33e JAARGANG DINSDAG 27 JANUARI 1942 No. 11 NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WIERINGEN ku OMSTREKEN WIERINGER COURANT DE OORLOG. Britten vinden in Lybië geen compensatie voor nederlagen in Oost-Azië. Stefani meldtIn gezaghebbende Romeinsche kringen merkt men op, dat de aanval der spilmogendheden in Cy- renaica is ondernomen door dezelfde Italiaansche en Duitsche divisies, die volgens het Engelsche krijgsplan geheel vernietigd hadden moeten worden. Na 65 dagen strijd in Cyrenaica is een ding duidelijk terwijl de gepant serde en gemotoriseerde Italiaansche en Duitsche afdeelingen blijk geven van een aanvalsgeest, hebben de in Novem ber begonnen Engelsche operaties, die volgens Churchill zelf de vernietiging van den tegenstander ten doel hadden, slechts geleid tot de bezetting van en kele plaatsen zonder eenige militaire waarde ten koste van groote offers. Ten aanzien van de strategische hoofd doelen is het Engelsche offensief tot dus verre mislukt, zoodat de Engelsche ne derlagen in Oost-Azië geenszins zijn gecompenseerd in Lyblë en de Middel- landsche Zee, Bovendien kan de Britsche lucht macht, in weerwil van haar zoogenaam de heerschappij boven Noord-Afrika, niet verhinderen, dat de luchtmacht der spilmogendheden haar zegevierende su- perioteit bevestigt, de oepraties op den beganen grond steunt en verwarring sticht in de vijandelijke achterhoede. Onrust onder Australische troepen in Noord-Afrika. Kringen van het Britsche nooidkwar- tier in Kaïro, aldus meldt het D.N.B., hebben medegedeeld, dat de in omloop zijnde berichten omtrent vrij groote muiterijen van Australische troepen in Noord-Aflika niet oveeen komen met ae feiten Veleer is het slechts gekomen tot het weigeren van gehoorzaamheid door kleine afdeelingen. De Australische troepen wenschten over het algemeen zoo spoedig mogelijk naar hun vaderland te worden ver voerd. Vanzelfsprekend waren zij onder den indruk van de berichten ove de toe nemende bedreiging van Australië dooi de Japanners en wenschten zij in de eerste plaats hun eigen vaderland te verdedigen. In het hoofdkwartier te Kaïro hoopt men deze onrust onder de Australische troepen meester te kunnen worden. Bolsjewistische aanvallen aan Donetsfront afgeslagen. Uitvalspogingen bij Sebastopol mislukt. Van militaire zijde wordt aan het D.N.B. gemeld, dat Duitsche troepen op den 21sten bij een vorst van 25 graden aan het Donetsfront herhaalde bolsje wistische aanvallen hebben afgeslagen met zware verliezen voor de aanvallers. De vijand richtte vooral zijn aanval len op een door de Duitschers bezette plaats. Hij werd afgeslagen en liet 300 dooden achter. Daarna ondernamen de Duitsche afdeelingen een geslaagden tegenaanval Nadat een vijandelijk bataljon was verslagen, werd een plaats genomen. Daarbij werden 200 bolsjewisten gevan gen genomen, e Op den 22sten deden Duitsche vlieg tuigen in de centrale zone bijzonder heftige aanvallen. Meer dan 230 voer tuigen en sleden, 9 stukken geschut wer den vernietigd. In d encentralen sector hebben Duit sche infanteristen bij strenge vorst 11 opeenvolgende bolsjewistische aanval len afgeslagen. De vijand leed zware verliezen. Van miltaire zijde verneemt het D.N.B. dat de bolsjewisten de laatste dagen verscheidene uitvallen uit het belegerde Sebastopol hebben gedaan, die alle mis lukten. Op den 21sten deed de vijand weder om met een vrij sterke troepenmacht een aanval, ditmaal op den noordelijken vleugel der Duitsche troeper». Ook deze aanval werd voor de Duit sche stellingen afgeslagen. DE DEUR NOG NIET GESLOTEN. De hoogst betreurenswaardige loop, dien de dingen in Ned.