van ons
land werd voor de turf een hoogeren prijs
berekend dan volgens de Prijzenbeschik-
king turf no. 1 is toegestaan. Het tweede
teveel betaalde werd natuurlijk op de koo
pers verhaal en de onrechtmatige winst
van de verveners komt zoo geheel ten 'as
te van den verbruiker.
De inspecteur voor de Prijzenbeheer-
sching te Arnhem veroordeelde reeds ver-
ichillende verveners en handelaren we
gens deze prijsopdrijvingen tot gevoelige
boeten.
Vorige week had zich nu een vervener
uit Slagharen voor dezen inspecteur te
verantwoorden. Eind April had hij pers-
turf 3e soort welke tegen f 4.61 per 1000
stuks mag worden verhandeld verkocht
legen f 6 en 6.50 per 1000. De kwitanties,
welke hij afgaf, werden echter uilgeschre
ven tegen den officieel vastgestelden prijs
Een kooper, die geprotesteerd had te
gen den hoogen prijs, had hij gezegd
,dien prijs kan jij je afnemers ook best af
nemen, er zijn liefhebbers genoeg voor.
De methoden, welke verder nog worden
aangewend om de koopers lot het betalen
van een ongeoorloofden prijs te brengen,
blijken uit de verdere getuigen-verklarin-
gen.
Ik heb niet graag, dat mijn naam ge
noemd wordt, want dan krijg ik geen turf
meer", meende de eerste. De andere vertel
de, dat als men niet den gevraagden prijs
1de betalen, de vervener den schipper-
kooper dagenlang liet liggen, voorgevende,
dat deze nog niet aan de beurt is, of dat er
nog geen droge turf beschikbaar is, waar
door natuurlijk groot nadeel ontstaat.
De vervener, die elke prijsopdrijving
ontkende voerde te zijner verdediging
aan, dat hij een handelaar wel een te hoo
gen prijs had gevraagd, doch slechts om
dezen hierdoor af te schrikken. Hij wilde
hem liever niet leveren, want de kooper
was z.i. financieel niet sterk genoeg. In een
ander geval had hij een hoogeren prijs oe
rekend, om op deze wijze de huur van 'n aan
den kooper verhuurd schip binnen te krij
gen.
De inspecteur voor de Prijzenbeheer-
sching achtte de overtreding van de Prij-
den armen zeeman, trouw te zijn, trouw
tot in den dood.
HOOFDSTUK III.
In zijn prachtig gemeubileerde kamer,
die op den tuin uitzag, liep de baron van
den Netelerkamp met langzame schreden
heen en weer, nu en dan even stilstaande
voor een baai vrouwenportret, dat, in
een kostbare lijst gevat, aan den wand
hing het afbeeldsel zijner jeugdige hem
bij de geboorte zijner dochter door den
dood ontrukte echlgenoole, wier sprekend
evenbeeld Johanna was. De baron was een
man, nog in de kracht van zijn leven hij
droeg het hoofd fier omhoog, als iemand
die zich zijner waardigheid en afkomst,
rijkdom en invloed volkomen bewust is.
Wel had het verlies zijner gade hem een
zwaren, onherstelbaren slag toegebracht
en fijne rimpels op zijn voorhoofd getrok
ken, maar den rug van dien man niet doen
krommen en zijn trots niet gebroken. Meer
dan ooit was de adellijke grondbezitter on
genaakbaar geworden voor zijn minderen
in stand en geboorte, en met een niet te
looschen minachting zag hij neder op al,
wie niet van edele afkomst was.
Doch bij zijn duldelooze hooghartigheid
koesterde hij een grenzelooze, onuitputte
lijke liefde jegens zijn eenig kind, zijn Jo
hanna die hem zoo dikwijls hij haar aan
zag, herinnerde aan haar die zijn al
les was geweest.
Zijn gewoonlijk zoo strenge trekken
hadden thans iels vriendelijks er lag iets,
dat naar een glimlach zweemde, op dat
trotsche gelaat, en bij tusschenpoozen knik
te hij goedkeurend even met het hoofd.
„Een goede partij inderdaad", fluisterde
hij zacht, opnieuw zijn wandeling door de
kamer beginnende, „een zeer goede, dat
moet gezegd worden. De Van Reemingens
zijn schatrijk en van een overoud, adellijk
geslacht bovendien is jonker Boudewijn
iemand van een zacht karakter, voorzoo
ver ik weet, en hij houdt, geloof ik, van
een gezellig huiselijk leven. Wel is waar
heeft hij weinig lichamelijke schoonheid.
Nederlandsche Houtbond in 1940
Blijkens hel jaarverslag van den Neder
j Iandsche Houtbond heeft de houtkooperij,
welke in hoofdzaak tot taak heeft de dis
tributie van gezaagd naaldhout aan den
consument 1940 een zeer eenzijdig karakter
vertoont.
