KUNSTENAARS-HOOP, groschen met eeu talrijk gezin leefde, en niet alleeu dit maar dat liij er ook oude schuld van afloste eu kapitaal op intrest zeltede. «Hebt de goedheid, zoo eindigde hij van mij morgen dit problenta op te lossen; anders kies ik mijne maatregelen ik heb althans een minister van financiën." Zij vei trokken. De ministers waren met dit koninklijk vraagstuk niet zeer gesticht Men was het ouderling eens dat Z M den eeu of anderen snaak had ontmoet, die er hem op tergast had, en dat lty zieh nu ten hunnen koste eens wilde vermaken Uren lang pijnigde men zich af om eeue geschikte oplossing te vin den doch de eeue poging 11a de andere liep vruchteloos af. Eindelijk sloeg een hunner voor te onderzoeken, waar de koning zich in het morgenuur mogt opgehouden hebben; eu dewijl er niets anders overschoot, werd dit voorstel toegejuicht en de voorsteller gekozen om in stille op verkenning uitlegaan. Na veel omzwerven en ondervragen gelukte het eindelijk den bijkans wanhopigen minister een man te vinden, die het ten minste niet ontkende den koning gezien en met hem ge sproken *e hebben. «Hebt g'ij ook Z. M. een middel aangewezen, wat men al van een daggeld van acht groschen kan doen «Dat kan wel zijn." «"Waarin bestaat het?" «Dat mag ik niemand zeggen, voor dat ik het aaugezigt des konings zie." «Is het anders niet; hier zijn er wel twintig, ze zijn voor u, bezie ze goed.Nu zeg op! niemand zal te weten koineu dat g'ij het mij iiebt toevertrouwd." De boer voor den glans van twintig fredr. d'ors niet bestand gat de oplossing en de ministers waren gered. Blijmoedig wachtte de koning in zijn kabinet zijne staats dienaars op in de hoop van in hunne onwetendheid te zullen lagehen. Toen de staatsraad gezeleu was werd het raadsel nog eens met plegligen ernst herhaald en de minister van financiën antwoordde met een effen gelaat: «Sire! wat U. M. vraagt, is dan alleen mogelijk ingeval een huisvader de tering wee' te zetten naar de nering, en daarbij zijne ouders onderhoudt, zijne kinderen alzoo opleidt, dat zij op zijn ouden dag „eia gelijken pligt bewijzen." «Had g'ij met mijn kalf niet geploegd, gij zoudt mijn raad sel niet geraden hebben." Meer kon de koning niet uitbrengen zoo vergramd was hij over zijne teleurstelling. Aanstonds verliet hij heil eu spoedde zich naar den landman, wien hij bijkans verwoed te gemoet voerde: «Heb ik u niet gezegd, dat gij een spitsboef waart, indien gij iemand uw raadsel oplostetvoor dat gij mijn aaugezigt zaagt?" VViens aangezigt is dit?" vroeg de boer terwijl hij fleg matiek den koning een fredcrik d'or voor oogeri hield. Kerel gy weel zelfs van mijn aangezigt intrest te trek ken; daar zijn er nog vijfentwintig bij." LOSSE GEDACHTEN va» MAT TUI AS CLAUBIUS. Houd u voor te goed om kwaad te doen. Vrees niemand zoo veel als u zelf Leer gaarne van anderen eu waar van wijsheid menscher Jijk geluk, licht, vrijheid en deugd gesproken wordtluister daar "opmerkzaam toe. Doch vertrouw n;et olies, dodelijk want niet alle wolken hebben water. Woorden zij u maai woorden, en waar dezelve zoo vlug en vloe'ijeud h,een strooaieu. wees daar op uwe hoede; want de paarden, die den mot goederen beladen wagen achter zich hebben gaan mef lang- zameu tred. ..Niet 'Vj is. vrÖ die wil kunnen doen wat hij kan, maar hij is vrij die willen kan wat hij doen moet. Leer anderen niet, voor dat gij zelf geleerd zijt. Doe het goede en bekommer er u niet over hoe het gedije. Eer eeu ieder naar zijnen stand, eu laat hij er zich over schamen, die het niet waardig is Doe niemands liair grijzen; doch als gij billijk handelt, behoeft gij u oin het hair niet te bekreunen. Zeg niet alles wat gij weet, maar weet altijd wat gij zegt. Slevschil eu ©clijküctb. Die een zeeuwsclien rijksdaalder een te kort aanbrengt wordt eerloos verklaard die inilliocuen besnoeit krijgtals het ont dekt wordt, een jaargeld en een titel toe. Die een ander op zee zijn schip ontneemt heet een roover; die een lan'd gewapenderhand inneemt wordt begroet als ver overaar. Men plant galgen voor zeeschuimers, rigt standbeelden op voor veroveraarsBeiden behoordeu eigentlijk naast elkan deren eene eenvoudige hand zou het standbeeld wegnemen maar de galg niet Toen Sostratus van Cnidos (300 jaren v. C. g.) op last van Ptolemeus Philadclpkus koning van Egijpte den beroemden vuurtoren op het ei land Pkaros had gestichtdie onder de zeven wereldwonderen gerekend is geworden i beitelde hij zijnen naam op eenen steen en wijdde zijnen kolossalen arbeid aan de behoedende godheden der zeevarenden toe; doch hij overdekte dien steen met pleister, waarop des konings naam in prach tige letteren prijkte. Ilij gunde zijnen vorst den lof der tijdgenooten misschien van geslachten en eeuwen daarna. Doch eindelijk zou de brosse kalk bet vaste marmer verlaten en dan zou voor den naam des konings die des vergeten kunstenaar te voorschijn, komen die den lol der nakomelingschap zich aediglijk bad voorbehouden. Ctbocrtcntica. PETTEN den 1 Junij 1843, Heden verloste voorspoedig van eene welgeschapene DochterG. Quantgeb. SNOR. Aan het geëerde publiek dezer Gemeente wordt bekend gemaaktdat er op aanstaande Maandag de 2de Pinksterdag, Muzijk in TIVOEI zal zijn de Entree voor een ieder vrijaanvang 's namiddags te vijf uren. UEds. Dw. Dienaar H. PRINS. UIT DE HAND TE HOOP. Zoo wel te zamen als afzonderlijk Vier WONINGEN onder een dakmet derzelver ERVENstaande en gelegen aan de Zuidzijde van het Kanaal, van vereeniging tusschen. den Helder en het Nieuwediep thans nog ongenommerd toe- behoo-ende ANTIION IJ JANSENte bevragen bij den Notaris P.A. DE ETS, aan het Nieuwediep. Uitgegeven bij C. BAKKER Bz. te NituuieDicp, Gedrukt bij G. GILTJES te Helder

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Weekblad van Den Helder en het Nieuwediep | 1843 | | pagina 4