-Indië hebben genomen, geeft rijkelijk stof tot over peinzing te meer daar er zulk een tref fende overeenkomst bestaat tusschen de wijze waarop zich hier in Europa, de oorlogsgebeurtenissen hebben ontwik keld en hetgeen er thans in onze Oost geschiedt. Men zal moeilijk kunnen beweren, dat ae machthebbers te Batavia niet ge-! waarschuwd zijn. Daargelaten nog hun volkomen gemis aan inzicht in en begrip voor het wezen j der Groot-Oostaziatische levensruimte, op welker leiderschap Japan op alles-1 zins gerechtvaardigde gronden aan spraak maakt, heeft het hun ook wat den oorlog zelf betreft in ieder opzicht] aan werkelijkheidszin ontbroken. Ze hadden beter moeten weten. De talloo- ze staten, die Engeland en de Ver. Sta ten in Europa en buiten Europa in den oorlog hebben gehitst en vervolgens in den steek gelaten, waren even-zoovele malen waarschuwende voorbeelden ook voor ons Indië. Maar de heeren te Batavia verblind als ze waren door de grootspraak en den hoogmoedswaanzin van Roosevelt en Churchill, waren niet te remmen. Evenmin als die andere „staatsman" jhr. De Graaf in het Ne derland van 1935, die zich onsterfelijk blameerde door in den Volkenbond haantje de voorste te spelen toen het er om ging een jonge, levenskrachtige mo gendheid als Italië met baldadige sanc ties den voet dwars te zetten. Opgeruid door de Nederlandsche ope rette -regeering te Londen en gepaaid door schoonklinkende hulpbeloften door de Britten en Yankees, die zich thans gedragen alsof zij de rechtmatige eige naars van Ned-Indië zijn, hebben de heeren ons overzeesch gebiedsdeel en zijn bevolking op de meest lichtzinnige wijze in den krijg gestort, op een mo ment nog wel, dat er niet het minste gevaar bestond voor de, althans naar: buiten nog bestaande, Indische neutra-1 liteit. Het op alle zee- en landfronten over den Anglo-Amerikaanschen vijand zegevierende Japan ging aanvankelijk: niet op de „oorlogsverklaring" in, daar door toonende, dat het ook toen nog] niet den oorlogstoestand met Ned.-Indië! wenschte te erkennen. En toen Indië door den loop der dingen tenslotte tóch in de krijgsbedrijven verwikkeld ge raakte, liet de regeering te Tokio zich bij monde van den officieelen woord voerder daardoor niet weerhouden van de nadukkelijke verklaring, dat Japan in oorlog zijnde met Engeland en de Ver. Staten, ten opzichte van de onschuldige bevolking van Ned.-Indië geenszins vij andige voornemens koesterde. Naar la ter gebleken is, heeft men voor deze ridderlijke verklaring van Japan te Ba tavia slechts spot en hoon gehad, het geen logischerwijze de vraag doet rijzen of de Nederlandsch-Indische machtheb bers dan heelemaal met blindheid ge slagen zijn. Zelfs na alles wat er ook op het In dische krijgstooneel gebeurd is heeft de Japansche minister van buitenlandsche zaken Togo toch nog aanleiding kunnen vinden op deze aangelegenheid terug te komen. Hij heeft nogmaals met na druk de laakbare politiek var Batavia onderstreept en van de vredelievende gezindheid van Japan jegens de archi pelbevolking getuigd. En Tojo, de pre mier, heeft het wellicht nog duidelijker gedaan toen hij Indië en Australië ver maande toch vooral niet bij deze nood lottige houding te volharden, daar Ja pan anders geen mededoogen zou ken nen. „Ingeval echter hun volkeren de ware bedoelingen van Japan leeren begrijpen en zouden verklaren bereid te zijn met ons samen te werken, zouden wij niet aarzelen hun hulp te verleenen," voegde hij er veelbeteekenend aan toe. Deze welgemeende raadgeving is slechts voor één uitleg vatbaar Ook thans is de deur nog niet onherroepelijk in het slot geworpen. Nog is het voor Ned.