De normale afnemer kan slechts zeer
I onvoldoende in de voorziening zijner be-
Ihoeften geholpen worden, daar de omzet
der houtkooperij tot 9 Mei 1940 voorname
lijk op leveranties aan het Nederlandsche
leger betrekking had en na 15 Mei 1940
op leveringen van het Duitsche leger.
De houtkooper werd in deze beide pe
rioden menigmaal geplaatst voor het feit,
dat partijen hout bij hem opgevorderd wer
den. Aan het begin van 1940 beschikte hij
nog wel over een voorraad van eenige be-
teekenis, doch de samenstelling was reeds
onvoldoende.
Door den geringen aanvoer in 1940 heb
ben bijna alle houtkooperijen hetgeen zij
in voorraad hadden en hetgeen door hen
in 1940 ontvangen werd, verkocht, zoodat
zij op 31 December vrijwel niet meer over
hout beschikten.
De bedrijfsresultaten gaven in geld uil-
gedrukt, aan het einde van .het jaar veelal
gunstige resultaten te zien. Of over 1941
het zelfde zal kunnen worden gezegd, valt
sterk te betwijfelen.
Ten aanzien van den hout-aanvoer uit
de Oostzee wordt opgemerkt, dat het ver-
voer met kustvaarders, waarop men na
10 Mei aanvankelijk uitsluitend was aange
wezen, midden Juli met drie schepen be
gon, en zich, de omstandigheden in aanmei
king genomen, bevredigend ontwikkelde.
Op 10 Januari 1941 waren in 298 reizen
circa 35.000 Stds. van Zweden en Finland
te Delfzijl aangevoerd. Op dien datum zon
den nog 30 reizen ter afhaling van circa
20C0 Stds. plaats vinden, welke ten deele
reeds waren aangevangen. De reizen wer
den uitgaand goeddeels in ballast gevaren
Vijf Nederlandsche groote-vaart-schepen,
maakten elk een reis, terwijl een buiten-
landsch schip voor twee reizen en acht
elk voor een reis werden gecharterd.
Over de haven van Delfzijl moest zoo
goed als alles wat uit de Oostzeelanden
voor Nederland bestemd was, worden ge
leid, terwijl er bovendien zeer veel goede
ren met andere einddestinatie moesten
worden overgeslagen, zoodat de haven
doorloopend op een 6- tot 8-voud van haar
capaciteit moest weiken. Tot midden De
cember 1939 gelukte hel desalniettemin
het aangevoerde hout vrijwel normaal
over te slaan, doch daarna veroorzaakte
gebrek aan binnenschepen vertraging, wei
maar wat maakt dat eigenlijk uit
Hij zweeg even en trad voor het portret
zijner overleden echtgenoote.
„Nietwaar, Johanna sprak hij met
zonderling zachte stem, „jij zou ook gaarne
gezien hebben, dat ons kind in het huwe
lijk trad met een telg uit zulk een oud
adellijken stam, met een van Reemingen 7
Jonker Boudewijn heeft in zulke warme
bewoordingen aanzoek om haar hand ge
daan, hij bemint haar zoo vurig o, ge
wis, jij zou ook met vreugde in dat huwe
lijk toestemmen."
Eenige oogenblikken staarde de baron
zwijgend en als in gedachten verzonken
naar de beeltenis toen greep hij de zil
veren tafelschel en liet haar luid weerklin
ken.
Bijna terstond daarop trad een bediende
de kamer binnen en wachtte, na een diepe
buiging, op de bevelen van den baron.
„Verzoek de freule, even hier te willen
komen", klonk het kort en streng.
De bediende boog andermaal en verwij
derde zich.
Nauwelijks had de baron zich in een met
zwaar fluweel bekleeden leuningstoel neer
gezet of de deur werd geopend en Johan
na trad binnen. Zij zag een weinig bleeker
dan gewoonlijk, en dit ontging het scherp
ziend vaderoog geenszins doch hij hield
zich, als bleef dit voor hem onopgemerkt.
„Neem plaats, mijn kind", begon hij op
zachten vriendelijken toon, „ik heb eenige
oogenblikken met je te spreken over een ge
wichtige zaakover een zeer gewichtige
zaak."
En toen het meisje hem vragend aanzag,
vervolgde hij
Zie, Johanna, ik word eiken dag een
dagje ouder, en het zou mijn hoogste
wensch zijn, eenmaal de oogen te kunnen
sluiten in de volle overtuiging, dat jij dan
niet alleen staat op de wereld, dai er daa
iemand is, die mijn taak overgenomen
heeft en jou zijn voordurenden bijstand,
zijn trouwe bescherming verleent, kortom
Johanna, ik wenschte je een gelukkige echt
genoote te zien. Nu bloos maar niet, mijn
ke grooter werd, toen daar nog ijsbelemoie
ring bij kwam.