-Indië niet te laat, om den weg van het gezond verstand te volgen In Tsjoengking-China. dat eveneens jarenlang gevangen was in den ban der Anglo-Amerikaansche imperialistische blufpolitiek, worden reeds aanwijzingen merkbaar, dat men er over denkt van de dwalingen zijns weegs terug te kee- ren. We weten nog niet of het zoover l sal komen, doch de symptomen zijn er in ieder geval. Dat men ook te Batavia gevoel voor verhoudingen moge krijgen, alle .'.opti misme" van den thans met nieuwe „hulpbeloften" uit Washington terug keerenden heer Van Mook ten spijt Den „bondgenooten" is het er slechts om te doen den oorlog uit te breiden en Ned.-Indië voor zich te laten vech ten om het daarna, volgens beproefd recept, trouweloos in den steek te la ten. Wij in Europa, weten dit maar al te goed, en in Batavia kan men dit ook weten. Aan waarschuwingen heeft het ook van Japansche zijde waarlijk niet ont broken. Het onherstelbare ls ook thans nog niet geschied. Maar de tijd dringt. Za. LANDBOUW. Het Katholiek Land- en T uinbouwonderwijs. Bestendiging in een daartoe cpgerichte Stichting. Zooals men weet werd bij besluit van een Rijkscommissaris van 6 Augustus 1941, de heer O. F. J. Damave te Voor burg benoemd tot commissaris van den Ned. Kath. Boeren- en Tuindersbond en alle overige katholieke boerenorgani- saties op welk gebied of van welken aard ook. Alzoo ook van alle katholieke vereeni- cingen van onderwijs op gebied van landbouw, tuinbouw, boschbouw, huis- houdopleiding, enz. In zijn streven, om dit onderwijs op principieelcn grond slag te handhaven, heeft de Commissa ris maatregelen genomen, om dit moge lijk te maken en het katholieke land- luinbouw en aanverwante onderwijs ook als onderdeel van een Nederland- schen Landstand te doen voortbestaan In verband hiermede heeft hij der voorloopigen Gouw-Boerenleider van der Ncderlandschen Landstand in Noord- Brabant, den heer P. J, Jansen te Hoe ven. als zijn Gemachtigde ten deze aan gewezen en hem opgedragen, die stap pen te ondernemen, noodig om het ge stelde doel te bereiken. De Gemachtigde, de heer P. J, Jansen heeft, ter uitvoering van de hem opge dragen taak, de verschillende stichtin gen en inrichtingen welke in Nederland op gebied van katholiek land-, tuinbouw en aanverwant onderwijs bestaan onder gebracht in één „Stichting tot Bevorde ring van Land-, Tuin- en Boschbouw. vak-, beroeps- en huishoudonderwijs op Katholieken grondslag. De Commissaris voornoemd heeft aan deze stichting in afwachting eener definitieve regeling bereids het ge bruik toegestaan van de roerende en onroerende goederen van den voormali- gen A.B.T.B., L.T.B., N.C.B., en LD.T.B. in gebruik bij de land- en tuinbouwwin- terscholen, lagere land- en tuinbouw scholen, huishoudscholen en overige inrichtingen op R.K. grondslag. Blijkens de stichtingsactie betreffen de de oprichting van de „Stichting tot Bevordering van Land-, tuin- en Bosch bouw vak-, beroeps- en huidhoudonder- wijs op Katholieken grondslag gevestigd te 's-Gravenhage, welke op 3 December 1.1. is gepasseerd ten kantore van nota ris H. W. Scholten te Oudenbosch, is het doel der stichting De bevordering van de theoretische en practische voorlichting alsmede van het vak-, beroeps- en huishoudonderwijs voor den land-, tuin- en boschbouwende stand in Nederland binnen de regelen daartoe door den Landstand gesteld of te stellen, met verleening van medewer king aan de godsdienstige en zedelijke vorming van de katholieke leden van den Landstand. De Stichting tracht dit doel te berei ken door a. het over nemen van alle land- en tuinbouwscholen,, huishoudscholen en overige inrichtingen en cursussen op Roomsch Katholieken grondslag, hoe ook genaamd, welke bestonden in het gebied van of door medewer king van de inmiddels opgeheven vereenigingen of leden daarvan, te weten den A.B.T.B., den N.C.B. den L.T.B. en den LL..T.B. en de bij de ze aangesloten rechtspersonen op 6 Augustus 1941 en deze verder zoo noodig in stand houden, geordend naar de elf Nederlandsche gewes ten b het oprichten, behceren en onder steunen van scholen, inrichtingen en cursussen in Nederland, hoe ook genaamd, geordend naar de elf ge westen, waarbij het te geven land-, tuin- en boschbouw, vak-, beroeps- en huishoudonderwijs. waaronder ook is begrepen alle vakonderwijs, als Landarbeiders beroepsscho- len. op Katholieken grondslag zal staan, zulks met medewerking van den Landstand in zijn ver schillende .organen, het Rijk. de Provincie en de Gemeenten c. medewerking te verleenen aan de totstandkoming eener stich ting van den Landstand, omvat tende het gehecle land-, tuin- en boschbouw beroeps- en huis houdonderwijs in Nederland Het bestuur der Stichting bestaat uit een voorzitter en vijf leden. D: eerste voorzitter zal voor onbepaalde:, tijd zijn de heer P. J. Jansen tc Hoeven, die -ontslag kan vragen aan en krijgen van den Boerenleider. De leden zullen zijn vijf personen leden van den Nederlandschen Land stand uit ir.et name omschreven ge westen van Nederland. In de verdere artikelen wordt o.a bepaald, dat de toegang tot de scho len en cursussen aan geen lecrllni of leerlinge geweigerd zal worden o[ grond van zijn of haar godsdienstige gezindheid. Het bijwonen van de lessen ir godsdienst- en maatschappijleer li echter slechts voor de Katholieki leerlingen verplichtend. Boskoop versaagt niet (Van den LJ3.P.D. -tuinbouwmede- werker.; Boskoop, het is slechts een klein plekje, een speldeknop op de wereld kaart, en toch is het bekend ln prac- Isch alle landen, waar men zorg be steed aan tuinen en liefde heeft vooi sierheesters. De Boskoopsche produc ten kent men zoowel ln Engeland, alt in Scandinavië, in Zwitserland als Ir de Vereeenigde Staten van Amerikt. en ook Duitschland is van ouds eer. goede klant-, nu zelfs de reddendt boei, waarop geheel Boskoop drijft. Export is levensvoorwaarde. Boskoop is op export aangewezen Het eigen land neemt slechts een be trekkelijk gering aantal van haar pn ducten af en telde niet noemenswaarc mee voor de 600 H.A. sierteelt-cul tuur, waarop de rond 700 Boskoopsch' kweekers een bestaan moeten vinden Het valt dus niet te verwonderen dat een dergelijke cultuur zeer gevoe lig was voor de schommelinegn vat de wereldmarkt en telkenmale dei terugslag ondervond van de economi sche beroeringen, waaraan de werelc ten prooi was en nog steeds is. Vóór den oorlog 1914/18 waren dc Vereen. Staten de voornaamste klan ten. Daarna begonnen zij systema tisch de Nederlandsche producten U weren en specialiseerde Boskoop zich meer op den Europeeschen uitvoer Duitschland werd de voornaamste af nemer en voorts werden dc belangrij ke kwanta naar Engeland, Zwitser land, Denemarken, Frankrijk en Zwe den verzonden, terwijl nog tal van an dere landen van onze sierheesters ge noten. Na 1920 ging het weer in stij gde lijn, totdat zelfs in den tijd van de hoogconjuctuur in 1928 en 1929 een top werd bereikt als nimmer tevo ren. De terugslag was echter geweldig De Crisis. In 1931 kwam het hoogtepunt van de crisis voor het boomkweckersbe drijf en in 1936 werd een dieptepunt bereikt als nooit te voren. Hoe enorm de verliezen in deze jaren geweess zijn, valt dus niet te becijferen. Bona fide kweekers zagen de vruchten van hun levenslangen arbeid verloren gaan en het moment kwam, dat bij de regeering om steun moest worden aan geklopt. De boomkweekers-credieten