Tusschen de N.V. Schenker en de Cen
trale Urgentie Commisie had een nauwe
samenwerking plaats over de opsporing
van met hout geladen wagons uit Midden-
Europa, bestemd voor Nederlandsche ont
vangers. Dank zij de activiteit van genoem
de N.V. was het resultaat dat het over-
groote deel van de in Slowakije, Honga
rije, Roemenië Joego-Slavié, Luxemburg,
België en Frankrijk gestrande wagons hout
werden gevonden en daarvan bovendien
een groot deel zijn onderbroken reis naar
Nederland kon vervolgen.
Alg. Handeisbl.
BIJ HET ZEILEN VERDRONKEN.
De 23-jarige R. Steunebrink. afkom
stig uit Groningen, die met zijn vriend
een zeiltocht maakte op het Leekster-
meer, is tengevolge van van het om
slaan van de zeilboot, verdronken. Zijn
vriend kon zich zwemmende redden.
HET LEGIOEN MARCHEERT!
Met vliegende vaandels en slaande
trom marcheerde Donderdag hel tweede
contingent vrijwilligers door Den Haag
naar het station, waar de trein gereed
stond, die de mannen naar Krakau zal
brengen.
Het legioen marcheert Sinds enkele
weken wordt het eerste contingent in
Krakau geoefend. Hel tweede contingent
is op w eg en in tusschen komen steeds
meer aanmeldingen binnen van Nederlan
ders, die begrijpen, waar hel om gaat en
hun plicht wenschen te doen.
Het legioen marcheert Nu nog in de
oefenkampen. jStraks als een keurkorps
in de rijen van hen, die optrekken naar
het Oosten om de gelederen te versterken
van de Duitsche legers en de legioenen,
die daar reeds wekenlang de Sowjettroe-
pen strijd leveren, terugwerpen, omsinge
len en vernietigen.
Het legioen marcheert Dreunend klonk
Donderdag het marcheeren van vastberaden
Nederlandsche mannen door de straten.
Fier wapperde het vaandel. Vrijwilligers
vertrokken in de heilige overtuiging, dat
zij zich inzetten voor de toekomst van
hun volk en hun vaderland.
Het legioen marcheert Duizenden Ne
derlandsche mannen vormen dit legioen en
zij verwachten, dat ook gij spoedig zult
volgen, omdat ook gij weet, wal uw
plicht is en dus uw plaats zult fnnemen in
de gelederen van het
Vrijwilligerslegioen Nederland
Koninnegracht 22, 's Gravenhage.
kind ieder jong meisje verlangt eenmaal
tol een huwelijk te kernen dat is de be
stemming der vrouw. En thans, lieve, heeft
zich een goede partij voor je opgedaan,
een zeer goede partij. Kun je mogelijk ra
den, wien ik bedoel
De blos op haar wangen werd hooger
zij zweeg en staarde in zichtbare verlegen
heid naar de figuren op het kostbare vloer
kleed.
Een oogenblik zweefde haar de naam
Walter op de lippen, doch ook slechts n
oogenblik zij herinnerde zich de woorden,
die hij den avond vóór hun afscheid tot
haar gesproken had „En zoodra ik weder
terug zal gekomen zijn, ga ik terstond naar
je vader, om zijne toestemming tot ons
huwelijk te vragen."
Zoodra hij terug zou gekomen zijn
Maar Waller was nog niet terug, dat wist
zij al te goed.
„Welnu, Johanna". ging de baron vrien
delijk voort, toen het meisje nog altijd
bleef zwijgen, „indien fe liever uit mijn
mond den naam verneemt van hem. die iou
tot echtgenoote begeert, het zij zoo."
En met een glimlach om de lippen deel
de hij haar mede< dat jonker Boudewijn van
Reemingen aanzoek om haar hand gedaan
had.
„Natuurlijk heb ik hem te kennen gege
ven", vervolgde de baron, "dat ik niets
zeggen of beloven kon, voor en aleer ik
met jou gesproken en je eigen meening,
hieromtrent vernomen had want hoe
gaarne ik ook een huwelijk tusschen jou
en jonker Boudewijn tot stand zou zien
komen, wil ik toch hoegenaamd geen drang
daarop uitoefenen het huwelijk is een te
gewichtige en tegelijk een zoo teedere
zaak. Het moet daarom geheel uit vrije oe-
weging en uit warme, oprechte genegen
heid van weerszijden worden aangegaan.
Spreek dus openhartig en rondborstig, mijn
kind, en wees verzekerd dat ik geen enkel
oogenblik aarzelen zal, den jonker je ant-
woord hoe dit ook zijn moge, over te
jbrengen.''
Wordt vervolgd.