kwamen in de wereld, in den vorm van een soort hypotheek op de op stallen der bedrijven tegen een rente van 2' tot 31 procent een rente, die wel laag was. maar toch een nieuwe verzwaring beteekende. In 1937 gaf weer een kleine opleving, welke zich zeer langzaam voortzette, doch tot en dooidrcdacicur Corn. J. Bo*krr. (Vieringen. BUREAU Hlppolytushoef Weringen Telefoon Intereomm. No 19. Bijkantoor Brugstraat 23. Middenmecr. Telefoon 2* Verschijnt eiken Dinsdag, Donderdag en Zaterdag. Abonnementsprijs per 3 maanden f 130 met 1940 toe blijft regeeringttteun ..axelljk. De koude deed de rest. De geweldige koude van einde 1938 ileld op schrikbarende wijze onder de oomkweekerijen huls. Er waren be drijven. die door deze strenge vorst piactlsch geheel ten gronde gingen talloze gevoelige plantensoorten wa ren weggevaagd. De winter van 1939 jeed de rest. Nu deed zich het geval voor. dat ook ln dc landen, waarheen ie producten geëxporteerd werden, de joomen aan de vorst ten prooi geval len waren, hetgeen een sterke vraag cieed ontstaan, ln het bijzonder uit Duitschland. waaraan helaas niet ta- temoct gekomen kon worden, daar iet gros der producten 5, 6 of 7 Jaren noodig heeft vóór het verkoopbaar 1$. Daarbij kwam nog dat Duitschland an Jere soorten verlangde dan de Angel saksische landen. Men trachtte dit te ondervangen door een „gemengde" eelt voor de helft werden artlke- t-n voor Duitschland geteeld, voor de indere helft specialiseeerde men zich jp de rest van de wereld. Deze laatste afzet is nu uiteraard ge heel vervallen. Duitschland daarente gen vraagt nog steeds groote hoeveel heden heesters en zachte rhododen- drons alsmede vruchtboomen, een vraag, waaraan de Boskoopsche kwee - ker lang niet kan voldoen. In tegen stelling tot andere berichten kunnen wij constateeren. dat Boskoop nog lang niet de depressie te boven is. Ook in verband met den vorm van de cui- uur zal het nog Jaren duren vóór zon Jer overdrijving gezegd kan worden Boskoop groet en bloeit weer. De kweekers, die zich op den „niet Duitschen export" toelegden, zitten nu n de grootste moeilijkheden. Ombou wen van het bedrijf ln een enkel Jaar s hier niet mogelijk. Jaren zal het vor- leren vóór men weer ln staat zal zijn leveren, iets wat in normale omstan digheden niet erg zou zijn, doch na 10 aren van crisis bezit men practisch :een enkele reserve meer. Zeker niet om iet 5 of 6 Jaar uit te zingen. Hierbij comt nog de vraag of het wel Juist is ie bedrijven om te schakelen op grond van de huidige buitengewone omsten- Sgheden. Boskoop ls ingesteld op vre- iestijd en behoort dit uiteraard te blij ven. Wijziging ontvangstplaatsen slachtschapen en runderen. De Voedselcommissaris voor Noord- bolland maakt bekend, dat. in verband met den genngen aanvoer van slacht schapen op de markten te Alkmaar. Amsterdam en Hoorn, met Ingang van Maandag 2 Februari 1942 op deze markt plaatsen slechts éénmaal per veertien dagen gelegenheid zal worden gegeven ot het leveren van slachtschapen, en wel voor Alkmaar op den lsten en 3en Maan dag van Iedere maand Amsterdam op den 2en en 4en Maan dag idem Hoorn op den lsten en 3en Woensdag idem. De markt te Haarlem zal, eveneens per 2 Februari 1942, zoowel voor runde ren als voor schapen, eens per veertien dagen worden gehouden, resp. op den lsten en 3en Donderdag van iedere maand. 8INNENLANDSCH NIEUWS. OVERVAL IN KERK TE BREDA 0FG2HELDS8& Bcroover gearresteerd. De politie te Breda ls er !n geslaagd den dader van de inbraak en aanran ding in de St. Antoniu&kerk aldaar te arresteeren. Verdachte is een 25-jarige

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1942 | | pagina 1